55
ń
Afhankelijk van de erop ingestelde functie stuurt de camera langere belich-
tingstijden dan de flitssynchronisatietijd aan.
Bij sommige camera’s is in bepaalde functies (bijv. bepaalde Vari-,
c.q. Motiefprogramma’s of bij de Red-Eye-Reduction, zie 5.9) de
REAR-functie niet mogelijk De REAR-functie is dan niet te kiezen, c.q.
de REAR-functie wordt automatisch uitgeschakeld of niet uitgevoerd.
Zie hiervoor ook de gebruiksaanwijzing van de camera.
De mecablitz 44 AF-3N met camera’s uit groep A
Inschakelen van de REAR-functie op de mecablitz
• Breng de mecablitz op de camera aan.
• Schakel mecablitz en camera in.
• Tip de ontspanknop op de camera aan, zodat er tussen flitser en camera
een uitwisseling van gegevens kan plaatsvinden.
• Druk zo vaak op de toetsencombinatie „Select“ (= toets „Mode“ + toets
„Zoom“), dat in het LC-display „REAR“ verschijnt.
• Druk zo vaak op de toets „Zoom“, dat in het LC-display „On“ knippert.
• De instelling treedt onmiddellijk in werking. Na ong. 5 s. keert in het LC-dis-
play de normale weergave terug.
Het symbool „REAR“ voor de synchronisatie bij het dichtgaan van de sluiter
blijft na de instelling in het LC-display van de mecablitz staan!
Gebruik bij lange belichtingstijden een statief om bij deze tijden
camerabeweging tijdens het opnemen te vermijden. Schakel de func-
tie na het gebruik weer uit om te voorkomen dat bij de „normale“
synchronisatieongewenst lange belichtingstijden worden gebruikt.
Uitschakelen van de REAR-functie
• Druk zo vaak op de toetsencombinatie „Select“ (= toets „Mode“ + toets
„Zoom“), dat in het LC-display „REAR“ verschijnt.
• Druk zo vaak op de toets „Zoom“, dat in het LC-display „OFF“ knippert.
☞
☞
• De instelling treedt onmiddellijk in werking. Na ong. 5 s. keert in het LC-dis-
play de normale weergave terug.
Het symbool „REAR“ voor de synchronisatie bij het dichtgaan van de sluiter
wordt in het display van de mecablitz niet meer getoond! De mecablitz zal
dan weer gesynchroniseerd zijn bij het opengaan van de sluiter (normale
synchronisatie).
mecablitz 44 AF-3N met camera’s uit groep B
Bij camera’s uit groep B (zie tabel 1) moet de REAR-functie op de camera
zelf ingesteld worden (zie voor details de gebruiksaanwijzing van de
camera). Op de mecablitz wordt REAR dan niet aangegeven, c.q. het instel-
len van de REAR-functie op de mecablitz is dan niet mogelijk!
mecablitz 44 AF-4N met camera’s uit groep A en B
De REAR-functie moet in principe op de camera zelf worden ingesteld (zie
voor details de gebruiksaanwijzing van de camera). Op de mecablitz wordt
de REAR-functie dan niet aangegeven.
mecablitz 44 AF-4N met Nikon F801, F801s, F4, F4s
Het instellen geschiedt als bij de mecablitz 44 AF-3N met camera’s uit groep A.
4.8.3 Synchronisatie bij lange belichtingstijden / SLOW
Sommige camera’s (bijv de F5, F100, F90X, F90, F80, F70 en de F65) bieden in
bepaalde functies de mogelijkheid tot flitsen met lange belichtingstijden
„SLOW“. Deze functie biedt de mogelijkheid om bij weinig omgevingslicht de
beeldachtergrond sterker te laten uitkomen. Dit wordt bereikt door belichtingstij-
den die aan de omgevingshelderheid zijn aangepast. Daarbij worden door de
camera automatisch belichtingstijden ingesteld die langer zijn dan de flitssyn-
chronisatietijd (bijv. belichtingstijden tot 30 s.). Bij sommige camera’s wordt de
synchronisatie bij lange belichtingstijden in bepaalde cameraprogramma’s (bijv.
het nachtopnameprogramma enz.) automatisch geactiveerd, c.q. kan deze op
de camera worden ingesteld (zie de gebruiksaanwijzing van de camera). Op de
mecablitz wordt voor deze functie niets ingesteld of aangegeven.
Gebruik bij langere belichtingstijden een statief om bewegen van de
camera tijdens het opnemen te voorkomen!
☞