1
49
INSTALLATIE BINNENUNIT
1. Installeren van de montageplaat
- Montageplaat monteren op de plaats waar
de binnenunit komt te hangen, houd
rekening met de richting van de leidingen.
- Plaats de montageplaat horizontaal met
behulp van een waterpas of schietlood
- Boor gaten met een diepte van 32 mm om
de plaat vast te zetten.
- De plastic pluggen in de gaten steken en
de plaat met zelftappers vastschroeven.
- Controleer of de montageplaat goed
vastzit en boor het gat voor de leidingen.
Opmerking: de vorm van de montageplaat kan per model verschillen, de installatiemethode is echter
gelijk.
2. Gat boren voor leidingen
- Bepaal de positie van het doorvoergat van de leidingen op de muur aan de hand van het boorgat in de
montageplaat.
- Gat in de muur boren. Het gat moet naar buiten toe wat aflopen.
- Plaats een schuifmof in het gat om de muur te beschermen.
3. Binnenunit leidinginstallatie
- De leidingen (gas- en vloei-
stofleiding) en kabels van buiten af
door het gat steken of van binnen
naar buiten als u de binnenunit als
eerste heeft geïnstalleerd.
- Maak een uitsparing die overeen-
komt met de richting van de
leidingen.
Opmerking: Maak uitsparing 1, 2 of 4, afhankelijk van de door u gekozen positie voor het gat in de
binnenunit.
- Na aansluiting van de leidingen de afvoerslang monteren. Hierna de voedingskabels aansluiten.
Leiding, kabels en afvoerslang vervolgens isoleren.
Isoler
en van de pijpverbindingen: Verbindingsstukken isoleren met isolatiemateriaal, omwikkelen met
vinyltape.