4
6. START/STOP
Druk op deze toets om het geselecteerde programma te starten of te stoppen.
7. PROGRAM
Druk op [Program] om de ritmeprogrammeerfunctie in te schakelen, "PRG" verschijnt op het display en het toetsenpaneel
wordt geactiveerd. In deze modus kun je aangepaste ritmes maken door de corresponderende percussietoets te spelen.
32 Percussies kunnen maximaal worden opgenomen, daarna zal "PRG" knipperen op het display en de programmering
stopt automatisch. Druk op [Play] om het programmeerritme af te spelen. Druk op [Start/Stop] of druk nogmaals op
[Program] om de programmeerfunctie uit te schakelen. Alle opgenomen ritmes zullen worden verwijderd.
8. SYNC
Druk in de ritmemodus op [Sync]. "SYN" zal op het scherm verschijnen. Speel een willekeurige toets in de
akkoordtoetszone (de 1ste-19de toets, van links) om het begeleidingsritme te activeren.
9. PLAY
Drukken om opgenomen noten of ritmes af te spelen.
10. FILL-IN
Druk op de [Fill-In] knop om een stukje toe te voegen aan het begeleidingsritme van je liedje. De toevoeging die gespeeld
wordt, wordt bepaald door het gekozen begeleidingsritme. Na de vulling wordt het gekozen begeleidingsritme verder
gespeeld. De Fill In functie kan zo vaak als gewenst worden gebruikt.
11. KEYBOARD PERCUSSIES
Dit keyboard biedt 61 soorten toetsenbordpercussies. Druk op [Percussion] om de toetsen te “veranderen” in
slagwerkinstrumenten. Elke toets vertegenwoordigd één enkel slagwerkinstrument. Druk nogmaals op [Percussion] om de
functie uit te schakelen.
12. SUSTAIN
Druk op [Sustain], "SUS" zal op het display verschijnen. Het sustain effect zal worden geactiveerd. Druk op nogmaals op
deze toets, "SUS" verdwijnt weer van het display. Het sustain effect zal worden uitgeschakeld.
13. VIBRATO
Druk op de knop [Vibrato], "VIB" verschijnt op het display. Het vibrato-effect wordt geactiveerd. Druk nogmaals op deze
knop om het vibrato-effect uit te schakelen, "VIB" verdwijnt van het display.
14. LCD DISPLAY
Toont de huidige modus, de te spelen noten, het ritme, het tempo, enz.
15. ONE-KEY TRAINING
Druk op [One Key] om de trainingsfunctie met één toets in te schakelen, "LEARN", "SONG" en het nummer van het liedje
wordt op het display weergegeven. Druk op "+"/"-" om het te leren nummer te selecteren. Deze modus maakt het mogelijk
om fouten te maken bij het spelen, daar het keyboard nog steeds de juiste noten speelt (het display zal ook de juiste noten
tonen). Nadat een liedje klaar is, herhaalt u het huidige aan te leren liedje. Druk op [Start/Stop] of druk op de knop [One
Key] om de trainingsfunctie uit te schakelen.
16. FOLLOW TRAINING
Druk op [Follow] om de “volgfunctie” in te schakelen, "LEARN", "SONG" en het nummer van het liedje wordt op het display
weergegeven. Druk op "+"/"-" om het te leren nummer te selecteren. Met volgtraining kunt u leren spelen door de juiste
noten te volgen. De juiste noten worden op het display weergegeven. Het programma wacht tot u de juiste noot speelt
voordat het naar de volgende gaat. Noten: In deze modus speelt het keyboard alleen de juiste noten en reageert het niet
op de verkeerde noten. Druk op [Start/Stop] of druk op [Follow] om de trainingsfunctie uit te schakelen.
17. ENSEMBLE TRAINING
Druk op [Ensemble] om de ensemblefunctie in te schakelen, "LEARN", "SONG" en het nummer van het liedje wordt op het
display weergegeven. Druk op de knop "+"/"-" om het te leren nummer te selecteren. De Ensembletraining is gericht op het
correct en uitgebreid aanleren van de duur en de noten van het liedje. Als u niet binnen 3 seconden speelt, speelt het
keyboard automatisch de juiste noot. Nadat een nummer is voltooid, herhaalt u het huidige te leren nummer. Druk op de
knop [Start/Stop] of druk op [Ensemble] om de trainingsfunctie uit te schakelen.
18. TIMBRE
Druk op [Timbre] om de toonkeuzefunctie in te schakelen. De toon is standaard ingesteld op "000" en kan worden
aangepast door op de corresponderende cijfer- of op de “+” / “-” toetsen te drukken.
19. RHYTHM
Ritme selectie:
U kunt bij dit keyboard tussen 255 (“000” to “254”) verschillende voorgeprogrammeerde ritmes kiezen. Het ritme is
standaard "000". Druk op [Rhythm], "RHYM" wordt op het display weergegeven. Druk op de numerieke toetsen of de
"+"/"-" toetsen om andere ritmes te selecteren.
Ritme inschakelen:
Druk op [Start/Stop] om het ondersteunende ritme te starten. Druk op [Sync], "SYN" verschijnt op het display. Speel een
willekeurige toets in de akkoordtoetszone af (1e t/m 19e toets van links). Het ondersteunende ritme wordt geactiveerd.
Druk op [Start/Stop] om het ritme te stoppen.
Tussenspel:
Nadat het ritme is geactiveerd, drukt u op [Fill-in] om een tijdelijk ritme te laten spelen.
20. DEMO LIEDJES
U kunt bij dit keyboard tussen 24 (“000” to “023”) verschillende voorgeprogrammeerde liedjes kiezen. Druk op [Demo
Song] en "SONG" verschijnt op het display. De demoliedjes zullen op volgorde beginnen te spelen. Druk tijdens het
afspelen op [Demo Song] om het volgende lied af te spelen. Druk op [Start/Stop] om het afspelen te stoppen. Tijdens het
afspelen kunt u ook op de numerieke- of de "+"/"-" toetsen drukken om te kiezen tussen andere liedjes. Het geselecteerde
lied zal dan herhaaldelijk worden afgespeeld.
21. NUMERIEK TOETSENBORD
Numerieke toetsen om een nauwkeurige waarde in te voeren.
22. HOOFDVOLUME
Druk op [Master Vol +] of [Master Vol -] om het hoofdvolume te verhogen of te verlagen. Druk tegelijkertijd op beide om
terug te keren naar de standaardwaarde "10".