Nederlands Blz. 46
1. Instelling van de eindpositie 'deur open'
Na het inschakelen van de netspanning bevindt de besturing zich in de bedrijfstoestand.
• De groene en rode LED branden.
• Door op de druktoets
O
P te drukken loopt de deur naar de vooringestelde eindpositie 'deur
OPEN' (zie punt 3).
• De groene LED brandt.
• Als de deur verder 'OPEN' moet lopen, dan moet de schakelnok op de ketting of op de
tandriem in de pijlrichting (A+) verschoven worden (zie afb. 15.1).
• Indien de deur niet zover open moet lopen, dan moet de schakelnok in de pijlrichting (B-)
verschoven worden.
Attentie:
Bij instelwerkzaamheden aan de schakelnokken moet de netstekker altijd uit het
stopcontact getrokken worden.
2. Instelling van de eindpositie 'deur DICHT'
Na het bereiken van de eindpositie 'deur OPEN' en het wederom indrukken van de program-
meertoets
O
P loopt de deur naar zijn vooringestelde eindpositie ‘deur DICHT’ (zie punt 3).
• De rode LED brandt.
• Als de deur verder dicht moet lopen, dan moet de schakelnok op de ketting of op de
tandriem (zie afb 15.2), in de pijlrichting (A+) verschoven worden.
• Als de deur niet zover DICHT moet lopen, dan moet de schakelnok in de pijlrichting (B-)
verschoven worden.
A Schakelnok - bovenste gedeelte
B Schakelnok – onderste gedeelte
C Schroef voor kunststofschakelnok ø 3,5 x 12 – verzonken kop
Handzender:
A Batterij-knippercontrolelampje
B Drukknop
C Batterijvak – deksel
D Batterij 12v A 23
E Programmeercontacten
• Voor het vervangen van de batterij, het deksel openen.
• Let erop dat de juiste polen contact maken.
Attentie:
Handzender enkel bedienen als zeker gesteld is, dat er zich geen personen, dan wel
voorwerpen in het bewegingsbereik van de deur bevinden.
Handzender buiten bereik van kinderen houden!
Batterijen vallen niet onder de garantie.
O
16
O
15