28
oplevert als een barst ontstaat door grove behandeling
(laten vallen of stoten). Probeer niet in het
gereedschap te snijden of graveren.
• Stop onmiddellijk met nagelen als u een probleem of
iets vreemds opmerkt aan het gereedschap.
• Koppel altijd de persluchtslang los en verwijder alle
nagels:
(9) Als u het gereedschap alleen achterlaat;
(10) Alvorens enige onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uit te voeren;
(11) Alvorens een verstopping op te lossen, en
(12) Alvorens het gereedschap naar een andere
plaats over te brengen.
• Voer de reinigings- en onderhoudswerkzaamheden uit
onmiddellijk nadat het werk is voltooid. Houd het
gereedschap in opperbeste conditie. Smeer
bewegende delen om roesten te voorkomen en slijtage
door wrijving te minimaliseren. Veeg alle stof van de
onderdelen af.
• Wijzig het gereedschap niet zonder toestemming van
Makita.
• Vraag een erkend Makita-servicecentrum regelmatig
het gereedschap te inspecteren.
• Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties en
onderhoud te worden uitgevoerd door een erkend
Makita-servicecentrum, en altijd met gebruikmaking
van originele Makita-vervangingsonderdelen.
• Gebruik uitsluitend olie voor pneumatisch gereedschap
die in deze gebruiksaanwijzing wordt aangegeven.
• Sluit het gereedschap nooit aan op een
persluchtleiding die de maximaal toegelaten druk van
het gereedschap niet met 10% kan overschrijden. Zorg
ervoor dat de druk die door het persluchtsysteem wordt
geleverd, niet de maximaal toelaatbare druk van het
bevestigingsaandrijfgereedschap overschrijdt. Stel de
luchtdruk in eerste instantie in op de laagste waarde
van de aanbevolen toelaatbare luchtdruk.
• Probeer niet de contactschoen voortdurend ingedrukt
te houden met tape of draad. Dit kan leiden tot de dood
of ernstig letsel.
• Controleer altijd de contactschoen volgens de
instructies in deze gebruiksaanwijzing. Als het
veiligheidsmechanisme niet goed werkt, kunnen nagels
per ongeluk worden geschoten.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
HET JUISTE GEREEDSCHAP
KIEZEN
Een compressor kiezen (zie afb. 1)
De luchtcompressor moet voldoen aan de vereisten van
EN60335-2-34.
Kies een compressor die ruim voldoende luchtdruk en
luchtopbrengst levert om verzekerd te zijn van een
kostenefficiënte werking. De grafiek geeft de relatie aan
tussen de nagelsnelheid, toepasselijke luchtdruk en
compressorluchtopbrengst.
Als bijvoorbeeld het nagelen ongeveer 40 keer per minuut
wordt uitgevoerd met een luchtdruk van 0,69 MPa
(6,9 bar), is een compressor met een luchtopbrengst van
meer dan 60 l/min vereist.
Als de toegevoerde luchtdruk hoger is dan de nominale
luchtdruk van het gereedschap, moeten drukregulators
worden gebruikt om de luchtdruk te beperken tot de
nominale luchtdruk van het gereedschap. Als u dit niet
doet kunnen de gebruiker van het gereedschap en
personen in de buurt enstig letsel oplopen.
De persluchtslang kiezen (zie afb. 2)
Gebruik een zo groot en kort mogelijke persluchtslang om
verzekerd te zijn van ononderbroken en efficiënt nagelen.
Bij een luchtdruk van 0,49 MPa (4,9 bar), wordt een
persluchtslang met een inwendige diameter van minimaal
6,5 mm (1/4 inch) en een lengte van maximaal 20 m
aanbevolen wanneer het interval tussen twee nagels
0,5 seconde is. Persluchtslangen moeten een nominale
minimumwerkdruk hebben van 1,03 MPa (10,3 bar) of
150 procent van de maximumdruk die door het systeem
wordt geleverd, al naar gelang welke hoger is.
LET OP:
• Als de compressorluchtopbrengst lager is, of de
luchtslang een kleinere inwendige diameter heeft of
langer is in verhouding tot de nagelsnelheid, kan het
nagelvermogen van het gereedschap teruglopen.
Smeren (zie afb. 3)
Om van maximale prestaties verzekerd te zijn, monteert u
een luchtset (smeerinrichting, drukregulator, luchtfilter) zo
dicht mogelijk bij het gereedschap. Stel de smeerinrichting
zodanig in dat voor iedere 30 nagels een druppel
smeerolie wordt geleverd.
Als geen luchtset wordt gebruikt, smeert u het
gereedschap met olie voor pneumatisch gereedschap
door twee (2) of drie (3) druppels in het luchtaansluiting
aan te brengen. U dient dit voor en na ieder gebruik te
doen. Voor een goede smering moet het gereedschap
enkele keren worden bediend nadat de olie voor
pneumatisch gereedschap is aangebracht (zie afb. 4).
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
• Koppel altijd de persluchtslang los voordat u de
werking van het gereedschap controleert of afstelt.
Nageldiepte instellen (zie afb. 5)
Draai de stelring om de nageldiepte in te stellen. De
nageldiepte is het grootst wanneer de stelring zo ver
mogelijk in richting A, aangegeven in de afbeelding, is
gedraaid. De diepte wordt geringer naarmate de stelring
in richting B wordt gedraaid. Als de nagels niet diep
genoeg worden geschoten, zelfs niet terwijl de stelring zo
ver mogelijk in richting A is gedraaid, verhoogt u de
luchtdruk. Als de nagels te diep worden geschoten, zelfs
niet terwijl de stelring zo ver mogelijk in richting B is
gedraaid, verlaagt u de luchtdruk. Algemeen gesproken,
gaat het gereedschap langer mee als het wordt gebruikt
met een lagere luchtdruk en de stelring is ingesteld op
een geringere nageldiepte.
LET OP:
• Koppel altijd de persluchtslang los voordat u de
nageldiepte controleert.