12
Bedienung van de Schakelaar (Fig. 5)
WAARSCHUWING:
Alvorens het netsnoer op het stopkontakt aan te slu-
iten, dient u altijd te kontroleren of de trekkerschake-
laar behoorlijk werkt en bij loslaten onmiddelijk naar
de “OFF” positie terugkeert.
Men drukt, voor het starten, simpelweg de trekker in.
Bij het opvoeren van de druk op de trekker wordt de
snelheid van het apparaat verhoogd. Laat deze trek-
ker los voor het stoppen. Bij kontinu schroeven,
zonder de vinger aan de trekker te houden, trekt men
de trekker in, en drukt met de duim de vastzeknop in.
Trek vervolgens weer aan de trekker, en laat deze
los, om vastzetpositie van het apparaat op te heffen.
Een snelheidsregel-schroef is aanwezig, waarmee
de snelheid van het apparaat veranderd kan worden
bij volledig ingetrokken positie van de trekker. Draai
de schroef naar rechts voor sneller, en naar links
voor langzamer schroeven.
OPMERKING:
Zelfs met de schakelaar ingedrukt en de motor aan,
zal de schroefbit pas gaan draaien wanneer u de
punt ervan in de kop van de schroef steekt en het
apparaat voldoende aandrukt om de koppeling te
doen pakken.
Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 6)
WAARSCHUWING:
• Kontroleer altijd de draairichting alvorens het
gereedschap te gebruiken.
• Zet de omkeerschakelaar alleen in de andere
stand, nadat het gereedschap volledig tot stilstand
is gekomen. Indien u dit nalaat kan het gereedsc-
hap zware beschadiging oplopen.
Het gereedschap is ook voorzien van een omkeer-
schakelaar om de draairichtung om te schakelen. Zet
de omkeerschakelaar op i voor draairichtung naar
rechts en op j voor draairichtung naar links.
Werkwijze
Plaats de kop van de schroef op de punt van de
schroefbit en de punt van de schroef op de juiste
plaats op het werkstuk. Oefen druk uit op het gereed-
schap. Start het gereedschap langzaam en voer de
snelheid geleidelijk op. Trek het apparaat terug zodra
de koppeling blokkeert en laat den de trekkerschake-
laar los.
WAARSCHUWING:
• Gebruik altijd een bit die overeenkomt met de maat
van de schroef die u wenst te gebruiken.
• Wanneer u de schroefkop op de schroefbit steekt,
mag u dit niet te hard aandrukken. Anders kan de
koppeling van het apparaat pakken, zodat de
schroef plotseling gaat draaien. Dit zou tot verwon-
dingen of beschadiging van een werkstuk kunnen
leiden.
• Zorg dat de koppeling niet onnodig vaak pakt en
weer loslaat.
OPMERKING:
Zorg dat u de bit recht op de schroefkop plaatst,
aangezien anders de schroef beschadigd kan
worden.
Bij gebruik van een inzet-bit (Fig. 7 en 8)
Steek de bit in de magnetische bithouder. Installeer
daarna een voorstuk die voor de bit is bestemd.
Vervolgens dient de diepte te worden ingesteld. In
het begin wordt het voorstuk zo ingesteld, dat de
afstand tussen het voorstuk en de schroefkop ongev-
eer 1 mm. bedraagt. Zonodig verder bijstellen totdat
de juiste diepte is verkregen. Volg hiervoor de bes-
chrijving in “Instellen van de diepte”.
Voor het verwijderen van het bit, trekt u eerst de mag-
netische bithouder met kracht eruit. Houd daarna de
magnetische bithouder met uw hand vast en grijp het
bit met een tang vast. Trek vervolgens het bit uit de
bithouder. Door daarbij het bit wat heen en weer te
bewegen wordt het uittrekken soms vergemakkelijkt.
ONDERHOUD
AT TEN TI E:
Zorg er altijd voor dat de machine is uitgeschakeld en
de stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens
onderhoud aan de machine uit te voeren.
Opdat het gereedschap veilig en betrouwbaar blijft,
dienen alle reparaties, onderhoud of afstellingen te
worden uitgevoerd bij een erkend Makita service cen-
trum.