11.2 AFSTELLEN EN SPANNEN VAN DE LOOPBAND
Verplaats de loopband niet en plaats uw handen er niet onder terwijl hij op een stopcontact is aangesloten!
Benodigd gereedschap: inbussleutel van 6 mm
DE SPANBOUTEN VAN DE BAND
De beschermkappen van de achterrol van de Life Fitness-loopband hebben openingen die toegang bieden tot de
spanbouten. Met deze spanbouten kunnen de sporing en uitlijning van de loopband (A) worden bijgesteld zonder de
beschermkappen te verwijderen.
Opmerking: het is zeer belangrijk dat de loopband goed horizontaal staat voordat de uitlijning wordt bijgesteld. Een
onstabiel apparaat kan scheeflopen van de loopband veroorzaken. Zie Stabiliseren van de Life Fitness-loopband voordat
u probeert om de achterrol bij te stellen.
Voordat u verdergaat, moet u zich het scharnierpunt (C) van de ACHTERROL (B) voorstellen. Telkens wanneer de
ROL aan de ene kant wordt bijgesteld, moet hij aan de andere kant in de tegenovergestelde richting (D) evenveel
worden bijgesteld om een ideale spanning op het scharnierpunt van de ROL te handhaven.
UITLIJNEN (CENTREREN) VAN EEN BESTAANDE OF NIEUWE LOOPBAND
1. Elke beschermkap van de achterrol heeft twee openingen voor de SPANBOUTEN VOOR DE BAND (D).
2. Ga op de zijkanten van de loopband staan, schrijlings over de band. Start een MANUAL (HANDMATIG) training en
stel de snelheid van de loopband in op 6,4 kph (4 mph).
3. Als de band naar rechts afwijkt, draait u de rechter spanbout een kwartslag
rechtsom met de bijgeleverde inbussleutel van 6 mm en vervolgens de
linker spanbout een kwartslag linksom zodat de band weer over het
midden van de rol loopt.
4. Als de band naar links afwijkt, draait u de linker spanbout een kwartslag
naar rechts en vervolgens de rechter spanbout een kwartslag naar links
zodat de band weer over het midden van de rol loopt. Herhaal deze
bijstellingen tot de loopband over het midden loopt. Laat de machine
enkele minuten lang draaien om te zien of hij goed blijft sporen.
Opmerking: draai de stelschroeven niet meer dan een volle slag in elke
richting. Neem contact op met de klantenservice als de band na een hele
slag nog niet goed spoort.
SPANNEN VAN EEN BESTAANDE LOOPBAND
Bij normaal gebruik kan de loopband iets oprekken. Als de band tijdens het gebruik begint te slippen, voer dan de
stappen hieronder uit om de spanning bij te stellen.
1. Stop de loopband met de toets STOP.
2. Draai de bandspanbout rechtsom, een kwartslag aan beide kanten, om de band te spannen. Niet verder aandraaien
dan een volledige slag (vier kwartslagen) per kant.
3. Stel de loopband af op 3,2 kph (2,0 mph) en ga erop staan om te controleren of de band nu niet meer slipt.
Controleer ook of de loopband goed spoort. Zie Een bestaande of nieuwe loopband uitlijnen (centreren) als de
loopband naar links of rechts afwijkt.
Opmerking: Draai de spanbouten niet te strak aan bij het afstellen van de band. Als de bouten te strak worden
aangehaald, kunnen de loopband of rollagers worden uitgerekt of beschadigd raken. Draai de bouten niet meer dan een
volle slag in elke richting.