11
NL
Tips om energie te besparen
• Laat de deur niet onnodig lang open staan.
• Leg de levensmiddelen soort bij soort in de diepvriesladen, houd
u aan de maximale bewaartijd.
• Laat warme gerechten eerst tot kamertemperatuur afkoelen
voordat u ze in in de kast plaatst.
• Ontdooi de kast zodra zich een laag ijs gevormd heeft. De kast
vriest dan beter èn zuiniger.
Kast in- en uitschakelen
Wij adviseren u om de kast te reinigen voordat u hem in gebruik
neemt (zie verder onder `Reinigen´). Schakel het apparaat on-
geveer 4 uur voordat u de eerste produkten erin plaatst in.
Aan: Draai met een muntstuk de pijl van de temperatuurregelaar
op een stand tussen `1´ en `6´.
– Het groene controlelampje
brandt,
– De rode alarm-LED
knippert,
– Het rode waarschuwingslampje gaat uit, zodra het koud genoeg
is in de kast. Meer informatie hierover vindt u hiernaast onder
het kopje `Het rode waarschuwingslampje´.
Uitschakelen: Draai de pijl van de temperatuurreglaar naar
`0´. De controlelampjes zijn uit.
Temperatuur instellen
Stand `1´ = minimale koeling, warm
Stand `6´ = maximale koeling, koud
• Draai de temperatuurregelaar bij voorkeur in de middelste
stand.
• Wanneer er diepvriesproducten worden bewaard en de lage
diepvriestemperaturen zijn gewenst, dan is een stand van de
temperatuurregelaar van "4" tot "6" aan te bevelen.
• Wilt u de ingevroren levensmiddelen lang bewaren, dan moet
de temperatuur minimaal -18 °C bedragen. Houd er rekening
mee dat de temperatuur in de kast afhankelijk is van de
omgevingstemperatuur (plaatsing van de kast), het aantal malen
dat de kastdeur geopend wordt en de ingevroren levensmid-
delen. Zet de temperatuurregelaar indien nodig op een koudere
(= hogere) stand.
Afmetingen (mm)
G 1221
Aansluiten
Controleer op het typeplaatje of uw kast geschikt is voor
220/230 V 50 Hz. Het typeplaatje vindt u naast de bovenste diep-
vrieslade, links op de binnenwand. Laat uw installateur controle-
ren of het te gebruiken stopcontact randaarde heeft en door een
zekering van minimaal 10 ampère beveiligd is. Het stopcontact
mag niet door de achterkant van de kast bedekt worden en moet
goed bereikbaar blijven.
• Het apparaat niet samen met andere apparaten aansluiten
via een verlengkabel - gevaar voor oververhitting.
• Het apparaat alleen op een geaard veiligheidsstopcontact
aansluiten.
Opstellen
• Plaats de kast bij voorkeur niet in direct zonlicht, naast het fornuis,
een radiator enz.
• De bodem van de standplaats moet horizontaal en vlak zijn.
Maak oneffenheden met de meegeleverde gaffelsleutel via de
stelvoeten gelijk.
• Dek de ventilatieopeningen nooit af. Zorg altijd voor een goede
luchttoevoer en -afvoer!
• Plaats geen apparaten die warmte afgeven op de diepvrieskast,
bijv. magnetron, broodrooster enz.
• De plaatsingsruimte van uw apparaat moet volgens de norm
EN 378 pro 8 g koelmiddelmassa R 600a 1 kubieke m bezitten
zodat er in geval van een lekkage in het koelmiddelcircuit geen
ontvlambare gas-lucht-mengeling in de plaat-singsruimte van het
apparaat kan ontstaan. Informatie over de hoeveelheid koelmiddel
vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.
Het rode waarschuwingslampje
Het rode waarschuwingslampje brandt, wanneer het apparaat
ingeschakeld is of wanneer het in de vriesruimte niet koud genoeg
is, d.w.z. wanneer de temperatuur hoger dan -8°C is.
Gaat het rode waarschuwingslampje branden tijdens normaal
gebruik van de kast, controleer dan:
– of de netspanning geruime tijd is uitgevallen; is dit het geval,
kijk dan of de levensmiddelen ontdooid zijn en verwerk ze evt.
tot een gerecht;
– of de deur van de kast goed gesloten was;
– of er zojuist verse levensmiddelen in de kast geplaatst zijn.
Kunt u geen van deze vragen met `ja´ beantwoorden, neem dan
zo spoedig mogelijk contact op met de technische dienst van de
leverancier van de kast. Zorg dat u tijdens het gesprek de type-
aanduiding, het index- en servicenummer bij de hand hebt.
A
h a g e e' d c c'
851 553 610 624 653 1129 563 592