23 Het kan enkele minuten duren voordat de computer de nieuwe instellingen heeft herkend. U controleert als volgt
de status van uw netwerk:
a Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Draadloze netwerkverbindingen.
b Selecteer Beschikbare draadloze netwerken weergeven.
• Als het netwerk wordt weergegeven maar de computer heeft geen verbinding, selecteert u het ad-
hocnetwerk en klikt u op Verbinden.
• Als het netwerk niet wordt weergegeven, wacht u een minuut en klikt u op de knop Netwerklijst
vernieuwen.
24 Plaats de installatiesoftware-cd in de computer en volg de aanwijzingen voor draadloze installatie.
Opmerking: sluit de installatie- of netwerkkabel niet aan totdat dit wordt aangegeven door de
installatiesoftware.
25 Wanneer de beschikbare netwerken worden weergegeven, geeft u de netwerknaam en beveiligingsgegevens
op die u hebt gemaakt in stap 13. Het installatieprogramma configureert de printer voor gebruik met uw
computer.
26 Bewaar een kopie van de netwerknaam en de beveiligingsgegevens op een veilige plaats, zodat u deze in de
toekomst weer kunt gebruiken.
Windows 2000:
• Raadpleeg de documentatie die bij uw draadloze netwerkadapter is geleverd voor meer informatie over het
configureren van een ad-hocnetwerk met Windows 2000.
Voor Macintosh-gebruikers
1 Geef de Aitport-instellingen als volgt weer:
Mac OS X 10.5
a
Kies Systeemvoorkeuren in het Apple-menu.
b Klik op Netwerk.
c Klik op AirPort.
Mac OS X 10.4 en eerder
a
Selecteer in de Finder Ga > Programma's.
b Dubbelklik in de map Programma's op Internetverbinding.
c Klik op de werkbalk op AirPort.
2 Klik op Maak netwerk aan in het voorgrondmenu Netwerk.
3 Geef een naam op voor het ad-hocnetwerk en klik op OK.
Opmerking: bewaar de netwerknaam en het wachtwoord op een veilige plaats, zodat u deze in de toekomst weer
kunt gebruiken.
Netwerk
117