Foto's op een opslagapparaat afdrukken met de printersoftware
1 Plaats fotopapier in de printer.
2 Plaats een geheugenkaart of flashstation in de printer.
3 Draag de foto's over of druk de foto's af:
Als de printer een USB-verbinding gebruikt
• Voor Windows-gebruikers
Fast Pics wordt automatisch gestart wanneer u het opslagapparaat plaatst. Volg de aanwijzingen op het
scherm om de foto's over te dragen naar de computer of om af te drukken.
• Voor Macintosh-gebruikers
Als u een toepassing hebt ingesteld zodat deze wordt gestart wanneer een opslagapparaat wordt aangesloten
op de computer, wordt de toepassing automatisch gestart. Volg de aanwijzingen op het scherm om de foto's
over te dragen naar de computer of om af te drukken.
Als de printer een draadloze verbinding gebruikt (alleen bepaalde modellen)
a Raak in het scherm Geheugenapparaat Meer opties aan.
b Raak Aansluiten op computer aan selecteer een netwerkcomputer waarop u de foto's wilt opslaan.
c Draag de foto's over of druk de foto's af:
• Voor Windows-gebruikers
Fast Pics wordt automatisch gestart nadat er verbinding is gemaakt. Volg de aanwijzingen op het scherm
om de foto's over te dragen naar de computer of om af te drukken.
• Voor Macintosh-gebruikers
Selecteer Ja om afbeeldingen weer te geven vanaf het opslagapparaat. Netwerkkaartlezer wordt geopend
op de computer. Volg de aanwijzingen op het scherm om de foto's over te dragen naar de computer of
om af te drukken.
Afdrukken
49