38125
3
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/174
Pagina verder
Lexmark Forms Printer 2400 Series
Gebruikershandleiding
Uitgave: juni 2000
De volgende alinea is niet van toepassing in enig land waar dergelijke bepalingen in
strijd zijn met de lokale wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC. STELT DEZE PUBLICATIE
ALS ZODANIG TER BESCHIKKING, ZONDER ENIGE GARANTIE, NADRUKKELIJK OF IMPLICIET,
WAARONDER BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE
VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. In sommige staten of landen
is beperking van de duur van nadrukkelijke of impliciete garantie bij bepaalde overeenkomsten
niet toegestaan. Het is dus mogelijk dat deze bepaling voor u niet van toepassing is.
Het is mogelijk dat deze publicatie technische onjuistheden of typefouten bevat. De informatie
in deze handleiding is aan wijzigingen onderhevig. Deze wijzigingen worden aangebracht in
latere uitgaven. Te allen tijde kunnen verbeteringen of wijzigingen in de beschreven producten
of programma's worden aangebracht.
Wanneer in deze publicatie wordt verwezen naar producten, programma's of diensten,
impliceert dit niet dat de producent het voornemen heeft deze beschikbaar te stellen in alle
landen waarin de producent actief is. Geen enkele verwijzing naar een product, programma of
dienst moet worden opgevat als een verklaring of suggestie dat alleen dat product, dat
programma of die dienst mag worden gebruikt. In plaats daarvan mag elk functioneel
equivalent product of programma of elke functioneel equivalente dienst die geen inbreuk
maakt op enig bestaand recht van intellectueel eigendom worden gebruikt. Het beoordelen en
controleren van de werking in combinatie met andere producten, programma’s of diensten, met
uitzondering van die producten, programma’s of diensten die uitdrukkelijk door de producent
worden genoemd, behoort tot de verantwoordelijkheden van de gebruiker.
Lexmark, Lexmark met het diamant-ontwerp, ExecJet en Proprinter zijn handelsmerken van
Lexmark International, Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Personal Printer Series is een handelsmerk van Lexmark International, Inc.
Overige handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve houders.
© Copyright 1993, 2000 Lexmark International, Inc.
Alle rechten voorbehouden.
iii
Inhoud
Inhoud
Hoofdstuk 1: Deze printer .............................................................. 1
Functies ........................................................................................................... 2
Printerbeschrijving ......................................................................................... 7
Testvoorbeeld afdrukken ............................................................................. 10
Printer op de computer aansluiten ............................................................. 14
Windows- en DOS-software installeren ...................................................... 17
Hoofdstuk 2: Bedieningspaneel ................................................... 21
Lagen van het bedieningspaneel ................................................................ 22
Printer on- of offline zetten ........................................................................ 31
Papier vooruitschuiven ................................................................................. 31
Tear Off (Afscheuren) .................................................................................. 32
Load/Unload (Laden/Ontladen) ................................................................... 32
Bedieningspaneel vergrendelen/ontgrendelen .......................................... 33
Tractor-modus selecteren ............................................................................ 33
Lettertype selecteren of vergrendelen ....................................................... 34
Pitch selecteren of vergrendelen ................................................................. 35
Hoofdstuk 3: Tractorposities wijzigen ........................................ 37
Tractorlader in duwpositie .......................................................................... 38
Tractorlader in trekpositie ........................................................................... 39
Van duwpositie naar trekpositie ................................................................. 40
Van trekpositie naar duwpositie ................................................................. 44
Hoofdstuk 4: Papier laden ............................................................ 47
Formulierdiktehendel instellen ................................................................... 48
Kettingformulieren laden ............................................................................ 50
iv
Inhoud
Formulieren met losse vellen of enveloppen laden .................................. 76
Linkermarge uitlijnen .................................................................................. 81
Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel instellen) ................................... 86
Afscheurrand gebruiken ............................................................................. 93
Hoofdstuk 5: Modus Setup (Instellingen) .................................. 95
Printerinstellingen wijzigen in modus Setup (Instellingen) ...................... 95
Opties van het menu Setup (Instellingenmenu) ...................................... 101
Opties in het menu Forms Macro (Formuliermacro) ............................... 103
Opties in het menu Data (Gegevens) ....................................................... 107
Opties in het menu Control (Besturing) ................................................... 109
Opties in het menu Emulation (Emulatie) ............................................... 111
Opties in het menu Interface .................................................................... 113
Hoofdstuk 6: Toebehoren .......................................................... 115
Toebehoren bestellen ............................................................................... 115
Parallelle kabel .......................................................................................... 116
USB-kabel ................................................................................................... 116
Seriële adapter en kabel ........................................................................... 116
Printerlint ................................................................................................... 116
Papierspecificaties ..................................................................................... 117
Hoofdstuk 7: Problemen oplossen en onderhoud ................... 119
Checklist voor veelvoorkomende problemen .......................................... 120
Printertests uitvoeren ............................................................................... 124
Printerstatus controleren .......................................................................... 126
Standaardinstellingen herstellen .............................................................. 129
Bidirectioneel uitlijnen aanpassen ........................................................... 131
Vastgelopen papier verwijderen .............................................................. 134
Problemen .................................................................................................. 136
Onderhoud ................................................................................................. 152
Bijlage: Voorschriften ............................................................................ 155
Index ...................................................................................................... 167
1
Deze printer
Deze printer
De Lexmark Forms Printer 2400 Series is
beschikbaar in de volgende modellen: 9- en 24-draads
narrow-carriage (2480 en 2490) en 9- en 24-draads
wide-carriage (2481 en 2491). Uw printer kan er anders
uitzien dan de printer die wordt afgebeeld in deze
handleiding.
Printermodellen
Carriage-breedte Smal Breed
Losse formulieren
Kettingformulieren
297 mm
254 mm
419 mm
406 mm
1
2
Deze printer
Functies
Printerfuncties zijn afhankelijk van het model
Functie 2480/2481 2490/2491
Afdrukken op meerdere snelheden
FastDft (Snel concept)
10 tekens per inch
(cpi)
12 cpi
438 tekens per
seconde (cps)
510 cps
409 cps
465 cps
Draft (Concept) 309 cps 274 cps
Courier en Gothic 77 cps
(Bijna-corresponden-
tiekwaliteitmodus)
91 cps
(Correspondentie-
kwaliteitmodus)
Prestige, Presentor,
Orator en Script
Niet beschikbaar op
deze modellen.
91 cps
(correspondentie-
kwaliteitmodus)
Tekenafstand
Opmerking:
Fast
Draft (Snel concept)
ondersteunt alleen 10,
12 en 15 pitch.
Biedt naar afdrukken
in 10, 12, 15, 17 en 20
tekens per inch (cpi)
ook proportionele
tekenafstand.
Biedt naar afdrukken
in 10, 12, 15, 17, 20 en
24 tekens per inch
(cpi) ook
proportionele
tekenafstand.
Interne lettertypen
Fast Draft (Snel
concept), Draft
(Concept), Gothic en
Courier
Courier, Prestige,
Gothic, Presentor,
Orator, Script, Draft
(Concept) en Fast
Draft (Snel concept)
3
Deze printer
Afdrukstijlen
Beschikbaar via
printeropdrachten.
Mogelijkheid tot
accentueren:
Verhoogd
Dubbel doorhalen
Verbreed
Benadrukken
Cursief
Doorhalen
Subscript
Superscript
Onderstrepen
Mogelijkheid tot
accentueren:
Verhoogd
Dubbel doorhalen
Verbreed
Benadrukken
Cursief
Doorhalen
Subscript
Superscript
Onderstrepen
Schaduw
Contour
Afbeeldingen
afdrukken
Ondersteunt
bestaande
grafische
software-
toepassingen.
Resolutie van
maximaal
144 x 240 dpi (dots
per square inch).
Resolutie van
maximaal
360 x 360 (dpi).
Meervoudige
formulieren
Drukt het
oorspronkelijke
document in zesvoud
af (zesvoudige
formulieren).
Drukt het
oorspronkelijke
document in viervoud
af (viervoudige
formulieren).
Printerfuncties zijn afhankelijk van het model (vervolg)
Functie 2480/2481 2490/2491
4
Deze printer
Functies
Functies Alle modellen
Bedieningspaneel
Functieknoppen voor
Laden/Ontladen
,
Afscheuren
,
Lettertypen
,
Instellingen
,
Papierverschuiving,
Pitch
en
Macro's
.
De lampjes op het bedieningspaneel
geven de huidige status aan.
Lettertype- en
pitchvergrendeling
Hiermee vergrendelt u de
geselecteerde lettertype- en
pitchinstellingen die u hebt
geselecteerd vanaf het
bedieningspaneel zodat deze niet
vanuit de software kunnen worden
gewijzigd.
Font Lock en Pitch Lock worden
uitgeschakeld wanneer u de printer
uitschakelt
, tenzij u deze instelt als
standaardinstellingen.
Raadpleeg voor meer informatie
"Lettertype selecteren of
vergrendelen" op pagina 34.
Load/Unload
(Laden/Ontladen)
Hiermee laadt en ontlaadt u
kettingpapier.
Macro-functie
Deze printer biedt de mogelijkheid
maximaal 4 unieke
documentindelingen op te slaan
inclusief opties voor tekeninstellingen
(zoals lettertype en pitch) en
papierverwerking (zoals paginahoogte
en marges).
Raadpleeg voor meer informatie over
het instellen van macro's "Opties in
het menu Forms Macro
(Formuliermacro)" op pagina 103.
Losse vellen laden aan
voorkant
Hiermee kunt u afdrukken op losse
vellen en enveloppen.
5
Deze printer
Tear Off (Afscheuren)
Helpt u bij het verwijderen van
afgedrukt kettingpapier bij de
perforatie.
Vermindert de kosten door minder
papier te gebruiken
Instelbare tractor
Met de geïntegreerde tractor kunt u
kettingpapier verwerken zonder
overige opties aan te hoeven schaffen.
U kunt de positie van de tractor
wijzigen zodat deze functioneert als:
Tractorlader in duwpositie
Tractorlader in trekpositie
Bedieningspaneel
gedeeltelijk uitschakelen
Het bedieningspaneel is gedeeltelijk
uitgeschakeld. U kunt alleen de
knoppen
Start/Stop, FormFeed, Tear
Off
en
Load/Unload
gebruiken.
Lintcassette
Bevat de lintcassette.
Printertests
Zelftest (Power-On Self Test)
Testafdruk (Test Print)
Met Test Print bepaalt u of de
printer afdrukproblemen heeft.
Raadpleeg voor het testafdrukken
"Printertests uitvoeren" op
pagina 124.
Demonstratie-afdruk
(Demonstration Print)
Raadpleeg voor meer informatie
"Testvoorbeeld afdrukken" op
pagina 10.
Vak- en lijntekeningen
Hiermee drukt u tabellen, grafieken en
overige afbeeldingen af zoals deze
worden weergegeven op de monitor.
Griekse en wiskundige
symbolen
Hiermee drukt u symbolen af die
worden gebruikt in wiskundige
berekeningen, waaronder subscript en
superscript.
Functies (vervolg)
Functies Alle modellen
6
Deze printer
Codepagina's 437, 437G,
813, 850, 851, 853T, 857,
858, 860, 861, 863, 865,
869, 920, 1004 en 1053.
Deze codepagina's bevatten de tekens
en symbolen die behoren bij
verschillende talen.
Barcodefunctie
De volgende barcodes zijn in de
printer opgeslagen:
3 of 9
Code 128
Interleaved 2 of 5
UPC-A
EAN 8
EAN 13
PostNet
Raadpleeg voor meer informatie over
de barcodefunctie de Technical
Reference (www.lexmark.com) voor
meer informatie.
Softwarecompatibiliteit
Compatibel met alle
softwaretoepassingen met
ondersteuning voor IBM-of
Epson-emulatie.
Compatibel met Okidata
MICROLINE-emulatie (optie moet
zijn geïnstalleerd).
Alleen beschikbaar voor 2480/2481-
printers.
Interface-aansluiting
Hiermee kan de printer worden
aangesloten op alle computers die zijn
uitgerust met een compatibele
interface.
Zowel parallelle als USB-interfaces
behoren tot de standaardmogelijkhe-
den. De interne seriële interface
(RS-232) is optioneel.
Zie voor meer informatie "Printer op
de computer aansluiten" op pagina 14.
Functies (vervolg)
Functies Alle modellen
7
Deze printer
Printerbeschrijving
Formulier-
diktehendel
Papiergeleiders
Klepje voor
lintcassette
Aan/uit-
schakelaar
Klep van de
handmatige
invoer
Hendel voor
papierselectie
Voorklep
Bedieningspaneel
Printeronderdelen en bijbehorende functies
Artikelnummer Functie
Formulierdiktehendel Hiermee kunt u de printkop aanpassen aan de
dikte van de formulieren die worden
afgedrukt.
Klepje voor
lintcassette
Bedekt de lintcassette en interne
printeronderdelen.
Aan/uit-schakelaar Hiermee zet u de printer
aan
en
uit
.
Hendel voor
papierselectie
Hiermee selecteert u de papiersoort:
Los formulier
Kettingformulieren
Voorklep Bedekt de tractorlader in de duwpositie.
Klep van de
handmatige invoer
Trek deze naar beneden om afzonderlijke
losse formulieren en enveloppen te laden.
8
Deze printer
Bedieningspaneel Geeft de printerstatus aan en maakt de
bediening van de printer eenvoudig en
handig.
Papiergeleiders Hiermee lijnt u de marges van een los vel uit.
Printeronderdelen en bijbehorende functies (vervolg)
Artikelnummer Functie
Geluidswerende klep
Vergrendeling
Aansluiting
voor
optionele
seriële
interface
Netsnoerconnector
Tractor 2-
connector
Parallelle
connector
USB-
connector
Vergrendeling
Afscheurrand
9
Deze printer
Printeronderdelen en bijbehorende functies
Artikelnummer Functie
Vergrendelingen Bevestigt het klepje voor de
lintcassette aan de printer.
Geluidswerende klep Vermindert het geluid tijdens het
afdrukken.
Afscheurrand De rand waarop kettingformulieren
worden afgescheurd wanneer
Tea r
Off (Afscheuren)
is ingeschakeld.
Afdekplaatje van
aansluiting voor seriële
interface
Als u het afdekplaatje verwijdert kunt
u een optionele seriële interfacekabel
aansluiten.
Parallelle connector Hierop kunt u de parallelle kabel
aansluiten.
USB-connector Hierop kunt u de USB-kabel
aansluiten.
Tractor 2-connector Zorgt voor stroomtoevoer voor de
optionele Tractor 2-lader.
Netsnoerconnector Hierop kunt u het netsnoer aansluiten.
10
Deze printer
Testvoorbeeld afdrukken
In de volgende stappen wordt beschreven hoe u een
enkel vel papier laadt zodat u een
demonstratievoorbeeld kunt afdrukken. Raadpleeg
voor informatie over het laden van kettingformulieren
"Kettingformulieren laden" op pagina 50.
1 Zet de formulierdiktehendel in stand 1.
2 Zet de printer aan.
Het aan/uit-lampje brandt, het lampje Paper
Out (Papier op) knippert en het lampje van het
huidige standaardlettertype brandt.
Raadpleeg voor meer informatie over de
printerstatus "Printerstatus controleren" op
pagina 126.
11
Deze printer
3 Open de klep van de handmatige invoer.
4 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor formulieren met losse vellen .
5 Schuif de linkerpapiergeleider zover mogelijk
naar rechts.
6 Laad een enkel vel papier aan de voorkant van
de printer en pas de rechterpapiergeleider aan
zodat het papier is uitgelijnd.
Hendel voor
papierselectie
Klep van de
handmatige
invoer
Aan/uit-
schakelaar
12
Deze printer
7 Plaats papier in de printer totdat het lampje
Paper Out (Papier op) niet langer knippert.
Als Auto Cut Sheet Load (Losse vellen
automatisch laden) is ingesteld op On
(Aan), wordt het papier automatisch
geladen tot de Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel).
Als Auto Cut Sheet Load (Losse vellen
automatisch laden) is ingesteld op Off (Uit),
drukt u op FormFeed (Papierdoorvoer).
Linkerpapier-
geleider
Rechterpapier-
geleider
13
Deze printer
8 Zet de printer uit.
9 Houd Font (Lettertype) ingedrukt terwijl u de
printer aan zet.
Houd Font (Lettertype) ingedrukt totdat alle
lampjes op het bedieningspaneel knipperen.
10 Laat de knop Font (Lettertype) los.
Het aan/uit-lampje en het lampje Ready
(Gereed) blijven branden en de
demonstratiepagina wordt afgedrukt.
Power Ready Tractor2 Paper
out
Start/Stop LineFeed FormFeed
Tear Off Load/Unload Tractor
Font
Lock
FastDft
DraftGothic
Courier
Prestige
Presentor
Orator
Script
14
Deze printer
Printer op de computer aansluiten
Deze kabels worden niet bij de printer geleverd.
Raadpleeg voor bestelinformatie "Toebehoren" op
pagina 115.
Raadpleeg als u een parallelle kabel
gebruikt "Parallelle kabel aansluiten" op
pagina 14.
Raadpleeg als u een USB-kabel gebruikt
"USB-kabel aansluiten" op pagina 16.
Raadpleeg als u een optionele seriële
interface gebruikt "Seriële kabel
aansluiten" op pagina 17.
Parallelle kabel aansluiten
1 Zet de printer en de computer uit.
2 Sluit de parallelle kabel aan op de achterkant
van de printer.
Deze kabel wordt niet bij de printer geleverd.
Gebruik een IEEE-1284-compatibele kabel zoals
Lexmark artikelnummer 1329605 (3 meter) of
1427498 (6 meter).
Opmerking:
U hoeft geen aardingsdraad aan de
computer te bevestigen.
15
Deze printer
3 Bevestig de klemdraden aan de parallelle kabel
zoals weergegeven.
4 Sluit het andere uiteinde van de parallelle kabel
aan op de computer.
5 Zet de printer en de computer aan.
6 Ga door met "Windows- en DOS-software
installeren" op pagina 17.
16
Deze printer
USB-kabel aansluiten
1 Zet de printer en de computer uit.
2 Sluit de USB-kabel aan op de achterkant van de
printer.
Deze kabel wordt niet bij de printer geleverd.
Bestel de Lexmark USB-kabel met
artikelnummer 12A2405.
3 Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan
op de computer.
4 Zet de printer en de computer aan.
5 Ga door met "Windows- en DOS-software
installeren" op pagina 17.
17
Deze printer
Seriële kabel aansluiten
Raadpleeg voor installatie- en aansluitingsinstructies de
handleiding van de optionele seriële interface.
Windows- en DOS-software installeren
Windows-toepassingen
Als u een Windows-programma gebruikt, kunt u het
printerstuurprogramma voor de Windows Forms
Printer 2400 Series gebruikten, Deze is beschikbaar
vanaf de Lexmark weblocatie op www.lexmark.com.
Opmerking:
Instructies voor de installatie van
de stuurprogramma's vindt u in het
bestand readme.1st. Dit bestand
maakt deel uit van het
downloadpakket.
18
Deze printer
DOS-toepassingen
Volg de instructies die bij de DOS-toepassing
zijn geleverd voor informatie over
printerstuurprogramma's die u bij het specifieke
programma kunt gebruiken. In de meeste programma's
kunt u het type printer dat u gebruikt opgeven zodat
het programma alle functies van de printer ten volle
kan benutten.
IBM-emulatiemodus
Als uw printer gebruikmaakt van IBM-modus
(fabrieksinstellingen), selecteert u een printer in de
toepassing in de volgende voorkeursvolgorde.
Voor gebruikers van Lexmark
Forms Printer
2480/2481:
1 Forms Printer 2480/2481
2 Forms Printer 2380/2381 plus
3 2380 plus/2381 plus
4 2380/2381 IBM Personal Printer Series II
5 4201/4202 IBM Proprinter III
6 4201/4202 IBM Proprinter II
7 IBM ExecJet Printer Model 4072
Voor gebruikers van Lexmark Forms Printer
2490/2491:
1 Forms Printer 2490/2491
2 Forms Printer 2390 plus/2391 plus
3 2390 plus/2391 plus
4 2390/2391 IBM Personal Printer Series II
5 4212 IBM Proprinter 24P
6 2390 IBM PS/1 Printer
7 4207/4208 Proprinter X24/XL24
8 IBM ExecJet Printer Model 4072
9 2205 IBM PS/1 Printer
19
Deze printer
Als u in de toepassing geen van deze printers kunt
selecteren, is het mogelijk nodig dat u de printer instelt
op Epson-emulatiemodus.
Het printerstuurprogramma dat u selecteert in de
toepassing moet overeenkomen met de
emulatiemodus die u selecteert voor de printer. Overige
printerstuurprogramma's ondersteunen de meeste,
maar niet alle, mogelijkheden van de printer.
Raadpleeg "Opties in het menu Emulation (Emulatie)"
op pagina 111 voor meer informatie.
Epson-emulatiemodus
Als uw Forms printer gebruikmaakt van Epson-modus,
selecteert u een printer in de toepassing in de volgende
voorkeursvolgorde.
Voor gebruikers van Forms Printer 2480/2481:
1 Epson FX850
2 Epson FX1050
Voor gebruikers van Forms Printer 2490/2491:
1 Epson LQ850
2 LQ1050
Raadpleeg "Opties in het menu Emulation (Emulatie)"
op pagina 111 voor meer informatie.
Okidata MICROLINE-emulatiemodus
Als uw Forms printer uit de 2480/2481 Series is uitgerust
met de optie voor Okidata MICROLINE-emulatie,
selecteert u een printer in de toepassing in de volgende
voorkeursvolgorde.
1 Oki 320/321 Turbo
2 Oki 320/321
20
Deze printer
21
Bedieningspaneel
Bedieningspaneel
Vanaf het bedieningspaneel kunt u basistaken
uitvoeren zoals het invoeren van formulieren, de
printer offline zetten en standaardinstellingen instellen
in de modus Setup (Instellingen).
2
22
Bedieningspaneel
Lagen van het bedieningspaneel
Het bedieningspaneel heeft twee lagen met
verschillende functies.
Laag 1, de klep van het bedieningspaneel is
dan gesloten, bevat basisfuncties zoals
LineFeed (Regeldoorvoer), FormFeed
(Papierdoorvoer) en Tear Off (Afscheuren).
U kunt ook de printer on- of offline zetten.
Laag 2, de klep van het bedieningspaneel
is geopend, bevat geavanceerde functiona-
liteit. In Laag 2 selecteert u macro's en
wijzigt u printermenuinstellingen zoals de
Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel).
2480/2481-bedieningspaneel
FastDraft
Draft
Gothic
Courier
Power Ready Tractor2 Paper
out
Start/Stop LineFeed FormFeed
Tear Off Load/Unload Tractor
Font
Lock
Power
Set TOF LineFeed Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Lock
12
15
17
20
PS
1
23
4
Macro
10
Laag 1
Laag 2
Set TOF
23
Bedieningspaneel
2490/2491-bedieningspaneel
Courier
Prestige
Gothic
Presentor
Power Ready Tractor2 Paper
out
Start/Stop LineFeed FormFeed
Tear Off Load/Unload Tractor
Font
Lock
Power
Set TOF LineFeed Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Lock
12
15
17
20
24
12
34
Macro
10
PS
Orator
Script
Draft
FastDft
Laag 1
Laag 2
Set TOF
24
Bedieningspaneel
Knoppen op het bedieningspaneel
Met de knoppen op het bedieningspaneel kunt u
printertaken uitvoeren en printerinstellingen wijzigen.
Knoppen in laag 1 van het bedieningspaneel
Knop: Functie
Start/Stop
Printer schakelen tussen online (lampje Ready (Gereed)
brandt
) en offline (lampje Ready (Gereed)
brandt niet
).
Opmerking:
De printer moet online staan om gegevens
te kunnen ontvangen.
LineFeed
(Regeldoorvoer)
Papier een regel vooruitschuiven.
Als u op de knop
LineFeed (Regeldoorvoer)
drukt en
deze ingedrukt houdt, schuift het papier eerst 5 kleine
stappen vooruit en schuift het vervolgens automatisch
door.
FormFeed
(Papierdoorvoer)
Papier tot de volgende Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) vooruitschuiven.
Tear Off (Afscheuren)
Papier tussen Tear Off (Afscheuren) en de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) schakelen.
Load/Unload
(Laden/Ontladen)
Papier tot de huidige Top-Of-form (Positie eerste
afdrukregel) laden of papier tot de geparkeerde positie
ontladen.
Tractor
Schakelen tussen Tractor 1 en Tractor 2 als de optionele
Tractor 2 is geïnstalleerd.
25
Bedieningspaneel
Font (Lettertype)
Opmerkingen:
Als u meerdere malen
op de knop
Font
(Lettertype)
drukt
worden de
verschillende letterty-
pemogelijkheden van
de printer
weergegeven. Als u
op de knop
Font
(Lettertype)
blijft
drukken en de
verschillende
lettertypen worden
een tweede keer
weergegeven,
vergrendelt u hiermee
de lettertypeselecties.
Deze instelling gaat
verloren als de printer
uit
en vervolgens weer
aan
wordt gezet.
Een van de volgende interne
tekenstijlen selecteren:
2480/2481
FastDft (Snel concept)
Draft (Concept)
Gothic
Courier
2490/2491
Courier
Prestige
Gothic
Presentor
Orator
Script
Draft (Concept)
FastDft (Snel
concept)
Opmerking:
Bepaalde functies werken mogelijk niet wanneer gegevens worden
verwerkt en de printer online is (lampje Ready (Gereed)
brandt
).
Knoppen in laag 1 van het bedieningspaneel (vervolg)
Knop: Functie
26
Bedieningspaneel
Knoppen in laag 2 van het bedieningspaneel
Knop: Functie
Set TOF
Set Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel instellen).
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) is de positie op de pagina
waar de eerste regel wordt afgedrukt.
LineFeed
(Regeldoorvoer)
Papier een regel vooruitschuiven.
Als u op de knop
LineFeed
(Regeldoorvoer)
drukt en deze
ingedrukt houdt, schuift het papier
eerst 5 kleine stappen vooruit en
schuift het vervolgens automatisch
door.
Macro
Documentindeling selecteren (vier
opties).
Raadpleeg voor meer informatie
"Opties in het menu Forms Macro
(Formuliermacro)" op pagina 103.
Micro
Papier naar boven laden:
In stappen van 1/72 (2480/2481-
modellen)
In stappen van 1/90 inch
(2490/2491-modellen)
Als u op de knop
Micro
drukt en
deze ingedrukt houdt, schuift het
papier eerst in zeer kleine stappen
vooruit en schuift het vervolgens
automatisch door.
Gebruik
Micro
om de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) aan te
passen.
27
Bedieningspaneel
Micro
Papier naar beneden laden:
In stappen van 1/72 (2480/2481-
modellen)
In stappen van 1/90 inch
(2490/2491-modellen)
Als u op de knop
Micro
drukt en
deze ingedrukt houdt, schuift het
papier eerst in zeer kleine stappen
vooruit en schuift het vervolgens
automatisch door.
Gebruik
Micro
om de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) aan te
passen.
Setup (Instellingen)
Hierin kunt u de standaardwaarden en
-modi voor bediening van de printer
wijzigen.
Knoppen in laag 2 van het bedieningspaneel (vervolg)
Knop: Functie
28
Bedieningspaneel
Pitch
Opmerkingen:
Als u meerdere
malen op de knop
Pitch
drukt, worden
de verschillende
pitchmogelijkheden
van de printer
weergegeven. Als u
op de knop
Pitch
blijft drukken en de
verschillende
lettertypen een
tweede keer worden
weergegeven,
vergrendelt u
hiermee de
pitchselecties.
Deze instelling gaat
verloren als de
printer
uit
en
vervolgens weer
aan
wordt gezet.
U kunt de tekenpitch instellen op: 10,
12, 15, 17, 20 cpi of proportionele
tekenafstand.
Opmerkingen:
Op de 2490/2491-modellen kunt u
ook 24 cpi selecteren.
Fast Draft (Snel concept)
ondersteunt alleen 10, 12 en 15
pitch.
Opmerking:
Bepaalde functies werken mogelijk niet wanneer
gegevens worden verwerkt en de printer online is (lampje Ready
(Gereed)
brandt
).
Knoppen in laag 2 van het bedieningspaneel (vervolg)
Knop: Functie
29
Bedieningspaneel
Lampjes op het bedieningspaneel
In de volgende tabel wordt de betekenis van de
verschillende lampjes op het bedieningspaneel
uitgelegd.
Lampjes in laag 1 van het bedieningspaneel
Lampje
Status van
lampje
Betekenis
Power
(Aan/uit)
Aan
De printer is
aan
.
Ready
(Gereed)
Aan
De printer is online en gereed om af
te drukken.
Knippert De printer is bezig met het
ontvangen van gegevens.
Uit
De printer is offline.
Tractor 2 Aan
Tractor 2 is geactiveerd. (De
optionele Tractor 2-lader moet zijn
geïnstalleerd.)
Paper Out
(Papier op)
Uit
Papier is geladen in de printer.
Knippert Het papier is op.
Aan
Er is een printerfout opgetreden.
Hangslot Aan
Het bedieningspaneel is gedeeltelijk
uitgeschakeld. U kunt alleen de
knoppen
Start/Stop, FormFeed,
Tea r O ff
en
Load/Unload
gebruiken. Raadpleeg voor meer
informatie "Bedieningspaneel
vergrendelen/ontgrendelen" op
pagina 33.
Font
(Lettertype)
Aan
U (of de toepassing waarmee u
werkt) hebt een van de interne
lettertypen van de printer
geselecteerd.
Uit
Als geen van de lettertypelampjes
brandt, is een geladen lettertype
geselecteerd.
30
Bedieningspaneel
Font Lock
(Lettertype-
vergrende-
ling)
Aan
Font Lock is actief en voorkomt dat
de toepassing het lettertype wijzigt
dat u hebt geselecteerd vanaf het
bedieningspaneel. Raadpleeg voor
meer informatie "Lettertype
selecteren of vergrendelen" op
pagina 34.
Lampjes in laag 2 van het bedieningspaneel
Lampje
Status van
lampje
Betekenis
Macro Aan
De opgegeven macro-functie is
geactiveerd. Raadpleeg voor meer
informatie "Opties in het menu
Forms Macro (Formuliermacro)" op
pagina 103.
Uit
Er wordt geen macro gebruikt of
macro's zijn uitgeschakeld in het
Instellingemenu.
Pitch Aan
U (of de toepassing waarmee u
werkt) hebt een van de
standaardpitches van de printer
geselecteerd.
Pitch Lock
(Pitchver-
grendeling)
Aan
Pitch Lock is actief en voorkomt dat
de toepassing de pitch wijzigt die u
hebt geselecteerd vanaf het
bedieningspaneel. Raadpleeg voor
meer informatie "Pitch selecteren of
vergrendelen" op pagina 35.
Lampjes in laag 1 van het bedieningspaneel (vervolg)
Lampje
Status van
lampje
Betekenis
31
Bedieningspaneel
Printer on- of offline zetten
De printer moet online staan om gegevens te kunnen
ontvangen.
U zet de printer als volgt:
online: Druk op Start/Stop totdat het
lampje Ready (Gereed) brandt.
Als er geen papier is geladen, knippert het
lampje Paper Out (Papier op). Wanneer de
printer online is, is deze gereed is om
afdruktaken te ontvangen.
offline: Druk op Start/Stop totdat het
lampje Ready (Gereed) niet meer brandt.
De printer voltooit de huidige regel en stopt
met afdrukken. U kunt het afdrukken
hervatten door op Start/Stop te drukken
totdat het lampje Ready (Gereed) brandt.
Papier vooruitschuiven
U kunt vanaf het bedieningspaneel het papier
vooruitschuiven wanneer de printer niet afdrukt.
Druk op LineFeed (Regeldoorvoer) om
het papier een regel vooruit te schuiven.
Druk op FormFeed (Papierdoorvoer) om
het papier naar de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) op de volgende pagina
te schuiven of om het losse formulier uit te
werpen.
Vanaf de afscheurrand:
Druk op LineFeed (Regeldoorvoer) om
het papier een regel per keer vooruit te
schuiven.
Druk Tear Off (Afscheuren) om het papier
door te schuiven tot de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel).
32
Bedieningspaneel
Tear Off (Afscheuren)
Tear Off (Afscheuren)
werkt alleen als de tractorlader
in de duwpositie staat.
Opmerking:
De functie Tear Off (Afscheuren)
werkt alleen juist als de juiste
paginahoogte is ingesteld in het
menu Setup (Instellingen) of in de
toepassing.
Met de functie Tear Off (Afscheuren) wordt de
perforatie van een kettingformulier naar
afscheurrandpositie geschoven. U kunt
Tear Off
(Afscheuren)
zo instellen dat een kettingformulier
automatisch naar de afscheurpositie wordt geschoven.
Auto Tear Off (Auto-afscheuren) is dan ingesteld op
Aan
of op
One Second (Een seconde)
). U kunt
kettingformulieren ook handmatig naar de
afscheurpositie doorschuiven (Auto Tear Off is in dit
geval ingesteld op
Off (Uit)
). Raadpleeg voor meer
informatie "Tear Off-positie (afscheurpositie) instellen"
op pagina 93.
Load/Unload (Laden/Ontladen)
Load/Unload
werkt alleen als de tractorlader in de
duwpositie staat. Raadpleeg voor meer informatie
"Tractorposities wijzigen" op pagina 37.
Met de functie
Load/Unload (Laden/Ontladen)
kunt
u kettingformulieren ontladen uit de printer terwijl u
op losse formulieren of enveloppen afdrukt. U kunt
met deze functie ook kettingformulieren in de printer
laden wanneer de papierbaan vrij is. Raadpleeg voor
meer informatie "Kettingformulieren laden" op
pagina 50.
33
Bedieningspaneel
Bedieningspaneel vergrendelen/ontgrendelen
U kunt het bedieningspaneel vergrendelen. U kunt dan
alleen de knoppen
Start/Stop
,
FormFeed
,
Te a r O ff
en
Load/Unload
gebruiken. Wanneer het
bedieningspaneel is vergrendeld,
brandt
het
hangslotlampje.
1 Zet de printer uit.
2 Druk op Load/Unload (Laden/Ontladen) en
Tractor, houdt beide knoppen ingedrukt en zet
vervolgens de printer aan.
Als u het bedieningspaneel wilt ontgrendelen, herhaalt
u stap 1 en 2.
Tractor-modus selecteren
Als u de optionele Tractor 2-lader hebt geïnstalleerd,
kunt u op
Tractor
drukken om te schakelen tussen de
normale tractorlader en de Tractor 2-lader. Het Tractor
2-lampje
brandt
wanneer de Tractor 2-lader is
geselecteerd.
Opmerking:
Scheur voordat u schakelt tussen
tractorladers eventueel ongebruikt
papier af.
34
Bedieningspaneel
Lettertype selecteren of vergrendelen
1 Druk meerdere malen op Font (Lettertype)
totdat het lettertypelampje naast de gewenste
selectie brandt.
2 U kunt een lettertype vergrendelen, zodat een
toepassing de lettertypeselectie niet kan
wijzigen. Hiervoor drukt u u meerdere malen
op Font (Lettertype) totdat het
lettertypevergrendelinglampje brandt en het
gewenste lettertype is geselecteerd.
Het lettertype is vergrendeld totdat de printer
wordt uitgeschakeld.
3 U kunt de lettertypevergrendeling uitschakelen
door meerdere malen op Font te drukken
totdat het lettertypevergrendelinglampje niet
meer brandt en het gewenste lettertype is
geselecteerd.
Als de printer offline is, drukt u op Start/Stop.
Als het lampje Ready (Gereed) brandt, kunt u
afdrukken.
FastDraft
Draft
Gothic
Courier
Power Ready Tractor2 Paper
out
Start/Stop LineFeed FormFeed
Tear Off Load/Unload Tractor
Font
Lock
Laag 1
35
Bedieningspaneel
4 Raadpleeg voor informatie over het instellen
van een Lettertype en hoe u Font Lock instelt
als standaardinstelling in het menu Setup
(Instellingen) "Printerinstellingen wijzigen in
modus Setup (Instellingen)" op pagina 95.
Pitch selecteren of vergrendelen
1 Open als u een pitch wilt selecteren de klep van
het bedieningspaneel zodat laag 2 zichtbaar
wordt.
2 Druk meerdere malen op Pitch totdat het
pitchlampje naast de gewenste selectie brandt.
3 U kunt een pitch vergrendelen, zodat een
toepassing de pitchselectie niet kan wijzigen.
Hiervoor drukt u u meerdere malen op Pitch
totdat het pitchvergrendelinglampje brandt en
de gewenste pitch is geselecteerd.
De pitch is vergrendeld totdat de printer wordt
uitgeschakeld.
Power
Set TOF LineFeed Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Lock
10
12
15
17
20
PS
1
234
Macro
Laag 2
36
Bedieningspaneel
4 U kunt de pitchvergrendeling uitschakelen door
meerdere malen op Pitch te drukken totdat
het pitchvergrendelinglampje niet meer
brandt en de gewenste pitch is geselecteerd.
5 Sluit het bedieningspaneel.
Als de printer offline is, drukt u op Start/Stop.
Als het lampje Ready (Gereed) brandt, kunt u
afdrukken.
6 Raadpleeg voor informatie over het instellen
van een Pitch en hoe u Pitch Lock instelt als
standaardinstelling in het menu Setup
(Instellingen) "Printerinstellingen wijzigen in
modus Setup (Instellingen)" op pagina 95.
37
Tractorposities
Tractorposities wijzigen
In dit hoofdstuk wordt kort aandacht besteed aan hoe
de positie van de tractorlader wordt gewijzigd. Dit is
een tractorlader.
U kunt de tractorlader in de duwpositie of in de
trekpositie plaatsen. Zie Papierbanen voor
duwpositie op pagina 51 voor een afbeelding van de
beschikbare tractorladerposities en papierbanen.
Pen
Tractorvergrendeling
links
Tractorklep-
vergrende-
ling links
Tractorklep
links
Rubberen
tractorstop
3
38
Tractorposities
Tractorlader in duwpositie
De printer wordt standaard geleverd met de
tractorlader in de duwpositie aan de voorkant van het
aparaat.
In deze positie kunt u afgedrukt papier gemakkelijk
losscheuren.
Voorklep
Tractorlader in
duwpositie
39
Tractorposities
Tractorlader in trekpositie
Als de tractorlader op de printer is geïnstalleerd, wordt
het papier beneden aan de voorkant van het apparaat
ingevoerd en vervolgens de printer ingetrokken.
Tractorlader in
trekpositie
Voorklep
40
Tractorposities
Van duwpositie naar trekpositie
Tractorlader uit duwpositie
verwijderen
1 Zorg dat er geen afdrukmateriaal is geladen in
de printer.
2 Klap de voorklep naar boven zodat deze niet in
de weg zit.
Voorklep
Voorklep
41
Tractorposities
3 Druk de hendels van de
tractorladervergrendeling omlaag en trek de
tractorlader uit de printer.
Tractorlader
42
Tractorposities
Tractorlader in trekpositie plaatsen
1 Verwijder het klepje voor de toegangscassette.
2 Draai de tractorlader zo dat u de
tractorvergrendeling aan de voorkant van de
lader ziet.
3 Plaats de tractorlader tegen de geleiders aan de
schuinaflopende achterkant van de printer.
43
Tractorposities
4 U schuift als volgt de tractorlader in de printer:
a Druk de hendels van de
tractorvergrendeling omlaag en duw de
tractorlader zo ver mogelijk in de printer.
b Houd de hendels omlaag gedrukt en kantel
de tractorlader vervolgens naar de voorkant
van de printer zodat de uiteinden van de
vergrendeling om de stiftjes aan de
printerkast worden gehaakt.
c Laat de hendels van de tractorvergrendeling
los. De tractorlader bevindt zich in een hoek
van 45° ten opzichte van de printerkast.
Vergrendelingshaakje
tractorlader
44
Tractorposities
Van trekpositie naar duwpositie
1 Zet de printer uit.
2 Zorg dat er geen afdrukmateriaal is geladen in
de printer.
3 Druk de hendels van de tractorvergrendeling
omlaag en trek de tractorlader uit de printer.
4 Klap de voorklep naar boven zodat deze niet in
de weg zit.
45
Tractorposities
5 Zorg dat de hendel voor papierselectie in de
positie voor kettingformulieren staat.
6 Houd de vergrendelingshendels omlaag en
plaats de beide haakjes om de stiftjes in de
printer.
7 Laat de hendels van de tractorvergrendeling
los.
8 Sluit de voorklep.
46
Tractorposities
47
Papier laden
Papier laden
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe een formulier
met losse vellen, kettingformulieren, etiketten en een
envelop in de printer worden geladen.
Kettingformulieren Formulier met losse vellen
Envelop Etiketten
4
48
Papier laden
Formulierdiktehendel instellen
Met de formulierdiktehendel stelt u de papierdikte in
van de verschillende formulieren waarop kan worden
afgedrukt. Raadpleeg de onderstaande tabel bij het
instellen van deze hendel.
Formulierdikte voor 2480/2481
Papiersoort Papierdikte Papiergewicht
Instelling
formulierdiktehendel
Enkelvoudige
formulieren (los
of ketting)
Dun 56 g/m²
65 g/m²
1
Opmerkingen:
De afdrukkwaliteit is afhankelijk van de papierkwaliteit en de werkomgeving.
Afdrukken bij lage temperaturen kan leiden tot verminderde afdrukkwaliteit. Hierbij
speelt de papierkwaliteit ook een rol.
Bij instelling 4 of hoger neemt de afdruksnelheid af.
49
Papier laden
Enkelvoudige
formulieren (los
of ketting)
Normaal 68 g/m²
75 g/m²
1 of 2
Dik 90 g/m² 2
Meervoudige formulieren 2-voudig formulier 2 of 3
3-voudig formulier 3 of 4
4-voudig formulier 4 of 5
5-voudig formulier 5 of 6
6-voudig formulier 5, 6 of 7
Enveloppen 4, 5 of 6
Formulierdikte voor 2480/2481 (vervolg)
Papiersoort Papierdikte Papiergewicht
Instelling
formulierdiktehendel
Opmerkingen:
De afdrukkwaliteit is afhankelijk van de papierkwaliteit en de werkomgeving.
Afdrukken bij lage temperaturen kan leiden tot verminderde afdrukkwaliteit. Hierbij
speelt de papierkwaliteit ook een rol.
Bij instelling 4 of hoger neemt de afdruksnelheid af.
50
Papier laden
Kettingformulieren laden
Afhankelijk van of u de tractorlader in de duw- of de
trekpositie hebt geplaatst, kunt u kettingformulieren
volgens vier verschillende papierbanen in de printer
voeren.
Opmerking:
Als u een optionele Automatische
papierlader of een Tractor 2-lader
hebt geïnstalleerd, raadpleeg voor
het laden van papier dan de
documentatie die bij deze
optionele papierladers is geleverd.
Formulierdikte voor 2490/2491
Papiersoort Papierdikte Papiergewicht
Instelling
formulierdiktehendel
Enkelvoudige
formulieren (los
of ketting)
Dun 56 g/m²
65 g/m²
1
Enkelvoudige
formulieren (los of
ketting)
Normaal 68 g/m²
75 g/m²
1 of 2
Dik 90 g/m² 2
Meervoudige formulieren 2-voudig formulier 2 of 3
3-voudig formulier 3 of 4
4-voudig formulier 4, 5, 6 of 7
Enveloppen 4, 5 of 6
Opmerking:
De afdrukkwaliteit is afhankelijk van de papierkwaliteit en de
werkomgeving. Afdrukken bij lage temperaturen kan leiden tot verminderde
afdrukkwaliteit. Hierbij speelt de papierkwaliteit ook een rol.
51
Papier laden
Papierbanen voor duwpositie
In deze voorbeelden duwt de tractorlader het papier
vanaf de voorkant of de achterkant in de printer.
Papierbanen voor trekpositie
In deze voorbeelden trekt de tractorlader het papier
vanaf de voorkant of de onderkant de printer in.
Duwpositie tractorlader
Papier laden aan voorkant
Papier laden aan achterkant
Tractorlader
Tractorlader
Trekpositie tractorlader
Papier laden aan voorkant
Papier laden
aan onderkant
Tractorlader
Tractorlader
52
Papier laden
Kettingformulieren laden met de
tractorlader in duwpositie
De tractorlader wordt in de fabriek standaard in de
duwpositie geïnstalleerd. Zie "Van trekpositie naar
duwpositie" op pagina 44 als u de tractorlader niet in
deze positie aantreft.
1 Zet de printer aan.
2 Controleer of de papierbaan vrij is.
Als er een los formulier of een envelop in de
printer is geladen, verwijder deze dan door op
FormFeed (Papierdoorvoer) te drukken.
53
Papier laden
3 Zet de formulierdiktehendel in een geschikte
stand.
Raadpleeg "Formulierdiktehendel instellen" op
pagina 48.
54
Papier laden
4 Klap de voorklep naar boven zodat deze niet in
de weg zit.
5 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor kettingformulieren .
Voorklep
Voorklep
55
Papier laden
6 Trek de grendels voor de linker- en de
rechtertractor omhoog zodat deze worden
ontgrendeld.
Tractorver-
grendeling
56
Papier laden
7 Open de linker- en de rechtertractorklep.
8 Plaats de tweede en derde pen van de
tractorlader in de geleidegaatjes van het
papier.
Verschuif zonodig een van de tractors als deze
te ver uit elkaar staan voor het papier.
Houd de linkertractor links van de rubberen
tractorstop zodat het papier in het
papiersensorgebied blijft.
9 Sluit de linker- en de rechtertractorklep.
57
Papier laden
10 Stel de linkermarge in.
Verschuif de tractor zo dat de linkermarge op
het papier is uitgelijnd met het symbool [A dat
op de achterplaat is aangebracht. Zie
"Linkermarge uitlijnen" op pagina 81 voor hulp
hierbij.
De afstand tussen het symbool
[A
en de linkerrand van het
papier bepaalt de linkermarge.
Margegeleider
afdrukken begint
bij het symbool
[A
.
58
Papier laden
11 Druk de vergrendeling van de linkertractor
omlaag zodat de tractor wordt vastgezet.
12 Trek het papier strak en vergrendel de
rechtertractor.
59
Papier laden
13 Sluit de voorklep.
14 Druk op Load/Unload (Laden/Ontladen).
Het papier wordt geladen tot de bovenkant van
het eerste formulier.
15 Druk op Start/Stop om de printer online te
zetten.
Als Auto Tear Off (Auto-afscheuren) op On
(Aan) of One second (Een seconde) is
ingesteld, verplaatst de printer het papier naar
de afscheurrand.
Opmerking:
Als u kettingformulieren afdrukt
met de tractorlader in duwpositie,
kan het zijn dat de regelafstand in
de eerste 3,8 cm van het eerste
formulier niet gelijk is.
Voorklep
60
Papier laden
Kettingformulieren aan de voorkant
laden met de tractorlader in
duwpositie
Zorg dat de tractorlader in de trekpositie staat. Zie
"Van duwpositie naar trekpositie" op pagina 40 als u
de tractorlader niet in deze positie aantreft.
1 Zet de printer aan.
2 Controleer of de papierbaan vrij is.
Als er een los formulier of een envelop in de
printer is geladen, verwijdert u deze door op
FormFeed (Papierdoorvoer) te drukken.
61
Papier laden
3 Zet de formulierdiktehendel in stand 7 bij het
laden van het papier.
62
Papier laden
4 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor kettingformulieren .
5 Verwijder het klepje voor de lintcassette.
6 Trek de grendels voor de linker- en de
rechtertractor omhoog zodat deze worden
ontgrendeld.
Klepje voor
lintcassette
Hendel voor
papierselectie
Tractorvergrendeling
63
Papier laden
7 Open de linker- en de rechtertractorklep.
64
Papier laden
8 Klap de voorklep naar boven zodat deze niet in
de weg zit.
Voorklep
Voorklep
65
Papier laden
9 Plaats papier tussen de metalen en plastic
platen aan de voorkant van de printer.
Duw of trek het papier door de papierbaan tot
het de printkop passeert.
66
Papier laden
10 Sluit de voorklep.
11 Plaats het papier zo dat de tractorpennen in de
geleidegaatjes passen.
Verschuif zonodig een van de tractors als deze
te ver uit elkaar staan voor het papier.
Opmerking:
Als het moeite kost om de
rechtertractor aan te passen aan de
papierbreedte, kunt u de rubber
tractorstop uit de vaste positie
rollen. Pas de positie van de tractor
aan aan de papierbreedte, laad het
papier en vergrendel de
rechtertractor. Zie "Tractorposities
wijzigen" op pagina 37 als u wilt
zien waar de rubber tractorstop
zich bevindt.
Voorklep
67
Papier laden
12 Sluit de linker- en de rechtertractorklep.
13 Plaats het klepje voor de lintcassette weer
terug.
14 Stel de linkermarge in.
Verschuif de tractor zo dat de linkermarge op
het papier is uitgelijnd met het symbool [A dat
op het klepje voor de lintcassette is
aangebracht. Zie "Linkermarge uitlijnen" op
pagina 81 voor hulp hierbij.
De afstand tussen het
symbool
[A
en de linkerrand
van het papier bepaalt de
linkermarge.
Margegeleider
afdrukken begint
bij het symbool
[A
.
68
Papier laden
15 Druk de vergrendeling van de linkertractor
omlaag zodat de tractor wordt vastgezet.
16 Trek het papier strak en vergrendel de
rechtertractor.
Opmerking:
Als het moeite kost om de
rechtertractor aan te passen aan de
papierbreedte, kunt u de rubber
tractorstop uit de vaste positie
rollen. Pas de positie van de tractor
aan aan de papierbreedte, laad het
papier en vergrendel de
rechtertractor. Zie "Tractorposities
wijzigen" op pagina 37 als u wilt
zien waar de rubber tractorstop
zich bevindt.
Tractorvergrendeling
69
Papier laden
17 Zet de formulierdiktehendel in een stand die
geschikt is voor de papiersoort die u gebruikt.
Zie "Formulierdiktehendel instellen" op
pagina 48 voor hulp hierbij.
18 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
19 Druk op Micro , Micro ↓, of op LineFeed
(Regeldoorvoer) om het papier te verplaatsen
naar de bovenkant van het formulier dat u als
eerste wilt gebruiken.
Opmerking:
Gebruik het tweede formulier om de uitlijning
van de Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
in te stellen.
Dit doet u door de horizontale regels (op de
platen) uit te lijnen met de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) die u wilt gebruiken. Ga
naar pagina 88 voor een afbeelding hiervan.
20 Druk op Set TOF om de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) in te stellen en op te slaan.
De Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
wordt niet opgeslagen als de printer wordt uit
gezet of wanneer het papier opraakt terwijl de
tractorlader in de trekpositie wordt gebruikt.
21 Zorg dat de printer online staat (lampje Ready
(Gereed) brandt continu).
Indien dit niet het geval is drukt u op
Start/Stop totdat het lampje Ready (Gereed)
continu brandt.
70
Papier laden
Kettingformulieren aan de
onderkant laden met de tractorlader
in trekpositie
Zorg dat de tractorlader in de trekpositie staat. Zie
"Van duwpositie naar trekpositie" op pagina 40 als u
de tractorlader niet in deze positie aantreft.
1 Zet de printer aan.
2 Controleer of de papierbaan vrij is.
Als er een los formulier of een envelop in de
printer is geladen, verwijder deze dan door op
FormFeed (Papierdoorvoer) te drukken.
71
Papier laden
3 Zet de formulierdiktehendel in stand 7 tijdens
het laden van het papier.
72
Papier laden
4 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor kettingformulieren .
5 Verwijder het klepje voor de lintcassette.
6 Trek de grendels voor de linker- en de
rechtertractor omhoog zodat deze worden
ontgrendeld.
Klepje voor
lintcassette
Hendel voor
papierselectie
Tractorvergrendeling
73
Papier laden
7 Open de linker- en de rechtertractorklep.
8 Laad het papier via de sleuf van de onderkant
van de printer.
Duw of trek het papier door de papierbaan tot
het de printkop passeert.
9 Plaats het papier zo dat de tractorpennen in de
geleidegaatjes passen.
Verschuif zonodig een van de tractors als deze
te ver uit elkaar staan voor het papier.
Opmerking:
Als het moeite kost om de
rechtertractor aan te passen aan de
papierbreedte, kunt u de rubber
tractorstop uit de vaste positie
rollen. Pas de positie van de tractor
74
Papier laden
aan aan de papierbreedte, laad het
papier en vergrendel de
rechtertractor. Zie "Tractorposities
wijzigen" op pagina 37 als u wilt
zien waar de rubber tractorstop
zich bevindt.
10 Sluit de linker- en de rechtertractorklep.
11 Plaats het klepje voor de lintcassette weer
terug.
12 Stel de linkermarge in.
Verschuif de tractor zo dat de linkermarge op
het papier is uitgelijnd met het symbool [A dat
op het klepje voor de lintcassette is
aangebracht. Zie "Linkermarge uitlijnen" op
pagina 81 voor hulp hierbij.
De afstand tussen het symbool
[A
en de linkerrand van het
papier bepaalt de linkermarge.
Margegeleider
afdrukken begint bij
het symbool
[A
.
75
Papier laden
13 Druk de vergrendeling van de linkertractor
omlaag zodat de tractor wordt vastgezet.
14 Trek het papier strak en vergrendel de
rechtertractor.
15 Zet de formulierdiktehendel in een stand die
geschikt is voor de papiersoort die u gebruikt.
Zie "Formulierdiktehendel instellen" op
pagina 48 voor hulp hierbij.
76
Papier laden
16 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
17 Druk op LineFeed (Regeldoorvoer), Micro
of op Micro om het papier in de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) te plaatsen.
18 Druk op Set TOF om de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) in te stellen en op te slaan.
De Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
wordt niet opgeslagen als de printer wordt uit
gezet of wanneer het papier opraakt terwijl de
tractorlader in de trekpositie wordt gebruikt.
19 Zorg dat de printer online staat (lampje Ready
(Gereed) brandt continu).
Indien dit niet het geval is drukt u op
Start/Stop totdat het lampje Ready (Gereed)
continu brandt.
Formulieren met losse vellen of enveloppen
laden
Onder losse formulieren worden verstaan een enkel
vel, een envelop of een meervoudig formulier. Zij
worden een voor een in de handmatige papierinvoer
geplaatst.
Opmerking:
Als u een optionele Automatische
papierlader of een Tractor 2-lader
hebt geïnstalleerd, raadpleeg voor
het laden van papier dan de
documentatie die bij deze
optionele papierladers is geleverd.
77
Papier laden
Formulier met losse vellen of
envelop handmatig laden
1 Zet de printer aan.
2 Controleer of de papierbaan vrij is.
3 Als er kettingformulieren zijn geladen, scheurt
u het kettingformulier bij de voorrand af en
drukt u op Load/Unload (Laden/Ontladen)
om de kettingformulieren te parkeren.
Het lampje Paper Out (Papier op) knippert.
4 Zet de formulierdiktehendel in een stand die
geschikt is voor de papiersoort die u gebruikt.
Raadpleeg "Formulierdiktehendel instellen" op
pagina 48 voor meer informatie.
78
Papier laden
5 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor formulieren met losse vellen .
6 Open de klep van de handmatige invoer.
Hendel voor
papierselectie
79
Papier laden
7 Stel de linkermarge in.
Verschuif de linkerpapiergeleider zo dat de
gewenste startpositie voor afdrukken zich op
een lijn bevindt met het symbool [A op de
margegeleider. Zie "Linkermarge uitlijnen" op
pagina 81 voor hulp hierbij.
Margegeleider
afdrukken begint
bij het symbool
[A
.
De afstand tussen de linkerpapiergeleider
en het symbool
[A
bepaalt de breedte van
de linkermarge.
Linkerpapier-
geleider
Papier
80
Papier laden
8 Plaats een formulier met losse vellen of een
envelop tegen de linkerpapiergeleider.
Plaats voorbedrukte formulieren of enveloppen
met de bovenrand eerst en de bedrukte zijde
naar boven.
9 Schuif de rechterpapiergeleider tegen de
rechterrand van het papier.
Linkerpapier-
geleider
Rechterpapier-
geleider
Linkerpapier-
geleider
Rechterpapier-
geleider
Envelop
81
Papier laden
10 Plaats papier in de printer totdat het lampje
Paper Out (Papier op) niet langer knippert.
Als Auto Cut Sheet Load (Losse vellen
automatisch laden) is ingesteld op Aan,
wordt het papier automatisch geladen tot
de Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel).
Als Auto Cut Sheet Load (Losse vellen
automatisch laden) is ingesteld op Off (Uit),
drukt u op FormFeed (Papierdoorvoer).
11 Zorg dat de printer online staat (lampje Ready
(Gereed) brandt continu).
Indien dit niet het geval is, drukt u op
Start/Stop tot het lampje Ready (Gereed)
continu brandt.
Linkermarge uitlijnen
Het is mogelijk om de eerste afdrukpositie bij de
linkermarge handmatig te wijzigen. De eerste
afdrukpositie wordt aangegeven met het symbool
[A
.
U kunt de linkermarge ook instellen vanuit de
toepassing die u gebruikt.
Opmerking:
De linkermarge die u in de
gebruikte toepassing instelt, wordt
toegevoegd aan de linkermarge-
instelling op de printer. Als u
bijvoorbeeld op de printer de
linkermarge instelt op 2,54 cm en
in de toepassing die u gebruikt
stelt u de linkermarge ook in op
2,54 cm, dan begint de printer op
5,08 cm vanaf de linkerrand met
afdrukken.
82
Papier laden
De linkermarge uitlijnen voor
kettingformulieren
Als u de linkermarge voor kettingformulieren wilt
instellen, begint u met vast te stellen waar op de
printer zich het symbool
[A
bevindt. De positie van dit
symbool is afhankelijk van de positie van de
tractorlader.
Tractorlader in duwpositie
Tractorlader in
duwpositie
Tractorver-
grendeling
83
Papier laden
1 Trek de grendels voor de linker- en de
rechtertractor omhoog zodat deze worden
ontgrendeld.
2 Verplaats de linkertractor naar een positie links
of rechts van het symbool [A.
3 Druk de vergrendeling van de linkertractor
omlaag zodat de tractor wordt vastgezet.
Tractorlader in trekpositie
Tractorlader in
trekpositie
Tractorvergrendeling
84
Papier laden
4 Trek het papier strak en vergrendel de
rechtertractor.
Opmerking:
Als het moeite kost om de
rechtertractor aan te passen aan de
papierbreedte, kunt u de rubber
tractorstop uit de vaste positie
rollen. Pas de positie van de tractor
aan aan de papierbreedte, laad het
papier en vergrendel de
rechtertractor. Zie "Tractorposities
wijzigen" op pagina 37 als u wilt
zien waar de rubber tractorstop
zich bevindt.
85
Papier laden
De linkermarge uitlijnen voor een
handmatig geladen formulier met
losse vellen of een envelop
U stelt de linkermarge in voor een envelop of een
formulier met losse vellen door de linkerpapiergeleider
te verplaatsen naar een positie links van het symbool
[A
. Dit symbool bevindt zich boven de
linkerpapiergeleider.
Het is mogelijk dat u de rechterpapiergeleider tegen de
rechterrand van de pagina moet plaatsen.
Linkerpapier-
geleider
Papier
Beginpositie
afdrukken
86
Papier laden
Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel
instellen)
Met Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel) wordt
ingesteld op welke regel met afdrukken wordt
begonnen. Sla via het bedieningspaneel de instellingen
van Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel) voor
kettingformulieren, een formulier met losse vellen en
voor alle ingeschakelde macro's op.
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) instellen voor
kettingpapier met tractorlader in
duwpositie
De Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel) kan
variëren van 2,54 cm boven tot 35,56 cm onder de
bovenkant van het kettingpapier.
Opmerking:
Gebruik deze methode om ook de
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) in te stellen voor
kettingformulieren die zijn
geladen in optionele Tractor 2-
lader.
U stelt als volgt de Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) in en slaat deze op:
1 Verwijder eventueel papier uit de papierbaan.
Als er geen papier is geladen, knippert het
lampje Paper Out (Papier op). Als het lampje
Paper Out (Papier op) niet brandt, scheurt u
de ongebruikte formulieren af en drukt u op
Load/Unload (Laden/Ontladen).
Als er een los formulier is geladen, drukt u op
FormFeed (Papierdoorvoer) om de
papierbaan vrij te maken.
87
Papier laden
2 Zorg dat de hendel voor papierselectie in de
positie voor kettingformulieren staat.
3 Laad kettingpapier op de tractorpennen (of de
invoerpennen van Tractor 2 als u de optionele
Tractor 2-lader gebruikt).
Zie "Kettingformulieren laden met de
tractorlader in duwpositie" op pagina 52 voor
hulp bij het laden van papier.
4 Verwijder het klepje voor de lintcassette.
5 Druk op Load/Unload (Laden/Ontladen).
Het papier wordt geladen tot de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel). Het lampje Paper
Out (Papier op) gaat uit.
6 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
Power
Set TOF LineFeed
Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Lock
10
12
15
17
20
PS
1
23
4
Macro
(Positie eerste
afdrukregel
instellen)
(Regeldoorvoer)
88
Papier laden
7 Lijn de Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
uit met de horizontale lijnen (op de platen)
door op de papierverschuivingsknoppen te
drukken (LineFeed (Regeldoorvoer),
Micro , Micro ).
Zie de afbeelding op pagina 88.
Opmerking:
Als u op een van de
papierverschuivingsknoppen drukt
en deze ingedrukt houdt, schuift
het papier eerst in zeer kleine
stappen vooruit en schuift het
vervolgens automatisch door.
Op de afbeelding wordt de positie van de horizontale
lijnen aan beide zijden op de metalen balk
weergegeven. Gebruik deze lijnen als referentiepunten
om de Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel) uit te
lijnen. De onderkant van afgedrukte tekens zal op een
lijn staan met de horizontale lijnen.
Lijn het papier uit met de
horizontale lijnen op de
metalen balk
Lintcassette
Voorklep
Horizontale
lijn
Papier
Metaal platen
89
Papier laden
8 Druk op Set TOF om de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) in te stellen en op te slaan.
9 Sluit de klep van het bedieningspaneel.
10 Controleer de nieuwe Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) door op Load/Unload
(Laden/Ontladen) te drukken om de
kettingformulieren te ontladen en opnieuw op
Load/Unload (Laden/Ontladen) om de
formulieren opnieuw te laden.
De kettingformulieren worden geladen tot de
huidige Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel).
11 Druk op Start/Stop om de printer online te
zetten.
Opmerking:
Als Auto Tear Off (Auto-
afscheuren) op
Aan
of
One
Second (Een seconde)
staat,
verplaatst de printer het papier
naar de afscheurrand. Door een
afdruktaak te verrichten of door op
Tear Off (Afscheuren)
te drukken
keert de printer terug naar de
huidige Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel)
90
Papier laden
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) instellen voor
kettingpapier met tractorlader in
duwpositie
1 Zet de printer aan.
Als er geen papier is geladen, knippert het
lampje Paper Out (Papier op).
2 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor kettingformulieren .
3 Laad het kettingpapier door de tractorpennen
in de geleidegaatjes te plaatsen. De
tractorlader moet in de trekpositie staan.
Zie "Kettingformulieren aan de voorkant laden
met de tractorlader in duwpositie" op
pagina 60 voor hulp bij het laden van papier.
4 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
5 Druk op LineFeed (Regeldoorvoer), Micro ¦
of op Micro om het papier in de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) te plaatsen.
Opmerking:
Stel de positie eerste formulier
(TOF) in met het tweede vel
kettingpapier.
6 Druk op Set TOF om de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) in te stellen en op te slaan.
7 Sluit de klep van het bedieningspaneel.
Opmerking:
De Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) wordt niet
opgeslagen als de printer wordt
uit
gezet of wanneer het papier
opraakt terwijl de tractorlader in
de trekpositie wordt gebruikt.
8 Druk op Start/Stop om de printer online te
zetten.
91
Papier laden
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) instellen voor een
formulier met losse vellen of een
envelop
De Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel) kan
variëren van 2,54 cm boven tot 55,88 cm onder de
bovenkant van losse formulieren. U stelt als volgt de
Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel) in en slaat
deze op:
1 Verwijder eventueel papier uit de papierbaan.
Als er geen papier is geladen, knippert het
lampje Paper Out (Papier op). Als het lampje
Paper Out (Papier op) niet brandt, scheurt u
de ongebruikte formulieren af en drukt u op
Load/Unload (Laden/Ontladen).
Als er een los formulier is geladen, drukt u op
FormFeed (Papierdoorvoer) om de
papierbaan vrij te maken.
2 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor formulieren met losse vellen .
3 Laad een los vel of een envelop via de klep van
de handmatige invoer.
Zie "Formulier met losse vellen of envelop
handmatig laden" op pagina 77 voor hulp bij
het laden van papier.
De printer schuift het vel papier of de
envelop door naar de huidige Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) als Auto Cut
Sheet is ingesteld op Aan.
Als Auto Cut Sheet is ingesteld op Off (Uit),
drukt u op FormFeed (Papierdoorvoer)
wanneer het lampje Paper Out (Papier op)
uit gaat.
92
Papier laden
4 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
5 Lijn de Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
uit met de horizontale lijnen (op de platen)
door op de papierverschuivingsknoppen te
drukken (LineFeed (Regeldoorvoer),
Micro , Micro ) .
Zie de afbeelding op pagina 88.
Opmerking:
Als u op een van de
papierverschuivingsknoppen drukt
en deze ingedrukt houdt, schuift
het papier eerst in zeer kleine
stappen vooruit en schuift het
vervolgens automatisch door.
6 Druk op Set TOF om de Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) in te stellen en op te slaan.
7 Sluit de klep van het bedieningspaneel.
8 Druk op Start/Stop om de printer online te
zetten.
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) instellen in een macro
Elke macro heeft een afzonderlijke instelling voor
positie eerste afdrukregel. Als u de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) in een macro wilt instellen,
begint u met deze macro te selecteren:
1 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
2 Druk op Macro om de macro te selecteren die u
voor het instellen van een Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) wilt gebruiken.
93
Papier laden
Vervolgens stelt u de Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) in. De procedure voor het instellen van de
Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel) hangt af van
de gebruikte papier- en afdrukmodus. Zie voor hulp:
"Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
instellen voor kettingpapier met
tractorlader in duwpositie" op pagina 86.
"Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
instellen voor kettingpapier met
tractorlader in duwpositie" op pagina 90.
"Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
instellen voor een formulier met losse vellen
of een envelop" op pagina 91.
Afscheurrand gebruiken
Tear Off-positie (afscheurpositie)
instellen
Als Auto Tear Off (Auto-afscheuren) is ingesteld op
On
(Aan)
of op
One Second (Een seconde)
, dan wordt in
de volgende situaties de bovenste perforatierand van
een kettingformulier in de afscheurpositie geplaatst:
De printer is klaar met afdrukken.
Het papier is verplaatst naar de positie
eerste afdrukregel op de volgende pagina.
Nadat de Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) is ingenomen, zijn er geen
gegevens, printerbesturingscodes of escape-
codes naar de printer gezonden.
De afdrukbuffer heeft gedurende een
sconde geen gegevens ontvangen.
94
Papier laden
Volg de onderstaande stappen als u de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) hebt ingesteld en de
afscheurpositie wilt wijzigen:
1 Druk op Stop om de printer offline te zetten.
2 Houd Tear Off (Afscheuren) ingedrukt tot de
printer een geluidssignaal laat horen.
3 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
4 Druk op Micro of Micro om het papier in
de juiste positie op de afscheurrand te plaatsen.
5 Sluit de klep van het bedieningspaneel.
De printer laat tweemaal een pieptoon horen.
Het papier rolt achterwaarts en neemt de
nieuwe afscheurpositie in.
6 Het lampje Ready (Gereed) brandt.
7 Druk op Start/Stop.
Het papier blijft bij de huidige afscheurpositie tot u een
nieuwe afdruktaak naar de printer stuurt. Het papier
gaat van de afscheurpositie naar de Top-Of-Form
(Positie eerste afdrukregel) en de printer begint met
afdrukken.
95
Instellingenmodus
Modus Setup (Instellingen)
De printer is in de fabriek ingesteld op bepaalde
standaardwaarden voor lettertype, pitch,
formulierlengte en overige instellingen
(standaardinstellingen). In dit hoofdstuk wordt
beschreven hoe u deze standaardinstellingen wijzigt en
hoe u macro's en de formulierlengte instelt.
Printerinstellingen wijzigen in modus Setup
(Instellingen)
In deze menugestuurde modus kunt u de printer naar
wens aanpassen aan uw zakelijke behoeften. Eenmaal
in de modus Setup (Instellingen) volgt u de afgedrukte
menupagina om het gedeelte te selecteren dat u wilt
wijzigen.
Opmerking:
Zorg dat er kettingformulieren in
de printer zijn geladen wanneer u
de modus Setup (Instellingen)
gebruikt. Raadpleeg voor hulp
"Kettingformulieren laden" op
pagina 50.
5
96
Instellingenmodus
Modus Setup (Instellingen) openen
1 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
2 Als u op Setup drukt wordt de modus Setup
(Instellingen) geactiveerd en wordt het
hoofdmenu (Main Menu) afgedrukt.
Power
Set TOF LineFeed Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Lock
10
12
15
17
20
PS
123
4
Macro
Power
Set TOF LineFeed Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Lock
12
15
17
20
24
1234
Macro
10
PS
2480/2481 2490/2491
97
Instellingenmodus
3 Druk LineFeed om een overzicht af te drukken
van de beschikbare opties die u kunt wijzigen.
4 Selecteer een van de opties uit het hoofdmenu
(Main Menu) door op de bijbehorende knop te
drukken.
Telkens wanneer u op een knop drukt, wordt
een nieuw menu met nieuwe selecties
afgedrukt.
5 Nadat u al uw selecties hebt gemaakt, drukt de
printer een pagina af met alle wijzigingen.
In het volgende voorbeeld wordt getoond hoe u de
taalinstelling voor de menu's (Menu Language) kunt
wijzigen.
Press
--------
Set TOF
LineFeed
Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
To Select
--------------
Exit and Save Setup
Print All
Forms Macro Options
Data Options
Control Options
Emulation Options
Interface Options
Printer Setup mode - Main Menu
--------------------------------------------------
98
Instellingenmodus
Voorbeeld: Taalinstelling voor
menu's wijzigen
1 Druk terwijl de printer in de modus Setup
(Instellingen) staat op Micro om het menu
Control Options (Besturingsopties) af te
drukken.
2 Druk op Pitch om meer besturingsopties af te
drukken.
3 Druk op Macro als u de taal van het menu
Setup (Instellingen) wilt wijzigen.
4 Druk op de knop van de gewenste taal of druk
op Setup om meer opties voor de menutaal af
te drukken.
Control Options
------------------------
Return to Main Menu
Uni-Dir Printing
Auto Ready Cut Sheet
Paper Out Alarm
Bi-Di Alignment
Demo Print
(More)
Press
--------
Set TOF
LineFeed
Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Current
------------
Off
On
Enabled
Enabled
Control Options
------------------------
Return to Main Menu
Return to previous page
Menu Language
TOF Read
Quiet
Press
--------
Set TOF
LineFeed
Macro
Micro
Micro
Current
------------
English
Enabled
99
Instellingenmodus
5 Druk ter illustratie op Macro om Frans te
selecteren.
De printermenu's worden nu in het Frans
afgedrukt.
6 Druk op Pitch om terug te gaan naar het
hoofdmenu of druk op Set TOF (geen
wijziging) om een menu terug te gaan en een
andere instelling te wijzigen.
Menu Language
-------------------------
To Select
--------------
No Change
English
French
German
Italian
(More)
Return to Main Menu
Press
--------
Set TOF
LineFeed
Macro
Micro
Micro
Setup
Pitch
Manu contrôle
------------------------
Retour menu principal
Revenir à la page
précédente
Menu langue
Lecture haut de page
Silence
Appuyez sur
-----------------
Déb page
Ligne
MACRO
Micro
Micro
En cours
------------
Francais
Activé
Désactivé
100
Instellingenmodus
7 Druk als u terugbent in het hoofdmenu op Set
TOF om de modus Setup (Instellingen) af te
sluiten en de nieuwe instelling op te slaan.
Instellingenmodus afsluiten
1 Druk op Set TOF (Positie eerste afdrukregel
instellen) totdat de printer teruggaat naar het
hoofdmenu of druk op Pitch in elk menu met
de selectie Return to Main Menu (Terug naar
hoofdmenu).
2 Druk op Set TOF om de Instellingenmodus af te
sluiten.
Gewijzigde instellingen worden alleen
opgeslagen bij het afsluiten van de
Instellingenmodus.
Opmerking:
Laad als het papier in de printer
opraakt in de Instellingenmodus
meer papier op de tractorpennen
en druk op
Setup
om door te
gaan.
101
Instellingenmodus
Opties van het menu Setup
(Instellingenmenu)
Gebruik de modus Setup (Instellingen) om de printer
aan uw zakelijke behoeften aan te passen.
Opmerking:
Selecteer
Print All (Alle
afdrukken)
in het hoofdmenu
(Main Menu) om een overzicht met
alle standaardinstellingen af te
drukken.
In deze tabel worden de verschillende opties en
instellingen die u kunt selecteren voor uw printer.
Menuopties
Menu's Functie
Forms Macro options (Opties voor
formuliermacro's)
Hierin kunt macro's aanpassen
om een scala aan formulieren af
te drukken.
Raadpleeg "Opties in het menu
Forms Macro (Formuliermacro)"
op pagina 103.
Data options (Gegevensopties) Hierin kunt u aangeven hoe
informatie die naar de printer
wordt verzonden wordt
verwerkt.
Raadpleeg "Opties in het menu
Data (Gegevens)" op pagina 107.
Control Options
(Besturingsopties)
Hierin kunt u bepalen hoe de
printer veel van de basistaken
uitvoert.
Raadpleeg "Opties in het menu
Control (Besturing)" op
pagina 109.
102
Instellingenmodus
In de volgende tabellen worden de vele functies en
instellingen van de printer beschreven en uitgelegd.
Emulation options
(Emulatieopties)
Hierin kunt u bepalen hoe de
printer communiceert met de
toepassing.
Raadpleeg "Opties in het menu
Emulation (Emulatie)" op
pagina 111.
Interface options (Interface-
opties)
Hierin kunt u aangeven hoe
informatie van de computer naar
de printer wordt verzonden.
Raadpleeg "Opties in het menu
Emulation (Emulatie)" op
pagina 111.
Menuopties (vervolg)
Menu's Functie
103
Instellingenmodus
Opties in het menu Forms Macro
(Formuliermacro)
Macro-opties
Menu-optie Functie
Set Default Macro
(Standaardmacro
instellen)
Selecteer de macro die u wilt instellen als standaardmacro
wanneer de printer wordt
ingeschakeld
of selecteer
Disable (Uitschakelen) als u geen standaardmacro wilt
instellen.
Character options
(Tekenopties)
Default font (Standaardlettertype)
Selecteer het gewenste lettertype in de lijst met beschikbare
lettertypen.
Font Lock (Lettertypevergrendeling)
Als u deze instelling inschakelt wordt Font Lock standaard
ingesteld, zelfs als u de printer
uit-
en vervolgens weer
inschakelt
.
Default Pitch (Standaardpitch)
U kunt een van de volgende pitches selecteren: 10, 12, 15,
17, 20, (24 voor 2490/2491) en PS.
Niet alle pitches zijn beschikbaar in alle lettertypen.
Pitch Lock (Pitchvergrendeling)
Als u deze instelling inschakelt wordt Pitch Lock standaard
ingesteld, zelfs als u de printer
uit-
en vervolgens weer
inschakelt
.
Code page (Codepagina)
U kunt een van de volgende codepagina's selecteren: 437,
850, 858, 860, 861, 863, 865, 437G, 813, 851, 853T, 857, 869,
920, 1004 en 1053. Raadpleeg voor meer informatie de
Technical Reference.
Character Set (Tekenset)
U kunt Character Set 1 of Character Set 2 selecteren.
Character Set 1 is de standaardinstelling voor de
Verenigde Staten.
Character Set 2 is de standaardinstelling voor EMEA
(Europa, Midden-Oosten en Azië).
104
Instellingenmodus
Character options
(Tekenopties)
(vervolg)
Opmerking:
Alleen
beschikbaar voor de
2480/2481-printers.
20-Pitch
Met deze optie kunt u de 20-pitch-modus in- of
uitschakelen. De 20-pitch-modus biedt compatibiliteit met
IBM-printers.
Als u overschakelt van 12 cpi naar gecondenseerd
(Dec 15, Hex 0F) terwijl deze optie is ingeschakeld, wordt
de pitch gewijzigd in 20 cpi.
Als u overschakelt van 12 cpi naar gecondenseerd
(Dec 15, Hex 0F) terwijl deze optie is uitgeschakeld, wordt
de pitch niet gewijzigd.
Paper handling
options (Opties voor
papierverwerking)
Auto Tear Off (Auto Afscheuren)
Als Auto Tear Off (Auto-afscheuren) op
On (Aan)
is
ingesteld, verplaatst de printer het papier naar de
afscheurrand.
Als deze optie op
One Second (Een seconde)
is
ingesteld, wordt het kettingpapier automatisch
doorgeschoven naar de afscheurrand als de
gegevensontvangst een seconde wordt vertraagd.
Als Auto Tear Off (Auto-afscheuren) op
Off (Uit)
is
ingesteld, kunt u de perforatie van een kettingformulier
handmatig doorschuiven naar de afscheurrand.
Auto Cut Sheet Load (Losse vellen automatisch laden)
Als deze optie is
ingeschakeld
, wordt het papier
automatisch in de handmatige invoer geladen en
laadt de printer het papier automatisch tot de huidige
Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel).
Als deze optie is
uitgeschakeld
, drukt u op
FormFeed
(Papierdoorvoer)
om papier te laden.
Auto Sheet Feeder (Automatische papierlader)
Als u de optionele automatische papierlader hebt
geïnstalleerd, kunt u deze instelling
inschakelen
om
automatisch papier in de printer te laden.
Tractor
Hier kunt u de standaardtractor selecteren als u de
optionele tractor hebt geïnstalleerd. U kunt Tractor 1,
Tractor 2 of Tractor 1+ 2 als standaard instellen.
Macro-opties (vervolg)
Menu-optie Functie
105
Instellingenmodus
Paper handling
options (Opties voor
papierverwerking)
(vervolg)
Form Length (Formulierlengte)
U kunt de formulierlengte instellen (in regels per pagina)
van een regel tot maximaal 22 inches.
Linkermarge aanpassen met de printermargeschaal.
U kunt een van de volgende mogelijkheden selecteren:
0
1
2
3
Rechtermarge
U kunt een van de volgende mogelijkheden selecteren:
4
5
6
7
8
13.6 (wide-carriage-modellen)
Lines Per Inch (Regels per inch)
Hier kunt u het aantal tekstregels per inch opgeven.
U kunt een van de volgende mogelijkheden selecteren:
3
4
6
8
Ondermarge
Hier kunt u het aantal regels instellen voor de ondermarge.
Macro-opties (vervolg)
Menu-optie Functie
106
Instellingenmodus
Paper handling
options (Opties voor
papierverwerking)
(vervolg)
Eject by FF (Uitwerpen door papierdoorvoer)
Met deze optie
bepaalt u hoe
FormFeed
(Papierdoorvoer)
functioneert.
Als
FormFeed (Papierdoorvoer)
is
ingeschakeld
functioneert deze optie als uitwerpprocedure voor losse
formulieren.
Als
FormFeed (Papierdoorvoer)
is
uitgeschakeld
,
wordt het papier naar de volgende Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) vooruitgeschoven.
Lade x Character options (Tekenopties)
Hiermee bepaalt u de tekeninstellingen voor een macro.
Raadpleeg "Character options (Tekenopties)" op
pagina 103 voor meer informatie.
Paper Handling options (Opties voor papierverwerking)
Hiermee bepaalt u de papierverwerkingsinstellingen voor
een macro.
Raadpleeg "Paper handling options (Opties voor
papierverwerking)" op pagina 104 voor meer informatie.
Copy Macro (Macro kopiëren)
Hiermee kunt u macro-instellingen kopiëren naar een
andere macro.
Macro-opties (vervolg)
Menu-optie Functie
107
Instellingenmodus
Opties in het menu Data (Gegevens)
Gegevensopties
Menu-optie Functie
Buffer Selecteer Minimum om de buffergrootte voor ontvangst
op nul in te stellen.
Selecteer Maximum voor 2480/2481-printers om de
buffergrootte op 66 of 98 KB in te stellen, afhankelijk of
NLQ II (Near Letter Quality) Download (Bijna-
correspondentiekwaliteit laden) is ingeschakeld.
Selecteer Maximum voor 2490/2491-printers om de
buffergrootte op 28 of 60 KB in te stellen, afhankelijk of
Download (Laden) is ingeschakeld.
Auto LF (Automatisch
nieuwe regel)
Hiermee voegt u een nieuwe regel in.
Als deze optie is
ingeschakeld
wordt na elke harde
return een nieuwe regel ingevoegd.
Als deze optie is
uitgeschakeld
wordt na elke harde
return geen nieuwe regel ingevoegd.
Auto CR (Automatisch
harde return)
Hiermee voegt u een harde return in.
Als deze optie is
ingeschakeld
wordt na elke nieuwe
regel een harde return ingevoegd.
Als deze optie is
uitgeschakeld
wordt na elke nieuwe
regel geen harde return ingevoegd.
Zero Slash (Nul met
schuine streep)
Als deze optie is
ingeschakeld
, worden nullen met een
schuine streep afgedrukt.
De standaardinstelling van Zero Slash is
uitgeschakeld
.
Download for NLQ II
(Laden voor bijna-
correspondentie-
kwaliteit II)
Opmerking:
Alleen
beschikbaar voor
2480/2481-printers.
NLQ II (Bijna-correspondentiekwaliteit II)
Selecteer Enable (Inschakelen) om een gedeelte van de
ontvangstbuffer te reserveren voor het laden van
lettertypen. De standaardinstelling is Enable
(Inschakelen).
Selecteer Disable (Uitschakelen) als u de volledige buffer
als ontvangstbuffer wilt gebruiken.
108
Instellingenmodus
Download (Laden)
Opmerking:
Alleen
beschikbaar voor
2490/2491-printers.
Printerbuffer toewijzen.
Selecteer Enable (Inschakelen) om een gedeelte van de
ontvangstbuffer te reserveren voor het laden van
lettertypen. De standaardinstelling is Enable
(Inschakelen).
Selecteer Disable (Uitschakelen) als u de volledige buffer
als ontvangstbuffer wilt gebruiken.
FF Enable (Papierdoorvoer
inschakelen)
Opmerking:
Alleen
beschikbaar voor
2480/2481-printers.
Papierdoorvoeropdrachten beheren.
Selecteer
On
om papierdoorvoercodes uit te voeren
(X'0C').
Selecteer
Off
om papierdoorvoercodes te negeren
wanneer papier op de huidige Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) is geplaatst.
Code Page Sub
(Vervangende
codepagina)
Vervangende codepagina 858 voor 850. Hierdoor kan
oudere software gebruikmaken van het euro-teken.
Enable (Inschakelen)
Disable (Uitschakelen)
Gegevensopties (vervolg)
Menu-optie Functie
109
Instellingenmodus
Opties in het menu Control (Besturing)
Besturingsopties
Menu-optie Functie
Uni-Dir Printing (Uni-
directioneel afdrukken)
Afdrukrichting aanpassen.
Als deze optie is
ingeschakeld
en de printer in de NLQ-
modus (bijna-correspondentiekwaliteit) staat, drukt de
printer in een richting per regel af.
Als deze optie is
uitgeschakeld
, wordt in beide richtingen
afgedrukt behalve bij Proportional Spacing (Proportionele
tekenafstand). Dit wordt in een richting afgedrukt.
De standaardinstelling is
Off (Uit)
.
Auto Ready Cut Sheet
(Automatisch Gereed na
laden van los vel)
Wijze aanpassen waarop printer overschakelt op status Ready
(Gereed) na het laden van een los vel.
Wanneer deze optie is
ingeschakeld
, schakelt de printer
automatisch over op de status Ready (Gereed) wanneer u
een los vel in de printer laadt.
Wanneer deze optie is
uitgeschakeld
, blijft de printer
offline wanneer u een los vel in de printer laadt. Druk op
Start/Stop
om de printer in de status Ready (Gereed) te
zetten.
Paper Out Alarm
(Signaal papier op)
Printersignaal voor papier op instellen.
Wanneer deze optie is ingesteld op Enable (Inschakelen),
geeft de printer een signaal wanneer het papier op is. De
standaardinstelling is Enable (Inschakelen).
Als deze optie is ingesteld op Disable (Uitschakelen) geeft
de printer geen signaal.
Demonstratie-afdruk Mogelijkheid tot demonstratie-afdruk in- of uitschakelen.
Raadpleeg voor instructies over het afdrukken van de
demonstratie-afdruk "Testvoorbeeld afdrukken" op pagina 10.
Menu Language
(Menutaal)
Selecteer de taal waarin u wilt dat menu's worden afgedrukt.
De menu's kunnen worden weergegeven in de volgende talen:
Engels, Frans, Duits, Italiaans, Spaans en Braziliaans Portugees.
Raadpleeg voor een overzicht van de stappen "Voorbeeld:
Taalinstelling voor menu's wijzigen" op pagina 98.
110
Instellingenmodus
TOF Read (Positie eerste
afdrukregel lezen)
Laat de printer Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel)
verifiëren voordat kettingformulieren worden afgedrukt.
Raadpleeg voor hulp "Top-Of-Form (Positie eerste afdrukregel
instellen)" op pagina 86.
Quiet (Stil) Geluidsniveau van de printer wijzigen met behulp van de
modus Quiet (Stil). De printer drukt trager af in deze modus.
Besturingsopties (vervolg)
Menu-optie Functie
111
Instellingenmodus
Opties in het menu Emulation (Emulatie)
Emulatie-opties
Menu-optie Functie
Emulation Selection
(Emulatieselectie)
Tussen IBM-modus en Epson-modus selecteren. Als u een
OKI-optie hebt geïnstalleerd, wordt OKI ook in deze lijst
genoemd.
IBM mode (IBM-modus) Pro-III-modus
Deze optie is alleen beschikbaar bij 2480/2481-printers en
zorgt voor compatibiliteit met de Proprinter III.
wanneer deze optie is
ingeschakeld
, emuleert de
printer een Proprinter III.
Als deze optie is
uitgeschakeld
, heeft de printer extra
mogelijkheden.
AGM
In de Alternate Graphics-modus , alleen beschikbaar bij
2490/2491-printers, kunt u 24-draads grafische
opdrachten met hoge resolutie gebruiken. Deze
opdrachten lijken op die van de Epson LQ570/LQ1070.
Epson mode
(Epson-modus)
Table Select (Tabel selecteren)
Met deze optie kunt u Italic Character Table (cursieve
tekentabel) of Epson Extended Graphic Character Table
selecteren die in de Epson-modus worden gebruikt.
112
Instellingenmodus
Epson-modus (vervolg) Internationale tekenset
De ondersteunde internationale tekensets voor de Epson-
modus zijn:
U.S.A. (standaard)
France (Frankrijk)
Germany (Duitsland)
U.K. (Verenigd Koninkrijk)
Denmark (Denemarken)
Sweden (Zweden)
Italy (Italië)
Spain I (Spanje)
De volgende tekensets worden ook ondersteund, maar
alleen via host-opdrachten die door Epson FX850/FX1050
worden gebruikt:
Japan
Norway (Noorwegen)
Denmark II (Denemarken)
Korea (alleen 2480/2481-printers)
Spain II (Spanje)
Latin America (Latijns-Amerika)
Legal
Okidata Emulation
(Okidata-emulatie)
Opmerking:
Wordt
alleen weergegeven als u
de optionele Okidata-
emulatie hebt
geïnstalleerd.
Use 7 or 8 Bit Graphics
Paper Out Override
Reset Inhibit
Print Suppress Effective
Print DEL Code
Emulatie-opties (vervolg)
Menu-optie Functie
113
Instellingenmodus
Opties in het menu Interface
De computer en printerinstellingen moeten
overeenkomen.
Interface-opties
Menu-optie Functie
Interface Printerinterface automatisch selecteren
Parallelle kabel gebruiken
USB-kabel gebruiken
Seriële kabel gebruiken (wordt alleen weergegeven als
de optionele seriële interface is geïnstalleerd).
Honor Init (INIT honoreren) Honoreren van init-signaal op de parallelle poort
inschakelen.
Negeren van init-signaal op de parallelle poort
uitschakelen.
Data Speed
(Gegevenssnelheid)*
300 bps
600 bps
1200 bps
2400 bps
4800 bps
9600 bps
19200 bps
Data Bits* 7
8
Parity (Pariteit)* No (Nee)
Ignore (Negeren)
Odd (Oneven)
Even
Stop Bits* 1
2
Protocol* XON/XOFF
MultiXON/XOFF
DTR Pacing
* Wordt alleen weergegeven wanneer de seriële interface-optie is geïnstalleerd.
114
Instellingenmodus
115
Toebehoren
Toebehoren
In dit hoofdstuk wordt voor de printers uit de Lexmark
Forms Printer 2400 Series beschreven welke toebehoren
u nodig hebt en hoe u deze kunt bestellen. Ook treft u
in dit hoofdstuk de papierspecificaties aan.
De enige toebehoren die u voor de printer nodig hebt
zijn een printerkabel, een lintcassette en papier.
Toebehoren bestellen
Voor meer informatie over de beschikbare toebehoren
kunt u de Lexmark weblocatie bezoeken op
www.Lexmark.nl. Op www.Lexmark.nl vindt u ook de
actuele informatie over de locatie en telefoonnummers
van door Lexmark geautoriseerde leveranciers van
toebehoren in uw omgeving.
In de VS belt u 1-800-438-2468 voor het bestellen van
toebehoren bij Lexmark Direct en kunt u informatie
opvragen over door Lexmark geautoriseerde
leveranciers van toebehoren in uw omgeving.
6
116
Toebehoren
Parallelle kabel
Bestel een parallelle kabel van 3 of van 6 meter met dit
artikelnummer:
1329605 (3 meter)
1427498 (6 meter )
USB-kabel
Bestel
de Lexmark USB-kabel met artikelnummer
12A2405.
Seriële adapter en kabel
Bestel een seriële interface-optie met artikelnummer
12T0154.
Bestel een seriële kabel met het volgende
artikelnummer of een kabel die hieraan equivalent is:
1038693 (15 meter )
Printerlint
Bestel een lintcassette met de volgende Lexmark
artikelnummers:
11A3540 (2300/2400 series standaard
re-inking-lint)
11A3550 (2400 series re-inking-lint met hoog
rendement)
Opmerking:
Printerlinten kunnen worden
besteld op de weblocatie van
Lexmark, www.lexmark.com.
117
Toebehoren
Papierspecificaties
In de volgende tabel treft u de papierspecificaties aan
voor een apparaat waarop geen optionele lader is
geïnstalleerd. Als u een optionele Automatische
papierlader of een Tractor 2-lader hebt geïnstalleerd,
raadpleeg dan de documentatie die bij deze optionele
papierladers is geleverd.
Papierspecificaties voor losse en kettingformulieren
Papier-
afmetingen
Losse formulieren Kettingformulieren
Enveloppen
Enkel-
voudig
Meer-
voudig
Enkel-
voudig
Meer-
voudig
Breedte
Maximum 297 mm
Zie
Opmerking
297 mm
Zie
Opmerking
254 mm 254 mm 241 mm
Maxi-
mumafstand
tussen geleide-
gaatjes
n.v.t. n.v.t. 241 mm 241 mm n.v.t.
Minimum 76 mm 76 mm 76 mm 76 mm 152 mm
Mini-
mumafstand
tussen geleide-
gaatjes
n.v.t. n.v.t. 63 mm 63 mm n.v.t.
Opmerking:
Als de optionele Automatische papierlader of de Tractor 2-lader zijn
geïnstalleerd, bedraagt de maximumbreedte voor een los formulier dat handmatig moet
worden geladen, 215 mm.
Paginalengte
Maximum 559 mm 559 mm n.v.t. n.v.t. 152 mm
Minimum 76 mm 76 mm 76 mm 76 mm 110 mm
Gewicht
Maximum 90 g/m
2
n.v.t. 90 g/m
2
n.v.t. 90 g/m
2
Minimum 65 g/m
2
n.v.t. 56 g/m
2
n.v.t. 75 g/m
2
118
Toebehoren
Afdrukgebied (losse formulieren)
Dikte - meervoudige formulieren met papiergewicht 45 g/m².
Minimum 0,058 mm Zie
Opmerking
0,058mm Zie
Opmerking
0,42 mm
Maximum 0,114 mm Zie
Opmerking
0,114mm Zie
Opmerking
Opmerking:
Dikte maximaal 0,512 mm voor 2480/2481-printers; maximaal 0,36 mm
voor 2490/2491-printers.
Papierspecificaties voor losse en kettingformulieren (vervolg)
Papier-
afmetingen
Losse formulieren Kettingformulieren
Enveloppen
Enkel-
voudig
Meer-
voudig
Enkel-
voudig
Meer-
voudig
6,4 mm min.
76,2 – 279,4 mm … Smal
76,2 – 420 mm … Breed
140 – 558,8 mm
Smal/Breed
9,6 mm min.
6,4 – 25,4 mm
6,4 mm min.
119
Problemen oplossen
Problemen oplossen en
onderhoud
In dit hoofdstuk leert u omstandigheden en problemen
met de printer herkennen die u vaak zelf kunt
verhelpen. Als u op een probleem stuit, moet u
allereerst vaststellen waar dit zich voordoet: in de
printer, in de toepassing of in een optionele
uitbreiding. Uw servicevertegenwoordiger kan u extra
hulp verschaffen en uw vragen beantwoorden.
Zie "Checklist voor veelvoorkomende problemen" op
pagina 120 wanneer u de aard van een probleem wilt
bepalen.
Probleem Zie op pagina
Statuslampjes en signalen "Printerstatus controleren" 126
Papierstoringen en
problemen met de
papierinvoer
"Vastgelopen papier verwijderen" 134
Afdrukproblemen "Printertests uitvoeren" 124
Printkop verkeerd
uitgelijnd
"Bidirectioneel uitlijnen aanpassen" 131
Slechte afdrukkwaliteit "Er ontbreken stippen of de
afdrukkwaliteit is slecht"
136
Onjuist lettertype of
onjuiste pitch
"Wordt het lettertype of de pitch die op
het bedieningspaneel is geselecteerd niet
afgedrukt of kan de printer de selectie
niet vasthouden?"
121
Problemen met de
Automatische papierlader
"Papierinvoer vanuit Automatische
papierlader niet mogelijk"
143
7
120
Problemen oplossen
Checklist voor veelvoorkomende problemen
Voor het oplossen van de meeste basisproblemen
begint u met de volgende stappen:
1 Is de printer aangesloten op de netvoeding?
Controleer het volgende:
Is het netsnoer aangesloten in een goed
geaard stopcontact en in de printer?
Werken de apparaten die op dezelfde
voedingsbron zijn aangesloten wel?
Kan de netvoeding worden uitgeschakeld
door middel van een wandschakelaar?
2 Is de afdruk te licht?
De draaiknop voor inktlintdichtheid is
standaard ingesteld op 1 (de knop bevindt zich
op de lintcassette).
Als de afdrukken te licht worden, zet u de knop
in stand 2 om de afdruk donkerder te maken.
Draaiknop voor
inktlintdichtheid
Lintdoorvoerknop
121
Problemen oplossen
3 Zit er papier vast in de printer?
Zie "Vastgelopen papier verwijderen" op
pagina 134 voor informatie over het
verwijderen van vastgelopen papier.
4 Blijven formulieren haken aan bijvoorbeeld de
kartonnen doos of de printerstelling?
Plaats de kettingformulierhouder zo dat het
papier onbelemmerd vanuit de houder in de
printer wordt gevoerd.
5 Is er een onderdeel beschadigd?
Neem contact op met de technische dienst.
6 Wordt het probleem veroorzaakt door opties?
a Voer de printertest uit. Zie voor meer
informatie "Printertests uitvoeren" op
pagina 124.
b Neem contact op met de technische dienst
als de printertest mislukt.
c Als de printertest mislukt terwijl er een
optie is geïnstalleerd, verwijder dan de
optie en voer de test nogmaals uit.
7 Wordt het lettertype of de pitch die op het
bedieningspaneel is geselecteerd niet
afgedrukt of kan de printer de selectie niet
vasthouden?
Zet Font Lock (lettertypevergrendeling) of Pitch
Lock (pitchvergrendeling) aan om te
voorkomen dat deze instellingen door de
toepassing buiten werking worden gesteld. Zie
voor meer informatie "Lettertype selecteren of
vergrendelen" op pagina 34.
122
Problemen oplossen
Als u een extern lettertype moet gebruiken,
verwissel dan in de toepassing van lettertype.
Opmerking:
Bedenk als u Windows-
programma's gebruikt, dat deze
programma's veel gebruikmaken
van bitmaplettertypen
(afbeeldingen) die de Font Lock en
Pitch Lock (lettertype- en
pitchvergrendeling) van de printer
opheffen. Selecteer op het
bedieningspaneel een intern
lettertype dat moet worden
vervangen.
8 Bevindt zich het probleem buiten de printer?
a Zet de printer uit.
b Haal de printerkabel aan de achterkant van
de printer los.
c Voer de printertest uit. Zie voor meer
informatie "Printertests uitvoeren" op
pagina 124.
Als de printertest met succes wordt
uitgevoerd, dan bevindt de oorzaak van het
probleem zich in de printer of in de
computer.
d Voer de testprocedures voor de computer
uit. Raadpleeg voor meer informatie de
gebruikershandleiding van de computer.
9 Als een bepaalde toepassing niet goed
samenwerkt met de printer, probeer dan een
andere toepassing. Werkt deze wel?
123
Problemen oplossen
10 Voldoen de afdrukresultaten niet aan uw
verwachting?
Controleer het volgende:
Is het geselecteerde printerstuurprogamma
compatibel met de toepassing? Zie voor
meer informatie "Windows- en DOS-
software installeren" op pagina 17.
Is de juiste emulatiemodus voor de printer
geselecteerd? Zie voor meer informatie
"IBM-emulatiemodus" op pagina 18.
11 Werken op het bedieningspaneel alleen de
volgende knoppen: Start/Stop, LineFeed
(Regeldoorvoer), FormFeed
(Papierdoorvoer), Tear Off (Afscheuren) en
Load/Unload (Laden/Ontladen)?
Het bedieningspaneel zit op slot. Zie voor meer
informatie "Bedieningspaneel
vergrendelen/ontgrendelen" op pagina 33.
124
Problemen oplossen
Printertests uitvoeren
Telkens als u de aan/uit-schakelaar
aan
zet, voert de
printer ter controle een interne zelftest uit.
De printertest levert een testafdruk op waarop
eventuele problemen met de printer zichtbaar worden.
Voor het uitvoeren van de printertest hoeft de printer
niet te zijn aangesloten op de computer.
Printertest uitvoeren
1 Zorg dat er papier is geladen en dat de
lintcassette is geïnstalleerd.
2
Zet de printer
uit .
3 Houd LineFeed (regeldoorvoer) ingedrukt
terwijl u de printer aanzet.
4 Laat LineFeed (regeldoorvoer) los wanneer
het afdrukken begint.
Het afdrukken gaat door totdat u de printer
uitzet.
Hex Trace-modus
Als de Hex Trace-modus is geactiveerd, worden de
besturingscodes naar de printer gestuurd. De Hex
Trace-modus is een hulpmiddel bij het vaststellen van
problemen met het printerstuurprogramma en andere
software.
U activeert als volgt de Hex Trace-modus:
1 Zorg dat er papier is geladen en dat de
lintcassette is geïnstalleerd.
2 Zet de printer uit.
3 Houd Tractor ingedrukt terwijl u de printer
aanzet.
4 Laat Tractor los wanneer de lampjes uitgaan.
5 Zet de printer uit en weer aan om deze modus
te verlaten.
125
Problemen oplossen
De printertest onderbreken of
stoppen
U onderbreekt als volgt de printertest:
1 Druk op Start/Stop.
De test wordt gestopt nadat er een volledige
regel met tekens is afgedrukt.
2 Druk op Start/Stop om de test te vervolgen.
Zet de printer uit als u de test wilt stoppen.
126
Problemen oplossen
Printerstatus controleren
Controleer de status van de lampjes op het
bedieningspaneel aan de hand van de onderstaande
tabel. De verschillende patronen en combinaties van
lampjes verschaffen u informatie over de status van de
printer zodat u weet of u in actie moet komen.
Printerstatus
Lampjes/status
bedieningspaneel
Actie
Power (Aan)
Ready (Gereed)
Paper Out
(Papier op)
Aan
Aan
Uit
Normale werkstand. Geen actie nodig.
Power
Ready
Paper Out
Aan
Uit
Uit
Normale offline stand.
Power
Ready
Paper Out
Aan
Uit
Knippert
1
Laad papier.
2
Druk op
Start/Stop
. Lampje Paper Out gaat uit,
lampje Ready gaat
aan
.
Opmerking:
Controleer of de hendel voor
papierselectie in de stand voor kettingformulieren is
gezet als u de Tractor 2-lader als optie hebt
geïnstalleerd en u kettingformulieren wilt afdrukken.
Ready
Knippert De printerbuffer bevat gegevens die moeten worden
afgedrukt.
127
Problemen oplossen
Power
Ready
Paper Out
Panel Lock
Font Lock
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
Knippert
1
Controleer of het lint of papier is vastgelopen.
2
Zet de printer
uit
.
3
Verwijder de lintcassette. Zie voor instructies
"Lintcassette verwijderen" op pagina 152.
4
Contoleer op de aanwezigheid van stof of
papierresten.
5
Controleer of het verpakkingstape is verwijderd.
6
Zorg dat de printer
aan
staat en voer de
printertest uit. Zie "Printertests uitvoeren" op
pagina 124.
7
Bel voor technische ondersteuning als de
printertest mislukt.
Opmerking:
Als de printer geen pieptonen geeft, is
er een probleem met de stroomtoevoer. Neem
contact op met de technische dienst.
Power Uit
Controleer het netsnoer en de voedingsbron. Neem
contact op met uw servicevertegenwoordiger als het
lampje Power
niet
gaat branden.
Power
Ready
Paper Out
Panel Loc
k
Aan
Uit
Knippert
Knippert
De hendel voor papierselectie is in een andere stand
gezet terwijl er papier was geladen. Zet de hendel
voor papierselectie weer in de juiste stand en druk op
Start/Stop
.
Opmerking:
De hendel voor papierselectie moet
zijn geparkeerd of ontladen voordat de hendel voor
papierselectie in een andere stand kan worden gezet.
Power
Ready
Paper Out
Panel Loc
k
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
1
Open het bedieningspaneel en sluit het weer.
2
Als u de printer probeert
aan
te zetten door op
een knop te drukken, controleer dan of u de
juiste knop hebt ingedrukt.
3
Zet de printer
uit
en weer
aan
zonder knoppen
ingedrukt te houden.
4
Bel voor technische ondersteuning als de fout
zich blijft voordoen.
Power
Ready
Paper Out
Tractor 2
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
Controleer of de Tractor 2-optie goed is
geïnstalleerd. Raadpleeg de handleiding die bij de
Tractor 2 is geleverd voor instructies.
Printerstatus (vervolg)
Lampjes/status
bedieningspaneel
Actie
128
Problemen oplossen
Power
Ready
Paper Out
Font Lock
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
1
Zet de printer
uit
.
2
Zet de printer weer
aan
. Neem contact op met
uw servicevertegenwoordiger als het probleem
zich blijft voordoen.
Opmerking:
Bezoek onze weblocatie
www.lexmark.nl voor het adres van de
dichtstbijzijnde servicevertegenwoordiger.
Alle lampje
branden continu
Aan
Panel Lock
Knippert
Power
Ready
Tractor 2
Paper Out
Font Lock
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
Knippert
Power
Ready
Paper Out
Panel Lock
Font Lock
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
Knippert
Power
Ready
Tractor 2
Paper Out
Panel Lock
Font Lock
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
Knippert
Knippert
Power
Ready
Tractor 2
Paper Out
Panel Lock
Aan
Knippert
Knippert
Knippert
Knippert
Printerstatus (vervolg)
Lampjes/status
bedieningspaneel
Actie
129
Problemen oplossen
Standaardinstellingen herstellen
U herstelt als volgt de fabrieksinstellingen van de
printer:
Printer instellen op Amerikaanse
standaardwaarden
Dit zijn de standaardinstellingen voor de Verenigde
Staten:
Code page: 437
Tekenset: 1
Formulierlengte: 11
U wijzigt als volgt de standaardinstellingen:
1 Zorg dat er papier is geladen en dat de
lintcassette is geïnstalleerd.
2 Zet de printer uit.
3 Open het klepje voor de lintcassette.
4 Verplaats de printkop zover als mogelijk in de
richting van het bedieningspaneel.
5 Sluit het toegangsklepje tot de lintcassette.
6 Houd Tear Off (Afscheuren) en Load/Unload
(Laden/Ontladen) ingedrukt en zet de printer
aan.
7 Blijf de knoppen ingedrukt houden tot de
wagen van de printkop in beweging komt.
Opmerking:
De lampjes op het
bedieningspaneel gaan een aantal
keer
aan
en
uit
.
Zodra de printkopwagen beweegt, worden de
fabrieksinstellingen weer hersteld.
130
Problemen oplossen
Printer instellen op Europese
standaardwaarden
Dit zijn de standaardinstellingen voor Europa:
Code page: 858
Tekenset: 2
Formulierlengte: 12
U wijzigt als volgt de standaardinstellingen:
1 Zorg dat er papier is geladen en dat de
lintcassette is geïnstalleerd.
2 Zet de printer uit.
3 Open het toegangsklepje tot de lintcassette.
4 Verplaats de printkop zover als mogelijk in de
richting van het bedieningspaneel.
5 Sluit het toegangsklepje tot de lintcassette.
6 Houd Tear Off + Tractor ingedrukt terwijl u de
printer aan zet.
7 Blijf de knoppen ingedrukt houden tot de
wagen van de printkop in beweging komt.
Opmerking:
De lampjes op het
bedieningspaneel gaan een aantal
keer
aan
en
uit
.
Zodra de printkopwagen beweegt, worden de
fabrieksinstellingen weer hersteld.
131
Problemen oplossen
Bidirectioneel uitlijnen aanpassen
Het kan voorkomen dat de tekenuitlijning (ook wel
bidirectionele uitlijning genoemd) moet worden
aangepast. Voer de onderstaande stappen uit om de
uitlijning van de afdrukdraden aan te passen.
Opmerking:
Zorg dat er kettingformulieren in
de printer zijn geladen.
1 Zorg dat de standaardmacro is uitgeschakeld.
Zie "Modus Setup (Instellingen) openen" op
pagina 96 voor hulp hierbij.
2 Zet de printer uit.
3 Open de klep van het bedieningspaneel zodat
laag 2 zichtbaar wordt.
4 Houd Pitch ingedrukt terwijl u de printer
aanzet.
132
Problemen oplossen
5 Het conceptuitlijningspatroon wordt afgedrukt.
De huidige waarde is het nummer dat onder de
balken is afgedrukt.
6 U stelt Draft (Concept) in door in het
uitlijningspatroon de beste rij uit de rijen 01-07
te kiezen.
a Druk op Micro of Micro om het
nummer van de beste uitlijning te kiezen of
om de huidige waarde te behouden.
b Druk op Set TOF om de selectie op te slaan.
Nadat de selectie is gemaakt, drukt de
printer één rij af waarmee wordt
aangegeven wat de huidige instelling voor
uitlijning is.
01
Conceptuitlijningspatroon
Huidige
waarde
133
Problemen oplossen
c De printer drukt automatisch het
uitlijningspatroon af voor NLQ (Near-Letter-
Quality: Bijna-correspondentiekwaliteit).
De huidige waarde is het nummer dat onder
de balken is afgedrukt.
01
NLQ-uitlijningspatroon
Huidige
waarde
134
Problemen oplossen
7 U stelt NLQ (bijna-correspondentiekwaliteit) in
door in het uitlijningspatroon de beste rij uit de
rijen 01-07 te kiezen.
De huidige waarde is het nummer dat onder de
balken is afgedrukt.
Druk op Micro of Micro om het
nummer van de beste uitlijning te kiezen of
om de huidige waarde te behouden.
Nadat de selectie is gemaakt, drukt de
printer één rij af waarmee wordt
aangegeven wat de huidige instelling voor
uitlijning is.
8 Druk op Set TOF om de selecties op te slaan.
9 Sluit de klep van het bedieningspaneel.
De printer keert terug in de stand Ready
(Gereed).
Vastgelopen papier verwijderen
Voer de volgende stappen uit om vastgelopen papier
uit de printer te verwijderen.
Losse formulieren, vastgelopen
1 Zet de printer uit.
2 Zet de formulierdiktehendel in stand 7.
3 Duw de hendel voor papierselectie in de stand
voor kettingformulieren .
4 Trek het vel voorzichtig aan de voorkant uit de
printer.
135
Problemen oplossen
5 Open het klepje voor de lintcassette en
verwijder eventuele papierresten.
6 Plaats de hendel voor papierselectie in de stand
voor kettingformulieren .
7 Zet de formulierdiktehendel in een stand die
geschikt is voor de papiersoort die u gebruikt.
Raadpleeg "Formulierdiktehendel instellen" op
pagina 48.
Kettingformulieren, vastgelopen
1 Zet de printer uit.
2 Scheur reeds afgedrukte kettingformulieren
los.
3 Zet de formulierdiktehendel in stand 7.
4 Scheur de kettingformulieren af bij de
perforatierand voordat het papier in de printer
wordt ingevoerd.
5 Open de voorklep als u de tractorlader in de
duwpositie gebruikt. U kunt deze stap
overslaan als u de optionele Tractor 2-lader
gebruikt.)
6 Open de linker- en de rechtertractorklep.
7 Haal het papier los van de tractorpennen.
8 Trek het papier voorzichtig uit de printer.
9 Open het klepje voor de lintcassette en
verwijder eventuele papierresten.
10 Verwijder eventuele papierresten en
afgescheurde perforatiestrips uit de
papierbaan.
136
Problemen oplossen
Problemen
U kunt het probleem corrigeren door de bij het
probleem vermelde stappen uit te voeren. Neem
contact op met uw servicevertegenwoordiger als het
probleem niet wordt verholpen door de voorgestelde
oplossing.
Printerproblemen
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
Printer gaat naar positie
Tear Off (Afscheuren)
voordat de afdruktaak is
voltooid.
Tear Off (Afscheuren) is
ingesteld op
One Second
(Een seconde)
en de
toepassing of het netwerk
zijn te traag bij het
versturen van de
gegevens.
Stel Tear Off in op
On (Aan)
in
plaats van op
One Second
(Een seconde)
en voer de
afdruktaak nogmaals uit.
Er worden verkeerde
tekens afgedrukt er
ontbreken tekens op de
afdruk, de
opmaakbesturingscodes
werken niet.
Probleem bij toepassing Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de
toepassing.
Het lijkt alsof er enkele
draden aan de printkop
ontbreken.
1
Controleer de instelling
van de
formulierdiktehendel.
Raadpleeg
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48
voor meer informatie.
2
Voer de printertest uit. Zie
"Printertests uitvoeren"
op pagina 124.
3
Laat de printer repareren.
Er ontbreken stippen of de
afdrukkwaliteit is slecht.
Formulierdiktehendel is
niet goed ingesteld voor
de papiersoort die u hebt
geladen.
Controleer de instelling van de
formulierdiktehendel.
Raadpleeg
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48 voor
meer informatie.
Op het oppervlak van het
lint bevindt zich stof of
papierdeeltjes.
Verwijder de lintcassette en
controleer het lintoppervlak.
137
Problemen oplossen
Er ontbreken stippen of de
afdrukkwaliteit is slecht.
(vervolg)
Probleem met lint Zorg dat het lint goed op de
printkopwagen is vastgezet.
Verstel de draaiknop voor
inktlintdichtheid. Raadpleeg
"Is de afdruk te licht?" op
pagina 120 voor meer
informatie.
Lint is versleten. Vervang de
lintcassette.
Printkop werkt niet. Voer de printertest uit. Zie
"Printertests uitvoeren" op
pagina 124.
Neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
Formulieren bevatten
vegen of de afdrukken zijn
te laat.
Formulierdiktehendel is
niet goed ingesteld voor
de papiersoort die u hebt
geladen.
Controleer de instelling van de
formulierdiktehendel. Zie
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48.
Lint zit verdraaid. Zorg dat het lint goed is
geïnstalleerd. Zie
"Lintcassette verwijderen"
op pagina 152.
Probeer het lint weer in de
oorspronkelijke positie te
draaien.
Trek het lint strak met de
lintdoorvoerknop.
Beschermkapje voor lint is
beschadigd of ontbreekt.
Verwijder de lintcassette. Zie
"Lintcassette verwijderen"
op pagina 152 voor hulp
hierbij.
Plaats de lintcassette terug.
Draaiknop voor
inktlintdichtheid is te snel
op
2
gezet.
Stel de knop voor
inktlintdichtheid in op
1
.
Raadpleeg"Is de afdruk te
licht?" op pagina 120 voor
meer informatie.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
138
Problemen oplossen
Verkeerd aantal regels op
een pagina.
Probleem bij toepassing. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de
toepassing.
De stapel
kettingformulieren blijft
ergens aan haken.
Zorg dat papier vanuit de
kartonnen doos in de printer
kan worden ingevoerd zonder
dat dit door bijvoorbeeld
snoeren wordt belemmerd.
Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) is te
laag ingesteld.
Pas Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) aan. Zie "Top-Of-
Form (Positie eerste
afdrukregel instellen)" op
pagina 86 voor hulp hierbij.
Paginalengte printer is
verkeerd ingesteld.
Pas de paginalengte aan in het
menu Setup (Instellingen). Zie
"Printerinstellingen wijzigen in
modus Setup (Instellingen)" op
pagina 95 voor hulp hierbij.
Tijdens afdrukken
verschuift de linkermarge
naar rechts.
De beweging van de
printkop is niet goed.
Controleer of de lintcassette
goed is geïnstalleerd en of
het papier goed is geladen.
Controleer of het
verpakkingstape van de
printkopwagen is
verwijderd.
Controleer of iets de
beweging van de
printkopwagen blokkeert.
Als er zich onlangs een
printerstoring heeft
voorgedaan, zet de printer
dan
uit
en probeer het
nogmaals.
Neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
139
Problemen oplossen
Tijdens afdrukken
verschuift de linkermarge
naar rechts. (vervolg)
Formulierdiktehendel is
niet goed ingesteld voor
de papiersoort die u hebt
geladen.
Stel de formulierdiktehendel
opnieuw in. Zie
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48.
Probleem bij toepassing. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de
toepassing.
Regellengte is verkeerd;
regels beginnen niet bij de
linkermarge.
Probleem bij toepassing Raadpleeg de
gebruikershandleiding van
de toepassing.
Zorg dat het juiste
printerstuurprogramma is
geselecteerd.
Papier wordt verkeerd
geladen.
Pas de linkermarge aan door de
tractor of de papiergeleider te
verplaatsen.
Afbeeldingen worden niet
afgedrukt.
Probleem bij toepassing. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van
de toepassing.
Zorg dat het juiste
printerstuurprogramma is
geselecteerd.
Regelafstand is verkeerd
of tekens worden over
elkaar afgedrukt.
Er zitten formulieren vast
tussen het
afdrukoppervlak en de
printkop.
Stel de formulierdiktehendel
opnieuw in. Zie
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48.
Probleem met de
toepassingen.
Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de
toepassing.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
140
Problemen oplossen
Opgegeven pitch of
lettertype wordt niet
afgedrukt of de instelling
wordt niet vastgehouden.
De instelling in de
toepassing heft de
instelling op het
bedieningspaneel op.
Gebruik Font Lock en Pitch Lock
(lettertype- en
pitchvergrendeling). Zie
"Lettertype selecteren of
vergrendelen" op pagina 34.
Uw toepassing maakt
gebruik van
bitmaplettertypen.
Selecteer indien
mogelijk interne
lettertypen.
Printer drukt af voorbij de
zijkant van formulieren.
Papier is niet goed
geplaatst.
Pas de positie van de tractors of
van de papiergeleiders en het
papier aan. Zie "Linkermarge
uitlijnen" op pagina 81.
Probleem met de
toepassing.
Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de
toepassing.
Een printkopstoring die is
veroorzaakt door het lint
of een papierstoring.
Zorg dat de lintcassette
goed is geïnstalleerd.
Verwijder het vastgelopen
papier. Zie "Bidirectioneel
uitlijnen aanpassen" op
pagina 131.
Zet de printer
aan
en weer
uit
.
Er wordt afgedrukt voorbij
de zijkant van het
formulier.
In het programma is de
instelling voor de
paginalengte groter
dan het werkelijke
paginaformaat.
De printer probeert af
te drukken in de
onderste 1,25 cm van
het formulier.
Pas in de toepassing de
paginalengte zo aan dat deze
identiek is aan het werkelijke
paginaformaat.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
141
Problemen oplossen
Printer klinkt alsof er
wordt afgedrukt maar
drukt niet af, afdrukken
zijn licht.
Formulierdiktehendel is te
hoog ingesteld voor de
papiersoort die u gebruikt.
Zie "Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48.
Lint zit vast, is verdraaid
of bevindt zich niet
tussen de printkop en
het beschermkapje.
Lint bevat geen inkt
meer.
Zorg dat de lintcassette
goed is geïnstalleerd en op
de printkopwagen is
vastgezet.
Verstel de draaiknop voor
inktlintdichtheid. Raadpleeg
"Is de afdruk te licht?" op
pagina 120 voor meer
informatie.
Lint bevat geen inkt meer.
Vervang de lintcassette. Zie
"Lintcassette verwijderen"
op pagina 152.
Afdrukken is niet stabiel;
de verkeerde tekens
worden afgedrukt; de
linkermarge verspringt;
afdrukken wordt gestopt.
Het is mogelijk dat de
geaarde of
afgeschermde
printerkabel niet goed
is bevestigd.
Verkeerd printerstuur-
programma.
Zorg dat de printerkabel
voldoende is afgeschermd
en aan beide uiteinden
correct is aangesloten.
Selecteer het juiste
printerstuurprogramma. Zie
"Windows- en DOS-software
installeren" op pagina 17.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
142
Problemen oplossen
Printer accepteert geen
papierinvoer.
Papier is vastgelopen. Verwijder alle formulieren
en papierresten.
Controleer op de
aanwezigheid van strips
met geleidegaatjes. Deze
worden soms worden
losgescheurd van het
kettingformulier en blijven
achter in de printer.
Het is mogelijk dat de
rechtertractor verkeerd is
ingesteld.
Blader nieuwe formulieren
eerst los voordat u ze in de
printer laadt.
Formulierdiktehendel is
verkeerd ingesteld voor
de papiersoort die u
gebruikt.
Raadpleeg
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48 voor
meer informatie.
Kettingformulieren zijn
geparkeerd.
Druk op
Load/Unload
(Laden/Ontladen)
.
De optie Auto Cut Sheet
Load (Losse vellen
automatisch laden) is
niet ingesteld.
Raadpleeg "Auto Cut Sheet
Load (Losse vellen automatisch
laden)" op pagina 104 voor
meer informatie.
De rechterpapiergeleider
is niet ingesteld op de
breedte van het papier
dat u gebruikt.
Pas de rechterpapiergeleider
aan.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
143
Problemen oplossen
Printer accepteert geen
papierinvoer. (vervolg)
De hendel voor
papierselectie staat in de
verkeerde stand.
Als u een los formulier wilt
afdrukken, moet de hendel
voor papierselectie in de
stand voor losse formulieren
staan.
Als u kettingformulieren wilt
afdrukken, moet de hendel
voor papierselectie in de
stand voor
kettingformulieren
staan.
Als de tractorlader in de
trekpositie staat, kan de
rechtertractor niet
voorbij de rubber
tractorstop worden
verplaatst.
De rubber tractorstop is
uit de vaste positie
gedrukt.
Verschuif de tractor en de
rubber tractorstop.
Papierinvoer vanuit
Automatische
papierlader niet
mogelijk.
De vergrendeling van de
Automatische
papierlader staat in de
voorste stand.
Zet de vergrendeling van de
Automatische papierlader in
de achterste stand.
De hendel voor
papierselectie staat in de
stand voor
tractorinvoer .
Zet de hendel voor
papierselectie in de stand
voor losse formulieren .
De optionele
Automatische
papierinvoer is in de
modus Setup
(Instellingen) niet
ingesteld op
On (Aan)
.
Ga naar de modus Setup
(Instellingen) en stel de optie in
op
On (Aan)
. Raadpleeg
"Modus Setup (Instellingen)
openen" op pagina 96 voor
meer informatie.
Er zitten teveel vellen in
de papierlade.
Verwijder het teveel aan
papier.
De papierstapel mag niet
hoger zijn dan 150 vel
(64 g/m
2
). Gebruik minder
vellen bij groter of
zwaarder papier.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
144
Problemen oplossen
Papierinvoer vanuit
Automatische papierlader
niet mogelijk. (vervolg)
Het papier is te zwaar. Verwijder alle papier uit de
papierlade en installeer
lichter papier. Raadpleeg voor
geadviseerde
papiergewichten de
gebruikershandleiding van de
optionele Automatische
papierlader.
Het lijkt alsof papier aan
de onderzijde aan elkaar
kleeft.
Verwijder alle papier uit de
papierbak en blader de
boven- en onderkant los met
uw duim. Plaats weer het
papier in de papierlade.
Papiertransportrollen
vuil
Zie "Rollen van de
Automatische papierlader
reinigen" op pagina 153 voor
hulp hierbij.
Papierstoring in de
Automatische
papierlader.
Het papier is niet goed in
de papierlade geladen.
Haal het papier uit de lade en
plaats het er opnieuw in.
Het papier in de
papierlade ligt niet in
een rechte stapel.
Verwijder het papier, leg de
stapel recht en plaats de
stapel terug in de lade.
De Automatische
papierlader is niet goed
geïnstalleerd.
Verwijder de Automatische
papierlader en installeer de
optie opnieuw.
Er bevinden zich
vreemde voorwerpen in
de papierbaan van de
Automatische
papierlader.
Verwijder de Automatische
papierlader. Verwijder de
vreemde voorwerpen. Plaats
de Automatische papierlader
terug.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
145
Problemen oplossen
Papier uit de
Automatische
papierinvoer raakt vast
bij het binnengaan van
de printer.
De papierbaan is vuil of
het lint is vastgelopen.
Verwijder de Automatische
papierlader. Verwijder
papierresten uit de
papierbaan. Plaats de
Automatische papierlader
terug.
De Automatische
papierlader is niet goed
geïnstalleerd.
Verwijder de Automatische
papierlader en installeer de
optie opnieuw.
De papiergeleider
bevindt zich te ver naar
rechts.
Verplaats de papiergeleider
naar links.
De kettingformulieren
zijn niet eerst in de
parkeerpositie gezet
voordat de Automatische
papierlader werd
gebruikt.
Verwijder de Automatische
papierlader. Zet de
kettingformulieren in de
parkeerpositie met de knop
Load/Unload
(Laden/Ontladen)
.
De formulierdiktehendel
staat niet in de stand die
bij de dikte van uw
papier hoort.
Stel de formulierdiktehendel
goed in. Zie
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48 voor
hulp hierbij.
Papier uit de
Automatische
papierlader is scheef in
de printer getrokken.
De papiergeleiders links
en rechts zijn niet goed
tegen het papier
geplaatst.
Zorg dat de beide
papiergeleiders stevig tegen
de rand van het papier
worden gedrukt.
Papier is niet goed in de
papierlade geplaatst.
Haal het papier uit de
papierlade.
Waaier het papier uit.
Plaats het papier op de juiste
manier in de lade.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
146
Problemen oplossen
De Automatische
papierlader voert
meerdere vellen tegelijk
in.
Papier is niet goed in de
papierlade geplaatst.
Haal het papier uit de
papierlade. Plaats het papier
op de juiste manier in de lade.
Het papier is te licht. Verwijder alle papier uit de
papierlade en plaats zwaarder
papier. Raadpleeg voor
geadviseerde
papiergewichten de
gebruikershandleiding van de
optionele Automatische
papierlader.
Het lijkt alsof papier aan
de onderzijde aan elkaar
kleeft.
Verwijder alle papier uit de
papierbak en blader de
boven- en onderkant los met
uw duim. Plaats het papier in
de papierlade.
Plaats het papier in de
papierlade.
Voeg meer papier toe aan de
papierlade.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
147
Problemen oplossen
De snelheid waarmee de
Automatische
papierlader papier
invoert, is niet goed.
Het papier is te zwaar. Verwijder alle papier uit de
papierlade en plaats lichter
papier. Raadpleeg voor
geadviseerde
papiergewichten de
gebruikershandleiding van de
optionele Automatische
papierlader.
Papierstoring in de
Automatische
papierlader.
Zie "Papier uit de Automatische
papierinvoer raakt vast bij het
binnengaan van de printer." op
pagina 145.
Formulierdiktehendel is
verkeerd ingesteld voor
de papiersoort die u
gebruikt.
Stel de formulierdiktehendel
goed in. Raadpleeg
"Formulierdiktehendel
instellen" op pagina 48 voor
meer informatie.
Er is te veel papier
geladen.
Verwijder een aantal vellen.
De Automatische
papierlader plaatst het
papier op de verkeerde
Top-Of-Form-positie
(positie eerste
afdrukregel).
Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) is
verkeerd ingesteld.
Raadpleeg voor geadviseerde
papiergewichten de
gebruikershandleiding van de
optionele Automatische
papierlader.
Het papier is te kort. Vervang het papier door
papier van de juiste lengte.
Raadpleeg voor
papierspecificaties de
gebruikershandleiding van de
optionele Automatische
papierlader.
De rollen van de
Automatische
papierlader zijn vuil.
Zie "Rollen van de
Automatische papierlader
reinigen" op pagina 153 voor
hulp hierbij.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
148
Problemen oplossen
Papier uit de Tractor 2-
lader wordt niet in de
printer ingevoerd.
U probeert
kettingformulieren af te
drukken, maar de hendel
voor papierselectie staat in
de stand voor
kettingformulieren.
Zet de hendel voor
papierselectie in de stand
voor kettingformulieren .
Er is een tractorlader
zonder papier
geselecteerd.
Druk op
Tractor
om de
andere tractorlader te
selecteren of laad papier voor
de geselecteerde tractorlader.
Tractor 2-lader is niet
aangesloten op de
printer.
Sluit de Tractor 2-lader aan op
de achterkant van de printer.
Papierstoring in de
Tractor 2-lader.
De kettingformulieren
op de ene tractorlader
waren niet goed
geparkeerd toen werd
overgeschakeld op de
andere tractorlader.
Zorg dat u het
kettingformulier op de
geselecteerde tractorlader bij
de voorrand afscheurt
voordat u van tractorlader
wisselt. Raadpleeg voor hulp
hierbij de documentatie die
bij de optie is meegeleverd.
De Tractor 2-lader plaatst
het papier op de
verkeerde Top-Of-Form-
positie (Positie eerste
afdrukregel).
Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel) is
verkeerd ingesteld.
Zie "Top-Of-Form (Positie
eerste afdrukregel instellen)"
op pagina 86.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
149
Problemen oplossen
De printertest wordt met
succes uitgevoerd maar
er wordt niet afgedrukt
als de printer op de
computer is aangesloten.
Probleem met
printerkabel.
Schakel de printer en de
computer
uit
. Zorg dat de
printerkabel aan beide
uiteinden correct is
aangesloten. Zie "Toebehoren"
op pagina 115 voor informatie
over het gebruik van de juiste
printerkabel.
Probleem bij toepassing. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de
toepassing. Zorg dat u het
juiste printerstuurprogramma
hebt geselecteerd. Zie
"Windows- en DOS-software
installeren" op pagina 17.
De poort die wordt
gebruikt, is niet
geselecteerd.
Stel in op
Auto
of op de
poort die u wilt gebruiken.
Knoppen werken niet
(met uitzondering van
Start/Stop FormFeed
(Papierdoorvoer),
Tea r
Off (Afscheuren)
en
Load/Unload
(Laden/Ontladen)
.
Bedieningspaneel is
vergrendeld
(hangslotlampje
brandt ).
Zet de printer
uit
.
Druk op
Load/Unload
(Laden/Ontladen)
en
Tractor, houd beide knoppen
ingedrukt en zet vervolgens
de
printer
aan.
Het bedieningspaneel is
ontgrendeld als het
hangslotlampje
uit
is.
Printer geeft een
geluidssignaal bij
gebruik van
Micro
of
Micro
↓.
Printer staat in de positie
Tear Off (Afscheuren).
Sluit het bedieningspaneel.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
150
Problemen oplossen
Printer maakt lawaai De printer trilt. Zorg dat er geen
voorwerpen tegen de
printer aan staan.
Zorg dat de computer op
een stevige, vlakke
ondergrond staat.
Klepje voor lintcassette
of voorklep staat open.
Sluit de openstaande klep.
De aan/uit-schakelaar
staat in de stand
On
(Aan)
maar het Power-
lampje (aan/uit-lampje) is
uit
.
Printer ontvangt geen
voeding.
Zorg dat het netsnoer aan
beide uiteinden correct is
aangesloten.
Controleer of de
voedingsbron werkt.
Printer geeft een
geluidssignaal.
Dit kan het gevolg zijn
van een storing of van
een gewone handeling
Controleer de status van de
lampjes op het
bedieningspaneel. Zie
"Printerstatus controleren" op
pagina 126.
De optionele
Automatische
papierlader of de Tractor
2-lader maakt lawaai.
De optie is niet goed
geïnstalleerd.
Verwijder de optie en
installeer deze opnieuw.
Raadpleeg voor hulp hierbij
de documentatie die bij de
optie is meegeleverd.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
151
Problemen oplossen
Afdruksnelheid neemt
af.
De printer werkt
langzamer.
Controleer de stand van de
formulierdiktehendel. De
hendel moet in de juiste
stand staan voor de dikte
van uw formulieren. De
afdruksnelheid neemt af
bij stand 4 of hoger.
Uw toepassing maakt
gebruik van
bitmaplettertypen.
Selecteer indien mogelijk
interne lettertypen.
Opmerking:
Automatische
thermische beveiliging
beschermt de printkop tegen
oververhitting. De printer
werkt normaal maar wordt
beïnvloed door de kwaliteit
waarmee wordt afgedrukt
(zoals correspondentie) en de
hoeveelheid en dichtheid van
de afbeeldingen die worden
afgedrukt.
Printerproblemen (vervolg)
Probleem Mogelijke oorzaak Actie
152
Problemen oplossen
Onderhoud
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de lintcassette
verwijdert en de printer reinigt.
Lintcassette verwijderen
1 Zet de printer uit.
2 Verwijder het klepje voor de lintcassette.
3 Zet de formulierdiktehendel in stand 7.
4 Druk de grendels aan de linker- en rechtkant
van de lintcassette in en til de cassette op.
De cassette komt los van de printkopwagen.
De printer reinigen
Ga als volgt te werk bij het reinigen van de printer:
1 Zet de printer uit.
2 Haal het netsnoer uit het stopcontact.
3 Wacht tot de printkop is afgekoeld.
4 Verwijder de lintcassette.
De binnenkant van de printer reinigen:
Verwijder elke paar maanden met een zachte borstel
en een stofzuiger stof, lint- en papierresten uit de
printer. Gebruik een stofzuiger voor het verwijderen
van stof uit de omgeving van de printkop en de ruimte
in de printer.
De buitenkant reinigen:
Reinig de behuizing van de printer met een vochtige
doek en een milde zeep. Gebruik voor het reinigen van
de printer nooit sprays of chemische
reinigingsmiddelen. Gebruik geen vloeistoffen of
sprays in de buurt van de luchtafvoer. Hardnekkige
inktvlekken op de behuizing laten zich verwijderen met
een handreinigingsmiddel voor technici.
153
Problemen oplossen
Rollen van de Automatische papierlader reinigen
1 Verwijder alle papier uit de printer.
2 Draai de Automatische papierlader om en leg
de optie op een vlakke ondergrond.
3 Reinig de twee papiergeleiderwieltjes in de
bodem van de Automatische papierlader met
isopropylalcohol en een schone doek.
U kunt de ene roller draaien terwijl u de andere
roller met de doek reinigt.
154
Problemen oplossen
155
Voorschriften
Voorschriften
Elektronische emissie
Verklaring van de Federal Communications Commission (FCC)
Uit tests is gebleken dat de Lexmark Forms-printers typen 2480, 2481, 2490 en 2491,
voldoen aan de normen voor een digitaal apparaat van klasse B, conform deel 15 van
de FCC-voorschriften. De werking van de printer is afhankelijk van de volgende twee
voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken en (2)
dit apparaat moet bestand zijn tegen eventuele interferentie die wordt veroorzaakt
door andere apparatuur, inclusief interferentie die kan leiden tot ongewenst
functioneren.
De FCC-normen voor apparaten van klasse B zijn opgesteld om een redelijke
bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie wanneer de apparatuur in een
thuisomgeving wordt gebruikt. Dit apparaat genereert en gebruikt radiogolven en
kan radiogolven uitzenden die, bij installatie en gebruik anders dan in de instructies is
aangegeven, communicatie via radiogolven kunnen verstoren. Er is echter geen
garantie dat er in een bepaalde omgeving geen interferentie zal optreden. Als dit
apparaat interferentie veroorzaakt in de ontvangst van radio of televisie, hetgeen kan
worden vastgesteld door het apparaat uit en in te schakelen, wordt de gebruiker
verzocht een of meer van de volgende maatregelen te nemen om deze interferentie
op te heffen:
Richt de antenne anders of geef deze een andere plaats.
Vergroot de afstand tussen het apparaat en de radio of
televisie.
Sluit het apparaat aan op een stopcontact in een ander
circuit dan dat waarop de ontvanger is aangesloten.
Raadpleeg voor meer suggesties de leverancier van het
apparaat of met een servicevertegenwoordiger.
156
Voorschriften
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor interferentie in de ontvangst van radio of
televisie die wordt veroorzaakt door het gebruik van een andere dan de aanbevolen
kabel of door ongeoorloofde wijzigingen of modificaties aan het apparaat.
Ongeoorloofde wijzigingen of modificaties aan het apparaat kunnen ertoe leiden dat
de gebruiker niet meer gerechtigd is het apparaat te gebruiken.
Opmerking:
Voor een digitaal apparaat van klasse B is het
gebruik van een goed afgeschermde en geaarde
kabel, zoals de Lexmark kabel met artikelnummer
1329605 voor een parallelle interface of de
Lexmark kabel met artikelnummer 12A2405 voor
een USB-interface, noodzakelijk om te voldoen
aan de FCC-voorschriften met betrekking tot
elektromagnetische interferentie. Het gebruik van
een vervangende kabel die niet op de juiste wijze
is afgeschermd en geaard, kan leiden tot een
overtreding van de FCC-voorschriften.
Eventuele vragen over deze verklaring kunt u richten aan:
Director of Lab Operations
Lexmark International, Inc.
740 West New Circle Road
Lexington, KY 40550, U.S.A.
(859) 232-3000
Voorschriften van de Europese Gemeenschap (EG)
Dit product voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van richtlijnen 89/336/EEC en
72/23/EEC van de Commissie van de Europese Gemeenschap aangaande de onderlinge
aanpassing van de wetten in de lidstaten met betrekking tot de elektromagnetische
compatibiliteit en de veiligheid van elektrische apparaten die zijn ontworpen voor
gebruik binnen een bepaald spanningsbereik.
De Director of Manufacturing and Technical Support, Lexmark International, S.A. in
Boigny, Frankrijk, heeft een verklaring ondertekend waarin staat dat het product
voldoet aan de veiligheidseisen van de EG-richtlijnen.
Dit product voldoet aan de eisen van EN55022 met betrekking tot klasse B-producten
en de veiligheidsvoorschriften van EN60950.
157
Voorschriften
Energy Star
Het programma EPA ENERGY STAR Computers is een samenwerkingsverband van
computerfabrikanten met als doelstelling het bevorderen van het gebruik van
energiebesparende producten en het beperken van luchtvervuiling die wordt
veroorzaakt door het opwekken van energie.
Ondernemingen die aan dit programma deelnemen, leveren personal computers,
printers, monitors of faxapparaten die worden uitgeschakeld wanneer ze niet in
gebruik zijn. Hierdoor wordt het energieverbruik van de apparatuur met maximaal 50
procent teruggebracht. Lexmark is een enthousiast deelnemer aan dit programma.
Lexmark International, Inc. heeft als Energy Star Partner vastgesteld dat dit product
voldoet aan de Energy Star-richtlijnen voor efficiënt energiegebruik.
158
Voorschriften
Veiligheidsvoorschriften
Zorg ervoor dat uw product is aangesloten op een geaard
stopcontact als het product NIET is gemarkeerd met det
symbool .
Het netsnoer moet worden aangesloten op een
gemakkelijk bereikbaar stopcontact in de buurt van het
product.
Neem contact op met een professionele
onderhoudstechnicus voor onderhoud en reparaties die
niet in de bij het product geleverde instructies beschreven
worden.
Dit product is ontworpen, getest en goedgekeurd om te
voldoen aan strenge internationale
veiligheidsvoorschriften. De veiligheidsvoorzieningen van
bepaalde onderdelen zullen niet altijd duidelijk zichtbaar
zijn. Lexmark is niet verantwoordelijk voor het gebruik
van andere vervangende onderdelen.
Safety Information
If your product is NOT marked with this symbol , it
MUST be connected to an electrical outlet that is properly
grounded.
The power cord must be connected to an electrical outlet
that is near the product and easily accessible.
Refer service or repairs, other than those described in the
operating instructions, to a professional service person.
This product is designed, tested and approved to meet
strict global safety standards with the use of specific
Lexmark components. The safety features of some parts
may not always be obvious. Lexmark is not responsible for
the use of other replacement parts.
159
Voorschriften
Consignes de sécurité
Si le symbole n'apparaît PAS sur votre produit, ce
dernier DOIT être branché sur une prise de courant mise à
la terre.
Le câble d'alimentation doit être connecté à une prise de
courant placée près du produit et facilement accessible.
L'entretien et les réparations autres que ceux décrits dans
les instructions d'emploi doivent être effectués par le
personnel de maintenance qualifié.
Ce produit a été conçu, testé et approuvé pour respecter
les normes strictes de sécurité globale lors de l'utilisation
de composants Lexmark spécifiques. Les caractéristiques
de sécurité de certains éléments ne sont pas toujours
évidentes. Lexmark ne peut être tenu responsable de
l'utilisation d'autres pièces de rechange.
Norme di sicurezza
Se il prodotto NON è contrassegnato con questo simbolo
DEVE essere collegato lo stesso ad una presa elettrica
con messa a terra.
Il cavo di alimentazione deve essere collegato ad una
presa elettrica posta nelle vicinanze del prodotto e
facilmente raggiungibile.
Per la manutenzione o le riparazioni, escluse quelle
descritte nelle istruzioni operative, consultare il personale
di assistenza autorizzato.
Il prodotto è stato progettato, testato e approvato in
conformità a severi standard di sicurezza e per lutilizzo
con componenti Lexmark specifici. Le caratteristiche di
sicurezza di alcune parti non sempre sono di immediata
comprensione. Lexmark non è responsabile per lutilizzo
di parti di ricambio di altri produttori.
160
Voorschriften
Sicherheitshinweise
Falls der Drucker nicht mit diesem Symbol markiert ist,
muß er an eine ordnungsgemäß geerdete Steckdose
angeschlossen werden.
Das Netzkabel muß an eine Steckdose angeschlossen
werden, die sich in der Nähe des Geräts befindet und
leicht zugänglich ist.
Wartungsarbeiten und Reparaturen, mit Ausnahme der in
der Betriebsanleitung näher beschriebenen, sollten
Fachleuten überlassen werden.
Dieses Produkt und die zugehörigen Komponenten
wurden entworfen und getestet, um beim Einsatz die
weltweit gültigen Sicherheitsanforderungen zu erfüllen.
Die sicherheitsrelevanten Funktionen der Bauteile und
Optionen sind nicht immer offensichtlich. Sofern Teile
eingesetzt werden, die nicht von Lexmark sind, wird von
Lexmark keinerlei Verantwortung oder Haftung für dieses
Produkt übernommen.
Pautas de Seguridad
Si su producto NO tiene este símbolo, , es
IMPRESCINDIBLE conectarlo a una toma de corriente
eléctrica con toma de tierra correcta.
El cable de alimentación deberá conectarse a una toma de
corriente situada cerca del producto y de fácil acceso.
Cualquier servicio o reparación deberá realizarse por parte
del personal cualificado, a menos que se trate de las
averías descritas en las instrucciones de utilización.
Este producto se ha diseñado, verificado y aprobado para
cumplir los más estrictos estándares de seguridad global
usando los componentes específicos de Lexmark. Puede
que las características de seguridad de algunas piezas no
sean siempre evidentes. Lexmark no se hace responsable
del uso de otras piezas de recambio.
161
Voorschriften
Sikkerhedsoplysninger
Hvis dit produkt IKKE er markeret med dette symbol ,
SKAL det sluttes til en stikkontakt med jordforbindelse.
Ledningen skal sluttes til en stikkontakt, der er tæt på
produktet og som er let tilgængelig.
Service og reparationer, som ikke er beskrevet i
brugsanvisningen, skal udføres af en kvalificeret tekniker.
Dette produkt er udviklet, testet og godkendt i
overensstemmelse med Lexmarks verdensomspændende
standarder for sikkerhed. Delenes sikkerhedsfunktioner
kan være skjulte. Lexmark påtager sig intet ansvar for
brugen af uoriginale reservedele.
Sikkerhetsinformasjon
Hvis produktet ditt ikke er merket med dette symbolet, ,
må det bare kobles til en stikkontakt som er jordet.
Ledningen må være koblet til en stikkontakt nær
produktet. Stikkontakten må være lett tilgjengelig.
La bare kvalifisert personale ta seg av service og
reparasjon som ikke er direkte beskrevet i
bruksanvisningen.
Dette produktet er utviklet, testet og godkjent i
overensstemmelse med strenge verdensomspennende
sikkerhetsstandarder for bestemte Lexmark-deler. Delenes
sikkerhetsfunksjoner kan være skjulte. Lexmark er ikke
ansvarlig for bruk av uoriginale reservedeler.
162
Voorschriften
Säkerhetsanvisningar
Om produkten INTE är märkt med denna symbol
MÅSTE den anslutas till ett jordat vägguttag.
Nätkabeln måste anslutas till ett lättåtkomligt vägguttag i
närheten av maskinen.
Låt endast utbildad servicepersonal utföra sådan service
och sådana reparationer som inte beskrivs i
handledningen.
Denna produkt är utformad, testad och godkänd för att
uppfylla internationella säkerhetsbestämmelser när den
används tillsammans med andra Lexmark-produkter.
Säkerhetsegenskaperna för vissa delar är inte helt
uppenbara. Lexmark frånsäger sig ansvaret om delar av
ett annat fabrikat används.
Informació de Seguretat
Si el vostre producte NO està marcat amb el símbol ,
SHAURÀ de connectar a una presa elèctrica de terra.
El cable de potència shaurà de connectar a una presa de
corrent propera al producte i fàcilment accessible.
Si heu de fer una reparació que no figuri entre les
descrites a les instruccions de funcionament, confieu-la a
un professional.
Aquest producte està dissenyat, comprovat i aprovat per
tal d'acomplir les estrictes normes de seguretat globals
amb la utililització de components específics de Lexmark.
Les característiques de seguretat d'algunes peces pot ser
que no sempre siguin òbvies. Lexmark no es
responsabilitza de l'us d'altres peces de recanvi.
163
Voorschriften
Turvaohjeet
Jos tuotteessa ei ole tätä tunnusta, , sen saa kytkeä vain
maadoitettuun pistorasiaan.
Tuotteen verkkojohto on kytkettävä sitä lähellä olevaan
pistorasiaan. Varmista, että kulku pistorasian luo on
esteetön.
Muut kuin käyttöohjeissa mainitut huolto- tai
korjaustoimet on jätettävä huoltoedustajalle.
Tämä tuote on testattu ja hyväksytty. Se täyttää korkeat
maailmanlaajuiset turvallisuusvaatimukset, kun siinä
käytetään tiettyjä Lexmarkin valmistusosia. Joidenkin
osien turvallisuusominaisuudet eivät aina ole itsestään
selviä. Lexmark ei vastaa muiden kuin alkuperäisten osien
käytöstä.
Informações de Segurança
Se o produto NÃO estiver marcado com este símbolo, ,
é necessário ligá-lo a uma tomada com ligação à terra.
O cabo deve ser ligado a uma tomada localizada perto do
produto e facilmente acessível.
Para todos os serviços ou reparações não referidos nas
instruções de operação, deve contactar um técnico dos
serviços de assistência.
Este produto foi concebido, testado e aprovado para
satisfazer os padrões globais de segurança na utilização de
componentes específicos da Lexmark. As funções de
segurança de alguns dos componentes podem não ser
sempre óbvias. A Lexmark não é responsável pela
utilização de outros componentes de substituição.
164
Voorschriften
Informações de Segurança
Se o produto NÃO estiver marcado com este símbolo, ,
ele DEVE SER conectado a uma tomada elétrica com
ligação à terra.
O cabo de alimentação deve ser conectado a uma tomada
elétrica localizada perto do produto e de fácil acesso.
Para todos os serviços ou reparações não descritos nas
instruções de operação, entre em contato com um técnico
dos serviços de assistência.
Este produto está projetado, testado e aprovado para
satisfazer os padrões globais de segurança para uso de
componentes específicos da Lexmark. Os recursos de
segurança de alguns componentes podem não ser sempre
óbvios. A Lexmark não é responsável pelo uso de outros
componentes de substituição.
165
Voorschriften
166
Voorschriften
167
Index
Index
A
Aan/uit, lampje
29
afdrukken
envelop
77
formulier met losse vellen
77
op kettingformulieren
50
afdruksnelheid neemt af
151
Afscheurrand
9
Auto Tear Off (Auto Afscheuren)
aanzetten
93
B
barcodefunctie
6
Bedieningspaneel
8
,
29
Font (Lettertype)
25
FormFeed (Papierdoorvoer)
24
knoppen
24
,
26
lampjes
29
,
30
Font (Lettertype)
29
Font Lock
(Lettertypevergrendeling)
30
hangslot
29
Macro
30
Paper Out (Papier op)
29
pitch
30
Power (Aan/uit)
29
Ready (Gereed)
29
Tractor 2
29
LineFeed (Regeldoorvoer)
24
Regel 1 instellen (Top-Of-Form)
26
Start/Stop
24
bedieningspaneel
LineFeed (Regeldoorvoer)
26
Micro, knoppen omhoog/
omlaag
26
Pitch
28
Beschrijving van printeronderdelen
4
bidirectioneel uitlijnen
aanpassen
131
Bovenklep
7
C
checklist voor problemen
120
D
duwpositie tractorlader
38
verwijderen uit
40
E
Energy star
157
envelop
afdrukstand
81
enveloppen
laden
76
F
fabrieksinstellingen
terugzetten
129
Font (Lettertype), knop
25
FormFeed (Papierdoorvoer), knop
24
formulierdiktehendel
7
,
10
tabel
48
168
Index
formulierdiktehendel instellen
86
formulieren
enveloppen
47
etiketten
47
kettingformulieren
47
met losse vellen
47
Functies
afscheuren
5
barcodefunctie
6
bedieningspaneel gedeeltelijk
uitschakelen
5
codepagina's
6
Griekse en wiskundige symbolen
5
interface-aansluiting
6
lintcassette
5
losse vellen laden aan voorkant
4
macro-functie
4
printertests
5
softwarecompatibiliteit
6
tractor
5
vak- en lijntekeningen
5
functies
2
afbeeldingen afdrukken
3
afdrukstijlen
3
bedieningspaneel
4
carriage-formaat
1
interne lettertypen
2
lettertypevergrendeling
4
meervoudige formulieren
3
pitchvergrendeling
4
tekenafstand
2
G
Geluidswerende klep, locatie
9
Gereed, lampje
29
H
Hangslot
29
Hendel voor papierselectie
7
I
Installeren, software
17
K
kettingformulieren
laden
50
Klep van de handmatige invoer
7
kleppen
37
Knoppen, laag 1 van het
bedieningspaneel
24
Knoppen, laag 2 van het
bedieningspaneel
26
L
laden
envelop
76
formulier met losse vellen
76
kettingformulieren
50
laden/ontladen (Load/Unload)
32
Lettertype
vergrendelen
34
wijzigen
34
Lettertype, lampje
29
Lettertypevergrendeling, lampje
30
LineFeed (Regeldoorvoer), knop
24
,
26
linkermarge, uitlijnen
81
lintcassette
bestellen
116
installeren
152
vervangen
152
M
Macro-functie
4
,
26
,
30
Micro, knoppen omhoog/omlaag
26
Modus Setup (Instellingen)
gebruik
95
taal wijzigen
98
Modus Setup (Instellingen), taal
wijzigen
98
169
Index
O
onderhoud
reinigen
152
P
papier laden
laden aan achterkant
50
Papier op, lampje
29
Papier vooruitschuiven vanaf het
bedieningspaneel
31
papierbanen
laden aan onderkant
(trekpositie)
50
laden aan voorkant (duwpositie)
50
laden aan voorkant (trekpositie)
50
Papiergeleiders
8
papierstoringen
automatische papierlader
144
kettingformulieren
135
met losse vellen
134
Tractor 2-lader
148
verwijderen
131
,
134
Parallelle interfaceconnector
9
pennen
37
Pitch
vergrendelen
35
wijzigen
35
pitch
vergrendelen
47
wijzigen
47
Pitch, knop
28
Pitch, lampje
30
Printer configureren
18
Printer stopzetten
31
printer, offline zetten
31
printer, online zetten
31
Printeronderdelen
afscheurrand
9
bedieningspaneel
8
bovenklep
7
hendel voor papierselectie
7
klep van de handmatige invoer
7
papiergeleiders
8
parallelle interfaceconnector
9
vergrendeling
9
voeding
connector
9
schakelaar
7
voorklep
7
printeronderdelen
formulierdiktehendel
7
Printerstuurprogramma
19
printertest
124
printertests uitvoeren
124
problemen
136
aan/uit-schakelaar aan, aan/uit-
lampje uit
150
afdruk is te donker
138
afdrukken niet stabiel
141
afdrukken wordt afgebroken
150
formulieren bevatten vegen
137
ontbrekende stippen
136
opmaakbesturingscodes werken
niet
136
printer accepteert geen
papierinvoer.
142
printer drukt niet af
141
printer geeft een
geluidssignaal
150
printer maakt lawaai
143
regellengte is verkeerd
139
verkeerd aantal regels op pagina
138
verkeerde of ontbrekende
tekens
136
Problemen oplossen
119
S
seriële interface, afdekplaatje
9
Set TOF (Positie eerste afdrukregel
instellen), knop
26
Setup, modus (Instellingen)
selecties voor
papierverwerking
106
Software, installeren
17
standaardinstellingen
95
Standaardinstellingen E.U.
129
170
Index
Standaardinstellingen V.S.
129
Start/Stop, knop
24
Stuurprogramma's
19
T
Taal
wijzigen
98
Taal wijzigen
98
Tear Off (Afscheuren)
32
Tekenstijlvoorbeeld
10
terugzetten fabrieksinstellingen
129
Toebehoren
bestellen
115
Toepassing, installeren
17
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel)
uitlijnen
88
voor formulier met losse vellen of
envelop
91
voor kettingformulieren met
tractorlader in duwpositie
86
voor kettingpapier voor
tractorlader in trekpositie
90
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel) instellen
86
in een macro
92
voor formulier met losse vellen of
envelop
91
voor kettingpapier met tractorlader
in duwpositie
91
voor kettingpapier voor
tractorlader in trekpositie
90
trace-modus
124
tractor
37
duwpositie
38
trekpositie
39
Tractor 2-lader
papierinvoerproblemen
148
tractorklepvergrendeling
37
Tractor-modus
33
tractoronderdelen
pennen
37
tractorklepvergrendeling
37
tractorvergrendeling
37
tractorvergrendeling
37
trekpositie tractorlader
39
verwijderen uit
44
U
uitlijnen
Top-Of-Form (Positie eerste
afdrukregel)
88
uitlijnen, bidirectioneel
aanpassen
131
uitvoeren van printertests
124
USB-interfaceconnector
16
V
vastgelopen papier verwijderen
131
Veiligheidsvoorschriften
158
Vergrendeling, klep
9
Verklaring van de Federal
Communications Commission
(FCC)
155
Voeding
connector
9
schakelaar
7
Voorklep
7
voorschriften elektronische
emissie
155
3

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Lexmark Forms Printer 2400 Series bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Lexmark Forms Printer 2400 Series in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 2,92 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info