3
SELECTRONIC
GEREED VOOR
VERTREK
HANDMATIGE BEDIENING
WAARSCHUWING
Gebruik voor een
correct gebruik van het systeem alleen
de rechtervoet om de pedalen in te be-
dienen.
❍ Trap het rempedaal in
❍ start de motor;
❍ Duw de versnellingspook A-fig. 1
naar (+) om de eerste versnelling in
te schakelen (als u uit N of R komt,
moet u de hendel in de centrale
stand zetten) of in R om de achter-
uitversnelling in te schakelen
❍ Laat het rempedaal los en trap het
gaspedaal in
❍ Duw wanneer een versnelling is in-
geschakeld de versnellingspook A
naar (+) om een hogere versnelling
in te schakelen of naar (–) om een
lagere versnelling in te schakelen.
AUTOMATISCHE BEDIENING
WAARSCHUWING
Gebruik voor een
correct gebruik van het systeem alleen
de rechtervoet om de pedalen te bedie-
nen.
❍ Trap het rempedaal in
❍ Start de motor
❍ Duw de versnellingspook A-fig. 1
naar A/M om de automatische be-
diening in te schakelen of naar R om
de achteruitversnelling in te scha-
kelen
❍ Laat het rempedaal los en trap het
gaspedaal in.
De auto is uitgerust met een elektro-
nische geregelde mechanische “Selec-
tronic” versnellingsbak met twee mo-
gelijke regelstrategieën: MANUAL en
AUTO.
De versnellingsbak bestaat uit een tra-
ditionele mechanische versnellingsbak
waaraan een elektronisch geregeld
elektrohydraulisch bedieningssysteem
is toegevoegd. Dit systeem bedient de
koppeling en regelt het inschakelen
van de versnellingen automatisch.
fig. 1
L0E0181m
fig. 2
L0E0182m