Installatie
107
1.
Kies een goed plaats.
Plaats de koel- en vriescombinatie op een plaats waar
u het apparaat makkelijk kan gebruiken.
2.
Plaats het apparaat niet in de nabijheid van
warmtebronnen, in rechtstreeks zonlicht of vochtigheid.
3.
Om een goede luchtcirculatie rond de koel/vries
combinatie te garanderen, zorgt u dat er voldoende
ruimte aan de zijkanten als ook aan de bovenkant is
en zorg voor een ruimte van minstens 5cm van de
muur aan de achterkant.
4.
Om trillingen te vermijden, moet het apparaat waterpas
staan. Pas indien nodig de waterpasschroeven aan om
een ongelijke vloer te corrigeren.
De voorzijde van het apparaat zou lichtjes hoger
moeten staan dan de achterzijde.
Dit zorgt ervoor dat de deur makkelijker dicht gaat.
Wanneer u de kast lichtjes kantelt, kan u gemakkelijk
aan de waterpasschroeven draaien.
Draai de waterpasschroeven in met de wijzers mee
( ) om het apparaat hoger te zetten en in tegen
de wijzer in ( ) om het lager te zetten.
5.
Maak de koel-en vriescombinatie grondig schoon en
verwijder alle stof als gevolg van het transport.
6.
Plaats de accessoires zoals het ijsblokjesbakje, etc. op
de daartoe voorziene plaats.
Deze accessoires zijn samen verpakt om beschadiging
tijdens het vervoer te vermijden.
7.
Sluit het voedingssnoer (of de stekker) aan op het
stopcontact. Plaats slechts één enkel toestel per
stopcontact.
Laat de koel-en vriescombinatie 2 tot 3 uur stabiliseren in
een normale werkingstemperatuur voor u het toestel vult
met verse of ingevroren voedingswaren.
Indien het voedingssnoer uit het stopcontact werd
gehaald, laat het toestel dan 5 minuutjes rusten voor u
het opnieuw opstart.Nu is de koel- en vriescombinatie
klaar voor gebruik.
Installatie
Opstarten