bewaren van diepvriesartikelen als voor het zelf invriezen van verse levensmiddelen.
zijn.
A. Thermostaatknop
B. Snelvries-schakelaar
C. Kontrolelampje «Invries-stand»
D. Kontrolelampje «in bedrijf»
E. Kontrolelampje «te warm»
Het in bedrijf stellen en het instellen van de
temperatuur
Steek de steker in de wandkontaktdoos en draai de
thermostaatknop rechtsom uit de
O
-stand; het
lampje «in bedrijf» licht op.
Indien het apparaat voor de eerste keer in gebruik
genomen wordt, dan adviseren wij om de
thermostaatknop in stand 4 te draaien.
Met de knop in deze stand wordt de inwendige
temperatuur automatisch en voortdurend op een
voldoende laag nivo gehouden, waarbij veilig
bewaren gegarandeerd wordt.
Bij gebruik onder abnormale omstandigheden, zoals
slechte ventilatie, hoge omgevingstemperatuur en
vaak openen van de deur, kan het gewenst zijn de
thermostaatknop kouder in te stellen. Draai hiertoe
de knop naar een hoger cijfer.
Omgekeerd kan, in veel gunstiger omstandigheden,
de inwendige temperatuur kouder dan nodig zijn.
Draai de knop dan naar een lager cijfer.
Schuif voor het invriezen van verse levensmiddelen
de snelvriesschakelaar in de invriesstand (het
kontrolelampje komt te voorschijn en licht op).
Het kontrolelampje «te warm»
Indien het kontrolelampje oplicht, dan wordt
hierdoor aangegeven dat de inwendige temperatuur
onveilig voor het bewaren van diepvriesartikelen
geworden is.
Bij de eerste in gebruikname, of na een
schoonmaakbeurt, licht het kontrolelampje op
totdat de inwendige temperatuur het veilige nivo
bereikt heeft.
Het invriezen van verse levensmiddelen
In de -diepvriezer kunt u verse
levensmiddelen invriezen en diepvriesprodukten
bewaren.
Als het apparaat opnieuw aangezet wordt, dient u
drie uur voor het inbrengen van de levensmiddelen
de snelvriesschakelaar in te schakelen.
Is het apparaat al in gebruik dan zijn 24 uur
voldoende.
Plaats de in te vriezen levensmiddelen in het vak/de
vakken (zie figuur 10).