43
TECHNISCHE GEGEVENS
Het typeplaatje met de technische gegevens vindt u aan de linker binnenzijde van het apparaat.
INSTALLATIE
Indien dit apparaat in de plaats van een oud
model met haak- of veersluiting opgesteld wordt,
dan is het raadzaam de sluiting van het oude
apparaat, dat terzijde gezet wordt, onbruikbaar te
maken. Hiermee wordt voorkomen dat spelende
kinderen zich erin opsluiten, hetgeen
levensgevaarlijk is.
Plaats van opstelling
Plaats het apparaat uit de buurt van warmtebronnen:
centrale verwarming, kachels, felle zonnestralen enz.
De beste resultaten worden bereikt met een
ruimtetemperatuur tussen +18°C en +43°C (T-
Klasse); +18°C en +38°C (ST-Klasse);
+16°C en +32°C (N-Klasse);
+10°C en +32°C (SN-Klasse).
De klasse staat op het typeplaatje vermeld.
Zie voor deurdraairichtung en inbouw de betreffende
aanwijzingen.
Elektrische aansluiting
Overtuig u ervan dat de netspanning en de
netfrekwentie, welke op het typeplaatje in de kast
staan aangegeven, overeenkomen met de
netspanning en de netfrekwentie in uw woning. Een
afwijking op de netspanning tot plus of minus 6% is
toegestaan.
Bij aansluiting op een andere spanning dient u een
geschikte transformator te gebruiken.
Belangrijk
De steker mag alleen geplaatst worden in
een geaard stopkontakt.
De kast is daarom voorzien van een
speciaal drieaderig snoer, geschikt voor een
geaard stopkontakt.
Mocht het stopkontakt in uw woning niet
geaard zijn, dan dient een erkend
installateur het apparaat volgens de
geldende normen te aarden.
Wij wijzen u er op dat shade of letsel, veroorzaakt
door het niet voldoen aan dit
veiligheidsvoorschrift, niet onder de
verantwoordelijkheid van de fabrikant valt.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-richtlijn 87/308
van 2.6.87 met betrekking tot de radio-ontstoring.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-
richtlijnen:
- 73/23 EG-richtlijn van 19/02t73 (Laagspanning) en
opeenvolgende wijzingen;
- 89/336EG-richtlijn van 3/05/89 (Elektromagnetische
compatibiliteit) en opeenvolgende wijzingen.
Het wijzigen van de
deurdraairichting
Als transportbeveiliging zijn aan beide
scharnierkanten scharnierpennen aangebracht.
Afhankelijk van de gewenste deurdraairichting moet
aan een kant, zowel onder als boven, een
scharnierpen verwijderd worden.