22
INSTALLATIE
TECHNISCHE MEDEDELINGEN
BESTEMD VOOR DE
INSTALLATEURS
De installatie, alle regelingen, de veranderingen
en de onderhoudshandelingen die in dit deel
worden opgesomd mogen uitsluitend door
gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd.
Een foutieve installatie kan schade veroorzaken
aan personen, dieren en zaken, waarvoor de
constructeur niet aansprakelijk kan worden
gesteld.
De veiligheids- en automatische regelvoorzieningen
van de toestellen mogen tijdens de levensduur
van de installatie uitsluitend door de
constructeur of door de afdoend gekwalificeerde
leverancier worden gewijzigd.
3) PLAATSING KOOKPLAAT
Na het wegnemen van de externe verpakking en de
interne verpakkingen van de verschillende losse
delen dient u zich ervan te vergewissen dat de
kookplaat onbeschadigd is. In geval van twijfel het
toestel niet gebruiken en zich wenden tot
gekwalificeerd personeel.
De onderdelen van de verpakking (karton, zakjes,
piepschuim, nagels …) moeten buiten het bereik
van kinderen gehouden worden, aangezien zij
een mogelijke bron van gevaar zijn.
Maak in het bovenvlak van het modulaire meubel
een opening voor het inbouwen met de afmetingen,
uitgedrukt in mm, aangegeven in afb. 7. Zorg er
hierbij voor dat de kritische afstanden tussen de
kookplaat, de zijwanden, de achterwand en de
bovenwand (zie afb. 7 en 8) worden gerespecteerd.
Het toestel dient te worden geclassificeerd in
klasse 3 en daarom zijn alle voorschriften van
de normen voor dergelijke toestellen van
toepassing.
4) BEVESTIGING VAN DE KOOKPLAAT
De kookplaat is uitgerust met een speciale afdichting
om te vermijden dat er vloeistof in het meubel sijpelt.
Om deze afdichting correct aan te brengen
verzoeken wij u zich nauwkeurig te houden aan wat
hieronder wordt opgegeven:
- Maak de strips van de afdichtingen los van hun
ondergrond. Zorg er hierbij voor dat de
doorzichtige bescherming aan de afdichting vast
blijft zitten.
- Leg de kookplaat ondersteboven en plaats de
afdichting “E” (afb. 9) correct onder de rand van de
kookplaat, op dusdanige manier dat de buitenrand
van de afdichting perfect samenvalt met de
buitenste rand van de kookplaat. De uiteinden van
de strips dienen samen te vallen zonder elkaar te
overlappen.
- Laat de afdichting op uniforme en zekere wijze
aansluiten op de kookplaat, door hem met uw
vingers aan te drukken, haal vervolgens de strip
beschermpapier weg en plaats de kookplaat in het
in het meubel gemaakte gat.
- Zet het vast met de voorziene beugels “S”. Zorg
ervoor dat u het uitstekende deel in de gleuf “H”
steekt, die is uitgehaald op de bodem, en zet de
schroeven “F” aan tot de beugel “S” zich vastzet
op de top (zie afb. 10).
- De eventuele wand (links of rechts) die boven het
werkvlak komt moet zich op een minimale afstand
van de achtergrond bevinden zoals aangeduid in
de kolom en de tabel.
AFB. 7
AFB. 8 AFB. 9
AFB. 10
ABCDE
4F 553 473 67.5 59.5 100 min.
5F 553 473 67.5 59.5
175 min.
AAN TE HOUDEN
AFMETINGEN (in mm)