5
• Gebruik de wijnkast uitsluitend voor het
bewaren van wijn en leg er geen
voedingsmiddelen in.
• Let erop dat de ventilatieopeningen van het
apparaat niet afgedekt worden of verstopt
raken.
Om het risico van verstikking of opgesloten
raken te voorkomen mag u kinderen niet met
het apparaat laten spelen of zich in het apparaat
laten verstoppen.
• Alvorens enige onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden uit te voeren moet u
de stekker uit het stopcontact halen of de
netstroom uitschakelen.
• Het netsnoer mag uitsluitend door een erkende
vakman vervangen worden. · In het apparaat
mogen geen explosieve stoffen bewaard
worden.
• Tijdens het verplaatsen van het apparaat moet u
goed opletten om de vloer (bijv. parket) niet te
beschadigen.
• Gebruik geen verlengsnoeren of
verloopstekkers.
• Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
jonge kinderen of personen met een handicap
zonder toezicht.
• Beschadig het circuit van de koelvloeistof niet.
• Gebruik geen elektrische apparaten in de
wijnkast, als zij niet van het type zijn dat door
de fabrikant geadviseerd wordt.
• Plaats het apparaat in een droge en goed
geventileerde ruimte. Het apparaat is bestemd
om in een omgeving te werken waar de
temperatuur binnen het hieronder aangegeven
bereik is, wat weer afhangt van de klimaatklasse
die op het typeplaatje vermeld is: het kan
gebeuren dat het apparaat niet goed
functioneert als u het apparaat lange tijd op een
hogere of lagere temperatuur dan het voorziene
temperatuurbereik laat staan.
Belangrijk:
• Als u grote hoeveelheden wijn in het apparaat
legt kunnen er diverse dagen voorbijgaan
voordat er een constante temperatuur bereikt
wordt.
• Let op! De bewaartemperatuur mag nooit
onder +6°C dalen.
• Tijdens de werking van het apparaat vormen er
zich dauw- of rijpdruppels op de wand van de
kast. Dit hangt samen met de werking. Het is
niet nodig om de rijp eraf te schrapen of de
dauw af te drogen. De achterwand van het
apparaat ontdooit automatisch. Het dooiwater
wordt automatisch in een afvoeropening geleid
en daarna opgevangen in een bakje waar het
verdampt.
• De houten draagplateaus maken het mogelijk
om de flessen ordelijk te bewaren.
Tijdens de opslag moet rekening gehouden
worden met het volgende:
• Leg de flessen in het midden op het
draagplateau.
• Als u de deur dichtdoet moet u erop letten dat
de flessen niet tegen de glasdeur aankomen.
• Let op: flessen met een hoog alcoholpercentage
mogen uitsluitend hermetisch gesloten en
rechtop bewaard worden.
• Door de luchtcirculatie in de koeler worden er
zones met een verschillende temperatuur
gevormd: de koudste zones bevinden zich
dichtbij de achterwand en de warmste zones
dichtbij het glas van de deur.
• Bewaar wijnen in flessen altijd buiten de
verpakking en niet in kisten of dozen.
Algemene voorzorgsmaatregelen en adviezen
Klimaatklasse
Omg. temp.
(°C)
Omg. temp.
(°F)
SN
van 10 tot 32 van 50 tot 90
N
van 16 tot 32 van 61 tot 90
ST
van 16 tot 38 van 61 tot 100
T
van 16 tot 43 van 61 tot 110