Trainings- en bedieningshandleiding
6
NL
– / + Toets
Als de band stil staat wijzigen deze toetsen de waardes
van programmeringen of instellingen: + > verhogen, - >
verlagen, langer indrukken > snelle verstelling.
Indrukken van beide toetsen: wissen van de waarde.
Bij lopende band verschijnen in het middelste veld diverse
weergaves die met de toetsen opgeroepen kunnen wor-
den.
Reset Als de band stil staat wist deze toets de actuele
weergave voor een nieuwe start. Alle trainingsgegevens
gaan verloren.
Opmerking
Andere functies van de toetsen worden op de betreffende
plaatsen in de bedieningshandleiding uitgelegd.
Polsslagmeting
De polsslagmeting kan via 2 verschillende bronnen gebe-
uren:
1. Oorclip – de stekker wordt in de bus onder het
hartsymbool gestoken;
2. Borstgordel
Korte handleiding
Weergavenbereik / display
Het weergavenbereik (display genoemd) informeert over
de diverse functies en gekozen instelmodi.
Programmasymbolen
Keuze van een programma
(Overzicht: symbool knippert / keuze: symbool staat stil)
Count-up / Count-down De programma’s verschillen door
hun manier van tellen. Count-up – Time, Distance, Energy
worden opgeteld. Count-down Time, Distance, Energy
worden teruggeteld.
1 – 6, M Snelheden en hellingen worden via tijd of
afstand voorgeprogrammeerd.
Vaste profielen 1 – 6 / wijzigbaar profiel M