13
NL
kunnen de waardes er als volgt uitzien.
Het invoeren van trainingswaardes heeft tot gevolg dat in het
veld “Gereed voor training” de trainingsprogramma's geladen
worden. Die kunnen daar nog gewijzigd worden.
Bij begin van de training tellen de waardes terug; ze worden bij
het bereiken van nul knipperend weergegeven om te tonen dat
de trainingsprogrammeringen bereikt zijn. Deze waardes heb-
ben géén invloed op de aansturing van de ergometer.
Programmeringen -> 3. Polsslagprogrammeringen
Als de persoonsgegevens van de "actieve" persoon ingevoerd
zijn, worden enkele polsslagwaardes weergegeven. Als dit niet
het geval is, staat er "Uit" i.p.v. een waarde.
• Het veld “Maximale polsslag” 170. Deze waarde komt door
de berekening (220 - leeftijd), hier bijv. Thomas (50 jaar), tot
stand. Het toont - medisch gebaseerd - de voor uw leeftijd
nog geschikte maximale polsslag die in de training bij gezon-
de personen nog bereikt mag worden, maar niet moet.
• Bij “Maximale polsslag” kunt u deze waarde verlagen of uit-
schakelen. Uit deze waarde volgt de %-weergave van de
polsslag: actuele polsslag tegen maximale polsslag en de
profielhoogtes bij polsslagprogramma's. Door de invoer van
Bijvoorbeeld: Als het CoolDown-vermogen = 100% bereikt is,
piept het 3 keer en de functie wordt beëindigd.
De functie “CoolDown” wordt uitsluitend aangeboden als tij-
dens de training het actuele vermogen hoger is dan het
WarmUp-/CoolDown-vermogen onder Weergave & Functies.
Door indrukken van "CoolDown" verschijnt een voortgangs-
balk.
• Bij “Energieberekening” bepaalt u of uw energieverbruik
(realistisch) of de energieomzetting van de ergo-
meter (fysisch) weergegeven wordt.
• Bij “Energie-eenheid” bepaalt u of het energiever-
bruik in kJoule of kcal weergegeven wordt.
Programmeringen -> 2. Trainingswaardes
Als het menu voor de eerste keer opgeroepen wordt, staan de
waardes nog op "Uit".
Na het invoeren van energieverbruik, trainingstijd en afstand
G
Aanwijzing
een waarde kunnen doelpolsslagwaardes gekozen worden.
• Bij “Alarm bij overschrijding maximale polsslag” bepaalt u of
bij overschrijding van de maximale polsslag een alarmsig-
naal gegeven wordt of niet. Als Uit bij “Maximale polsslag”
is vastgelegd, wordt het alarm ook gedeactiveerd.
• Onder “Doelpolsslag” hebt u 2 mogelijkheden:
“Doelpolsslagbewaking” Aan of Uit.
Uit blokkeert de keuze van een doelpolsslagbewaking.
Aan in verbinding met Aan bij “Maximale polsslag” maakt de
keuze mogelijk van:
“Vetverbranding (65%)”. Dit betekent dat 65% van uw leeftijd-
safhankelijke maximale polsslag volgens de berekening (220
- leeftijd) als polsslagwaarde bewaakt of geregeld wordt.
In het voorbeeld: 111
“Fitness (75%)”. Dit betekent dat 75% van uw leeftijdsafhankeli-
jke maximale polsslag als basis genomen wordt.
In het voorbeeld: 128
“Manueel (40%-90%)”. Dit betekent dat u een %-waarde tussen
40% en 90 % met de -/+ toetsen kunt bepalen.
In het voorbeeld: 128 (70% wordt als voorgestelde waarde
berekend)
Aan in verbinding met Uit bij “Maximale polsslag” maakt slechts
de keuze mogelijk van:
Manueel (40bpm - 200bpm). Dit betekent dat u met de -/+ toet-
sen een polsslagwaarde tussen 40 en 200 kunt invoeren, die
onafhankelijk van uw leeftijd is.
IIn het voorbeeld: 130 (wordt als voorgestelde waarde weer-
gegeven).
Door indrukken van “Activeren” wordt de zwartgemarkeerde
keuze met het kenmerk (actief) geselecteerd.
De gekozen doelpolsslag wordt bij de polsslagprogramma's als
programmering overgenomen. Tijdens de training worden deze
waardes door vermogenregeling bereikt en via de trainingsduur
vastgehouden. In de andere trainingsprogramma's dient hij als
oriëntatie voor een polsslagbereik van 10 slagen onder of
boven de doelpolsslag waarin getraind dient te worden. Twee
pijlen in het polsslagveld bewaken dit polsslagbereik.
Door indrukken van "Terug" worden de instellingen opgeslagen.
Menu
Instellingen (voor alle personen)
Dit menu biedt de mogelijkheid om specifieke instellingen en
aanpassingen voor de display en het apparaat in 5 subme-
nu's in te voeren. Deze zijn van toepassing op alle personen.