2.1 Naamtoetsen en verkorte kiescodes
Naamtoetsen en verkorte kiescodes maken het mogelijk volledige telefoon-
nummers onder een toets of code op te slaan, waardoor deze nummers niet
steeds opnieuw hoeven te worden ingetoetst. Naamtoetsnummers worden
opgeslagen onder één toets van het grote toetsenbord op de Telefax 381/382;
verkorte kiescodes worden opgeslagen onder een getal van 3 cijfers.
26
2
Wanneer de Telefax 381/382 is aangesloten op een bedrijfstelefooncentrale (PABX), zal
voor het verkrijgen van een buitenlijn eerst een cijfer gekozen moeten worden, meestal is
dit een 0. U kunt dit cijfer kenbaar maken aan de Telefax 381/382. Zie hiervoor hoofdstuk
4.9 (blz. 90). Wanneer u dan onder naamtoetsen of verkorte kiescode een nummer invoert,
zal de Telefax 381/382 het toegangscijfer voor een buitenlijn als zodanig herkennen en
hoeft u geen kiestoonpauze (PAUZE/HERH) te programmeren. De Telefax 381/382 wacht na
het kiezen van dit cijfer automatisch op een kiestoon voor de buitenlijn en kiest daarna de
rest van het nummer.
Naamtoetsen invoeren
1
FUNCTIE (1-9)
DRUK OP NR. OF
Kies op het grote toetsenbord een toets
waaronder u het nummer wilt opslaan,
bijvoorbeeld:
6
<01>
TELFOONNR. INVOEREN