Overzicht mogelijke instellingen
PAPIERFORMAAT
1: LTR 2: A4 3: LGL
Kies het standaardformaat afdrukpapier. In Nederland is het meest gebruikte formaat: A4.
ENKELV. JOURNAAL
1: AAN 2: UIT 3: INC
Bepaal of de Telefax 349 altijd (1: AAN), nooit (2: UIT) of alleen bij een fout in de verzen-
ding (3:INC) een enkelvoudig journaal moet afdrukken.
1e PAG. OP JOURNAAL
1: AAN 2: UIT
Hiermee geeft u aan of de Telefax 349 een verkleinde weergave van de eerste pagina van
het verzonden faxbericht afdrukt op het enkelvoudig journaal.
JOURNAAL
1: AAN 2: UIT
Geef aan of de Telefax 349 na 30 ontvangen/verzonden faxberichten een groot journaal
afdrukt.
CODE EXT.TOESTEL
[0-9] <7>
Geef de code waarmee de Telefax 349 op afstand (vanaf het extra aangesloten telefoontoe-
stel) kan worden ingeschakeld voor faxontvangst.
KIESMETHODE
1: TOON 2: PULS
Geef aan of de Telefax 349 gebruikmaakt van het toon- of het pulskiessysteem.
ACHTER TEL.CENTR
1: AAN 2: UIT
Zet deze instelling uitsluitend op 1: AAN als de Telefax 349 is aangesloten op een huis- of
bedrijfstelefooncentrale (PABX) en er problemen zijn met automatisch kiezen.
FOUTCORRECTIE
1: AAN 2: UIT
Als de foutcorrectie 1: AAN staat, zal de Telefax 349 na constatering van een fout in de ver-
zending opnieuw proberen de betreffende pagina te verzenden. Dit werkt uitsluitend als
het faxapparaat waarmee wordt gecommuniceerd deze functie ook heeft.
98
6
5
3-MEI-1999 MA
14:20 100%