8
2.2 Veiligheidsmaatregelen
Ⅲ Het apparaat nooit blootstellen aan weersinvloeden (regel,
sneeuw, vorst). Het apparaat niet met natte handen bedienen.
Ⅲ Het apparaat op een stevige, rechte ondergrond plaatsen. Nooit
op hete of warme oppervlakten (kookplaten) plaatsen. Kies een
plaats die voor kinderen en huisdieren onbereikbaar is.
Ⅲ Bij langere afwezigheid (vakantie e.d.) altijd de stekker uit het
stopcontact halen.
Ⅲ Voor de reiniging altijd eerst de stekker uit het stopcontact halen.
Ⅲ Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer of
het apparaat te trekken.
Ⅲ Het apparaat nooit zelf repareren of openen. Reparaties mogen
alleen door erkende servicecentra met originele onderdelen en
accessoires geschieden.
Ⅲ Het apparaat is d.m.v. een snoer op het stroomnet aangesloten.
Let erop dat niemand over het snoer kan struikelen en het appa-
raat daarbij meetrekt. Houd kinderen en huisdieren uit de buurt
van het apparaat.
Ⅲ Doe het apparaat of delen ervan nooit in de afwasmachine.
Ⅲ De plaats van het apparaat moet zo worden gekozen dat een
goede luchtcirculatie mogelijk is en oververhitting voorkomen
wordt.
3. Voorbereiding van het apparaat
3.1 Controleren van de netspanning
Het apparaat is door de fabriek ingesteld op de juiste netspanning.
Controleer of uw netspanning overeenkomt met de gegevens op het
typeschildje aan de onderkant van het apparaat.
3.2 Controle van de elektrische zekering
Het apparaat is afgestemd op een stroomsterkte van 10 Ampère.
Controleer of uw zekering hiermee overeenstemt.
3.3 Waterreservoir vullen
Ⅲ Haal het waterreservoir uit het apparaat en spoel het goed met
koud leidingwater uit.
Ⅲ Vul het waterreservoir en plaats het terug in het apparaat. Zorg
ervoor dat het reservoir goed vastklikt.
Gebruik uitsluitend vers, koud water. Vul het reservoir nooit
met melk, mineraalwater of andere vloeistoffen. U kunt ook
water bijvullen zonder het reservoir uit het apparaat te ver-
wijderen. Gewoon het deksel omhoogklappen, met een maat-
beker van bovenaf water bijvullen en daarna het deksel weer
sluiten.
3.4 Koffiebonenreservoir vullen
Om lange tijd plezier van uw apparaat te hebben en uitval
door reparatiewerkzaamheden te voorkomen dient u erop te
letten dat de molen van uw Jura koffiemachine niet geschikt
is voor koffiebonen die tijdens of na het branden zijn
behandeld met additieven (b.v. suiker). Het gebruik van
dergelijke koffiemengsels kan leiden tot beschadigingen aan
de molen. Reparatiekosten die hieruit voortvloeien vallen
niet onder de garantiebepalingen.
Ⅲ Open het deksel van het koffiebonenreservoir (12) en verwijder
het aromadeksel.
Ⅲ Zorg ervoor dat het bonenreservoir schoon is en verwijder even-
tuele ongerechtigheden.
Ⅲ Vul het koffiebonenreservoir met koffiebonen, leg het aroma-
deksel op zijn plaats en sluit het deksel.