Installatie Handleiding: Oasis beveiliging systeem (JA-82K) - 2 -
Inhoudsopgave
1. ARCHITECTUUR VAN DE CENTRALE ................... 4
1.1. OPTIONELE SYSTEEM CONFIGURATIES......................5
2. INSTALLATIE VAN DE CENTRALE .......................... 5
2.1. STROOMKABEL BEDRADING...................................5
3. GEHEUGEN VAN DE CENTRALE........................... 5
4. CENTRALE: CONNECTOREN EN
AANSLUITKLEMMEN........................................................... 6
5. AANSLUITEN BEDRAAD KEYPAD ......................... 6
6. BACK-UP BATTERIJ ............................................... 6
7. IN WERKING STELLEN VAN DE CENTRALE ........... 7
7.1. INLEZEN VAN HET DRAADLOOS KEYPAD...................7
8. TAALSELECTIE VAN HET KEYPAD ......................... 7
9. RESETTEN VAN DE CENTRALE............................... 7
10. HET DEKSEL SLUITEN VAN DE CENTRALE.......... 7
11. INLEZEN VAN DRAADLOZE ITEMS .................... 7
11.1. INSTALLEREN VAN DRAADLOZE ITEMS ......................7
11.2. INLEZEN VAN DRAADLOZE ITEMS IN DE CENTRALE .....7
11.3. TESTEN VAN INGELEZEN ITEMS.................................8
11.4. METEN VAN DE SIGNAALSTERKTE ............................8
11.5. WISSEN VAN INGELEZEN ITEMS................................8
11.6. DE CENTRALE INLEZEN IN DE UC EN AC MODULES:.8
12. PROGRAMMERING VAN DE CENTRALE .......... 8
12.1. LIJST VAN DE INSTELBARE PARAMETERS VAN HET
CONTROLE PANEEL
: IN SERVICE MODE ....................................9
12.2. UITLOOPVERTRAGING.........................................11
12.3. INLOOPVERTRAGING ..........................................11
12.4. DUURTIJD VAN HET ALARM ..................................12
12.5. PGX EN PGY FUNCTIES......................................12
12.6. WIJZIGEN VAN TELEFOONNUMMER IN
ONDERHOUDSMODE
............................................................12
12.7. RADIO INTERFERENTIE INDICATIE ...........................12
12.8. RADIO COMMUNICATIE SUPERVISIE ......................12
12.9. RESET TOEGELATEN............................................12
12.10. INLEZEN VAN EEN SUBCENTRALE VOOR
INSCHAKELEN VAN HET SYSTEEM
. ...........................................12
12.11. “MASTER” CODE RESET ...................................13
12.12. INLEZEN VAN DE CENTRALE NAAR DE UC OF AC
MODULES OF NAAR EEN SUBCENTRALE
...................................13
12.13. INSCHAKELEN ZONDER TOEGANGSCODE ..........13
12.14. GETRIGGERDE DETECTOR WEERGAVE ...............13
12.15. BEVESTIGEN VAN INBRAAK ALARM ....................13
12.16. UITLOOPVERTRAGING BEEPS.............................13
12.17. UITLOOPVERTRAGINGBEEPS BIJ PARTIEEL
INSCHAKELEN
14
12.18. INLOOPVERTRAGING BEEPS..............................14
12.19. BEVESTIGEN VAN INSCHAKELEN DOOR BEDRADE
SIRENE GELUIDEN
.................................................................14
12.20. SIRENE LOEIT ALTIJD BIJ AUDIO ALARM ...............14
12.21. DRAADLOZE SIRENES GEACTIVEERD (IW EN EW)14
12.22. AUTO-BYPAS GEBRUIKERSTOELATING VIA * TOETS 14
12.23. LAATSTE DEURDETECTOREN ..............................14
12.24. PARTIEEL INSCHAKELEN OF DELEN VAN EEN SYSTEEM
15
12.25. AUTOMATISCH OMSCHAKELEN NAAR ZOMERTIJD
15
12.26. TAMPER ALARM BIJ TOENAME VAN AANTAL
GETRIGGERDE TAMPERCONTACTEN
...................................... 15
12.27. DE PG UITGANGEN BEDIENEN VIA *8 EN *9 ...... 15
12.28.
PERMANENT ALARM STATUS VOOR EEN GEWAPEND
SYSTEEM
15
12.29. TAMPER ALARM BIJ NIET GEWAPEND SYSTEEM .... 16
12.30. OPNEMEN VAN DE PG UITGANGEN .................. 16
12.31. JAARLIJKS ONDERHOUD HERINNERING.............. 16
12.32. ALLEEN ENKEL ALARM WEERGAVE .................... 16
12.33. INSCHAKELEN VAN HET PANEEL MET DE SERVICE
CODE
16
12.34. PANIEK ALARM MET GELUID ............................. 16
12.35. HOGER GEVOELIGHEID VAN DE CENTRALE ........ 16
12.36. TOEGANG VIA CODE + KAART......................... 16
12.37. 24 H ALARM MET SIRENE GELUID ....................... 16
12.38. TOEGANG TOT SERVICE MODE ENKEL MOGELIJK
MET SERVICE CODE EN
“MASTER” CODE ............................... 17
12.39. REACTIES VAN DE ITEMS EN TOEKENNEN VAN
PARTITIES
17
12.40. CODE/KAART REACTIES EN PARTITIE TOEKENNING
18
12.41. INLEZEN VAN ITEMS VIA DE FABRIEKSCODE ......... 18
12.42. AUTOMATISCH INSCHAKELEN / UITSCHAKELEN VIA
DAGSCHEMA
18
12.43. WIJZIGEN VAN DE SERVICECODE ..................... 18
12.44. GA NAAR ONDERHOUDSMODE ....................... 18
12.45. INSTELLEN VAN DE INTERNE KLOK....................... 18
12.46. KEYPAD TEKSTEN WIJZIGEN............................... 18
13. BEDIENEN VAN HET SYSTEEM ......................... 19
13.1. HET SYSTEEM KEYPAD.......................................... 19
13.1.1. Keypad led indicatie........................... 19
13.1.2. LCD scherm .......................................... 19
13.1.3. Slaap mode van het keypad scherm19
13.1.4. Toetsen.................................................. 19
13.1.5. Functies via * toest............................... 19
13.2. PROGRAMMERING VAN TOEGANGSCODES EN
KAARTEN
20
13.2.1. Programmering van toegangscodes
en kaarten 20
13.3. INSCHAKELEN EN UITSCHAKELEN VAN HET SYSTEEM .20
13.4. ONDERHOUDSMODE.......................................... 21
13.4.1. Weergave van de
ingeprogrammeerde codes en kaarten.............. 21
13.4.2. Bypassen van items ............................. 21
13.4.3. Beveiligen van een wagen in de
omgeving van het systeem.................................... 21
14. BEDIENEN EN PROGRAMMEREN VAN HET
SYSTEEM VIA PC .............................................................. 21
15. AANBEVOLEN BASIS REGELS VOOR DE
PROFESSIONELE INSTALLATEUR....................................... 21
16. PROBLEEM OPLOSSINGSTABEL ...................... 23
17. SPECIFICATIES VAN DE CENTRALE................. 23