Laag, Midden
en
Hoog
. Hoe hoger de frequentie,
hoe gevoeliger het product is voor de grasgroei. Dat
betekent dat het product langer mag werken als de
grasgroei hoog is.
Let op: Als de maairesultaten bij gebruik van de
weertimer
niet optimaal zijn, kan het nodig zijn om de
schema-instellingen aan te passen. Beperk het schema
niet meer dan nodig is. Controleer ook of de maaischijf
schoon is en of de messen in goede staat verkeren.
1. Voer stappen 1-3 uit in
Toegang krijgen tot het
menu in het display van het product op pagina 22
.
2. Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
menustructuur
Weertimer > Maaitijd
te doorlopen.
3. Gebruik de pijltoetsen om de frequentie
Laag,
Midden
of
Hoog
te selecteren.
4. Druk op de knop TERUG.
3.12.8 Installatie
In het menu Installatie kunt u de instellingen van het
product aanpassen voor het beste maairesultaat.
3.12.8.1 GPS-ondersteunde navigatie, Tuindekking en
Systematisch doorgangen maaien
Dankzij de
GPS-ondersteunde navigatie
kan het product
de optimale werking selecteren. Gebruik de
functie voor
gazondekking
om handmatige instellingen uit te voeren
of om de functie
Systematisch doorgang maaien
te
gebruiken.
Als het werkgebied afgelegen delen bevat die via
smalle doorgangen met elkaar zijn verbonden, zijn
de functies
Tuindekking
en
Systematisch doorgangen
maaien
handig om alle delen van het gazon goed
te maaien. De functie
Tuindekking
wordt gebruikt om
het product te geleiden naar verafgelegen delen van
het werkgebied. De functie
Systematisch doorgangen
maaien
wordt gebruikt voor het maaien van smalle
doorgangen. Er moet een geleidingsdraad geïnstalleerd
zijn om deze functies te kunnen gebruiken. U kunt
maximaal 3 afgelegen delen instellen.
Met de functie
Tuindekking
volgt het product eerst de
geleidingsdraad, om deze vervolgens na een bepaalde
afstand te verlaten om het gazon te gaan maaien.
De functie
Systematisch doorgangen maaien
is geschikt
voor het maaien van smalle doorgangen met een
breedte van 60 cm - 1.5 m / 23 inch - 4.9 ft. Het product
beweegt in een patroon om de doorgangsbreedte
te bestrijken. Het product start met
Systematisch
doorgangen maaien
op de ingestelde afstand van het
laadstation. Wanneer het product het einde van de
smalle doorgang bereikt, gaat het product door met het
gazon op de normale wijze te maaien.
Gebied A, ongeveer 50%
Gebied B, ongeveer 30%
Gebied C, ongeveer 20%
De GPS-ondersteunde navigatie instellen
Schakel de GPS-ondersteunde navigatie uit om
handmatige instellingen in
Tuindekking
aan te brengen.
Let op: Het wordt aanbevolen GPS-ondersteunde
navigatie te gebruiken.
1. Voer stappen 1-3 uit in
Toegang krijgen tot het
menu in het display van het product op pagina 22
.
2. Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om
de menustructuur
Installatie > Tuindekking
te
doorlopen.
3. Druk op de knop OK om de functie in of uit te
schakelen.
4. Druk op de knop TERUG.
Functie Tuindekking instellen
1. Voer stappen 1-3 uit in
Toegang krijgen tot het
menu in het display van het product op pagina 22
.
2. Gebruik de pijltoetsen en de knop OK om de
menustructuur
Instellingen > Tuindekking > Gebied
1-3
te doorlopen.
3. Gebruik de pijltoets om het gebied te selecteren.
4. Druk op de knop OK.
5. Meet de afstand van het laadstation naar het begin
van het gebied. Meet langs de geleidingsdraad.
Zie
De afstand van het laadstation meten op
pagina 26
.
6. Druk op de pijltoetsen om de afstand te selecteren,
gemeten in m.
7. Druk op de knop OK.
8. Gebruik de pijltoetsen om het percentage van de
maaitijd te selecteren dat het product het gebied
moet maaien. Het percentage is gelijk aan het
1650 - 005 - 17.03.2022 Installatie - 25