10
Kleurendisplay binnenunit
Beschrijving van de display
1. Apparaat staat in stand-by modus: op de display staat de kamertemperatuur.
2. Apparaat activeren: activeringsindicatielampje, functiemodusindicatielampje en
ventilatorsnelheidsindicatielampje knipperen. Op de display staat de kamertemperatuur.
Het ventilatorsnelheidsindicatielampje geeft de snelheid van de binnenventilator aan als
deze in werking is. Dit lampje gaat uit als de binnenventilator is gestopt.
3. Temperatuur instellen: de display geeft door knipperen van het indicatielampje aan dat de temperatuur
kan worden ingesteld (de display staat op “--” bij het instellen van nonstop activering). 5 sec. na
het instellen van de temperatuur houdt het indicatielampje op met knipperen en geeft de display
de kamertemperatuur weer aan.
4. Ventilatorsnelheid: bij hoge snelheid beweegt het indicatielampje van de ventilatorsnellheid snel
langs de streepjes. Timer: als de timermodus wordt ingesteld, knippert het timerindicatielampje;
als de timeractie is voltooid, gaat het timerindicatielampje uit.
5. Slapen: als de slaapmodus is ingesteld, knippert het slaapmodusindicatielampje.
Als de slaapperiode voorbij is, gaat het slaapmodusindicatielampje uit.
6. Koelen/verwarmen/auto-modus/ontvochtigen/ventilatie: vijf minuten nadat de slaapmodus in werking is
getreden gaan alle indicatielampjes uit, behalve die van de slaapmodus en van de activeringsmodus.
Alle instellingen blijven ongewijzigd.