56036
33
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/42
Pagina verder
AVR 3550 Audio/ Video Receiver
HANDLEIDING
AVR 3550
AM/FM
RDS
Power for the Digital Revolution
®
2 INHOUD
3 Inleiding
4 Veiligheid
4 Opstellen & Uitpakken
5 Bedieningsorganen
7 Display
9 Aansluitingen
11 Afstandsbediening
14 Installeren en aansluiten
14 Audio-apparatuur
14 Video-apparatuur
15 SCART AV-aansluitingen
16 Uitbreiding afstandsbediening
16 Lichtnetuitgangen
17 Luidsprekerkeuze en -opstelling
18 Systeemconfiguratie
18 In gebruik nemen en in-beeld display
18 Instellingen voor elke gebruikte ingang
19 Instelling ingang
19 Opzet surround
19 Instellingen voor andere ingangen
20 Instellingen onafhankelijk van de
gekozen ingang
20 Opzet luidsprekers
21 Vertraging
22 Nachtfunctie
22 Uitgangen
22 Gebruik EzSet
23 Handinstelling uitgangsniveau
25 Bediening
25 Basisbediening
25 Ingangskeuze
25 Gebruik hoofdtelefoon
26 Overzicht surroundfuncties
27 Keuze surroundfuncties
27 Digitale audioweergave
28 Digitale bron kiezen
28 Digitale status
29 Nachtfunctie
29 Opnemen
30 Aanpassen uitgangsniveaus
30 Directe 6-kanaals uitgang
30 Geheugenbeveiliging
31 Gebruik van de tuner
32 RDS
33 Bijzondere functies
33 Helderheid display
33 Volume bij inschakeling
34 Gedeeltelijke in-beeld display
34 Aanpassen in-beeld duur (time-out)
35 Programmeren afstandsbediening
35 Programmeren met codes
35 Macro’s programmeren
36 Geprogrammeerde apparaatfuncties
36 Volume doorschakelen
37 Kanaalkeuze doorgeven
37 Transport doorschakelen
37 Resetten geheugen afstandsbediening
38 Functie overzicht
40 Problemen
40 Processor resetten
41 Technische gegevens
Inhoud
Opzet van de handleiding
Om de handleiding optimaal te kunnen gebruiken in combinatie met de afstandsbediening, de bedie-
ningsorganen, de aansluitingen en de display is deze als volgt ingedeeld:
VOORBEELD (vet gedrukt) geeft een toets op de afstandsbediening of de voorzijde aan, dan wel een
aansluiting op de achterzijde.
VOORBEELD (display) geeft een aanwijzing in de display aan.
VOORBEELD (vet gedrukt) geeft een oplichtende indicatie in de display op de voorzijde aan.
1
(cijfer in een hokje) verwijst naar een specifieke toets op de voorzijde.
0
(cijfer in een cirkel) verwijst naar een aansluiting op de achterzijde.
0
(cijfer in een ovaal) verwijst naar een toets op de afstandsbediening.
A
(letter in een hokje) verwijst naar een indicatie in de display.
VERKLARING VAN CONFORMITEIT
Wij, Harman Consumer International
2 route de Tours, 72500 Château-du-Loir,
Frankrijk
verklaren dat het product dat beschreven wordt
in deze handleiding voldoet aan de technische
normen:
EN 55013/6.1990
EN 55020/12.1994
EN 60065:1993
EN 61000-3-2/4.1995
Carsten Olesen
Harman Kardon Europe A/S
3/02
INLEIDING 3
Inleiding
Dank u voor de aanschaf van een Harman
Kardon product!
Met de aanschaf van een Harman Kardon
AVR 3550 staat u aan het begin van vele jaren
luisterplezier. De AVR 3550 is ontworpen om u
optimaal te laten genieten van alle spanning en
effecten van filmgeluid en alle nuances in de
muziek. Dankzij ingebouwde Dolby" Digital en
DTS-decoders biedt de AVR 3550 zes audioka-
nalen die het digitale filmgeluid van de nieuwste
DVD- en LD-films, naast digitale televisie uitzen-
dingen op de beste manier tot uitdrukking bren-
gen.
In de AVR 3550 worden complexe digitale scha-
kelingen gebruikt om dit allemaal te verwezenlij-
ken, maar het installeren en bedienen zijn toch
heel eenvoudig. Aan kleur herkenbare aanslui-
tingen, een programmeerbare afstandsbediening
en in-beeld menu’s maken de AVR 3550 zeer
gebruiksvriendelijk. Om optimaal plezier te heb-
ben van uw receiver, raden wij u aan even de tijd
te nemen deze handleiding in zijn geheel door te
lezen. Controleer ook of alle verbindingen met
de luidsprekers, bronnen en andere externe
apparatuur correct zijn uitgevoerd. Op deze
manier raakt u zo snel mogelijk vertrouwd met
alle functies en bedieningsorganen en kunt u
alle mogelijkheden van de AVR 3550 benutten.
Bewaar de handleiding om deze later nog eens
te raadplegen
Beschrijving en functies
De AVR 3550 is een van de veelzijdigste, multi-
functionele A/V receivers die er op de markt zijn
en biedt talloze luistermogelijkheden. Naast
Dolby Digital en DTS decoders voor digitale
bronnen is er ook een reeks analoge geluids-
functies, voor gebruik met CD, VCR,TV de inge-
bouwde FM/MG tuner van de AVR zelf. Naast de
nieuwste Dolby Pro Logic
®
II decoders, Dolby 3
Stereo, Dolby 3 Stereo en speciale zaal- en
theatereffecten bieden alleen de Harman Kardon
receivers Logic 7, een bredere en ruimer geluids-
effect. Eveneens exclusief voor Harman Kardon
is VMAx, dat gebruikt maakt van een eigen pro-
cessing om een open en ruimtelijk klankbeeld te
creëren via slechts twee luidsprekers.
Buiten het grote aantal luistermogelijkheden is de
AVR 3550 ook gemakkelijk te configureren voor
optimaal resultaat met uw luidsprekers in uw luis-
terruimte. Via de in-beeld menu’s kunnen de luid-
sprekers, ingangen en vertragingstijden gemakke-
lijk ingesteld worden, terwijl onze exclusieve
EzSet™ afstandsbediening de niveaus van het
systeem meet en automatisch kalibreert voor een
perfect uitgebalanceerd klankbeeld.
Voor optimale flexibiliteit bezit de AVR 3550
aansluitingen voor drie video apparaten, elk
zowel in composiet als S-Video. Er zijn twee
extra audio ingangen beschikbaar en in totaal
vier digitale ingangen zorgen ervoor dat de
AVR 3550 alle moderne digitale audiosignalen
kan verwerken. Coax en optisch digitale uitgan-
gen zijn beschikbaar voor directe verbinding met
digitale recorders. Een video opname-uitgang,
en een zeskanaals ingang maken de AVR 3550
vrijwel toekomstzeker, daar alle faciliteiten voor
nieuwe formaten van morgen aanwezig zijn.
De krachtige versterker van de AVR 3550 is
gebouwd op de traditionele Harman Kardon
technologieën voor de eindversterkers om een
optimaal dynamisch bereik te kunnen bieden
met elke denkbare programmabron.
Harman Kardon heeft de ‘HiFi’ receiver meer dan
negenenveertig jaar geleden uitgevonden. Met
topklasse schakelingen die zich in de loop der
tijd hebben bewezen, is de AVR 3550 de beste
receiver die Harman Kardon ooit heeft
geproduceerd.
Ingebouwde Dolby Digital en DTS
decoders op basis van Crystal
®
Chip
Technology
Logic 7 en VMAx functies exclusief voor
Harman Kardon
ProLogic II decoder, de nieuwste
technologie van Dolby Laboratories.
Afstandsbediening stelt
automatisch de optimale niveaus in
Talloze digitale ingangen en uitgangen
In-beeld menu en display systeem
6-Kanaals directe ingang voor gebruik
met DVD Audio spelers en andere
producten met ingebouwde surround
decoders of externe surround decoders.
Afstandsbediening met ingebouwde
codes.
TM
WAARSCHUWING
KANS OP ELEKTRISCHE
SCHOKKEN. NIET OPENEN
LET OP: VERMIJD HET RISICO VAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN. OPEN NOOIT ZELF DE BEHUIZING. IN HET APPARAAT
BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER ZELF KUNNEN WORDEN ONDERHOUDEN,
GEREPAREERD EN/OF VERVANGEN. LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN GEKWALIFICEERDE TECHNICI.
WAARSCHUWING: VERKLEIN BRANDGEVAAR EN DE KANS OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN; STEL HET APPARAAT NIET
BLOOT AAN REGEN OF VOCHT.
Het symbool van de bliksemschicht met
pijlpunt en een gelijkzijdige driehoek
waarschuwt de gebruiker voor de aan-
wezigheid van ongeïsoleerde gevaarlijke
voltages binnen in de behuizing van het
apparaat. Deze voltages kunnen elek-
trische schokken veroorzaken.
Het uitroepteken in een gelijkzijdige
driehoek waarschuwt de gebruiker voor
de aanwezigheid van belangrijke infor-
matie aangaande onderhoud en service
in de gebruiksaanwijzing.
4 VEILIGHEID
Veiligheid
Belangrijke veiligheidsinformatie
Controleer netspanning voor gebruik
Uw nieuwe AVR 3550 is ontworpen voor
gebruik met 220 - 240 volt wisselspanning. Sluit
u de receiver op een andere netspanning aan
dan waarvoor deze is bedoeld, dan kan dit
gevaarlijk zijn en zelfs brand ontstaan.
Bovendien kan de receiver hier door beschadigd
worden.
Heeft u vragen heeft over de juiste netspanning
voor dit specifieke model of over de netspanning
in uw omgeving, raadpleeg dan eerst uw leve-
rancier voordat het apparaat met het lichtnet
verbindt.
Gebruik geen verlengsnoeren
Gebruik het apparaat alleen met het vaste net-
snoer. Het gebruik van verlengsnoeren met dit
product wordt afgeraden. Leg, net als bij andere
elektrische apparaten, het netsnoer niet onder
vloerbedekking of tapijten en zet er geen zware
voorwerpen op. Een beschadigd netsnoer
onmiddellijk door een erkende technische dienst
laten vervangen door een exemplaar dat aan de
fabrieksspecificaties voldoet.
Ga voorzichtig met het netsnoer om
Wanneer u het netsnoer uit het stopcontact
neemt, trek dan altijd aan de stekker en niet aan
het snoer.Wanneer het apparaat voor langere
tijd niet zal worden gebruikt, neem dan de stek-
ker uit het stopcontact.
Open de behuizing niet
In dit product bevinden zich geen onderdelen die
door de gebruiker gerepareerd kunnen worden.
Bij het openen van de behuizing kunt u een
schok oplopen en wijzigingen aan het product
zullen de garantie ongeldig maken. Mocht water
of een metalen voorwerp zoals een paperclip,
een nietje of iets dergelijks in het apparaat
terechtkomen, neem dan de stekker direct uit
het stopcontact en raadpleeg een erkende repa-
rateur.
Uitpakken
De doos en overig verpakkingsmateriaal dat
gebruikt werd om uw nieuwe receiver tijdens
transport te beschermen, zijn speciaal ontwor-
pen om schokken en trillingen te absorberen. Wij
adviseren u de doos en het verpakkingsmateri-
aal te bewaren voor het geval u gaat verhuizen
of als het apparaat ooit gerepareerd zou moeten
worden.
Om de omvang van de doos te verkleinen kunt u
deze plat maken. Dit doet u door het plakband
op de bodem helemaal los te maken en de doos
plat te drukken. De kartonnen hulpstukken kun-
nen op dezelfde manier worden bewaard.
Verpakkingsmateriaal dat niet samengedrukt
kan worden kan in een plastic zak worden
bewaard.
Wilt u het verpakkingsmateriaal niet bewaren, is
het goed te weten dat de doos en het overige
verpakkingsmateriaal gerecycled kunnen wor-
den. Denk aan het milieu en lever dit materiaal
in op de daarvoor aangewezen plaats.
Opstelling
Plaats het apparaat, om een goede werking te
verzekeren en risico’s te vermijden, op een ste-
vige en vlakke ondergrond. Zet u het apparaat
op een schap, controleer dan of het schap en
de steunen het gewicht kunnen dragen.
Zorg ervoor dat er voldoende ruimte is voor
ventilatie rond het apparaat. Plaatst u dit pro-
duct in een kast of andere gesloten ruimte,
controleer dan of er voldoende ventilatie is. In
sommige gevallen kan een ventilator nodig
zijn.
Plaats het apparaat niet op een tapijt of een
dergelijke ondergrond, daar dan de ventila-
tiesleuven worden afgesloten.
Gebruik het apparaat niet op extreem hete of
koude plaatsen, op een plaats waar het bloot-
staat aan direct zonlicht, of in de nabijheid
van een verwarming.
Plaats het apparaat niet in een vochtige of
stoffige omgeving.
Zorg ervoor dat de ventilatiesleuven in de
bovenzijde van het apparaat vrij blijven en
plaats er geen voorwerpen op.
Schoonmaken
Maak het apparaat zonodig schoon met een
schone, zachte en droge doek. Indien nodig
bevochtigt u een zachte doek met lauw sop en
daarna met een doek met schoon water. Droog
het apparaat onmiddellijk af met een droge
doek. Gebruik NOOIT benzeen, reinigingsmidde-
len met drijfgassen, verdunner, alcohol of andere
vluchtige middelen. Gebruik geen schuurmidde-
len, want deze kunnen de afwerking van meta-
len onderdelen beschadigen. Vermijd het gebruik
van insecticiden in de buurt van dit apparaat.
Verplaatsen
Alvorens het apparaat te verplaatsen controleren
of alle verbindingen met andere apparaten los-
genomen zijn en dat de stekker van het appa-
raat zelf uit het stopcontact genomen is.
BEDIENINGSORGANEN 5
1
Netschakelaar: druk op deze toets om de
AVR in te schakelen. Is de schakelaar ingedrukt,
dan staat het apparaat in standby, wat wordt
aangegeven door de oranje LED
3
rond de
standby schakelaar
2
. Wanneer deze toets
NIET ingedrukt is, werkt het apparaat niet. Om
het apparaat geheel uit te schakelen en ook de
afstandsbediening te blokkeren, deze schakelaar
indrukken zodat deze naar buiten komt en het
woord ‘OFF’ (uit) op de bovenzijde van de scha-
kelaar zichtbaar wordt.
Opmerking: Laat deze schakelaar normaal
gesproken in de positie ON (aan) staan.
2
Standby: wanneer de netschakelaar
1
ingedrukt is, drukt u op deze toets om de AVR in
te schakelen. Druk deze knop opnieuw in om het
apparaat uit (standby) te schakelen. De licht-
netindicatie
3
(rond de schakelaar) wordt
groen als het apparaat aan staat.
3
Lichtnetindicatie: licht oranje op tijdens
standby, als teken dat het apparaat gereed is
voor gebruik. Ingeschakeld licht deze groen op.
4
Hoofdtelefoonuitgang: sluit hierop een
hoofdtelefoon aan om ongestoord te kunnen
luisteren. Gebruik een hoofdtelefoon met een
standaard 6,3 jackplug. Zodra de hoofdtelefoon
wordt aangesloten, worden de luidsprekers
uitgeschakeld.
5
Insteltoetsen: bij het vastleggen van de
configuratie kiest u met deze toetsen uit de
beschikbare mogelijkheden die in de display
Ú
worden aangegeven.
6
Klankregeling in/uit: de klankregeling en
balans worden ingeschakeld door deze toets in
te drukken. De indicatie TONE IN verschijnt in de
display
Ú
en met de regelaars lage tonen
^
, hoge tonen
*
en balans
&
kan het
signaal naar de luidsprekers worden gecorri-
geerd. Staat de indicatie TONE OUT in de dis-
play, dan wordt het signaal ‘recht’ weergegeven.
Bedieningsorganen
1
2
3
4
5
6
7
8
9
)
!
@
#
$
%
^
&
*
(
Ó
Ô
Ò
Ú
Û
Ù
Netschakelaar
Standby
Lichtnetindicatie
Hoofdtelefoonuitgang
Insteltoetsen
Klankregeling in/uit
Surroundfunctie
Afstemmen
FM/MG
Voorkeurposities
Ingangskeuze
RDS functies
Testsignaal
Surroundfunctie indicaties
Sensor afstandsbediening
Lage tonen
Balans
Hoge tonen
Volume
Instellen
Ingangsindicaties
Vertraging
Digitale ingangskeuze
Display
Kanaalkeuze
Luidsprekerkeuze
4
1
3
5
7
8
9
)
!
@
^
*
&
(
2
6
Ò
$
Ù
AVR 3550
#%
Û
Ú
Ô
Ó
RDSAM/FM
2
DTS
HDCD
PCM
MULTI3ST
DSPOSD
SL
SBL
SBR
SR
VMAx NF LOGIC 7 CMPL
II
KHz
MHz
OPT12
COAX12
ANALOG
TA
AUTORDS
TUNED ST
MEM
II
6 BEDIENINGSORGANEN
Bedieningsorganen
7
Surroundfunctie: indrukken om door de
beschikbare surroundfuncties te schakelen en te
kiezen. Niet alle functies zijn altijd beschikbaar,
afhankelijk van het type ingang. Zie pagina 26
voor een overzicht van de surroundfuncties.
8
Afstemmen: druk op de linkerzijde van de
toets om naar een lagere frequentie te gaan, of
op de rechter om naar een hogere te gaan.
Wordt een zender met een voldoende sterk sig-
naal gevonden dan licht de indicatie TUNED
L
in de display
Ú
op. Zie pagina 31 voor nadere
informatie over afstemmen.
9
FM/MG keuze: druk op deze toets om
tuner als bron van de AVR 3550 te kiezen. Na
eenmaal indrukken hoort u de laatst gebruikte
zender; nogmaals indrukken schakelt heen en
weer tussen AM (= MG) en FM. Houd de toets
vast om te schakelen tussen stereo en mono,
handafstemming en automatische afstemming.
Zie pagina 31 voor nadere informatie.
)
Voorkeurposities: Druk op deze toetsen
om voor- of achteruit door het overzicht van de
voorkeurzenders te schakelen. Zie pagina 31
voor nadere informatie.
!
Ingangskeuze: druk één of meermaals op
deze toets om een andere bron te kiezen.
@ RDS functie: indrukken om de verschillen-
de boodschappen van het RDS-systeem van de
AVR tuner op te roepen. Zie pagina 32 voor
nadere informatie over RDS.
#
Testsignaal: druk op deze toets om de
niveaus van de kanalen in te stellen met de
ingebouwde testgenerator als referentie. Voor
meer informatie over het instellen van de uit-
gangsniveaus, zie pagina 23.
$
Surroundfunctie indicaties: een groene
LED licht op bij de actieve surroundfunctie.
%
Sensor afstandsbediening: deze sensor
ontvangt de bevelen van de afstandsbediening.
Richt de afstandsbediening hierop en zorgt dat
de sensor niet geblokkeerd wordt, tenzij een
externe sensor is aangesloten.
^
Klankregeling laag: draai aan deze knop
om de lage frequenties in de linker en rechterka-
nalen max. 10 dB te versterken of te verzwak-
ken. Stel in naar smaak en afhankelijk van de
kamerakoestiek.
&
Balans: draai aan deze knop om beide front
kanalen even luid te laten klinken.
Opmerking: Normaal gesproken dient deze rege-
laar ongeveer in het midden (’12 uur’) te staan.
*
Klankregeling hoog: draai aan deze knop
om de hoge frequenties in de linker en rechter-
kanalen max. 10 dB te versterken of te verzwak-
ken. Stel in naar smaak en afhankelijk van de
kamerakoestiek.
(
Volume: draai deze knop naar rechts om
het niveau te verhogen, of naar links om het
niveau te verlagen. Mute (geluid uit) wordt auto-
matisch opgeheven zodra de volumeregelaar
wordt verdraaid.
Ó
Instellen: regelt het instellen en configure-
ren van de in de display
Ú
aangegeven instel-
ling, die dan in het geheugen van de AVR wordt
opgeslagen. Deze toets wordt ook gebruikt om
de helderheid van de display te wijzigen. Zie
pagina 33.
Ô
Ingangsindicatie: een groene LED licht op
bij de ingang van de AVR die in gebruik is.
Vertragingstijd: druk op deze toets om
een vertragingstijd in te stellen. Zie pagina 21
voor nadere informatie over vertragingstijden.
Ò
Digitale ingangskeuze: druk op deze
toets om te kiezen tussen de optische
O
en
coax
A
digitale ingangen. Zie pagina 27 en
verder voor meer informatie over digitale audio.
Ú
Display: in de display verschijnen aanwij-
zingen en indicaties die helpen het apparaat te
bedienen. Zie pagina 7 – 8 voor een volledige
beschrijving.
Û
Kanaalkeuze: indrukken om de verschillen-
de kanalen in te stellen met behulp van een
externe audiobron. Voor meer informatie over het
instellen van de uitgangsniveaus, zie pagina 30.
Ù
Luidsprekerkeuze: kiest de luidsprekers
die in uw kamer worden gebruikt. Zie pagina 18
voor meer informatie over installatie en configu-
ratie.
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
DISPLAY 7
Display
DTS
PCM
A
K
M
R
S
Q
N
V
U
T
F
H
I
J
C
D
O
E G P L
B
X
W
3ST
OSD DSP
SL
SR
VMAx NF LOGIC 7 CMPL II
KHz
MHz
OPT12
COAX12
ANALOG
AUTORDS TA
TUNED ST
MEM
Signaal type
Digitale ingang optisch
DTS functie
Dolby Digital
Digitale ingang coax
Dolby Pro Logic II
Analoge ingang
Dolby 3 Stereo
VMAx functie
DSP Functie
Logic 7 functie
Afstemming
In-beeld display
Display
Nachtfunctie
Automatisch
Luidspreker/kanaal functie
Voorkeurpositie / Sluimerfunctie
Voorkeurpositie
Sluimertijd
Geheugen
Stereo
RDS
Verkeersinformatie
A
Signaal type: deze indicaties geven van
een digitale ingang aan om welke soort signaal
het gaat.
B
Digitale ingang optisch: licht op wanneer
een optisch digitale ingang is gekozen.
C
DTS functie: licht op wanneer de DTS-
functie is gekozen.
D
Dolby Digital: licht op wanneer Dolby
Digital is gekozen.
E
Digitale ingang coax: licht op wanneer
een coax digitale ingang is gekozen.
F
Dolby Pro Logic II: licht op wanneer Dolby
Pro Logic II is gekozen.
G
Analoge ingang: licht op wanneer een
analoge ingang is gekozen.
H
Dolby 3 Stereo: licht op wanneer de Dolby
3 Stereo functie is gekozen. Alleen ST(stereo)
licht op wanneer 'Surround Off' is gekozen. In
dat geval zijn alle Surround functies uitgescha-
keld en wordt in stereo weergegeven.
I
VMAx functie: licht op wanneer de VMAx
functie is gekozen. VMAx verschijnt wanneer
de Far Field VMAx functie is gekozen; VMAxN
verschijnt wanneer de Near Field VMAx functie
is gekozen. Zie pagina 27 voor nadere informa-
tie over de VMAx functies.
J
DSP functie: licht op wanneer één van de
surround functies door Digitale Signaal
Processing of DSP in gebruik is. Deze functies
omvatten Hall 1, Hall 2, de Theater, Surround Off
A/D-Mode functie en 5 Kanaals Stereo.
K
Logic 7 functie: licht op wanneer de Logic
7 functie is gekozen. LOGIC 7C verschijnt
voor Logic 7 Cinema, LOGIC 7M voor Logic 7
Muziek. Zie pagina 26 voor een beschrijving van
de Logic 7 functies.
L
Afstemming: licht op wanneer een zender
met voldoende sterkte binnenkomt en correct is
afgestemd.
M
In-beeld display: wanneer de in-beeld dis-
play ingeschakeld is, licht deze indicatie op om
aan te geven dat andere indicaties in de display
niet werken.
N
Display: hierin verschijnen aanwijzingen
over status, ingang, surroundfunctie, tuner, volu-
me en andere aspecten van de bediening.
O
Nachtfunctie: licht op wanneer de AVR
3550 in de nachtfunctie staat en het dynamisch
bereik van het digitale programmamateriaal
wordt beperkt.
P
Automatisch: geeft aan dat de automati-
sche afstemming van de tuner is ingeschakeld.
Q
Luidspreker/kanaal functie: geeft aan
welke luidspreker voor elk kanaal gekozen is, of
de configuratie van het binnenkomende signaal.
De indicaties voor de luidsprekers links, centrum,
rechts, links surround en rechts surround
bestaan uit drie hokjes, terwijl de subwoofer een
enkel hokje is. Het middelste hokje licht op wan-
neer een ‘kleine’ luidspreker is gekozen, de bui-
tenste twee wanneer een grote luidspreker is
gekozen. Brandt geen enkel hokje voor de kana-
len centrum, surround of subwoofer, dan zijn er
voor die posities geen luidsprekers gekozen. Zie
pagina 19 voor nadere informatie over het confi-
gureren van de luidsprekers. De letter in het mid-
delste hokje geeft een actief kanaal aan. Voor
standaard analoge bronnen zullen alleen L en R
oplichten, wat een stereobron aangeeft. Gaat
het om een digitale bron dan geven de indicaties
aan welke kanalen op de digitale ingang worden
ontvangen. Een knipperende letter geeft een
onderbroken digitaal signaal aan. Zie pagina 28
voor nadere informatie over deze indicaties.
R
Voorkeurpositie / Sluimerfunctie: bij
radio ontvangst geeft het nummer aan welke
voorkeurzender wordt beluisterd. Zie pagina 31
voor nadere informatie over voorkeurzenders. Is
de sluimerfunctie actief dan geven deze cijfers
aan hoeveel minuten nog resteren voordat het
apparaat in standby gaat.
8 DISPLAY
Display
S
Voorkeurpositie: licht op wanneer de
tuner wordt gebruikt om aan te geven dat de
indicatie voorkeurpositie/sluimerfunctie
R
de actieve voorkeurpositie aangeeft. Zie pagina
29 voor meer informatie over voorkeurzenders.
T
Sluimerfunctie: licht op wanneer de slui-
merfunctie actief is. Het getal in de display geeft
aan na hoeveel minuten de AVR in standby zal
gaan.
U
Geheugen: geeft in twee cijfers aan welke
voorkeurpositie in gebruik is of vastgelegd wordt.
V
Stereo: licht op als wordt afgestemd op een
FM-zender die in stereo uitzendt.
W RDS: licht op wanneer een zender wordt
ontvangen die RDS data uitzendt.
X Verkeersinformatie: licht op wanneer de
afgestemde zender regelmatig verkeersinforma-
tie uitzendt. Zie pagina 32 voor nadere informa-
tie omtrent RDS.
AANSLUITINGEN 9
Aansluitingen
¤
db g £ ª§ f
¢ c a e ·
¡
°
0
Tape-ingangen: verbind deze ingangen met
de Play/Out uitgangen van een audiorecorder.
1
Tape-uitgangen: verbind deze uitgangen
met de Record/In ingangen van een audiore-
corder.
2
Video 1 audio ingangen: verbind deze
ingangen met de Play/Out uitgangen van een
VCR of andere videobron.
3
MG-antenne: sluit hierop de bijgeleverde
MG raamantenne aan. Wordt een externe MG-
antenne gebruikt, sluit die dan aan conform de
daarbij gevoegde aanwijzingen.
4
Video 1 audio uitgangen: verbind deze
uitgangen met de Record/Input ingangen van
een VCR.
5
DVD audio ingangen: verbind deze ingan-
gen met de analoge audio uitgangen op een
DVD of andere video bron.
6
FM-antenne: sluit hierop de bijgeleverde
FM-antenne aan, of een buitenantenne, dan wel
een kabelsysteem.
7
CD-ingang: verbind deze ingang met de
analoge uitgangen van een CD-speler of CD-
wisselaar.
8
6 Kanaals directe ingang: verbind deze
ingangen met de uitgangen van een externe
digitale audiodecoder.
9
Digitale audio uitgangen: verbind deze
uitgangen met de digitale ingang van een digi-
tale recorder zoals een CD-recorder of een
MiniDisc recorder.
A
Coax digitale ingangen: verbind deze
ingang met de coax digitale uitgang van een
DVD-speler, HDTV-receiver, LD-speler, MD- of
CD-speler. Het kan een Dolby Digital, DTS of
standaard digitaal PCM-signaal zijn. Sluit geen
RF digitaal signaal van een LD-speler op deze
ingang aan.
B
Subwoofer uitgang: verbind deze uitgang
met de lijningang van een actieve subwoofer.
Bij gebruik van een losse subwooferversterker
wordt deze uitgang met de ingang van die ver-
sterker verbonden.
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Tape ingangen
Tape uitgangen
Video 1 audio ingangen
MG antenne
Video 1 audio uitgangen
DVD audio ingangen
FM antenne
CD ingang
6 Kanaals directe ingang
Digitale audio uitgangen
Coax digitale ingangen
Subwoofer uitgang
TV/monitor uitgang
Front/Centrum luidsprekeruitgangen
Surround luidsprekeruitgangen
Geschakelde lichtnetuitgang
Ongeschakelde lichtnetuitgang
Netsnoer
DVD video ingangen
Video 1 video uitgangen
Meerkamer IR-ingang
Video 2 video ingangen
IR-uitgang afstandsbediening
Video 1 video ingangen
Optisch digitale ingangen
Video 2 audio ingangen
10 AANSLUITINGEN
Aansluitingen
C
TV/monitoruitgang: verbind deze uitgang
met de composiet- of S-Video ingang van een
monitor of videoprojector, zodat ook de in-beeld
menu’s worden weergegeven en de signaalbron
bekeken kan worden die met de videoschakelaar
van de receiver is gekozen.
D
Front/Centrum luidsprekeruitgangen:
verbind deze uitgangen met de overeenkomstige
+ en – aansluitingen van de front/centrum luid-
sprekers. Let bij het aansluiten van luidsprekers
altijd goed op de polariteit: de rode + van de
AVR komt aan de rode + van de luidspreker en
de zwarte – van de AVR komt aan de zwarte –
van de luidspreker. Zie pagina 14 voor nadere
informatie.
E
Surround luidsprekeruitgangen: verbind
deze uitgangen met de overeenkomstige + en –
aansluitingen van de linker en rechter surround
luidsprekers. Let bij het aansluiten van luidspre-
kers altijd goed op de polariteit: de rode + van
de AVR komt aan de rode + van de luidspreker
en de zwarte – van de AVR komt aan de zwarte
– van de luidspreker. Zie pagina 14 voor nadere
informatie.
F
Geschakelde lichtnetuitgang: voor het
voeden van andere apparaten, die dan met
standby
2
op de AVR worden ingeschakeld.
G
Ongeschakelde lichtnetuitgang: voor
het voeden van andere apparaten, die dan
constant van spanning worden voorzien, ook
wanneer de AVR in standby staat, maar alleen
wanneer de netschakelaar
1
van de AVR
ingedrukt is.
Opmerking: Het totale opgenomen vermogen
van de apparaten die op de lichtnetuitgangen
zijn aangesloten, mag niet hoger zijn dan
100 watt via de ongeschakelde uitgang
G
en
50 watt via de geschakelde uitgang
F
.
H
Netsnoer: verbind de stekker met een
ongeschakeld stopcontact.
I
DVD video-ingangen: verbind deze ingan-
gen met de composiet of S-video uitgangen van
een DVD-speler of andere videobron.
J
Video 1 video uitgangen: verbind deze
uitgangen met de RECORD/INPUT composiet
of S-video ingang van een VCR.
K
Meerkamer IR-ingang: wanneer de
IR-sensor van de AVR geblokkeerd is door een
kast of andere obstakels, kan een externe sensor
worden gebruikt. Sluit deze op deze ingang aan.
L
Video 2 video ingangen: verbind deze
ingangen met de PLAY/OUT composiet of
S-video uitgangen van een tweede VCR of ande-
re videobron.
M
IR-uitgang afstandsbediening: via deze
aansluiting kan de IR-sensor in de receiver ook
andere op afstand bediende apparaten bedie-
nen. Verbind deze uitgang met de ‘IR-IN’ ingang
op andere Harman Kardon of andere geschikte
apparaten.
N
Video 1 video ingangen: verbind deze
ingangen met de PLAY/OUT composiet of
S-video uitgangen van een VCR of andere video-
bron.
O
Optisch digitale ingangen: verbind deze
ingang met de optisch digitale uitgang van een
DVD-speler, HDTV-receiver, LD-speler, MD- of
CD-speler. Het kan een Dolby Digital, DTS of
standaard digitaal PCM-signaal zijn.
P
Video 2 audio ingangen: verbind deze
ingangen met de PLAY/OUT composiet of
S-video uitgangen van een VCR of andere video-
bron.
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
a
b
AFSTANDSBEDIENING 11
Afstandsbediening
Inschakelen
IR-zender
Programma/SPL
Uitschakelen
Ingangen
AVR
MG/FM
EzSet sensor microfoon
Testsignaal
Sluimer
Surround
Nachtfunctie
Kanaal
/
¤
Instellen
Digitale keuze
Cijfertoetsen
Tuner
Direct
Afstemmen
In-beeld display
Macro’s
Loopwerkfuncties
Volgende/vorige
RDS
Voorkeuze hoger/lager
Wissen
Geheugen
Vertraging/vorig kanaal
Luidspreker
Geen functie
Volume hoger/lager
TV/Video
SPL
6-Kanaals directe ingang
Muting
Opmerking: de hier gebruikte functienamen
slaan op de voor de AVR gebruikte functies.
De meeste toetsen hebben meerdere functies
wanneer de afstandsbediening voor andere
apparaten wordt gebruikt. Zie pagina 38-39
voor een overzicht van deze functies.
POWER
AVR
AM/FM
VCR
6 CH.
ON
OFF
SLEEP
SURR.
CH.
G
U
I
D
E
C
H
.
E
X
I
T
D
I
G
I
T
A
L
M
E
N
U
S
P
K
R
P
R
E
V
.
C
H
D
E
L
A
Y
SET
TUN-M
MEM
RDS
OSD
DIRECT
TUNING
PRESET
CLEAR
DWN
UP
TEST
NIGHT
3550
SKIP
a
bc
d
e
f
g
h
i
j
k
l
m
n
o
q
n
s
r
t
u
v
w
`
32
30
29
DVD
CD
TAPE
VID 2
TV
CBL/SAT
VID 1
SPL
1
2
3
4
7
6
5
9
0
8
M2
M3
M4
M1
28
VOL.
37
36
35
34
33
31
38
z
x
y
TM
p
12 AFSTANDSBEDIENING
Afstandsbediening
Belangrijk: de afstandsbediening van de
AVR 3550 kan geprogrammeerd worden om
maximaal 7 apparaten, inclusief de AVR 3550
zelf, te besturen. Voordat u de afstandsbediening
in gebruik neemt eerst met ingangen
4
het
apparaat kiezen dat u wilt gebruiken. Af fabriek
is de afstandsbediening van de AVR 3550 inge-
steld op het bedienen van de AVR 3550 en de
meeste Harman Kardon CD en DVD-spelers en
cassettedecks. De afstandsbediening kan ook
een reeks andere producten bedienen via de
codes die al aanwezig zijn. Voordat u de
afstandsbediening in gebruik neemt met andere
producten, eerst de aanwijzingen op pagina 35
over het programmeren van bevelen uitvoeren.
Aan veel toetsen van de afstandsbediening kun-
nen functies toegewezen worden die afhankelijk
zijn van het product dat met de ingangskeuze
geactiveerd is. In deze paragraaf worden in de
eerste plaats de functies van de afstands-
bediening voor de AVR 3550 beschreven. Zie
pagina 38 voor informatie over andere functies
voor de toetsen van de afstandsbediening.
0
Inschakelen: druk op deze toets om de
netspanning in te schakelen van het apparaat in
te schakelen dat met de ingangskeuze
4
is
gekozen.
1
IR-zender: richt dit op de sensor van de
AVR 3550 bij het indrukken van een toets, zodat
de infrarood signalen goed worden ontvangen.
2
Programma/SPL-indicatie: deze drie-
kleurige indicatie leidt u door het programmeren
van de afstandsbediening en wordt tevens
gebruikt als niveau indicatie bij gebruik van de
EzSet functie. Zie pagina 22 voor het instellen
van uitgangsniveaus en pagina 35 voor informa-
tie over het programmeren van de afstands-
bediening.
3
Uitschakelen: druk op deze toets om de
AVR of een gekozen apparaat in standby te zetten.
4
Ingangen: door één van deze toetsen in te
drukken gebeuren er drie dingen: staat de AVR
niet aan, dan wordt deze ingeschakeld; ook wordt
de bron overeenkomend met de ingedrukte toets
geactiveerd, en tenslotte wordt de afstandsbe-
diening omgeschakeld, zodat deze de gekozen
bron bedient. Nadat u op deze toets gedrukt
hebt, drukt u op AVR
5
om de functies van de
AVR met de afstandsbediening te activeren.
5
AVR: hiermee schakelt u de afstandsbedie-
ning om, zodat deze de functies van de AVR
bedient. Staat de AVR op standby, dan wordt
deze ingeschakeld.
6
MG/FM: druk op deze toets om de tuner
van de AVR als bron te kiezen. Drukt u op deze
toets terwijl de tuner al gekozen is, dan wordt
omgeschakeld tussen MG en FM. Zie pagina 26.
7
EzSet sensor microfoon: achter deze
uitsparing bevindt zich de microfoon voor de
EzSet. Bij gebruik van de afstandsbediening om
de luidsprekerniveaus met EzSet te kalibreren
opletten dat u deze opening niet afdekt. Zie
pagina 26 voor informatie over het gebruik van
EzSet.
8
Testsignaal: druk hierop om het configure-
ren van de uitgangsniveaus van de AVR te star-
ten. Zie pagina 22 voor nadere informatie over
het kalibreren van de AVR.
9
Sluimer: druk op deze toets om de slui-
merfunctie te activeren. Na de in de display aan-
gegeven tijd zal de AVR automatisch in standby
gaan. Telkens wanneer op deze toets wordt
gedrukt zal de tijd veranderen in deze volgorde:
Houd de toets twee seconden ingedrukt om de
sluimerfunctie uit te schakelen. Denk er aan dat
deze toets ook wordt gebruikt om een ander
kanaal te kiezen op TV, VCR en SAT.
Merk op dat deze toets ook gebruikt wordt om
kanalen te kiezen op uw TV, VCR, AUX en SAT
ontvanger wanneer die gekozen zijn.
Wanneer de afstandsbediening van de AVR
geprogrammeerd is op de codes van een ander
apparaat, wordt deze toets tevens gebruikt bij
'Automatisch Zoeken'. Zie pagina 39 voor nade-
re informatie omtrent het programmeren van de
afstandsbediening.
A
Surround: druk op deze toets om de sur-
roundfunctie te wijzigen. Vervolgens kiest u met
de toetsen
/
¤
D
de gewenste surround-
functie. Zie pagina 27 voor nadere informatie.
Merk op dat deze toets ook gebruikt wordt om
kanalen te kiezen op de TV, VCR, AUX en SAT-
ontvanger, wanneer deze gekozen zijn met de
ingangskeuze
4
. Wanneer de afstandsbedie-
ning van de AVR 3550 geprogrammeerd is met
de codes van een ander apparaat, wordt deze
toets ook gebruikt voor de functie Automatisch
zoeken’. Zie pagina 26 voor nadere informatie
over het programmeren van de afstandsbedie-
ning.
B
Nachtfunctie: schakelt de nachtfunctie in.
Bedoeld voor digitale bronnen en zorgt ervoor
dat ook op laag volume de dialoog in het cen-
trum kanaal verstaanbaar blijft. Zie pagina 29
voor nadere informatie.
C
Kanaal: hiermee activeert u het instellen
van de uitgangsniveaus van de AVR met een
externe bron. Na eenmaal op deze toets gedrukt
te hebben kan met de toetsen
/
¤
D
het
kanaal worden gekozen, waarna met instellen
F
en dan opnieuw met de
/
¤
het niveau
kan worden ingesteld. Zie pagina 30 voor aan-
vullende informatie.
D
/
¤
: worden voor meerdere functies
gebruikt, bijvoorbeeld om een surroundfunctie te
kiezen. Druk daarvoor eerst op surround
¤
A
en vervolgens gaat u met de toetsen
/
¤
door de verschillende surroundfuncties die in de
display
Ú
verschijnen. Deze toetsen worden
ook gebruikt om de uitgangsniveaus te wijzigen
wanneer het apparaat met het testsignaal of een
externe bron wordt ingesteld. Tenslotte om de
vertraging in te stellen, nadat op vertraging
T
is gedrukt.
Wanneer de afstandsbediening van de
AVR 3550 geprogrammeerd wordt op de codes
van een ander apparaat, wordt deze toets ook
gebruikt bij 'Automatisch zoeken'. Zie pagina 35
voor nadere informatie omtrent het programme-
ren van de afstandsbediening.
E
: om het menu-item of –instelling te
wijzigen wanneer een menugestuurd apparaat
(TV, VCR, DVD, enz.) is gekozen.
F
Instellen: deze toets wordt gebruikt om
instellingen in het geheugen van de AVR op te
slaan. Tevens voor het invoeren van de vertra-
gingstijd, instelling van de luidsprekerconfigura-
tie en het uitgangsniveau van de zender.
G
Digitaal: druk op deze toets om een van
de digitale ingangen
OA
te kiezen. Zie pagina
28 voor nadere informatie over het gebruik van
de digitale ingangen.
H
Cijfertoetsen: met deze tien cijfertoetsen
kan de frequentie van een radiozender of een
programma op TV of satellietontvanger, dan wel
een nummer op CD, DVD, of LD worden inge-
voerd, afhankelijk van de gekozen bron en de
programmering van de afstandsbediening.
I
Tuner: wanneer de tuner actief is kan met
deze toets worden gekozen uit automatische of
handafstemming. Drukt u op deze toets en dooft
daarop de indicatie AUTO
P
, dan gaat de fre-
quentie telkens wanneer u op afstemmen
K
8
drukt een stap omhoog of omlaag. Is FM
gekozen en brandt de indicatie AUTO
P
dan
wordt met deze toets naar mono geschakeld
voor betere ontvangst van zwakke zenders. Zie
pagina 31.
90
min
80
min
70
min
60
min
50
min
40
min
30
min
20
min
10
min
OFF
AFSTANDSBEDIENING 13
J
Direct: indrukken wanneer de tuner actief
is om de frequentie van een zender direct in te
toetsen. Voer vervolgens met de cijfertoetsen
H
de frequentie in. Zie pagina 31 voor nadere
informatie.
K
Afstemmen hoger/lager: met deze
toetsen kunt u de afgestemde frequentie van de
tuner binnen het gekozen bereik verhogen of
verlagen. Is tuner
I
ingedrukt en brandt de
indicatie AUTO
P
en drukt u op deze toets dan
zoekt de tuner naar de eerstvolgende zender die
een goed signaal geeft. Licht de AUTO
P
indi-
catie NIET op dan gaat de afstemming met elke
druk op deze toets één stap verder of terug. Zie
pagina 31 voor aanvullende informatie.
L
In-beeld display/info: indrukken om
aanwijzingen in beeld te zien en te kiezen. Zie
pagina 22.
M
Macro's: druk op deze toetsen om een
'macro' op te slaan of op te roepen. Een macro
is een vastgelegde reeks bevelen. Zie pagina 35
voor informatie over het opslaan en oproepen
van macro's.
N
Loopwerkfuncties: deze toetsen hebben
geen enkele functie voor de AVR, maar kunnen
wel geprogrammeerd worden voor het voor- of
achteruit afspelen van CD- of DVD-spelers, en
audio- of videocassetterecorders
(zie pagina 35 voor aanvullende informatie over
het programmeren van de afstandsbediening).
O
Volgende/vorige: deze toetsen hebben
geen functie voor de AVR, maar worden afhan-
kelijk van de programmering gebruikt voor CD,
DVD, audio- of videorecorders om naar een
volgend of voorgaand nummer te gaan. Zie
pagina 38 voor aanvullende informatie.
P
RDS: indrukken om RDS boodschappen op
te roepen van de AVR 3550. Zie pagina 32 voor
nadere informatie over RDS.
Q
Voorkeuze hoger/lager: bij gebruik van
de tuner drukt u op deze toets om door het
overzicht van de geprogrammeerde zenders in
het geheugen van de AVR te gaan. Is CD of DVD
gekozen met de ingang
4
dan functioneert
deze toets als vertraagd voor/achteruit (DVD) of
+10 (CD).
R
Wissen: druk op deze toets om verkeerde
instellingen te wissen wanneer u met de
afstandsbediening de frequentie van de zender
invoert.
S
Geheugen: druk op deze toets om een
radiozender op een voorkeurpositie in het geheu-
gen van de AVR op te slaan. De indicatie geheu-
gen
U
begint te knipperen waarna binnen vijf
seconden de gewenste geheugenpositie met de
cijfertoetsen
H
kan worden ingevoerd. Zie
pagina 31 voor aanvullende informatie.
T
Vertraging/Voorgaande zender: druk
op deze toets om de vertragingstijd in te stellen,
die door de AVR bij surround gebruikt. Voer ver-
volgens de tijd in door op instellen
F
te
drukken en dan met
/
¤
D
in te stellen.
Druk nogmaals op instellen
F
om het proces
af te ronden. Zie pagina 21 voor aanvullende
informatie.
U
: indrukken om de menu-instelling of
keuze te wijzigen nadat een menugestuurd
apparaat (TV, VCR, DVD, e.a.) is gekozen.
V
Luidspreker: indrukken om het Bass
Management Systeem van de AVR 3550 te con-
figureren op het door u gebruikte luid-
sprekersysteem. Vervolgens gebruikt u de
/
¤
toetsen
D
om het kanaal te kiezen dat u wilt
instellen. Druk op instellen
F
en kies het
type luidspreker. Zie pagina 19 voor aanvullende
informatie.
W
Geen functie: deze toets heeft geen
functie in de bediening van de AVR 3550, maar
kan gebruikt worden om een meerkamer
systeem van een andere Harman Kardon AV-
receiver met die functie in/uit te schakelen, net
als de Sub-functie op dvd-spelers.
X
Volume hoger/lager: verhoogt of
verlaagt het afspeelniveau van het systeem.
Y
TV/Video: deze toets heeft op de AVR
3550 geen functie, maar bij gebruik van een
geschikte VCR, DVD of satellietontvanger met
een TV/Video functie, schakelt deze toets tussen
het signaal van de speler of receiver en de exter-
ne video input van de speler. Raadpleeg de
handleiding van de speler of receiver voor details
over deze functie.
Z
SPL: activeert de EzSet functie van de AVR
3550 om snel en nauwkeurig de uitgangs-
niveaus te kalibreren: indrukken, drie seconden
vasthouden en loslaten. Denk er aan dat het
testsignaal beurtelings aan alle kanalen wordt
toegevoerd en dat de programma/SPL
2
van kleur verandert. Tijdens deze procedure stelt
EzSet automatisch alle niveaus van alle kanalen
in tot deze gelijk zijn, waarop de
programma/SPL
2
van elk kanaal groen
wordt.
a
6-Kanaals directe ingang: druk op deze
toets om de component die op de 6-kanaals
directe ingang
8
is aangesloten als bron te
kiezen.
b
Muting: druk hierop om het geluid van de
AVR of de TV (afhankelijk van het apparaat dat
gekozen is) tijdelijk uit te schakelen.
Wanneer de afstandsbediening van de AVR
geprogrammeerd is voor gebruik met een ander
apparaat, kan deze toets samen met Ingang
4
worden ingedrukt om het programmeren te
activeren. Zie pagina 35 voor informatie over het
programmeren van de afstandsbediening.
Opmerking: drukt u op een toets waarvan de
functie overeenkomt met een op het gekozen
apparaat, dan knippert de overeenkomstige keu-
zetoets
45
kort om de keuze te bevestigen.
Afstandsbediening
14 INSTALLEREN EN AANSLUITEN
Plaats het apparaat nadat het uitgepakt is op
een stevige ondergrond en controleer of deze
het gewicht kan dragen. Vervolgens dient het
apparaat aangesloten te worden op de overige
audio- en videoapparatuur.
Aansluiten audioapparatuur
Wij raden u aan uitsluitend signaalkabels van
goede kwaliteit te gebruiken om achteruitgang
van het signaal te voorkomen.
Het is een goede gewoonte om bij het maken of
veranderen van de verbindingen tussen audio-
apparatuur of luidsprekers altijd de stekker uit
het stopcontact te nemen. Daarmee wordt voor-
komen dat er onbedoeld een schakelpuls o.i.d.
naar de luidsprekers gaat, waardoor deze
beschadigd zouden kunnen worden.
Belangrijk: om alle aansluitingen gemakkelijk
te kunnen onderscheiden en zo het aansluiten te
vereenvoudigen, zijn alle aansluitingen van de
AVR 3550 conform de nieuwe EIA/CEA-863
richtlijn op de volgende wijze kleurgecodeerd:
Luidsprekers en audio in/uitgangen: wit (links, luid-
sprekers front) en rood (rechts, luidsprekers front).
Luidsprekers: groen (centrum), blauw (links sur-
round) en grijs (rechts surround).
Audio uitgang: paars (subwoofer).
Composiet video in/uitgangen: geel.
Digitale audio in/uitgangen: oranje.
1. Sluit de analoge uitgang van een CD-speler
op de CD-ingang
7
aan.
OPMERKING: als de CD-speler zowel een vaste
als variabele audio-uitgang heeft, kunt u het
beste de vaste uitgang gebruiken, tenzij het
signaal om wat voor reden dan ook in niveau
aangepast dient te worden aan dat van andere
bronnen.
2. Verbind de analoge uitgangen PLAY/OUT van
en cassettedeck, MD, CD-R of andere audiore-
corder met de tape ingang
0
. Verbind de
analoge ingangen RECORD/IN met de uitgan-
gen Tape uitgang
1
op de AVR.
3. Verbind de uitgang van elke digitale bron
met de juiste ingang van de AVR 3550. Let erop
dat de optisch en Coax digitale ingangen
OA
kunnen worden gebruikt met een Dolby
Digital of DTS-bron, dan wel met een PCM-sig-
naal (S/P-DIF) van een traditionele CD-, MD- of
LD-speler.
4. Verbind de Coax of Optisch digitale uit-
gangen
9
op de achterzijde van de AVR met
de overeenkomstige digitale ingangen van een
CD-R of MiniDisc recorder.
5. Installeer de bij het apparaat geleverde MG
kamerantenne als hieronder aangegeven. Sluit
deze aan op de schroefklemmen AM en GND
3
.
6. Sluit de bijgeleverde FM-antenne aan op FM
(75 ohm) ingang
6
. De FM-antenne kan een
externe dakantenne, een draadantenne binnens-
huis zijn, of een aansluiting op het kabelsys-
teem. Als de antenne is aangesloten via een lint-
kabel van 300 ohm, dient een 300 ohm/75 ohm
adapter gebruikt te worden.
7. Sluit de luidsprekers aan op de front, centrum
en surround luidsprekeruitgangen
DE
. Voor
een optimale signaaloverdracht naar de luid-
sprekers, adviseren wij luidsprekerkabels van
goede kwaliteit te gebruiken. Er zijn vele merken
kabels leverbaar en de keuze van een kabel kan
worden beïnvloed door de afstand tussen uw
luidsprekers en de receiver, het type luidsprekers
dat u gebruikt, uw persoonlijke voorkeur en
andere factoren. Uw leverancier of installateur
kan u helpen bij het kiezen van de juiste kabel.
Een kabel met een doorsnede van 1,5 mm
2
kan
voor korte afstanden (minder dan 4 m) worden
gebruikt. Wij raden aan om geen kabels met een
doorsnede van 1 mm
2
of minder te gebruiken,
vanwege vermogensverlies en de teruggang in
prestatie die zich zal voordoen.
Kabel die door een muur gaat dient van een
keurmerk voorzien te zijn, ten teken dat deze aan
alle eisen voldoet. Wend u zonodig tot uw instal-
lateur of een erkend elektriciën die op de hoogte
is van de plaatselijke bouwvoorschriften met vra-
gen over kabel die door de muur wordt gevoerd.
Bij het aansluiten van de luidsprekers vooral
goed letten op de juiste polariteit. Verbind de
"negatieve" / "zwarte" draad met dezelfde aan-
sluiting op zowel de receiver als de luidspreker.
Op dezelfde manier verbind u de "positieve" /
"rode" draad met de aansluitingen van dezelfde
kleur op de AVR en luidsprekers.
OPMERKING: hoewel de meeste luidsprekerfa-
brikanten zich houden aan de industriële stan-
daard waarbij zwarte aansluitingen voor de
negatieve draad en rode voor de positieve draad
worden gebruikt, kunnen sommige fabrikanten
van deze configuratie afwijken. Om een goede
fase en optimale prestaties te verzekeren, het
typeplaatje op uw luidspreker of de handleiding
van de luidsprekers controleren op de polariteit.
Als u niet weet wat de polariteit van uw luidspre-
ker is, vraag dan uw leverancier om advies voor-
dat u verder gaat met de aansluiting, of raad-
pleeg de fabrikant/importeur van de luidsprekers.
Gebruik ook bij voorkeur identieke kabellengten
voor het aansluiten van de luidsprekerparen.
Gebruik bijvoorbeeld dezelfde lengte voor de luid-
sprekers linksvoor en rechtsvoor en voor surround
links en surround rechts, ook als de luidsprekers op
verschillende afstanden van de AVR staan.
8. De subwoofer wordt gewoonlijk aangesloten
op de lijnniveau subwooferuitgang
B
en de
lijningang van een subwoofer met ingebouwde
versterker. Wordt een passieve subwoofer
gebruikt, verbind dan deze uitgang met de
ingang van een eindversterker, waarop dan één
of meer subwoofers worden aangesloten. Wordt
een actieve subwoofer gebruikt zonder lijnni-
veau ingang, lees dan de instructies die bij de
luidspreker zijn gevoegd voor de juiste aanslui-
ting.
Opmerking: een luidsprekerset met twee satel-
lieten en een passieve subwoofer wordt aange-
sloten op de uitgangen front luidsprekers
D
,
en NIET op de subwooferuitgang.
Aansluitingen van videoapparatuur
Videoapparatuur wordt op dezelfde manier aan-
gesloten als audiocomponenten. Het gebruik van
signaalkabel van goede kwaliteit is belangrijk
voor het behoud van de signaalkwaliteit.
1. Verbind de audio- en video Play/Out uitgan-
gen met de Video 1 of Video 2 In ingangen
2LNP
op de achterzijde. De audio en
video Record/In ingangen van de VCR worden
verbonden met de Video 1 Out uitgangen
4J
van de AVR 3550.
2. Verbind de analoge audio- en video-ingangen
van een satellietontvanger, kabelconverter, tele-
visie of andere videobron met de Video 2
LP
(indien niet in gebruik) ingangen.
3. Verbind de analoge audio- en video-uitgan-
gen van een DVD- of laserdiscspeler met de
DVD-ingang
5I
.
4. Verbind de aansluitingen Video Monitor
out
C
van de receiver met de composiet- en
S-video ingang van de televisiemonitor of
videoprojector.
Opmerking over video aansluitingen:
• S-Video of Composiet videosignalen kunnen
alleen in hun oorspronkelijke vorm worden
bekeken en worden niet omgezet naar andere
formaten. De in-beeld display is echter in elk
formaat zichtbaar, ongeacht of de video dan
wel S-video ingang op de TV is gekozen.
Installeren en aansluiten
INSTALLEREN EN AANSLUITEN 15
Installeren en aansluiten
Scart A/V-aansluitingen
Voor alle hiervoor omschreven verbindingen
gebruikt uw videoapparaat cinch-aansluitingen
en/of S-video aansluitingen, zowel voor de
audio- als de videosignalen: elk normaal video-
apparaat (niet S-VHS of High 8) gebruikt voor
alleen afspelen 3 cinch verbindingen; videorecor-
ders voor afspelen en opnemen zelfs 6 cinch ver-
bindingen. Alle S-video-apparaten (S-VHS, High
8) hebben 2 cinch (audio) en 1 S-video verbin-
ding nodig voor afspelen, of 4 cinch (audio
in/uit) en 2 S-video (video in/uit) verbindingen
als het een videorecorder betreft.
Veel Europese videoapparaten zijn maar ten dele
voorzien van cinch of S-video aansluitingen, niet
voor alle audio- en video in- en -uitgangen die
nodig zijn als eerder beschreven, maar via een
zogeheten Scart of Euro-AV connector , een vrij-
wel haakse plug met 21 pennen, zie afbeelding.
In dat geval zijn de volgende scart/cinch-adap-
ters of kabels nodig:
Voor weergave van satellietontvangers, cam-
corders, DVD- of LD-spelers, een adapter van
scart naar 3 cinch pluggen, zie afbeelding 1
(normale videoapparaten), of van scart naar 2
cinch +1 S-video stekkers, zie afbeelding 4 (S-
videoapparaten).
• HiFi-videorecorders hebben een adapter van
scart naar 6 cinch pluggen nodig, zie afbeelding
2 (normale video), of van scart naar 4 audio +2
S-video pluggen, zie afbeelding 5 (S-video VCR).
Lees de instructies bij de adapter zorgvuldig, om
vast te stellen welke van de zes stekkers voor
het opnamesignaal is (aansluiten op de uitgan-
gen van de AVR) en welke voor het weergavesig-
naal van de videorecorder (aansluiten op de
Ingangen van de AVR). Maak onderscheid tussen
audio- en videosignalen. Aarzel niet uw leveran-
cier te raadplegen indien u twijfels heeft.
• Gebruikt u uitsluitend normale videoappara-
ten, dan is voor de TV-monitor een adapter van
3 cinch pluggen naar scart nodig (zie afbeelding
3). Gebruikt u ook S-video apparaten, dan is een
extra adapter van 2 cinch + 1 S-video plug naar
scart nodig (afbeelding 6), verbonden met de
scart-ingang van uw TV, geschikt voor S-video.
Alleen de videopluggen (de ‘gele’ cinch pluggen
in afbeelding 3 en de S-video plug in afbeelding
6) worden aangesloten op de TV/Monitor
Uitgang
C
en het volume van de TV wordt
geheel teruggedraaid.
Belangrijke opmerking over
adapterkabels
Wanneer de cinch aansluitingen van de adapter
die u gebruikt gemarkeerd zijn, sluit de audio en
video ingangspluggen dan altijd aan op de
audio en video uitgangen van de AVR en omge-
keerd. Is dat niet het geval, let dan op de sig-
naalrichting zoals die is aangegeven in boven-
staande afbeeldingen en in de aanwijzingen bij
de adapter. Heeft u twijfels, aarzel dan niet uw
leverancier om inlichtingen te vragen.
Belangrijke opmerkingen over S-video
1. Alleen de S-video in/uit van S-video appara-
tuur mag verbonden worden met de AVR, NOOIT
zowel de normale als de S-video aansluitingen,
uitgezonderd de TV, zie punt 2.
2. Net als alle normale AV apparatuur zet de
AVR 3550 het composiet videosignaal niet om
naar S-video of omgekeerd. Wanneer zowel
video als S-video bronnen gebruikt worden, die-
nen dus beide verbindingen van de AVR 3550
naar de TV gemaakt worden, waarbij ook de
juiste ingang op de TV gekozen wordt.
Belangrijk bij gebruik van
scart/cinch adapters
Wanneer videobronnen op de TV aangesloten
zijn via een scartkabel worden naast de
audio/videosignalen ook stuursignalen naar de
TV gezonden. Met deze signalen werkt bijvoor-
beeld de automatische bronkeuze, zodat de TV
automatisch naar de juiste bron schakelt zodra
de videobron wordt gestart. En bij DVD-spelers
schakelt het signaal de TV automatisch tussen
4:3/16:9 formaten - bij 16:9 TV's of bij 4:3 TV's
die naar 16:9 omschakelbaar zijn - en wordt de
RGB en wordt de RGB videodecoder van de TV
in/uitgeschakeld, afhankelijk van de instelling van
de DVD-speler. Bij gebruik van een adapterkabel
gaan deze signalen verloren en dient de TV met
de hand in de juiste positie gezet te worden.
Black
Yellow
Red
Afbeelding 1:
Scart/cinch adapter voor
weergave;
Richting: scart
cinch
Black
Red
Blue
Yellow
Green
White
Afbeelding 2:
Scart/cinch adapter voor
opnemen en weergeven;
Richting: scart cinch
Black
Yellow
Red
Afbeelding 3:
Cinch/scart adapter voor
weergave:
Richting: cinch
scart
Rot
Schwarz
S-Video In
Afbeelding 4:
Scart/S-video adapter
voor weergave:
Richting: scart
cinch
Schwarz
Rot
Blau
Gelb
S-Video In
S-Video Out
Afbeelding 5:
Scart/S-video adapter
voor opname en
weergave:
Richting: scart cinch
Rot
Schwarz
S-Video Out
Afbeelding 6:
Scart/S-video adapter
voor weergave:
Richting: cinch
scart
Zwart
Geel
Rood
Zwart
Rood
Blauw
(1)
Geel
Groen
(1)
Wit
Zwart
Geel
Rood
Zwart
Rood
S-video in
Rood
Zwart
S-video uit
Zwart
Rood
Blauw
(1)
Geel
S-video in
S-video uit
1
Ook andere kleuren mogelijk, B.V. bruin en grijs
16 INSTALLEREN EN AANSLUITEN
Installeren en aansluiten
Uitbreiding afstandsbediening
Wanneer de ontvanger in een gesloten kast
staat of achter donker glas, dan kan dat er toe
leiden dat de sensor van de afstandsbediening
geen bevelen ontvangt. In dat geval kan de
afstandsbedieningsensor van een ander Harman
Kardon, of geschikt apparaat, die wel ontvangst
heeft, worden gebruikt. Hiervoor kan ook een
extra sensor gebruikt worden.
Verbind de IR-uitgang voor afstandsbediening
van dat apparaat, of de uitgang van de
afstandsbedieningsensor aan op de ingang IR
afstandsbediening
K
.
Wanneer ook andere componenten geen beve-
len van de afstandsbediening ontvangen, is
maar één sensor nodig. Gebruik eenvoudig de
sensor van dit apparaat, of een extra sensor
door een verbinding te maken van uitgang IR
afstandsbediening
M
naar de aansluiting
afstandsbediening ingang op de Harman Kardon
of andere geschikte apparatuur.
Lichtnetuitgangen
Dit apparaat is voorzien van twee
1
lichtnetuit-
gangen voor andere apparatuur. Het is belang-
rijk dat geen apparatuur wordt aangesloten die
veel vermogen opneemt, zoals eindversterkers of
monitoren. Het totale opgenomen vermogen
mag per uitgang niet boven de 100 watt liggen.
De geschakelde lichtnetuitgang
F
voert
alleen spanning wanneer het apparaat geheel is
ingeschakeld. Gebruik deze uitgang voor appa-
raten die geen netschakelaar hebben, of een
mechanische netschakelaar die continu inge-
schakeld kan blijven.
OPMERKING: veel audio- en videoproducten
gaan over op standby wanneer deze met
geschakelde lichtnetuitgangen worden gebruikt
en kunnen via zo’n uitgang niet worden geacti-
veerd, zonder gebruik van de afstandsbediening
van dat product.
De ongeschakelde lichtnetuitgang
G
voert
alleen spanning zolang de AVR op het lichtnet is
aangesloten en de lichtnetschakelaar
1
ingedrukt is.
Tenslotte wordt, nadat alle aansluitingen tot
stand gebracht zijn, de stekker van het netsnoer
in een spanning voerend stopcontact van
220-240 V. De AVR 3550 is dan bijna gereed
voor gebruik!
INSTALLEREN EN AANSLUITEN 17
Installeren en aansluiten
Luidsprekerkeuze
Welk merk luidsprekers ook wordt gebruikt,
neem altijd hetzelfde merk en type voor de front
luidsprekers links, midden en rechts. Zo ontstaat
een consistent front geluidsbeeld en wordt voor-
komen dat zich vervelende bijeffecten voordoen,
zoals bij front luidsprekers die niet goed bij
elkaar passen. Harman kardon adviseert luid-
sprekers van JBL of Infinity.
Opstelling van de luidsprekers
De opstelling van de luidsprekers in een home
theater systeem met meerdere kanalen heeft een
aanzienlijke invloed op de bereikte geluidskwali-
teit.
Afhankelijk van het type centrum luidspreker en
uw televisietoestel, dient u uw centrale luidspre-
ker ofwel direct op of onder de TV opgesteld te
worden, dan wel in het midden achter een akoe-
stisch doorzichtig projectiescherm.
Nadat de centrum luidspreker is geïnstalleerd,
worden de front luidsprekers links en rechts
opgesteld en wel op een onderlinge afstand die
gelijk is aan de afstand tussen de centrum luid-
spreker en de gewenste luisterpositie. Idealiter
dienen de front luidsprekers zo te worden opge-
steld dat de tweeters zich niet meer dan 60 cm
boven of onder de tweeter in de centrum luid-
spreker bevinden.
Houd de front luidsprekers minimaal op een
afstand van 0,5 meter van de TV, tenzij de luid-
sprekers magnetisch afgeschermd zijn om ver-
vorming van het TV-beeld te voorkomen. Denk er
aan dat de meeste luidsprekers niet magnetisch
zijn afgeschermd, zelfs die in complete surround
sets, meestal is alleen de centrum luidspreker
wel afgeschermd.
Afhankelijk van de kamerakoestiek en het type
luidsprekers dat wordt gebruikt, kan het resul-
taat worden verbeterd door de front luidsprekers
links en rechts ten opzichte van de centrum luid-
spreker iets naar voren te plaatsen. Corrigeer zo
mogelijk alle front luidsprekers zo dat deze op
oorhoogte staan wanneer u zich op uw luister-
positie bevindt. Aan de hand van deze uitgangs-
punten kunt u experimenteren met de opstelling
van de front luidsprekers in uw systeem. Aarzel
niet de onderdelen te verplaatsen, net zo lang
tot het systeem een optimaal resultaat laat
horen. Verplaats de luidsprekers tot de audio-
overgangen van de front luidsprekers gebalan-
ceerd klinken. Surround luidsprekers dienen
tegen de zijwanden van de kamer te worden
opgesteld, ter hoogte van of iets achter de luis-
terpositie. Het hart van de luidspreker wordt op
de kamer gericht. Wanneer het niet mogelijk is
de luidsprekers tegen de zijwanden op te stellen,
kunnen de luidsprekers tegen de achterwand
worden geplaatst, achter de luisterpositie. De
luidsprekers bij voorkeur niet meer dan 2 meter
achter de luisterpositie opstellen.
Subwoofers produceren grotendeels niet gericht
geluid en kunnen bijna overal in de ruimte wor-
den opgesteld. De opstelling dient te worden
gebaseerd op de afmetingen en vorm van het
vertrek en het type subwoofer dat wordt
gebruikt. Een methode om de optimale locatie
voor een subwoofer te vinden is deze eerst in
het front van de kamer te zetten, ongeveer 15
cm van een muur, of in de buurt van een hoek.
Een andere methode is de subwoofer tijdelijk op
de plaats te zetten waar u gewoonlijk zult zitten
en vervolgens in de kamer rond te lopen totdat u
een plaats vindt waar de subwoofer het beste
klinkt. Zet de subwoofer dan op die plaats. Volg
ook de instructies van de fabrikant van de sub-
woofer op, of experimenteer om de beste locatie
voor een subwoofer in de luisterruimte te vin-
den.
Right Front
Speaker
Left Front
Speaker
No more than
60cm
Center Front Speaker
A) Opstelling van de front luidsprekers bij een
TV-toestel of een projector achter het scherm.
Center Front
Speaker
Optional Rear-Wall Mounting
TV or Projection Screen
Right Front
Speaker
Left Front
Speaker
No more than 2m
when rear-mounted
speakers are used
B) De afstand tussen de linker en rechter
luidsprekers dient gelijk te zijn aan de afstand
tussen de luisterpositie en het scherm.
Experimenteer met de opstelling van de front
luidsprekers door deze iets dichterbij te zetten
dan de centrum luidspreker.
Centrum luidspreker
Max.
60 cm
Front rechtsFront links
TV of projectiescherm
Centrum
Front links Front rechts
Alternatieve opstelling tegen achterwand
Max. 2 meter
18 SYSTEEMCONFIGURATIE
Systeemconfiguratie
In gebruik name en in-beeld
display
Zijn de luidsprekers in de kamer eenmaal opge-
steld en aangesloten zijn, dient het geheugen
van de systeem geconfigureerd te worden. De
AVR 3550 beschikt over twee soorten geheu-
gens, individuele geheugens die verbonden zijn
met de gekozen ingang, B.V. surroundfuncties,
en andere die onafhankelijk zijn van de gekozen
bron, zoals de uitgangsniveaus van de luidspre-
kers of vertragingstijden die door de surround
processor gebruikt worden.
Schakel de AVR nu in, zodat deze laatste instel-
lingen kunnen worden uitgevoerd.
1. Steek de stekker van het netsnoer
H
in een
ongeschakeld stopcontact.
2. Druk op de netschakelaar
1
zodat deze
ingedrukt blijft staan. Controleer of de lichtnet-
indicatie
3
oranje wordt, ten teken dat het
apparaat in standby staat.
3. Installeer de drie bijgeleverde AAA batterijen
in de afstandsbediening, als in de afbeelding
aangegeven. Let op de polariteit (+) en (–), die
op de bodem van het batterijvakje staat aange-
geven.
4. Schakel de AVR in door op Standby
2
te
drukken, of met de ingangskeuze
!
op de
voorzijde, dan wel op de afstandsbediening op
AVR keuze
5
, of op een van de toetsen
Ingangskeuze
46
te drukken. De licht-
netindicatie
3
wordt nu groen ten teken dat
het apparaat ingeschakeld is en de display
Ú
licht op.
Gebruik van de in-beeld display
Het maken van de volgende instellingen gaat
het eenvoudigste via de in-beeld display van het
TV toestel of projectiescherm. Zo kan de huidige
status van de AVR 3550 gemakkelijk worden
afgelezen, wat prettig is bij het kiezen van de
luidsprekers, de vertraging en andere instellin-
gen. Om de in-beeld display te activeren dient
een verbinding gemaakt te zijn tussen de video
monitor uitgang
C
op de achterzijde naar de
composiet- of S-video ingang van uw TV of pro-
jector. Om de in-beeld informatie van de AVR te
kunnen zien, dient ook op de monitor/projector
de juiste videobron gekozen te zijn.
BELANGRIJK: bij het bekijken van de in-beeld
informatie op een op een projectie-TV is het van
belang om deze niet te lang op het scherm te
laten staan. Zoals bij alle videoschermen, maar
in het bijzonder bij projectoren, kan het continu
weergeven van statische beelden als deze
menu’s, of beelden van videospelletjes, perma-
nent ‘inbranden’ van de beeldbuis of projector
veroorzaken. Dergelijke schade valt niet onder
de garantie van de AVR en vrijwel zeker ook niet
onder die van de TV of projector.
De AVR 3550 heeft twee in-beeld weergavefunc-
ties: ‘Semi-OSD’ (gedeeltelijk) en ‘Full-OSD’ (vol-
ledig). Bij het configureren raden wij u aan Full-
OSD functie te gebruiken. De volledige status en
de opties verschijnen dan in beeld, wat het
gemakkelijker maakt uit de beschikbare moge-
lijkheden te kiezen en instellingen te maken. De
Semi-OSD functie gebruikt slechts één regel.
Denk er aan dat bij het Full-OSD (volledig
inbeeld) de gekozen menu’s niet in de display
ÚN
verschijnen. Wordt het Full-OSD (volle-
dig) menusysteem gebruikt, dan verschijnt de
aanwijzing OSD ONin de display
N
en
licht inbeeld display
M
op ten teken dat een
videodisplay gebruikt dient te worden.
Wordt het Semi-OSD systeem (gedeeltelijk in-
beeld) gebruikt met de afzonderlijke configuratie-
toetsen, dan in-beeld een enkele regel tekst met
de huidige menukeuze te zien zijn. Deze keuze
zal ook aangegeven worden in de Display N.
In-beeld display kiezen
Het Full-OSD (volledig) systeem is steeds
beschikbaar door op de OSD
L
te druk-ken.
Wanneer u op deze toets drukt zal het hoofd-
menu MASTER MENU (Afb. 1) verschijnen
en kunnen instellingen gemaakt worden vanuit
de individuele menu’s. Denk er aan dat de
menu’s na de laatste handeling gedurende 20
seconden zichtbaar zullen blijven, waarna uit
beeld verdwijnen. Deze tijd kan verlengd worden
tot 50 seconden door naar het ADVANCED
SELECT menu te gaan en het item FULL
OSD TIME OUT te wijzigen (zie pag. 34).
De Semi-OSD is ook beschikbaar als standaard
systeeminstelling en kan worden uitgeschakeld
via het ADVANCED SELECT menu. Zie
pagina 34. Met het semi-OSD systeem kunnen
direct correcties worden gemaakt, door op de
toetsen op het frontpaneel of de afstandsbedie-
ning te drukken om de gekozen instelling te
maken als verderop uitgelegd wordt. Denk er
aan dat directe correcties alleen gemaakt kun-
nen worden wanneer de volledige in-beeld dis-
play uitgeschakeld is.
Afbeelding 1
Instellingen per gebruikte ingang
De AVR 3550 heeft een modern geheugensys-
teem waarmee verschillende instellingen voor de
digitale ingang en de surround functie per
ingang gemaakt kunnen worden. Deze flexibili-
teit biedt de kans de manier waarop u elke bron
wilt gebruiken in de AVR vast te leggen. Zo kunt
u verschillende surround functies aan analoge
en digitale ingangen en verschillende bronnen
koppelen. Nadat deze instellingen zijn gemaakt
zullen deze automatisch opgeroepen worden
zodra een bron wordt gekozen.
Bij de standaard fabrieksinstellingen van de
AVR 3550 zijn alle ingangen ingesteld op een
analoge bron, met stereo als de surroundfunctie,
plus de aanwezigheid van een subwoofer.
Voordat het apparaat in gebruik wordt geno-
men, zullen de instellingen voor de meeste
ingangen waarschijnlijk gewijzigd dienen te
worden, om ze correct te configureren voor het
gebruik met digitale of analoge ingangen, en de
aan de ingang gekoppelde surround functie.
Denk eraan dat deze instellingen voor elke
gebruikte ingang gemaakt dienen te worden,
aangezien het geheugensysteem van de AVR
3550 de instellingen voor elke ingang afzonder-
lijk opslaat. Anderzijds zullen eerst nieuwe
instellingen gemaakt dienen te worden nadat de
systeemcomponenten gewijzigd zijn.
Om dit proces snel en eenvoudig uit te voeren
raden wij aan het Full-OSD (volledig) systeem
met menu’s in beeld te gebruiken en stap voor
stap alle ingangen te doorlopen.
De volgende items beschrijven de afzonderlijke
instellingen voor elke ingang. Onthoud dat na
het maken van de instellingen voor één ingang,
deze alleen voor die ingang gelden en voor alle
andere gebruikte ingangen afzonderlijke instel-
lingen gemaakt moeten worden.
* MASTER MENU *
INPUT SETUP
SURROUND SETUP
SPEAKER SETUP
OUTPUT ADJUST
CHANNEL ADJUST
ADVANCED
EXIT
SYSTEEMCONFIGURATIE 19
Instelling ingang
De eerste stap bij het configureren van de AVR
3550 is het kiezen van een ingang. Doe dit door
zo vaak op ingangskeuze
!
op de voorzijde
te drukken, tot de naam van de gewenste
ingang in de display
N
verschijnt en de groe-
ne LED naast de naam van de ingang bij de
ingangsindicatie
Ô
oplicht. De ingang kan
ook gekozen worden door op de overeenkomsti-
ge ingangskeuze
46a
op de afstands-
bediening te drukken.
Wanneer u het Full-OSD (volledig in-beeld) sys-
teem gebruikt om instellingen te maken, drukt u
eenmaal op OSD
L
waarop het hoofdmenu
MASTER MENU (Afb. 1) verschijnt. Denk er
aan dat de
cursor naast de regel van de
INPUT SETUP staat. Druk op instellen
F
om het menu te openen, waarna het
INPUT SETUP menu (Afb. 2) in beeld ver-
schijnt. Druk op
/
EU
tot de gewenste
ingang gemarkeerd wordt en ook door een groe-
ne LED oplicht bij de ingangsindicatie
Ô
op
de voorzijde. Als de ingang gebruik maakt van
de standaard links/rechts analoge ingang is er
geen verdere instelling nodig.
Afbeelding 2
Indien een van de digitale ingangen gekoppeld
moet worden aan de gekozen bron drukt u op
¤
D
op de afstandsbediening terwijl het
menu INPUT SETUP (Afb. 2) in beeld staat
en de cursor gaat naar beneden, naar de regel
DIGITAL IN. Druk zo vaak op
/
EU
tot de naam van de gewenste digitale
ingang verschijnt. Om terug te gaan naar de
ANALOG ingang, drukt u op deze toetsen tot
het woord ANALOG’ verschijnt. Staat de
gewenste ingang in beeld, druk dan weer op
¤
D
tot de u cursor naast RETURN TO
MENU, en druk op instellen
F
.
Om de digitale ingang die gekoppeld is aan de
gekozen ingang kunnen op elk moment de dis-
crete functietoetsen worden gebruikt en het
semi-OSD systeem: druk op digitale ingangs-
keuze
Ò
G
op het frontpaneel of op de
afstandsbediening. Binnen vijf seconden wordt
nu de ingang gekozen met instellen
5
op de
voorzijde, of met
/¤
D
op de afstandsbedie-
ning tot de gewenste digitale of analoge ingang
in de display
N
en in het onderste deel van de
videodisplay die op de AVR is aangesloten. Druk
tenslotte op instellen
F
om de nieuwe digi-
tale instelling op te slaan.
Opzet Surround
Is de instelling van de ingang voltooid, dan dient
nog de gewenste surround functie voor die
ingang gekozen te worden. Aangezien de sur-
roundfuncties een kwestie zijn van persoonlijke
smaak, bent u vrij in uw keuze – die bovendien
later gewijzigd kan worden. Het Surround
Functie Overzicht op pagina 26 kan u helpen de
functie te kiezen die het beste past bij de geko-
zen ingang. Het is het eenvoudigste om aanvan-
kelijk voor de meeste analoge ingangen van de
AVR Dolby Pro Logic II te kiezen en Dolby Digital
voor de digitale ingangen. Voor ingangen zoals
CD-speler, tape deck of tuner kan het best de
stereofunctie worden gekozen, wanneer dat ten-
minste de luisterfunctie is die voor de standaard
stereobronnen wordt gebruikt. Voor die bronnen
is het onwaarschijnlijk dat er materiaal met sur-
roundcodering zal worden afgespeeld. Denk er
aan dat er twee stereofuncties zijn, de gewone
STEREO functie en de A/D MODE.In
de STEREO functie zijn zowel de surround
processor als de laagbewerking uitgeschakeld.
Gebruik deze functie voor stereo wanneer de
front luidsprekers op Large (groot) staan.
In de A/D MODE is de surround processor
uitgeschakeld, maar de laagbewerking is actief.
Gebruik deze instelling wanneer de luidsprekers
die zijn aangesloten op de Front Luidspreker
Uitgangen
D
op Small (klein) staan, in combi-
natie met een actieve subwoofer op de Sub-
wooferuitgang
B
. Als alternatief kan de 5
Kanaals Stereo of Logic 7 Music functie worden
gekozen voor stereo programmamateriaal.
De surround instellingen worden het gemakke-
lijkst gemaakt via de Full-OSD (volledig) menu’s
in beeld. Druk vanuit het hoofdmenu
MASTER MENU (Afb. 1) op de
/
¤
D
tot
de cursor
naast het SURROUND SETUP
menu staat. Druk op instellen
F
tot het
SURROUND SETUP menu (Afb. 3 of 4) in
beeld verschijnt.
Afbeelding 3
Afbeelding 4
Aangezien de fabrieksinstelling voor alle ingan-
gen Stereo is zullen de woorden SURR OFF
(surround uit) in eerste instantie gemarkeerd zijn
(Afb. 3), tenzij er voor de zojuist geselecteerde
ingang een andere surroundfunctie gekozen is.
Om de surroundfunctie te wijzigen terwijl de cur-
sor u naast de surroundregel staat, drukt u zo
vaak op
EU
tot de naam van de gewenste
surroundfunctie gemarkeerd wordt. Terwijl de
functie gewijzigd wordt, licht eveneens een groe-
ne LED op naast de naam van de functie bij sur-
round functie indicaties
$
op het frontpa-
neel.
Merk op dat in de regels naast de items in de dis-
play cijfers of streepjes verschijnen, afhankelijk van
de vraag of deze parameter instelbaar is.
Bijvoorbeeld, de vertraging ‘midden’ en de nacht-
functie zijn alleen bij Dolby Digital instelbaar, en de
vertragingstijd is alleen bij Dolby Digital en Dolby
Pro Logic II instelbaar. De kantelfrequentie is in
alle functies instelbaar. Merk eveneens op dat
Dolby Digital en DTS alleen verschijnen als een
keuzemogelijkheid is (Afb. 4), dit echter pas nadat
er eerst een digitale ingang gekozen is. Deze
instellingen voor vertraging en nachtfunctie, die
onafhankelijk zijn van de gekozen ingang, worden
in de volgende paragraaf op deze pagina
beschreven.
Om de surroundfunctie die is gekoppeld aan de
gekozen ingang op een willekeurig moment te
wijzigen, drukt u op Surroundfunctie
7
op
het frontpaneel tot de gewenste functie in de
display wordt aangegeven, of u drukt op
Surround
A
en u kiest de gewenste sur-
roundfunctie met
/¤
D
.
Instellingen voor andere ingangen
Nadat één ingang is ingesteld op analoge of
digitale signalen en de surround functie, keert u
terug naar de INPUT SETUP regel in het
MASTER MENU en voert u de instellingen
voor elke te gebruiken ingang in.
* SURROUND SETUP *
SURROUND: DOLBY
DIGITAL
CENTER DELAY: 0MS
SURR DELAY: 00MS
NIGHT: OFF MID MAX
RETURN TO MENU
* SURROUND SETUP *
SURROUND: SURR OFF
CENTER DELAY: MS
SURR DELAY: MS
NIGHT:   
RETURN TO MENU
* INPUT SETUP *
INPUT :VIDEO 1
DIGITAL IN:ANALOG
RETURN TO MENU
Systeemconfiguratie
20 SYSTEEMCONFIGURATIE
Systeemconfiguratie
Instellingen onafhankelijk van de
gekozen ingang
Nadat de bovengenoemde instellingen voor alle
gebruikte ingangen in het systeem zijn gemaakt,
blijven blijven de nu volgende instellingen, feite-
lijk onafhankelijk van de gekozen ingang, onge-
acht met welke ingang ze worden gemaakt.
Opzet luidsprekers
In dit menu wordt vastgelegd welk type luidspre-
kers met de AVR worden gebruikt en is belang-
rijk, daar deze instelling bepaalt welke luidspre-
kers de lage frequenties (bas) toegevoerd zullen
krijgen. Gebruik voor elke instelling hier de posi-
tie LARGE (groot) wanneer traditionele luid-
sprekers worden aangesloten die geschikt zijn
voor frequenties beneden 100 Hz. Gebruik de
instelling SMALL (klein) voor kleinere, satelliet-
achtige luidsprekers die geen frequenties bene-
den 100 Hz kunnen weergeven. Denk er aan dat
bij toepassing van kleine luidsprekers voor front
links en rechts, een subwoofer onmisbaar is voor
het weergeven van de lage frequenties. Bij twijfel
over de categorie waarin de luidsprekers thuisho-
ren, de technische gegevens in de handleiding
van de luidsprekers, of uw leverancier raadple-
gen.
Bij het maken van de luidsprekerinstellingen kunt u
het beste Dolby Pro Logic II gebruiken. Druk daar-
voor op op Surround
7
op de voorzijde tot een
Dolby Pro Logic II functie in de display wordt aan-
gegeven, of druk op Surround
A
en kies een
Pro Logic II functie met A/V
/¤
D
. Denk er aan
dat met de gekozen ingang alle luidsprekerinstel-
lingen ook naar de andere surround functies geko-
pieerd worden (zover mogelijk) en bij andere func-
ties niet herhaald hoeven te worden, maar wel met
elke gebruikte ingang.
1. Het wordt aanbevolen de juiste luidsprekerin-
stellingen te maken via het SPEAKER
SETUP menu (Afb. 5). Staat dat menu nog
niet in beeld van de voorgaande instellingen,
druk dan op in-beeld display
L
om het
MASTER MENU (Afb. 1) op te roepen, en
druk tweemaal op
¤
D
zodat de cursor naar
de regel SPEAKER SETUP gaat. Druk vervolgens
op instellen
F
} om het SPEAKER
SETUP menu op te roepen (Afb. 5).
Afbeelding 5
2. Zodra het SPEAKERSETUP menu ver-
schijnt staat de cursor
bovenaan de reeks luid-
sprekerposities, wijzend naar de regel
LEFT/RIGHT (links/rechst) voor de instel-
ling van de linker en rechter front luidsprekers.
Om de instelling van de front luidsprekers te ver-
anderen drukt u op
/
EU
zodat
LARGE (groot) of SMALL (klein) verschijnt,
overeenkomend met de eerdere omschrijving.
Wanneer SMALL wordt gekozen, zullen de
lage tonen voor de front kanalen alleen naar de
subwooferuitgang gestuurd worden. Denk er aan
dat bij deze instelling en zonder een subwoofer
geen lage tonen van de front kanalen hoorbaar
zullen zijn. Deze instelling is niet beschikbaar
voor de stereo functie om een zo zuiver mogelij-
ke weergave te krijgen door de wisselfilters van
de DSP te passeren.
Wordt LARGE gekozen, dan wordt een full-
range signaal naar de linker en rechter front
kanalen gestuurd. Afhankelijk van de keuze voor
het item SUBWOOFER in dit menu (zie
below), kan het laag voor front links en rechts
ook naar een subwoofer worden gestuurd.
Belangrijk: bij gebruik van een luidsprekerset
met twee front satellieten en een passieve sub-
woofer, aangesloten op de front luidspreke-
ruitgangen
D
, dan dienen de front luidspre-
kers ingesteld worden op LARGE.
3. Zodra de keuze voor de front luidsprekers is
gemaakt drukt u op
¤
D
op de afstandsbedie-
ning om de cursor naar CENTER te verplaatsen.
4. Druk op
/
EU
op de afstandsbedie-
ning om de optie te kiezen die het beste de
gebruikte centrum luidspreker omschrijft, als
elders op deze pagina aangegeven.
Wordt SMALL gekozen, dan zullen de lage
tonen voor het centrum kanaal naar de front
kanalen gestuurd worden, mits deze zijn inge-
steld op LARGE en de subwoofer is uitgescha-
keld. Is de subwoofer ingeschakeld, dan zullen de
lage tonen van het centrum kanaal uitsluitend
naar de subwoofer gestuurd worden.
Is LARGE gekozen, dan wordt een volledig
signaal naar de centrum uitgang gestuurd en bij
analoge en digitale surround functies (uitgezon-
derd bij Pro Logic II Music) wordt geen laag van
het centrum kanaal naar de subwoofer uitgang
gestuurd.
Is NONE gekozen (geen) dan wordt geen sig-
naal naar de centrum uitgang gestuurd. De recei-
ver staat dan in de 'fantoom' centrum functie en
de informatie van het centrum kanaal wordt naar
de linker en rechter front uitgangen gestuurd,
terwijl het laag naar de subwoofer uitgang wordt
gezonden, mits SW L/R+LFE op de
SUBWOOFER regel is gekozen (zie hieronder).
Deze functie is nodig wanneer geen centrum
luidspreker wordt gebruikt. Denk er aan dat voor
gebruik van de Logic 7C surround functie een
centrum luidspreker noodzakelijk is, maar Logic
7M werkt prima zonder.
5. Nadat de keuze voor het centrum kanaal is
gemaakt, drukt u op
¤
D
op de afstandsbe-
diening om de cursor te verplaatsen naar
SURROUND.
6. Druk op
/
EU
op de afstandsbedie-
ning om de optie te kiezen die het beste de sur-
round luidsprekers in uw systeem omschrijft, op
basis van de definities op deze pagina.
Is SMALL gekozen (klein), dan zal bij alle
digitale surround functies en uitgeschakelde sub-
woofer het laag voor surround naar de front luid-
sprekers gestuurd worden; of naar de subwoofer
uitgang wanneer deze is ingeschakeld. Bij analo-
ge surround functies wordt de uitgang waar het
laag achter naartoe wordt gestuurd bepaald door
de gekozen functie en de instelling van de sub-
woofer en de front luidsprekers.
Wanneer LARGE is gekozen wordt het volledi-
ge frequentiebereik naar de surround kanalen
gestuurd (bij alle analoge en digitale surround-
functies) en, met uitzondering van de Hall en
Theater functies, wordt geen laag van de sur-
round kanalen naar de subwoofer gestuurd.
Wanneer NONE gekozen, dan zal de surround
informatie verdeeld worden over de uitgangen
links front en rechts front. Merk op dat voor opti-
male weergave zonder surround luidsprekers
gekozen dient te worden voor de Dolby 3 Stereo
functie i.p.v. Dolby Pro Logic II.
7. Zijn de instellingen voor de surround kanalen
gereed, druk dan op
¤
D
op de afstandsbe-
diening om de cursor te verplaatsen naar
SUBWOOFER.
8. Druk op /
EU
op de afstandsbedie-
ning om de optie te selecteren die best uw sys-
teem omschrijft.
De beschikbare keuzes voor de opstelling van de
subwoofer worden bepaald door de instellingen
voor de andere luidsprekers, vooral de front links
en rechts posities. Wanneer de front links/rechts
luidsprekers op SMALL staan wordt de sub-
woofer automatisch op SUB gezet, wat bete-
kent dat deze actief is. Wanneer de front
links/rechts luidsprekers op LARGE staan, zijn
drie opties beschikbaar:
• Is geen subwoofer aangesloten op de AVR,
druk dan op
/
EU
op de afstandsbedie-
ning, zodat NONE in het in-beeld menu ver-
schijnt. Wordt deze optie gekozen, dan wordt alle
laag informatie naar de front links/rechts ‘hoofd-
luidsprekers’ gestuurd.
• Is wel een subwoofer aangesloten op de AVR,
dan bestaat de optie de front links/rechts ‘hoofd’
luidsprekers het laag in alle gevallen te laten
weergeven en de subwoofer alleen te activeren
wanneer de AVR 3550 wordt gebruikt met een
digitale bron die een speciaal Low Frequency
Effects, of LFE geluidsspoor omvat. Dan kunnen
zowel de hoofdluidsprekers als de subwoofer
* SPEAKER SETUP *
LEFT/RIGHT: SMALL
CENTER : SMALL
SURROUND : SMALL
SUBWOOFER : SUB
RETURN TO MENU
SYSTEEMCONFIGURATIE 21
gebruikt worden voor het speciale laag van
bepaalde films. Die optie wordt gekozen door op
/
EU
op de afstandsbediening te drukken
zodat SW(LFE) in het in-beeld menu verschijnt.
Wanneer een subwoofer is aangesloten en
deze wordt gebruikt voor de laagweergave in
combinatie met de hoofdluidsprekers front
links/rechts, ongeacht het type programmabron
of de gekozen surroundfunctie, druk dan op
/
EU
op de afstandsbediening waarop SW
L/R+LFE in het in-beeld menu verschijnt. Is
deze optie gekozen, dan wordt een ‘compleet’
signaal naar de front links/rechts ‘hoofd’ luid-
sprekers gestuurd en krijgt de subwoofer de lage
frequenties van de front links en rechts beneden
de frequentie die bij de hierna volgende instelling
in dit menu wordt gekozen.
9. Wanneer alle luidsprekerkeuzes zijn gemaakt
drukt u op
¤
D
en vervolgens op instellen
F
om terug te gaan naar het hoofdmenu.
10. De luidsprekerinstelling kan op elk moment
gewijzigd worden zonder het Full-OSD (volledig)
menu in beeld op te roepen, door op luidspre-
kerkeuze
Ù
op het frontpaneel of op
V
op
de afstandsbediening te drukken. Dan verschijnt
FNT SPKR onderin het beeld en in de
display
N
.
Druk nu binnen vijf seconden op
/
5
of op
/
¤
D
op de afstandsbediening om een
andere luidsprekerpositie te kiezen, of druk op
instellen
Ó
F
om de instelling van de front
luidsprekers links en rechts te wijzigen.
Nadat op instellen
Ó
F
is gedrukt en het
systeem gereed is voor het wijzigen van de
instelling voor de front luidsprekers, geven de in-
beeld display en de display
N
F-LARGE of
F-SMALL aan, afhankelijk van de huidige
instelling. Druk op instellen
5
op het frontpa-
neel, of op de
/
¤
D
op de afstandsbedie-
ning tot de gewenste instelling wordt aangege-
ven, gebruik makend van de eerder gegeven aan-
wijzingen omtrent ‘grote’ en ‘kleine’ luidsprekers,
en druk dan op instellen
Ó
F
.
Indien nog een ander luidsprekerpositie dient te
worden gewijzigd, drukt u op
/
5
op het
frontpaneel of op
/
¤
D
op de afstandsbe-
diening om een andere luid-sprekerpositie te kie-
zen, vervolgens drukt u op instellen
Ó
F
en
dan op instellen
5
op het frontpaneel, of op
de
/
¤
D
op de afstandsbediening tot de
gewenste luidsprekerpositie wordt aangegeven,
en tenslotte weer op instellen
Ó
F
om de
keuze te bevestigen.
Om u te helpen bij het maken van deze instellin-
gen veranderen de indicaties
luidspreker/kanaal functie
Q
telkens wan-
neer een luidsprekertype voor een bepaalde posi-
tie kiest. Licht alleen het binnenste symbool op
dan is op SMALL ingesteld. Wanneer het middel-
ste vakje en de twee buitenste vakjes met cirkel-
tjes erin verlicht zijn, dan is de luidspreker op
LARGE ingesteld. Wanneer geen indicatie voor
een luidsprekerpositie verschijnt, dan is die posi-
tie op NONE of ‘geen luidspreker’ ingesteld.
Opmerking: deze symbolen zijn niet zichtbaar
bij het corrigeren terwijl het volledig in-beeld
luidspreker setupmenu actief is.
Als voorbeeld zijn in Afbeelding 6 hieronder, de
luidsprekers links en rechts vooraf ingesteld op
LARGE, de centrum, links surround en rechts sur-
round luidsprekers staan op SMALL en de sub-
woofer is actief.
Afbeelding 6
Vertraging
Alleen voor de Dolby Digital of Dolby Pro Logic II
functies dient de vertragingstijd ingesteld te wor-
den. Denk er aan dat de vertragingstijd voor
andere functies niet instelbaar is.
Belangrijk: is de vertragingstijd eenmaal voor
een bepaalde ingang ingesteld, dan geldt die
ook voor alle andere ingangen. De surround ver-
tragingstijd wordt alleen ingesteld voor de Dolby
Pro Logic II of de Dolby Digital functie. De overi-
ge instellingen worden automatisch gemaakt.
Vanwege de verschillende afstanden van de luis-
terpositie tot de front luidsprekers en de sur-
round luidsprekers, is ook de tijd die het geluid
nodig heeft om uw oren te bereiken verschillend.
Door gebruik te maken van de vertraging kunnen
deze verschillen in luidsprekerpositie en kame-
rakoestiek in uw luisterruimte of home theater
gecompenseerd worden.
De fabrieksinstelling is geschikt voor de meeste
luisterkamers, maar in sommige gevallen zijn de
afstanden tussen de front en de surround luid-
sprekers ongebruikelijk en dat kan tot gevolg
hebben dat het geluid van de front kanalen geen
eenheid meer vormt met de surround kanalen.
Om de eenheid tussen front, centrum en
surround te herstellen gaat u als volgt te werk:
1. Meet de afstand in meters tussen de
luister/kijk-positie tot de front luidsprekers.
2. Meet de afstand tussen de luister/kijkpositie
tot de surround luidsprekers.
3. Bereken het verschil tussen de afstand tot de
front luidsprekers en de afstand tot de surround
luidsprekers en vermenigvuldig dit met 3.
a. De optimale vertragingstijd voor Dolby Digital
surround is het resultaat van dat sommetje.
Voorbeeld: de front luidsprekers staan op 3 m
afstand en de surround luidsprekers op 1 m. De
optimale vertraging wordt nu berekend als (3-1)
x 3 = 6. De vertraging voor Dolby Digital wordt
in dit voorbeeld ingesteld op zes milliseconden.
b. Bij het instellen van de vertraging voor Dolby
Pro Logic II, neemt u het resultaat van boven-
staande berekening en u telt daar 15 bij op
voor de optimale vertragingstijd. Als de front
luidsprekers bijvoorbeeld op een afstand van
3 m staan en de surround luidsprekers op 1 m,
wordt de optimale vertraging berekend als
(3-1) x 3 + 15 = 21. In dit voorbeeld zal de
Dolby Pro Logic II vertraging dus worden inge-
steld op (afgerond) twintig milliseconden.
OPMERKING: De DTS, Logic 7, 5 Kan. Stereo,
Hall en Theater functies maken gebruik van een
vaste, niet instelbare vertragingstijd.
De Dolby Digital functie omvat ook een afzonder-
lijke instelling voor de vertraging van het centrum
kanaal, aangezien de individuele aard van deze
signalen de opstelling van de centrum kanaal luid-
spreker kritischer maakt. Om de vertraging voor
het centrum kanaal te berekenen, meet u de
afstand vanaf favoriete luisterpositie in het midden
van de kamer tot zowel de centrum kanaal luid-
spreker, èn de linker of rechter front luidspreker.
Zijn de afstanden gelijk, dan is geen verdere
instelling nodig en kan de centrum vertraging op
nul blijven staan. Is de afstand tot de front luid-
sprekers groter dan de afstand tot de centrum
luidspreker, dan kan het nodig zijn dat u de luid-
sprekers verplaatst door de front luidsprekers
links en rechts dichter bij de luisterpositie, dan
wel de centrum luidspreker verder van de luister-
positie af te zetten.
Wanneer verplaatsen van de luidsprekers niet
mogelijk is, corrigeer dan de vertragingstijd voor
de centrum luidspreker door een milliseconde toe
te voegen voor elke 30 cm die de centrum luid-
spreker dichter bij de luisterpositie staat dan de
front luidsprekers. Voorbeeld: wanneer de front
luidsprekers links en rechts elk 3 m van de luis-
terpositie af staan en de centrum luidspreker 2,4
m, dan wordt de vertraging berekend als 300 cm
–240 cm = 60 cm, waardoor dus een optimale
centrum vertraging van 2 milliseconden wordt
aanbevolen.
Om de vertragingstijd in te stellen gaat u uit van
het hoofdmenu, MASTER MENU (Afb. 1).
Staat het systeem nog niet in dat menu, druk dan
op in-beeld display
L
om het hoofdmenu op
te roepen. Om de vertraging voor de Dolby
Digital functie in te stellen (inclusief de centrum
vertraging en de automatische instelling van de
surround vertraging voor Dolby Pro Logic II), druk
op instellen
F
en kies een willekeurige digi-
tale ingang en de Dolby Digital surround functie
LR
C
SL SR
LFE
Systeemconfiguratie
22 SYSTEEMCONFIGURATIE
Systeemconfiguratie
(de surround functie gecombineerd met elke
gekozen ingang wordt aangegeven met de sur-
round functie indicaties
$
op de voorzijde),
en keer terug naar het hoofdmenu. Druk op
¤
D
en op instellen
F
om het surround
menu op te roepen en druk eenmaal op
¤
D
.
Zodra de Dolby Digital functie is gekozen staat
de cursor u op CENTER DELAY. Druk op
/
EU
tot de uitkomst van de eerder uit-
gevoerde berekening in de display staat. Nadat
de CENTER DELAY (centrum vertraging) is
ingevoerd drukt u eenmaal op
¤
D
om naar
de SURR DELAY regel te gaan om de ver-
traging voor de surround luidsprekers in te stel-
len. Druk op
/
EU
tot het eerder bere-
kende cijfer voor de Dolby Digital surround func-
tie in de display verschijnt verschijnt. Zie pagina
21. Is de instelling van de vertragingen voltooid,
druk dan op
¤
D
om naar het volgende item
te gaan (Nachtfunctie, zie verderop).
Denk er aan dat de instelling van de vertraging
op elk gewenst moment gecorrigeerd kan wor-
den wanneer Dolby Digital of Dolby Pro Logic II
in gebruik zijn, door op vertraging (delay)
op de voorzijde, of
T
. Druk vervolgens op /
5
op het front of op
/
¤
n op de afstands-
bediening om het centrum kanaal of de achter
kanalen voor correctie te kiezen, en druk dan op
Instellen
Ó
op de afstandsbediening, gevolgd
door instellen
5
op de voorzijde tot de
gewenste waarde in de display
N
verschijnt.
Nachtfunctie
De nachtfunctie is een functie van Dolby Digital
die een speciale bewerking gebruikt om het dyna-
misch bereik en de verstaanbaarheid van het film-
geluid te behouden, terwijl het piekniveau
begrensd wordt. Zo wordt voorkomen dat plotse-
ling pieken anderen storen, zonder dat de impact
van de digitale bron al te zeer wordt aangetast.
Merk op dat de nachtfunctie alleen beschikbaar is
bij weergave van Dolby Digital surround.
Om de nachtfunctie vanuit het menu in te
stellen, wordt de cursor u naar de regel Night
(nacht) van het SURROUND SETUP menu
verplaatst. Druk vervolgens op
/
EU
om
te kiezen uit de volgende instellingen:
OFF (uit): wanneer OFF (uit) is gemarkeerd,
werkt de nachtfunctie niet.
MID (medium): wanneer MID (medium)
gemarkeerd is wordt een geringe compressie
toegepast worden.
MAX: wanneer MAX gemarkeerd is wordt een
sterke compressie toegepast.
Bij gebruik van de nachtfunctie raden wij u aan
de MID (medium) instelling als uitgangspunt te
kiezen en later, indien nodig, om te schakelen op
MAX.
Denk er aan dat de nachtfunctie op elk moment
direct kan worden gecorrigeerd mits Dolby
Digital is gekozen met Nachtfunctie
B
. Door
op deze toets te drukken verschijnt D-R
(Dynamic Range) onderin beeld en in de display
N
. Druk binnen vijf seconden op
/
¤
D
om
de gewenste instelling te kiezen en druk dan op
Instellen
F
om de keuze te bevestigen.
Wanneer alle instellingen voor de surroundfunc-
tie gemaakt zijn drukt u op
/
¤
D
zodat de u
cursor naast RETURN TO MENU staat en u
drukt op instellen
F
om terug te gaan naar
het hoofdmenu.
Uitgangsniveau
Het instellen van de uitgangsniveaus is een
belangrijk onderdeel van het configuratieproces
bij een surround sound product. Het is in het bij-
zonder belangrijk bij een Dolby Digital ontvanger
als de AVR, aangezien de juiste uitgangssignalen
ervoor zorgen dat het filmgeluid met de juiste
richting en intensiteit wordt weergegeven.
OPMERKING: luisteraars zijn vaak onzeker over
werking van de surround kanalen. Sommigen
menen dat er altijd geluid uit alle luidsprekers
moet komen, terwijl er juist voor het merendeel
van de tijd weinig of geen geluid uit de surround
kanalen komt. Dat komt omdat ze alleen
gebruikt worden wanneer een regisseur of
geluidstechnicus daar specifiek een geluid toe-
voegt om een klankbeeld te creëren, een
geluidseffect of een actie te laten bewegen van
het front van de kamer naar de achterzijde.
Wanneer de uitgangsniveaus correct zijn inge-
steld, is het normaal dat de surround luidspre-
kers slechts zo nu en dan actief zijn. Het volume
van de achter luidsprekers extra verhogen kan
juist de illusie van een omringend klankbeeld
teniet doen, in afwijking van de manier waarop
het geluid in een bioscoop of concertzaal wordt
ervaren.
BELANGRIJK: Het uitgangsniveau kan apart
worden ingesteld voor elke digitale en analoge
surround functie. Daarmee kunnen niveauver-
schillen tussen de luidsprekers gecompenseerd
worden, en tevens kunnen verschillen afhanke-
lijk van de gekozen surround functie, of het
niveau van bepaalde luidsprekers naar eigen
inzicht verhoogd of verlaagd worden, afhankelijk
van de gekozen surround functie. Denk er aan
dat correcties voor een willekeurige surround-
functie ook effectief zijn met alle ingangen die
gebruik maken van dezelfde surroundfunctie.
Voor het instellen van de uitgangsniveaus er voor
zorgen dat alle luidsprekers correct zijn aan-
gesloten. Het systeemvolume dient aanvankelijk
geheel terug draaien. Zorg er tenslotte voor dat
balans
&
in het midden staat ‘op 12 uur’.
Gebruik EzSet
Met de exclusieve EzSet afstandsbediening van
Harman Kardon kunnen de uitgangsniveaus van
de AVR 3550 snel en nauwkeurig worden inge-
steld, zonder gebruik te hoeven maken van een
geluidsdrukmeter, hoewel ook een handinstel-
ling beschikbaar is. Voor een snelle en gemakke-
lijke instelling de onderstaande procedure vol-
gen terwijl u op de luisterpositie heeft plaatsge-
nomen:
1. Controleer of alle luidsprekers op de juiste
manier zijn geconfigureerd op LARGE en SMALL
als eerder beschreven en schakel zonodig de in-
beeld display uit.
2. Stel het volume zo in dat 15 wordt aange-
geven, als aangegeven in de in-beeld display en
de display
N
.
3. Kies een ingang met de Dolby Pro Logic II sur-
roundfunctie. Vergeet niet dezelfde correcties te
maken met alle andere surroundfuncties gecom-
bineerd met de gebruikte ingangen.
4. Maak eerst een niet-automatische test:
schakel het interne testsignaal in door op test-
signaal
8
te drukken. U hoort een testsignaal
(ruis) dat in de richting van de klok van de ene
naar de andere luidspreker wordt geschakeld.
Luister goed of het geluid uit de positie van de
luidspreker komt die in de display
N
wordt
aangegeven, terwijl de luidsprekers een voor een
in de display worden aangegeven, als aangege-
ven in het Output Adjust Menu, zie afbeelding 7
op de volgende pagina. Klopt het hoorbare
geluid NIET met de aangegeven positie, schakel
de AVR dan uit met de netschakelaar
1
en
controleer de luidsprekeraansluitingen om er
zeker van te zijn dat elke luidspreker met de juis-
te uitgang is verbonden. Aan het einde van het
instellen schakelt u het testsignaal uit door nog-
maals op Testsignaal
8
te drukken.
5. Houd de afstandsbediening voor u op
armlengte om er zeker van te zijn dat de EzSet
sensor microfoon
c
niet wordt afgedekt.
De microfoon bevindt zich op de voorzijde van
de afstandsbediening en richt hem op de AVR,
niet verticaal zoals u met een gewone microfoon
zou doen.
6. SPL indicatie
Z
3 seconden indrukken en
vasthouden. Loslaten zodra de programma/
SPL indicatie
2
niet meer knippert en het
testsignaal uit de linker front luidspreker komt.
7. Op dat moment neemt EzSet over en wordt
het uitgangsniveau van elk kanaal ingesteld
zodat ze allen gelijk zijn en op de referentie zijn
ingesteld. Dit proces duurt een paar minuten,
afhankelijk van de benodigde correcties.
SYSTEEMCONFIGURATIE 23
8. Tijdens het instellen kan het kanaal dat wordt
gecorrigeerd, worden afgelezen in zowel de
in-beeld display (indien actief) als in de display
N
, met een indicatie van de instelling ten
opzichte van het gekozen volume. Bij het instel-
len worden een paar zaken geregeld:
• De kanaalpositie die gecorrigeerd wordt knip-
pert in de luidspreker/kanaal functie
Q
.
Hoort u het signaal uit een andere luidspreker
dan die welke wordt aangegeven, dan is er een
fout gemaakt bij het aansluiten van de luidspre-
kers. In dat geval drukt u TWEEMAAL op test-
signaal
8
om het instellen te stoppen.
Schakel het apparaat vervolgens uit en contro-
leer alle luidsprekeruitgangen
DE
.
Wanneer om te beginnen het linker front
kanaal wordt ingesteld zal EzSet het basisniveau
instellen, als aangegeven met de indicatie FL
in de display
N
en in beeld, voor het basisni-
veau. Tijdens het instellen hoort u het testsignaal
pulseren of klikken wanneer EzSet het niveau
wijzigt. Dit is normaal.
• Bij het instellen van de overige kanalen
verschijnen het bewuste kanaal en de instelling
in de in-beeld display (indien actief) en in de
display
N
. Terwijl het niveau wordt aangepast
verandert de kleur van de programma/SPL
indicatie
2
in relatie tot het verschil met de
referentie. Rood geeft aan dat het niveau te
hoog is, amber is te laag. Groen tenslotte geeft
aan dat het niveau juist is en het testsignaal
gaat naar het volgende kanaal.
Terwijl de instellingen worden gemaakt
knippert de rode LED onder de AVR keuze
5
.
Dat is normaal en geeft aan dat EzSet actief is.
9. Nadat het testsignaal eenmaal alle kanalen
heeft behandeld, gaat het nogmaals rond om
het niveau van alle kanalen te controleren.
10. Bij het afsluiten van de kanaalinstellingen
knippert AVR keuze
5
tweemaal en dooft,
het testsignaal wordt uitgeschakeld en de AVR
keert terug naar normaal gebruik.
Handinstelling uitgangsniveau
De uitgangsniveaus kunnen ook met de hand
worden ingesteld, hetzij om ze met een SPL
meter zelf in te stellen, dan wel om fijninstellin-
gen te maken ten opzichte van de niveaus die de
EzSet afstandsbediening heeft gemaakt.
Handinstelling is het gemakkelijkst via het
OUTPUT ADJUST menu (Afb. 7). Staat het
hoofdmenu nog in beeld druk dan op
¤
D
tot
de in-beeld
cursor naast OUTPUT
ADJUST staat. Bent u niet in het hoofdmenu,
druk dan op in-beeld display
L
om het
MASTER MENU (Afb. 1) op te roepen en
druk vervolgens driemaal op
¤
D
zodat de
cursor u op de regel uitgangsniveaus staat. Druk
op instellen
F
om het OUTPUT
ADJUST menu in beeld te laten verschijnen.
Afbeelding 7
Zodra het menu verschijnt zult een testsignaal
(ruis) in de kamer horen. Deze testruis gaat van
luidspreker naar luidspreker, met de klok mee.
De testruis zal gedurende twee seconden op
elke luidspreker te horen zijn, voordat deze ver-
der gaat, tevens zal er een knipperende cursor in
beeld, naast de naam van elke luidsprekerpositie
verschijnen wanneer het geluid bij die luidspre-
ker is. Draai nu het volume omhoog tot u de ruis
goed kunt horen.
BELANGRIJK: omdat dit testsignaal een veel
lager niveau heeft dan normale muziek dient u
het volume, na de instelling van alle kanalen,
terug te nemen. Het juiste volume dient weer
hersteld te zijn VOORDAT u terugkeert in het
hoofdmenu en het testsignaal uitgeschakeld
wordt.
Nadat u de luidsprekerposities gecontroleerd
heeft, laat u het testsignaal weer rondgaan en
luistert u of een kanaal luider klinkt dan de
andere. Met de front luidspreker links als refe-
rentie drukt u op
/
¤
D
op de afstandsbe-
diening om alle luidsprekers op hetzelfde niveau
te brengen. Merk op dat drukken op
/
EU
het testsignaal op dat kanaal zal blijven
om de tijd te geven de afregeling te maken. Laat
u de toets los dan gaat de ruis na vijf seconden
weer rond. De cursor
u in beeld kan ook direct
naar de af te regelen luidspreker verplaatst wor-
den met de
/
¤
D
toetsen op de afstands-
bediening.
Ga door met het regelen van de afzonderlijke
luidsprekers tot ze alle hetzelfde volume hebben.
Merk op dat de regelingen alleen gemaakt die-
nen te worden met
/
EU
op de
afstandsbediening, NIET met de volumeregeling.
U kunt de uitgangsniveaus ook met de hand
instellen en gebruik maken van de niveau indica-
tie op de EzSet afstandsbediening. Om de sensor
en de indicatie te activeren drukt u op SPL
indicatie
Z
op de afstandsbediening terwijl
het testsignaal rondgaat. De programma/SPL
indicatie
2
verandert van kleur om het
niveau aan te geven.
Stel het niveau in als hierboven aangegeven tot
de LED groen oplicht voor alle kanalen. Rood
betekent dat het niveau te hoog is en amber is
te laag. Druk op SPL
Z
om de sensor en de
indicatie uit te schakelen.
OPMERKING: het uitgangsniveau van de sub-
woofer kan niet gecorrigeerd worden met
behulp van het testsignaal. Om het niveau van
de subwoofer te corrigeren volgt u de stappen
voor het instellen van het uitgangsniveau op
pagina 30.
* OUTPUT ADJUST *
FRONT LEFT : 0dB
CENTER : 0dB
FRONT RIGHT: 0dB
SURR RIGHT : 0dB
SURR LEFT : 0dB
RETURN TO MENU
Systeemconfiguratie
24 SYSTEEMCONFIGURATIE
Systeemconfiguratie
Wanneer alle kanalen hetzelfde niveau hebben
is de afregeling gereed. Zet nu met volume
(
X
het niveau op ca. –40 dB, anders zal het
afspeelniveau te hoog zijn zodra de muziek
begint te spelen. Om dit menu te verlaten drukt
u op
/
¤
D
tot de cursor u in beeld naast
de regel RETURN TO MENU staat en u
drukt op instellen
F
om het testsignaal uit te
schakelen en terug te keren naar het hoofd-
menu. De uitgangsniveaus kunnen ook afgere-
geld worden door de afzonderlijke toetsen en
het Semi-OSD systeem te gebruiken. Om op deze
manier de uitgangsniveaus te regelen drukt u op
testsignaal
#
8
. Vanaf het moment dat u
op de toets drukt gaat het testsignaal, zoals eer-
der beschreven, rond. Het juiste kanaal vanwaar
u het testsignaal wilt horen, wordt aangegeven
in het onderste derde deel van het beeld en in
de display
N
. Als een extra aanwijzing wordt
het juiste kanaal, terwijl het testsignaal rond-
gaat, ook aangegeven door de
luidspreker/kanaal keuze
Q
, door een knip-
perende letter in het correcte kanaal. Draai het
volume
(
X
hoger tot u de ruis duidelijk
kunt horen.
Om het uitgangsniveau te regelen drukt u op
insteltoetsen
5
op het frontpaneel of op de
/
EU
tot het gewenste niveau in de dis-
play of in beeld wordt aangegeven. Zodra u de
toetsen loslaat gaat het testsignaal na vijf
seconden opnieuw rond.
Wanneer alle kanalen hetzelfde uitgangsniveau
hebben, zet u met volume
(
X
het niveau
op ca. –40 dB, anders zal het afspeelniveau te
hoog zijn zodra de muziek begint te spelen.
Daarna drukt u op testsignaal
#
8
om de
testtoon uit te schakelen en het proces af te ron-
den.
BELANGRIJK: De afregeling van het uitgangs-
niveau zal niet effectief zijn voor alle ingangen,
maar alleen voor de werkelijk geselecteerde sur-
roundfuncties. Om ook effectief te zijn voor een
andere functie, kiest u die functie (met welke
ingang dan ook) en u herhaalt de boven
omschreven inregeling. Zo kunt u verschillen in
niveaus tussen luidsprekers, die per surround-
functie kunnen verschillen, compenseren, of het
niveau van bepaalde luidsprekers opzettelijk ver-
hogen of verlagen, e.e.a. afhankelijk van de
gekozen surroundfunctie.
OPMERKING: niveau inregeling is niet beschik-
baar voor de VMAx of Surround uit functie, aan-
gezien er geen surround luidsprekers gebruikt
worden (en er dus geen niveauverschillen kun-
nen optreden tussen luidsprekers in dezelfde
kamer). Maar om niveauverschillen te compen-
seren tussen stereo, VMAx en andere surround-
functies (onafhankelijk van de gekozen ingang)
kunnen de uitgangen ingeregeld worden met de
procedure voor fijnregeling van de niveaus, zie
pagina 30, ook voor de Surround uit en VMAx
functies. Zodra de op de vorige pagina beschre-
ven instellingen zijn gemaakt kan de AVR
gebruikt worden. Hoewel er nog extra instellingen
gemaakt kunnen worden, dient dit bij voorkeur te
gebeuren nadat naar meerdere bronnen heeft
geluisterd met verschillende soorten bronmateri-
aal. Deze geavanceerde instellingen worden op
pag. 33-34 van deze handleiding beschreven.
Bovendien kan elke instelling die u in het begin
gemaakt heeft, later gewijzigd worden.
Bij het toevoegen van nieuwe of andere bronnen
of luidsprekers, of u wilt de instelling corrigeren
naar uw eigen smaak, volg dan eenvoudig de
aanwijzingen voor het veranderen van de para-
meter als hiervoor beschreven. Denk er aan dat
alle wijzigingen op elk moment ook bij gebruik
van afzonderlijke toetsen in het geheugen van
de AVR, ook wanneer deze geheel wordt uitge-
schakeld, tenzij deze wordt gereset (zie pagina
40). De instellingen worden bepaald door de
gekozen ingang (analoge/digitale ingangskeuze,
surroundfunctie) of door de gekozen surround-
functie (luidsprekerniveau), als op de voorgaan-
de pagina’s beschreven.
Nu u klaar bent met de instelling en configuratie
van de AVR staat u op het punt het beste in
muziek en home theater weergave te beleven.
Veel plezier!
BEDIENING 25
Bediening
Basisbediening
Nadat u de installatie en de configuratie van de
AVR 3550 heeft voltooid, kan het apparaat in
gebruik worden genomen en kunt u ervan gaan
genieten. Voor optimaal plezier van uw nieuwe
receiver gaat u als volgt te werk:
Inschakelen van de AVR
Wanneer u de AVR voor het eerst in gebruik
neemt drukt u netschakelaar
1
op het front-
paneel in om het apparaat in te schakelen. Het
apparaat komt dan in de standby positie, als
aangegeven door de oranje kleur van de
lichtnetindicatie
3
. Vanuit de standby positie
kan het apparaat worden ingeschakeld door op
standby
2
of op ingangskeuze
!
op het
frontpaneel te drukken, of op AVR keuze
5
.
Merk op dat de lichtnetindicatie
3
groen
wordt. Het apparaat schakelt nu in op de laatst
gebruikte bron. Het apparaat kan ook ingescha-
keld worden door op één van de ingangskeuze
46a
toetsen te drukken op de afstands-
bediening.
OPMERKING: na op ingangskeuze
4
gedrukt te hebben, drukt u op AVR keuze
5
om de afstandsbediening de AVR functie te laten
besturen.
Om het apparaat uit te schakelen aan het einde
van een luistersessie drukt u eenvoudig op
standby
2
op het frontpaneel of op uitscha-
kelen
3
op de afstandsbediening. De voeding
naar een apparaat op de geschakelde licht-
netuitgang
F
op de achterzijde is aangeslo-
ten, zal spanningsloos worden en de
lichtnetindicatie
3
wordt oranje. Als de
afstandsbediening gebruikt wordt om het
apparaat uit te schakelen, gaat het systeem
eigenlijk in standby, als wordt aangegeven door
de oranje kleur van de lichtnetindicatie
3
.
Bent u gedurende langere tijd afwezig, dan is
het verstandig om het apparaat helemaal uit te
zetten met de netschakelaar
1
.
OPMERKING: alle voorkeurposities in het
geheugen kunnen verloren gaan wanneer het
apparaat langer dan twee weken spanningloos
blijft of de netschakelaar
1
uit staat.
Gebruik sluimerfunctie
• Om de AVR 3550 te programmeren voor
automatische uitschakeling, drukt u op
sluimerfunctie
9
op de afstandsbediening.
Telkens wanneer op deze toets wordt gedrukt
wordt de tijd tot het uitschakelen verkorten in
de volgende reeks:
De sluimerfunctie wordt aangegeven onder
voorkeurpositie/sluimertijd
R
en telt terug
tot de tijd verstreken is.
Wanneer de ingestelde sluimertijd is verstreken
wordt het apparaat automatisch uitgeschakeld
(standby). Denk er aan dat de helderheid van de
display wordt gehalveerd zodra een sluimertijd is
geprogrammeerd. Om de sluimerfunctie te laten
vervallen drukt u op sluimerfunctie
9
tot de
display terugkeert naar de normale sterkte en de
indicatie Sluimer in de display
N
weer op
"0" staat.
Ingangskeuze
• Om een bron te kiezen drukt u op een van de
ingangskeuze
46a
op de afstandsbe-
diening.
OPMERKING: na op ingangskeuze
4
gedrukt te hebben, drukt u op AVR keuze
5
om de afstandsbediening de AVR functie te laten
besturen.
• De bron kan ook gewijzigd worden door op
ingangskeuze
!
op het frontpaneel te
drukken. Telkens wanneer u de toets indrukt zal
de volgende bron in de reeks beschikbare
bronnen gekozen worden.
Wanneer een andere ingang wordt gekozen
schakelt de AVR 3550 automatisch naar de digi-
tale ingang (indien gekozen) en de surround-
functie het configureren voor die bron is gepro-
grammeerd.
Wanneer er een andere bron wordt gekozen,
zal de naam van deze bron tijdelijk onderin beeld
verschijnen. De naam verschijnt ook in de
display
N
, en een groene LED licht op naast de
naam van de bron bij de ingangsindicatie
Ô
.
Wanneer een pure audiobron (tuner, CD, tape,
6 kanaals directe ingang) wordt gekozen, blijft
de laatst gebruikte video ingang verbonden met
de video 1 uitgangen
J
en video monitor
uitgang
C
. Zo kan tegelijkertijd naar verschil-
lende bronnen worden gekeken en geluisterd.
Gebruik hoofdtelefoon
• Stel het volume naar wens in met volume
(
op het frontpaneel of volume hoger/lager
X
op de afstandsbediening.
• De regelaar balans
&
wordt gebruikt
om de onderlinge klankbalans tussen de front
luidsprekers links en rechts in te stellen.
• Om alle luidsprekers tijdelijk uit te schakelen
druk u op de toets muting
b
. Dit zal het sig-
naal naar alle luidsprekers en de hoofdtelefoon
onderbreken, maar heeft geen invloed op een
lopende opname of kopiëren. Druk nogmaals op
muting
b
om het geluid weer in te schake-
len.
Tijdens het luisteren kunt u de klankregeling
laag
^
en de klankregeling hoog
*
gebruiken het geluid naar eigen smaak in te
stellen of de kamerakoestiek te compenseren.
Merk op dat deze regelaars geen invloed hebben
bij gebruik van de 6-kanaals directe ingang.
• Om een ‘rechte’ frequentiekarakteristiek te
krijgen en de klankregeling en de balans van de
AVR uit te schakelen drukt u op klankregeling
in/uit
6
zodat de indicatie TONE OUT tijde-
lijk in de display
N
verschijnt. Om de regeling
weer in te schakelen drukt u nogmaals op
klankregeling in/uit
6
zodat TONE IN
tijdelijk in de display
N
verschijnt.
• Om alleen te luisteren sluit u een hoofd-
telefoon met 6,3 mm stereo jackplug aan op de
hoofdtelefoonuitgang
4
op het front-
paneel. Merk op dat wanneer de plug van de
hoofdtelefoon wordt aangesloten, het woord
HEADPHONE kort door de display
N
loopt
en dat alle luidsprekers uitgeschakeld worden.
Wanneer de plug wordt uitgetrokken zullen de
luidsprekers weer ingeschakeld worden.
90
min
80
min
70
min
60
min
50
min
40
min
30
min
20
min
10
min
OFF
FUNCTIE EIGENSCHAPPEN BEREIK VERTRAGINGSTIJD
DOLBY DIGITAL Alleen beschikbaar met digitale bronnen, Dolby Digital gecodeerd. Maximaal vijf Midden: 0 – 5 ms
audiokanalen en een speciaal kanaal voor Low-Frequency Effects. Standaard: 0 ms
Surround: 0 – 15 ms
Standaard: 0 ms
DTS Alleen met digitale bronnen DTS gecodeerd. Beschikbaar op speciale DVD, LD en Vertragingstijd niet instelbaar.
audiodiscs. Maximaal vijf audiokanalen en een speciaal kanaal voor Low Frequency Effects.
Dolby Pro Logic II
LOGIC 7 C Een nieuwe functie die in elke opname, stereo of surround, de surroundinformatie optimaal Vertragingstijd niet instelbaar.
LOGIC 7 M benut. Bij surround materiaal is de plaatsing nauwkeuriger, overgangen en bewegingen
rustiger en realistischer dan bij andere decodertechnieken. Logic 7 vergroot de ruimtelijkheid
en vergroot het toneel bij conventionele stereo- en muziekprogramma’s door de natuurlijke
informatie in stereo-opnamen te gebruiken. Logic 7C of Cinema is bedoeld voor filmgeluid.
Logic 7M of Muziek is bedoeld voor muziek.
DOLBY 3 STEREO Gebruikt de informatie van een surround of tweekanaals stereoprogramma om het Geen surround kanalen.
centrumkanaal te creëren. Bovendien de achter surround informatie zorgvuldig gemixt
met de front kanalen links en rechts, voor meer realisme. Voor gebruik zonder
surround-luidsprekers, maar met een centrum luidspreker.
THEATER De THEATER functie zorgt voor een geluidsbeeld dat overeenkomt met het standaard Vertragingstijd niet instelbaar.
akoestische klankbeeld in een theater met stereo en zelfs puur mono bronnen.
HALL 1 De beide zaalfuncties komen overeen met een kalne zaal (HALL 1) en een Vertragingstijd niet instelbaar.
HALL 2 middelgrote concertzaal (HALL 2), met stereo en zelfs puur mono bronnen.
VMAx Near Bij gebruik van alleen de beide front luidsprekers biedt de gepatenteerde Harman Kardon Geen surround kanalen.
VMAx Far VMAx een driedimensionaal beeld met de illusie van fantoom luidpsrekers op centrum en
surround posities. VMAx N (near field) is voor luisteren op minder dan 1,5 meter van de
luidsprekers; VMAx F (far field) voor luisteren op meer dan 1,5 meter afstand.
5 Kanaals stereo Maakt gebruik van meerdere luidsprekers om een stereosignaal zowel voor als achter in Geen vertraging in deze functie.
de kamer te positioneren. Ideaal bij een party, plaatst hetzelfde geluid in front links als
surround links, en in front rechts en surround rechts. Het centrum kanaal krijgt een mono
somsignaal van het in-fase material van links en rechts.
Surround uit Deze functie schakelt alle surround processing en de laagbewerking uit. Dit zorgt voor Geen surround kanalen.
(stereo) pure links/rechts weergave van tweekanaals stereoprogramma’s wanneer de front
luidsprekers op large (groot) staan.
Surround uit Deze functie schakelt alle surround processing uit, maar houdt de laagbewerking actief. Geen surround kanalen.
(A/D MODE) Dat betekent dat de instelling van de front luidsprekers (large of small – groot of klein)
behouden blijft. Gebruik deze instelling wanneer de front luidsprekers op small (klein)
staan in combinatie met een actieve subwoofer.
Dolby Pro Logic II is de nieuwste versie van de baanbrekende surround technologie van
Dolby Laboratories en decodeert een breedband en discreet signaal voor links, centrum,
rechts, rechts surround en links surround van zowel matrix surround gecodeerde pro-
gramma's als conventionele stereobronnen. De Dolby Pro Logic II Movie functie werkt
optimaal bij filmgeluid dat is opgenomen met een matrix systeem, doordat echte links,
centrum en rechts achter signalen worden gebruikt. De Pro Logic II Music functie is
bedoeld voor gebruik bij muziek, opgenomen in matrix of in stereo, met discrete links en
rechts kanalen. De Pro Logic Emulation functie zorgt voor een vijfkanaals surround weer-
gave van conventionele stereobronnen.
26 BEDIENING
Bediening
Overzicht Surroundfuncties
Film en Emulation:
10 ms - 25 ms,
Standaard instelling - 10 ms,
Muziek:
0 ms - 15 ms,
Standaard instelling - 0 ms
BEDIENING 27
Bediening
Keuze Surround Functies
Eén van de belangrijkste eigenschappen van de
AVR 3550 is de mogelijkheid een volledig meer-
kanaals surround klankbeeld weer te geven van
digitale bronnen, analoge matrix gecodeerde
programma’s en standaard stereo en zelfs mono
programma’s. Alles bij elkaar zijn vijftien luister-
functies beschikbaar op de AVR 3550.
Het kiezen van de surroundfunctie is in wezen een
persoonlijke zaak, net als het soort programma
dat u gebruikt. Films, CD's en TV-programma's
met de logo's van een van de belangrijke surround
processen, zoals Dolby Surround, worden afge-
speeld in Dolby Pro Logic II Movie (films) of Music
(bij muziek) surround of met de exclusieve Harman
Kardon Logic 7 Movie functie, zodat een breed-
bandig en discreet 5.1 kanaals surround signaal
van de surround gecodeerde programma's ont-
staat met een stereo links/rechts signaal, net als in
werkelijkheid. In dat geval hoort u geluid dat van
links komt alleen links, zie details op pagina 26.
Wanneer geen achter luidsprekers worden ge-
bruikt dient Dolby 3 Stereo gekozen te worden bij
alle surround opnamen. Denk er aan dat bij
gebruik van Dolby Digital 2.0 signalen (bijvoor-
beeld 'D.D. 2.0' nummers van een DVD) die
gecodeerd zijn met Dolby Pro Logic informatie,
binnenkomend via een willekeurige digitale
ingang, automatisch Dolby Pro Logic II gekozen
zal worden (als aanvulling op de Dolby Digital
functie) en ook van deze opnamen een volledig
5.1 surround sound zal decoderen (zie ook
'Dolby Digital' op pagina 28 ).
Om een volledig omringend geluidsbeeld te krij-
gen met allerlei bewegende effecten bij alle ana-
loge stereo opnamen, kiest u Dolby Pro Logic II
Music of Emulation, dan wel de exclusieve
Harman Kardon Logic 7 Music functie voor een
dramatische verbetering ten opzichte van Dolby
Pro Logic (I) van voorheen.
OPMERKING: wanneer een programma is
gecodeerd met matrix surround informatie blijft
deze informatie behouden zolang het program-
ma in stereo wordt uitgezonden. Films met
surround geluid kunnen dus gedecodeerd wor-
den met elke analoge surround functie, zoals Pro
Logic of Logic 7, wanneer deze door conventio-
nele TV-zenders, betaal-TV of satellieten worden
uitgezonden. Bovendien worden er steeds meer
TV-programma’s, sportuitzendingen, hoorspelen
en muziek-CD’s opgenomen met surround
geluid. U kunt een overzicht van deze program-
ma’s bekijken op het web van Dolby
Laboratories: www.dolby.com.
Zelfs wanneer een programma niet wordt aange-
geven als drager van standaard surround infor-
matie, zult u merken dat de Dolby Pro Logic II,
Dolby 3 Stereo of Logic 7 functies vaak een
omringend surround klankbeeld leveren, gebruik
makend van de natuurlijke surround informatie
die in alle stereo opnamen aanwezig is.
Probeer daarom bij stereoprogramma’s zonder
surround informatie de Theater, Hall en 5 kanaals
stereo functies (5 kanaals stereo is vooral effec-
tief met oude, extreem-stereo opnamen) en met
monoprogramma’s raden we aan de Theater of
Hall functies te proberen. En bij gebruik van uit-
sluitend twee front luidsprekers bevelen wij het
door Harman gepatenteerde VMAx aan, waar-
mee een nagenoeg driedimensionaal ruimtebeeld
wordt bereikt met slechts twee luidsprekers.
Surroundfuncties worden met de toetsen op het
frontpaneel of op de afstandsbediening geselec-
teerd. Om een surroundfunctie op het frontpa-
neel te kiezen, drukt u op surroundfunctie
7
om door het overzicht van beschikbare functies
te lopen. Om een surroundfunctie te kiezen met
de afstandsbediening drukt u op surroundfunc-
tie
A
en vervolgens op de
/
¤
D
om de
functie te wijzigen. Wanneer u op deze toetsen
drukt verschijnt de naam van de surroundfunctie
in de display
N
en tevens licht een afzonderlij-
ke indicatie
C D F H I J K M
op.
Wanneer de surroundfunctie wordt gewijzigd zal
een groene LED naast de huidige surround-
functie indicaties
$
op het frontpaneel
oplichten.
OPMERKING: de naam van elke surroundfunc-
tie verschijnt onderin beeld en in de display
N
zodra deze wordt gekozen. Om te voorkomen dat
het kiezen van de surroundfunctie onbedoeld
wordt verlaten, drukt u op
/
¤
D
terwijl de
functie nog zichtbaar is.
Merk op dat de functies Dolby Digital en DTS
slechts gekozen kunnen worden wanneer een
digitale bron gekozen is. Bovendien zal de AVR
bij aanwezigheid van een digitale bron automa-
tisch naar de juiste functie (Dolby Digital of DTS)
overschakelen, e.e.a. onafhankelijk van de tevo-
ren gekozen functie. Voor meer informatie over
het kiezen van digitale bronnen in het volgende
hoofdstuk van deze handleiding.
Om naar een programma te luisteren in traditio-
neel tweekanaals stereo met alleen de front luid-
sprekers links en rechts (en de subwoofer indien
geïnstalleerd en geconfigureerd), volgt u de hier-
boven gegeven aanwijzingen voor de afstands-
bediening tot SURR OFF in de display
N
verschijnt.
Digitale audioweergave
Digitale surround is een belangrijke vooruitgang
ten opzichte van de vroegere analoge matrix sur-
round systemen. Het beschikt over vijf gescheiden
kanalen: front links, midden, front rechts, links sur-
round en rechts surround. Elk kanaal reproduceert
het volledige frequentiebereik (20 Hz tot 20 kHz)
en bezit een aanzienlijk groter dynamisch bereik
en ruimere signaal/ruis-afstand. Bovendien heb-
ben digitale surround systemen de mogelijkheid
een extra kanaal te leveren dat speciaal bedoeld
is voor lage frequenties. Dit is het ‘.1’ kanaal
waarnaar wordt verwezen wanneer u deze syste-
men beschreven ziet als ‘5.1’ bijvoorbeeld. Het
baskanaal is gescheiden van de andere kanalen,
maar aangezien de bandbreedte opzettelijk
beperkt is, hebben technici er die specifieke bena-
ming aan gegeven.
Dolby Digital
Dolby Digital (aanvankelijk bekend als AC-3® ) is
een standaard onderdeel van DVD, en beschik-
baar op speciaal gecodeerde laserdiscs en satel-
lietuitzendingen. Het maakt deel uit van het
nieuwe high-definition televisie (HDTV) systeem.
Merk op dat er een extra, externe RF demodula-
tor nodig is om de AVR 3550 te gebruiken met
de Dolby Digital soundtracks op laserdiscs. Sluit
de RF uitgang van de LD-speler aan op de demo-
dulator en sluit vervolgens de digitale uitgang
van de demodulator aan op de optische of
coax ingangen
OA
van de AVR. Voor DVD-
spelers en DTS-gecodeerde laserdiscs is geen
demodulator nodig.
DTS
DTS is een ander digitaal audio systeem dat 5.1
audio kan leveren. Hoewel zowel DTS als Dolby
Digital digitaal zijn, maken ze gebruik van andere
methoden om de signalen te coderen en hebben
daarom andere decoders nodig om de digitale
signalen weer naar analoog om te zetten.
DTS-gecodeerd materiaal is op bepaalde DVD’s
en LD’s beschikbaar, en op speciale alleen voor
audio bestemde DTS CD’s. U kunt elke LD, DVD
of CD-speler, voorzien van een digitale uitgang,
gebruiken om DTS-gecodeerde speciale audio-
CD’s met de AVR af te spelen, maar DTS-LD’s en
DTS-DVD’s kunnen alleen op resp. LD-spelers en
op DVD-spelers worden afgespeeld. Sluit zo'n
speler aan op de optisch of coax digitale
ingang
OA
.
Om DVD’s die DTS zijn gecodeerd te beluisteren
dient de DVD-speler compatibel zijn met het DTS-
signaal, wat wordt aangegeven met het DTS-logo
op het voorpaneel van de speler. Merk op dat
sommige vroegere DVD-spelers misschien niet in
staat zijn om DTS-gecodeerde DVD’s af te spelen.
Dit wijst niet op een probleem met de AVR 3550,
want sommige spelers kunnen het DTS-signaal
niet doorgeven via de digitale uitgangen. Indien u
eraan twijfelt of uw DVD-speler DTS DVD’s kan
afspelen, raadpleeg dan de handleiding van de
speler.
Denk er aan dat sommige DVD-spelers geleverd
worden, ingesteld op uitsluitend Dolby Digital
voor de digitale uitgang. Om ervoor te zorgen
dat ook DTS signalen naar de AVR gaan, dient u
het menusysteem van de DVD-speler te controle-
ren.
28 BEDIENING
Bediening
PCM Audio afspelen
PCM (Puls Code Modulation) is een niet-gecom-
primeerd digitaal audiosysteem dat gebruikt
wordt voor compact discs, niet-Dolby Digital/DTS
Laserdiscs en sommige speciaal PCM gecodeerde
DVD’s. De digitale schakelingen in de AVR 3550
kunnen digitaal-naar-analoog omzetten in hoge
kwaliteit en kunnen rechtstreeks worden verbon-
den met de digitale audio-uitgang van uw CD- of
LD-speler. (LD alleen voor PCM- of DTS-program-
ma’s, voor Dolby Digital discs is een RF-adapter
nodig, zie pagina ‘Dolby Digital’).
Coax en Optisch digitale ingangen
OA
kun-
nen op de achterzijde worden aangesloten.
Om naar een PCM digitale bron te luisteren eerst
de ingang (b.v. CD) kiezen om het videosignaal
(indien aanwezig) naar de TV. Druk vervolgens op
de digitale ingangskeuze
Ò
G
en gebruik
vervolgens de
/
¤
D
op de afstandsbedie-
ning of instellen
5
op het frontpaneel, tot de
gewenste keuze OPTICAL of COAX in de
display
N
verschijnt. Druk op instellen
Ó
F
om de gewenste keuze in te voeren.
Wanneer een PCM bron speelt, zal de PCM-indica-
tie
A
oplichten. Tijdens PCM weergave kunt u elke
surroundfunctie kiezen als beschreven op pagina 26
en 27, uitgezonderd Dolby Digital of DTS.
Digitale bron kiezen
Om een digitale functie te gebruiken dient een
digitale bron correct op de AVR 3550 te zijn aan-
gesloten. Sluit de digitale uitgangen van de DVD-
spelers, HDTV-ontvangers, satellietsystemen en
CD-spelers aan op de een optisch of coax digi-
tale ingang
OA
op de achterzijde aan. Om
ook analoog te kunnen opnemen, dienen de
analoge uitgangen van de digitale bron te worden
verbonden met de juiste ingangen op de achterzij-
de van de AVR (voorbeeld: sluit de analoge stereo
uitgang van een DVD-speler aan op de DVD-
ingang
5
op de achterzijde, naast de digitale uit-
gangen van de bron).
Voor het afspelen van een digitale bron als DVD,
kiest u eerst de ingang via de afstandsbediening
of op de voorzijde, als in deze handleiding
beschreven, om het videosignaal (indien aanwe-
zig) naar de TV-monitor te sturen en het analoge
audiosignaal voor opname beschikbaar te hebben.
Wanneer de digitale ingang van de DVD-speler
niet automatisch wordt gekozen (als gevolg van
eerder gemaakte instellingen bij de configuratie
van het systeem, zie pagina 19), kies dan de digi-
tale bron met de digitale ingangskeuze
G
Ò
en gebruik
/
¤
D
op de afstandsbediening of
de insteltoetsen
5
op de voorzijde om de
OPTICAL of COAXIAL ingangen te kie-
zen, zoals deze in de display N indicaties
B
E
of de in-beeld display verschijnen.
Speelt een digitale bron, dan zal de AVR automa-
tisch signaleren of het om een meerkanaals Dolby
Digital, DTS bron of een conventioneel PCM sig-
naal, het standaard signaal van CD-spelers gaat.
De signaaltype indicatie
A
licht op in de dis-
play
Ú
ter bevestiging dat het digitale signaal
Dolby Digital, DTS of PCM is.
Denk er aan dat een digitale ingang (b.v. coax)
gekoppeld blijft met de analoge ingang (b.v.
DVD) zodra het is gesignaleerd, zodat het digita-
le signaal niet opnieuw gekozen hoeft te worden
telkens wanneer een bepaalde ingang, bijvoor-
beeld DVD, wordt gekozen.
Digitale status
Wanneer een digitale bron speelt, herkent de
AVR het type bitstream data. Gebruik makend van
deze informatie wordt de juiste surroundfunctie
automatisch gekozen.Voorbeeld: bij DTS bitstre-
am activeert het apparaat de DTS-decoder en bij
Dolby Digital de Dolby Digital decoder. Bij binnen-
komst van PCM data van CD's en LD's en sommi-
ge muziek DVD's of bepaalde nummers op nor-
male DVD's, kan de juiste surroundfunctie met de
hand worden gekozen. Daar de beschikbare sur-
roundfuncties worden bepaald door het type digi-
tale data, maakt de AVR gebruik van een aantal
indicaties waaraan u kunt zien om wat voor sig-
naal het gaat. Dit verheldert de keuze van functies
en ingangen afhankelijk van het materiaal op de
disc.
Wanneer een digitale bron speelt zal de bit-
stream indicatie
A
oplichten ten teken om
welk signaal het gaat:
: Wanneer de Dolby D indicatie oplicht
wordt een Dolby Digital bitstream ontvangen.
Afhankelijk van het gekozen audionummer op de
speler en het aantal kanalen op de disc zijn ver-
schillende surroundfuncties mogelijk. Merk op
dat het mogelijk is dat er maar één kanaal zon-
der subwoofer, aangeduid als ‘1.0’ audio, kan
zijn opgenomen op digitale surround audionum-
mers, of juist alle vijf kanalen met subwoofer
(‘5.1’ audio), en alle denkbare tussenvormen.
Wanneer het Dolby Digital slechts uit twee kana-
len bestaat (‘2.0’), dan bevatten deze twee kana-
len (links en rechts) vaak Pro Logic surround
informatie. Bij zulke nummers schakelt de AVR
automatisch naar Dolby Pro Logic II Movie (naast
de normale Dolby Digital functie), maar u kunt
ook de VMAx functie kiezen. Bevat het D.D. 2.0
signaal geen Pro Logic informatie, dan wordt
automatisch normaal Dolby Digital gekozen, hoe-
wel u zelf elke Pro Logic II functie kunt kiezen
(gebruik in dat geval alleen Music of Emulation)
of elke gewenste VMAx functie.
DTS: wanneer de DTS indicatie oplicht wordt
een DTS bitstream ontvangen. Wordt dit type
gegevens detecteert, dan kan alleen de DTS func-
tie gebruikt worden.
PCM: wanneer de PCM indicatie oplicht wordt er
een standaard Pulse Code Modulation of PCM sig-
naal ontvangen. Dit is het type digitale audio dat
gebruikt wordt op conventionele compact disc en
laserdisc opnamen. Wanneer een PCM bitstream
aanwezig is, dan zijn alle functies uitgezonderd
Dolby Digital en DTS, beschikbaar. Merk op dat het
PCM signaalformaat op de DVD-speler voor elke
audionummer kan worden, zelfs voor Dolby Digital
tracks (maar niet met Dolby Digital decodering).
Er kunnen, indien gekozen, zelfs ‘2.0’ DD audio-
nummers met alle surroundfuncties afgespeeld
worden, ook met het meest effectieve Logic 7.
BEDIENING 29
Naast de signaaltype indicaties biedt de AVR
3550 een stel unieke kanaal indicaties die u ver-
tellen hoeveel kanalen in de digitale informatie
ontvangen worden en of het digitale signaal
onderbroken wordt.
Deze indicaties zijn de letters L/C/R/LS/RS/LFE in
de middelste vakjes van de luidspreker/kanaal
functie
Q
in de display
Ú
op de voorzijde.
Wanneer een standaard stereosignaal of matrix
surround signaal gebruikt wordt zullen alleen de
indicaties ‘L’ en ‘R’ oplichten, aangezien analoge
signalen alleen respectievelijk een linker en een
rechter kanaal hebben. Dat geldt zelfs bij sur-
round opnamen, die de surround informatie
alleen in het linker en rechter kanaal dragen.
Digitale signalen daarentegen kunnen één tot
zes kanalen bevatten, e.e.a. afhankelijk van het
programmamateriaal, de uitzendmethode en de
manier waarop zij gecodeerd zijn. Wanneer een
digitaal signaal wordt afgespeeld zullen de let-
ters oplichten conform het signaal dat wordt ont-
vangen. Het is belangrijk op te merken dat hoe-
wel bijvoorbeeld naar Dolby Digital verwezen
wordt als een ‘5.1’ systeem, niet alle Dolby
Digital DVD of audionummers op een DVD of
ander Dolby Digital materiaal gecodeerd zijn voor
5.1. Het is normaal dat voor een DVD met Dolby
Digital geluid alleen de ‘L’ en ‘R’ indicaties indi-
caties oplichten.
OPMERKING: Veel DVD’s zijn opgenomen met
zowel een ‘5.1’ als een ‘2.0’ versie van hetzelfde
materiaal, waarbij de ‘2.0’ versie vaak gebruikt
wordt voor andere talen. Wanneer u een DVD
afspeelt, controleer dan steeds het type materiaal
op de schijf. De meeste discs geven deze infor-
matie in de vorm van een overzicht of symbool
op de hoes. Wanneer een disc meerdere syste-
men aanbiedt, zullen wellicht instellingen van de
DVD-speler veranderd moeten worden (meestal
via 'Audio Select' of vie een menu op de disc) om
een compleet 5.1 signaal naar de AVR te zenden,
of het gewenste geluid en de juiste taal te kiezen
('2.0' audionummers kunnen afgespeeld worden
met alle Pro Logic II of VMAx functies, zie Dolby
Digital op pagina 28). Het is ook mogelijk dat het
type signaal verandert tijdens het afspelen van
een DVD. In sommige gevallen zullen de voor-
beelden van speciaal materiaal in 2.0 audio
opgenomen zijn, terwijl het hoofdprogramma
beschikbaar is in 5.1 audio. Zolang uw DVD-spe-
ler is ingesteld op 6-kanaals uitgangssignaal zal
de AVR automatisch de veranderingen in de bit-
stream en het aantal kanalen detecteren en dit
met de indicaties aangeven. De letters zoals
gebruikt bij de indicaties luidsprekers/kanaal
functie
Q
knipperen ook om aan te geven
wanneer een bitstream onderbroken wordt. Dat
gebeurt wanneer een digitale ingang voor het
afspelen gekozen is, of wanneer een digitale
bron zoals een DVD op pauze staat. De knippe-
rende indicaties wijzen erop dat het afspelen is
onderbroken door de afwezigheid van een digi-
taal signaal en niet door een fout in de AVR. Dit
is normaal en de digitale weergave zal hervat
worden zodra het afspelen opnieuw gestart
wordt.
Nachtfunctie
Een speciale functie van Dolby Digital. Deze func-
tie stelt u in staat om Dolby Digital bronnen vol-
ledig verstaanbaar af te spelen, maar met
beperkte maximale piekniveaus, terwijl de zwak-
ke signalen 1/4 tot 1/3 opgetrokken worden. Zo
wordt vermeden dat abrupt luide overgangen
anderen storen, zonder de impact van de digitale
bron te beperken. De nachtfunctie is alleen
beschikbaar wanneer de Dolby Digital functie
gekozen is.
De nachtfunctie kan worden gekozen wanneer
een Dolby Digital DVD speelt door op nacht-
functie
B
op de afstandsbediening. Druk ver-
volgens op
/¤
D
om de gematigde of de
volledige compressie (medium of full) van de
nachtfunctie te kiezen. Om de nachtfunctie uit te
schakelen drukt u op
/¤
D
tot de aanwijzing
onderin de video display en de display
N
D-R OFF aangeeft. Wanneer de nachtfunctie
actief is licht ook de indicatie nachtfunctie
O
op. De nachtfunctie kan ook gekozen worden om
altijd op dat compressieniveau te zijn, zodra de
Dolby Digital functie wordt geactiveerd via de
opties in het Surround Sound Setup menu. Zie
pagina 22 voor informatie over het gebruik van
de menu’s om deze optie in te stellen.
BELANGRIJK BIJ DIGITALE WEERGAVE
1. Wanneer de digitale bron stopt, in pauze, in de
functie snel zoeken of hoofdstuk zoeken staat,
zullen de digitale gegevens tijdelijk stoppen en
de kanaalposities in de luidspreker/kanaal
functie
Q
zullen knipperen. Dit is normaal en
wijst niet op een probleem met de AVR 3550 of
met de bron. De AVR zal, zodra de gegevens
weer beschikbaar zijn en wanneer het apparaat
weer op afspelen staat, naar de normale digitale
weergave terugkeren.
2. Hoewel de AVR bijna alle DVD films, CD’s en
HDTV bronnen kan decoderen, is het mogelijk dat
sommige toekomstige digitale formaten niet door
de AVR 3550 verwerkt kunnen worden.
3. Denk er aan dat niet alle digitaal gecodeerde
programma’s en niet alle audionummers op een
DVD volledig 5.1-kanaals audio bevatten.
Raadpleeg de handleiding van het programma bij
uw DVD of laserdisc om na te gaan welk type
audio op de disc is opgenomen. De AVR 3550 zal
automatisch het type digitale surround codering
detecteren, deze vervolgens aangeven in de
luidspreker/kanaal functie
Q
indicatie en
instellingen maken ter verwerking.
4. Wanneer een Dolby Digital of DTS bron speelt
is het mogelijk dat u onder bepaalde omstandig-
heden enkele van de analoge surroundfuncties
niet kunt kiezen, zoals Dolby Pro Logic II, Dolby
3, Stereo, Hall, Theater, 5-kanaals Stereo of Logic
7, tenzij u gebruik maakt van speciale audionum-
mers (zie indicatie ‘Dolby Digital’ op de voor-
gaande pagina) of gekozen data formaat (zie
‘PCM’ op voorgaande pagina).
5. Wanneer een Dolby Digital of DTS bron speelt
kan geen analoge opname worden gemaakt via
de Tape uitgangen
1
of Video 1
4
uitgan-
gen, wanneer de bron alleen is verbonden met
een digitale ingang op de AVR. Maar het analoge
tweekanaals signaal van die bron, de ‘mixdown’
naar Stereo of Dolby Surround, kan worden
opgenomen door de analoge audio uitgangen
met de juiste analoge ingangen (DVD bijvoor-
beeld) van de AVR, zodra op de AVR de juiste
analoge ingang is gekozen. Denk er aan dat DTS
bronnen door de speler niet gemengd worden,
tenzij de digitale uitgang op ‘PCM’ staat.
Bovendien worden de digitale signalen worden
doorgegeven naar de digitale audio
uitgangen
9
.
Opnemen
Bij normaal gebruik worden de audio en video
signalen die op de AVR voor kijken en luisteren
zijn gekozen door gestuurd naar de opname uit-
gangen. Dat betekent dat elk programma waar u
naar kijkt of luistert simpelweg kan worden
opgenomen door recorders aan te sluiten op de
uitgangen Tape Outputs
1
of Video 1
Outputs
4
. Wordt een digitale audiorecorder
aangesloten op één van de digital audio uit-
gangen
9
dan kunt u de digitale signalen
opnemen met CD-R, MiniDisc of ander digitaal
opnamesysteem. Denk er aan dat alle digitale
signalen doorgestuurd naar zowel de coax als
optisch digitale uitgangen, ongeacht het type
digitale ingang dat werd gekozen.
OPMERKINGEN:
• De AVR 3500 kan een analoog signaal omzet-
ten in een digitaal signaal. Op die manier kan het
analoge of digitale signaal op een CD-R worden
opgenomen via de digitale uitgang. Denk er aan
dat wijziging van het formaat (b.v. van Dolby
Digital naar PCM of omgekeerd) niet mogelijk is.
Bovendien dient de digitale recorder geschikt te
zijn voor het uitgangssignaal.
• Een analoge opname maken van een Dolby
Digital of DTS bron is niet mogelijk wanneer de
bron uitsluitend is aangesloten op een digitale
ingang van de AVR. Een analoog tweekanaals
signaal van deze bron kan wel opgenomen wor-
den (zie punt 5 ‘Belangrijk bij digitale weergave’
op de voorgaande pagina).
Bediening
30 BEDIENING
Bediening
<Aanpassen uitgangsniveaus
Het normale weergaveniveau van de AVR 3550
wordt ingesteld met behulp van het testsignaal,
als beschreven op pagina 22-23. In sommige
gevallen is het wenselijk de weergaveniveaus aan
te passen met programmamateriaal waarmee u
vertrouwd bent. Verder kunnen de niveaus voor
de subwoofer en de stereo en VMAx functies
alleen via deze procedure aangepast worden.
Om de uitgangsniveaus met programmamateri-
aal aan te passen via de display
N
of via in-
beeld informatie (niet volledig!) dient eerst de
surroundfunctie waarin u de luidsprekers wilt
afstellen gekozen te worden. Zie opmerking hier-
onder. Start dan het door u gekozen programma
en stel het referentieniveau voor de front links en
rechts luidsprekers in met volume
(
X
.
Is het referentieniveau eenmaal ingesteld, druk
dan op kanaalkeuze
C
Û
waarop geduren-
de 3 seconden FL LEVEL in de display
N
verschijnt. Om het niveau te veranderen drukt u
eerst op instellen
F
Ó
en vervolgens
gebruikt u de insteltoetsen
5
of
/
¤
D
om het niveau te verhogen of te verlagen.
Gebruik NIET de volumeregelaar, want dit zal de
referentie instelling wijzigen. Druk op de toets
instellen
F
Ó
, zodra de wijziging doorge-
voerd is en druk vervolgens op de insteltoetsen
5
of
/
¤
D
om zonodig een ander kanaal
te kiezen en in te stellen.
Om het niveau van de subwoofer aan te passen,
drukt u op de insteltoetsen
5
of
/
¤
D
tot
de aanwijzing SW LEVEL in de display
N
of op de in-beeld display verschijnt (alleen van
toepassing indien de subwoofer geactiveerd is).
Druk, zodra de naam van het gewenste kanaal in
de display
N
en in beeld verschijnt, op instel-
len
F
Ó
en volg de instructies op.
Herhaal de procedure zonodig, tot alle kanalen
die u wilt afstellen zijn ingesteld. Druk als alle
instellingen zijn uitgevoerd, tweemaal op de
insteltoets
F
Ó
en de AVR zal terugkeren
naar normale bediening.
Gebruikt u een disc met ruissignalen of een
externe generator als bron om de uitgangsni-
veaus in te stellen, dan kunt u gebruik maken
van de EzSet functie van de afstandsbediening
om het juiste niveau (SPL) in te stellen. Om de
afstandsbediening hiervoor te gebruiken en de
sensor te activeren, start u het testsignaal en u
drukt op SPL
Z
en laat deze snel los. Zodra
het testsignaal van de bron naar de linker front
luidspreker wordt gevoerd opent u de volume-
regelaar
(
X
tot de programma indicatie
2
op de afstandsbediening groen oplicht.
Wanneer het testsignaal naar de luidspreker
wordt gevoerd die u wilt instellen kan de pro-
gramma indicatie
2
van kleur veranderen
om het niveau aan te geven. Corrigeer het
niveau voor dat kanaal als aangegeven tot de
LED groen oplicht voor alle kanalen. Rood bete-
kent dat het signaal te sterk is, amber is te laag.
Nadat alle uitgangsniveaus zijn ingesteld drukt u
op SPL
Z
om de sensor en de indicatie uit te
schakelen.
De kanaaluitgang gekoppeld aan welke ingang
dan ook, kan ook aangepast worden met het
menu systeem ‘volledig in-beeld display’. Stel
allereerst met volume
(
X
op een plezierig
geluidsniveau in. Druk vervolgens op in-beeld
display
L
om in het hoofdmenu MASTER
MENU (Afb.1) te komen. Druk daarna op
¤
D
tot de cursor
naast de regel CHANNEL
ADJUST (KANAALKEUZE) staat. Druk op de
toets instellen
F
om het menu CHANNEL
ADJUST (KANAALKEUZE) (Afb. 8) te activeren.
Afbeelding 8
Zodra het menu in beeld verschijnt, kunt u met
/
¤
D
de cursor
in beeld naast het door u
aan te passen kanaal te zetten. Druk vervolgens
op de toetsen
/
EU
om het uitgangs-
niveau te verhogen of te verlagen.
Wanneer alle aanpassingen gerealiseerd zijn,
drukt u op
/
¤
D
om de cursor
in beeld
naar de positie RETURN TO MENU (terug
naar menu) te verplaatsen, en druk om in het
hoofdmenu andere aanpassingen te maken op
instellen
F
. Indien u geen verdere
aanpassingen wenst te maken, dan drukt u op de
toets in-beeld display
L
om het
menusysteem te verlaten.
OPMERKING: de uitgangsniveaus kunnen voor
iedere digitale en analoge surroundfunctie afzon-
derlijk ingesteld worden. Indien u andere niveaus
voor een specifieke functie wenst, kies dan die
functie en volg stapsgewijs bovengenoemde
instructies. Bij aanpassen van de niveaus als hier-
boven omschreven, worden automatisch en in
overeenstemming daarmee (en omgekeerd), de
niveaus in het Output Adjust Menu (menu aan-
passen uitgangsniveaus, Afb. 7, pagina 23) aan-
gepast. Voor wat betreft de Stereo en VMAx
functies, is de hier beschreven procedure de
enige methode om een uitgangsniveau in te stel-
len, d.w.z. om een VMAx niveau met andere
functies in overeenstemming te brengen.
Directe 6-kanaals ingang
De AVR 3550 is uitgerust voor uitbreiding in de
toekomst door toepassing van extra, externe
adapters voor formaten die de AVR niet kan ver-
werken. Wordt er een adapter aangesloten op de
directe 6 kanaals ingang
8
, dan kiest u die
door op de 6-kanaals directe ingang
a
te
drukken. De directe ingang voor de 6-kanalen
kan tevens gekozen worden door op ingangs-
keuze
!
op het frontpaneel te drukken. Druk
op deze toets tot de aanwijzing CH DIRECT
(direct kanaal) in display
N
verschijnt en de
groene LED naast de indicatie
6CH(6 kanaals) ingangsindicatie
Ô
. Let
op dat bij gebruik van de directe 6 kanaals
ingang geen surroundfunctie gekozen kan wor-
den, aangezien de externe decoder de bewerking
bepaalt. Bovendien staat er geen signaal op de
opname-uitgangen bij gebruik van de directe
6-kanaals ingang en ook de klankregeling
^*
en balans
&
werken niet.
Geheugenbeveiliging
De AVR 3550 is uitgerust met een geheugenbe-
veiliging die de opgeslagen zenders van de tuner
en de systeemconfiguratie vasthoudt als het
apparaat helemaal wordt uitgeschakeld, de stek-
ker uit het stopcontact wordt genomen of wan-
neer de netspanning uitvalt. Dit geheugen blijft
ca. 1 weken behouden; daarna dient alle infor-
matie opnieuw te worden ingevoerd.
* CHANNEL ADJUST *
FRONT LEFT : 0dB
CENTER : 0dB
FRONT RIGHT : 0dB
SURR RIGHT : 0dB
SURR LEFT : 0dB
SUBWOOFER : 0dB
CHANNEL RESET: OFF ON
RETURN TO MENU
BEDIENING 31
Bediening
Gebruik van tuner
De AVR 3550 is geschikt voor de ontvangst van
MG, FM en FM stereo zenders plus de ontvangst
van RSD-gegevens. Zenders kunnen met de hand
worden afgestemd, of worden opgeslagen als
voorkeurzenders en weer worden opgeroepen
uit een geheugen met een capaciteit voor 30
posities.
Zenderkeuze
1. Druk op MG/FM
6
op de afstandsbedie-
ning om de tuner als ingang te kiezen, of door
op de voorzijde op ingang
!
te drukken tot de
tuner geactiveerd is, dan wel door direct op
MG/FM
9
te drukken.
2. Druk nogmaals op MG/FM
6
of op de
MG/FM
9
om tussen MG en FM om te schake-
len, tot het gewenste bereik wordt aangegeven.
3. Druk op tunerfunctie
I
op de afstandsbe-
diening of houd FM/MG
9
op het frontpaneel
3 seconden ingedrukt om handafstemming of
automatische afstemming te kiezen. Zodra de
indicatie AUTO
P
oplicht, zal de tuner alleen
die zenders laten horen die met een voldoende
sterk signaal binnenkomen om met een accepta-
bele kwaliteit ontvangen te kunnen worden.
Wanneer de indicatie AUTO
P
niet oplicht,
staat de tuner op handafstemming en gaat bij
elke keer dat op afstemmen
8
wordt gedrukt
een stapje voor of achteruit binnen het gekozen
bereik.
4. Door op afstemmen
8
te drukken kunt u
zenders opzoeken. Licht de indicatie AUTO
P
op, dan wordt na op de toets gedrukt te hebben
de eerstvolgende zender op een hogere of lage-
re frequentie opgezocht die met een behoorlijk
signaal binnenkomt. U kunt de toets ingedrukt
houden om sneller te zoeken en het automatisch
zoeken te activeren. Is Auto gekozen, dan zal de
tuner alle zenders zowel in mono als in stereo
laten horen, afhankelijk van de uitzending.
Brandt de indicatie AUTO
P
niet, raak dan de
toets afstemmen
8
kort aan om steeds één
stap verder of terug te gaan, of houd de toets
ingedrukt om bepaalde zender te zoeken. Zodra
de indicatie afstemming
L
oplicht is correct
op de zender afgestemd en dient de zender hel-
der te klinken.
5. Ook kan er op zenders afgestemd worden
door eerst op direct
J
te drukken en vervol-
gens met de cijfertoetsen
H
de frequentie
van de zender in te voeren. Wanneer het laatste
cijfer van de frequentie ingevoerd is wordt auto-
matisch op de gewenste zender afgestemd.
Mocht u bij het invoeren van de frequentie een
verkeerde toets drukken, druk dan op wissen
R
om de frequentie opnieuw in te voeren.
OPMERKING: Is de FM ontvangst van een ste-
reozender zwak, kan de kwaliteit verbeterd wor-
den door om te schakelen naar mono. U doet
dat door op tunerfunctie
I
op de afstands-
bediening te drukken, of door FM/MG
9
op de
voorzijde 3 seconden ingedrukt te houden tot de
indicatie STEREO
V
uitgaat.
Opslaan voorkeurzenders
Er kunnen 30 zenders worden opgeslagen in het
geheugen van de AVR 3550, die gemakkelijk
kunnen worden opgeroepen via de toetsen op
het frontpaneel, dan wel via de afstandsbedie-
ning. Om een zender in het geheugen op te
slaan, stemt u eerst op de zender af door de hier-
boven beschreven stappen uit te voeren en dan:
1. Druk op de geheugentoets
S
op de
afstandsbediening. Merk op dat de indicatie
MEMORY
U
oplicht en knippert in de display.
2. Binnen vijf seconden kiest u met de cijfer-
toetsen
H
de positie waarop u de zender wilt
opslaan. Het nummer verschijnt in de display bij
voorkeurpositie/sluimerfunctie
R
.
3. Herhaal deze procedure voor alle zenders die
u vast wilt leggen.
Oproepen van voorkeurzenders
• Om een eerder in het geheugen vastgelegde
zenders met de hand te kiezen, drukt u op de
cijfertoetsen
H
overeenkomend met de
gewenste zender in het geheugen.
• Om stap voor stap de zenders in het geheugen
te doorlopen, drukt u op voorkeurposities
)
op de voorzijde, of op voorkeuze hoger/lager
Q
op de afstandsbediening.
32 BEDIENING
Bediening
RDS
De AVR 3550 is uitgerust met RDS (Radio Data
System), dat op FM radio een breed scala aan
informatie biedt. RDS wordt nu in vele landen
gebruikt en is een systeem voor het zenden van
zendernamen of netwerkinformatie, een aandui-
ding van het programmatype van de zender,
tekstboodschappen over de zender of muziek-
specificaties en de juiste tijd.
Aangezien steeds meer FM-zenders met RDS
werken, kan de AVR dienen als een gemakkelijk
te gebruiken bron voor zowel informatie als
amusement. Dit hoofdstuk helpt u het RDS-sys-
teem maximaal te benutten.
RDS-afstemming
Als er wordt afgestemd op een FM-zender die
gebruik maakt van RDS, zal de indicatie RDS
W
oplichten en zal de AVR automatisch de
zendernaam of andere programmaservice in de
display
N
aangeven.
RDS aanwijzingen
Het RDS-systeem biedt een breed aanbod aan
informatie die als aanvulling op de zendernaam
verschijnt wanneer voor het eerst op de zender
wordt afgestemd. Bij normaal RDS gebruik zal
de display de naam van de zender, zendgemach-
tigde of de oproepletters aangeven. Door op
RDS functies
@
P
te drukken kunt u door
de verschillende soorten informatie schakelen, in
deze volgorde:
• Zendernaam (soms, zoals in Nederland, B.V. de
naam van de omroep)
• Zendfrequentie
• Programmasoort (PTY) zoals in onderstaand
overzicht aangegeven.
• Radiotekst (RT) met een specifiek bericht via
de zender die uitzendt. Denk er aan dat, indien
de melding langer is dan de 8 posities van de
display, de tekst zal doorlopen. Afhankelijk van
de kwaliteit van het signaal, kan het tot 30
seconden duren voordat de melding verschijnt.
Zodra RT is gekozen, zal het woord TEXT
(tekst) knipperend in de display verschijnen.
• Juiste tijd. Denk er aan dat het 2 minuten kan
duren voordat de tijd verschijnt. In de tussentijd
zal het woord TIME in display knipperen,
wanneer CT (clock time) gekozen is. De nauw-
keurigheid van de tijdmelding wordt bepaald
door de zender, niet door de AVR.
Sommige RDS zenders gebruiken niet alle
functies. Worden gegevens voor de gekozen
functie niet verzonden, dan zal de display
N
de aanwijzing NO TYPE, NO TEXT, of
NO TIME (geen soort, geen tekst, geen tijd)
na enige tijd laten zien.
In iedere FM functie heeft RDS een voldoend
sterk signaal nodig om correct te functioneren.
Indien het zwak signaal is, of enkele van de RDS
indicatie
W
knipperen, probeer dan de anten-
ne beter te richten, of stem op een sterkere
RDS-zender af.
Programmasoort (PTY)
Een belangrijke eigenschap van RDS is de moge-
lijkheid programmacodes voor de soort program-
ma’s (PTY – Program Type) mee te zenden. Deze
codes geven het type programma van de uitzen-
ding aan. De onderstaande lijst geeft alle PTY
afkortingen aan, met toelichting:
• (ALLEEN RDS)
TRAFFIC:Verkeersinformatie
NEWS: Nieuws
AFFAIRS:Actualiteiten
INFO: Algemene informatie
SPORT: Sport
EDUCATE: Educatief
DRAMA: Drama
CULTURE: Cultuur
SCIENCE:Wetenschap
VARIED: Gevarieerde praatprogramma’s
POP : Populaire muziek
ROCK: Rockmuziek
MOR: Middle of the Road-muziek
LIGHT: Licht klassieke muziek
CLASSICS: Ernstige klassieke muziek
OTHER M: Andere muziek
WEATHER:Weerbericht
FINANCE: Financiële informatie
CHILDREN: Kinderprogramma’s
SOCIAL: Sociale zaken
RELIGION: Religieuze uitzendingen
PHONE IN: Telefoon talkshows
TEST: Test
TRAVEL: Reis- en toeristische informatie
LEISURE: Hobby en vrije tijd
JAZZ: Jazz muziek
COUNTRY: Country muziek
NATION: Nationale muziek
OLDIES: Goud van oud
FOLK M: Volksmuziek
DOCUMENT: Documentaire
TEST: Nood test
ALARM: Noodinformatie
Op de volgende wijze kunt u een specifiek
programmatype (PTY) zoeken:
1. Druk op RDS
@
P
tot de huidige PTY in de
display
N
aangegeven wordt.
2. Zodra het PTY aangegeven wordt, drukt u op
voorkeuze hoger/lager
)
Q
, of houdt
deze toets ingedrukt om door de lijst van
beschikbare PTY typen, als hierboven aangege-
ven, te schakelen. Om snel en eenvoudig te zoe-
ken naar de volgende zender die PTY gegevens
uitzendt, kunt u de toets voorkeuze
hoger/lager
)
Q
gebruiken tot RDS
ONLY (alleen RDS) in de display verschijnt.
3. Druk op een van de toetsen afstemmen
8
K
; de tuner begint de FM-band noor boven
of beneden te doorzoeken op de eerste zender
die RDS-gegevens uitzendt die overeenkomen
met de gewenste keuze en voldoende sterk is
voor kwaliteitsontvangst.
4. Terwijl de PTY in de display knippert, maakt
de tuner een complete scan van de gehele FM-
band en zoekt naar de eerstvolgende zender het
gevraagde PTY type èn een acceptabele ont-
vangst biedt. Wordt zo’n zender niet gevonden,
verschijnt gedurende enkele seconde de melding
NONE (geen) en keert de tuner terug naar de
zender die gekozen was voordat het zoeken
begon.
OPMERKINGEN:
Veel zenders zenden geen specifieke PTY uit,
in welk geval de display NONE (geen) aangeeft.
• Sommige zenders zenden voortdurende ver-
keersinformatie uit. Om als verkeersinformatie
zender gedetecteerd te worden, zenden zij
voortdurend een specifieke verkeerscode uit,
waardoor de indicatie TA
X
in de display
oplicht. Deze zenders kunnen gevonden worden
door TRAFFIC (verkeer) te kiezen; deze optie
staat in de lijst voor de optie NEWS (nieuws). De
AVR zal desbetreffende zender vinden, ook al
zendt deze zender tijdens het zoeken naar deze
specifieke zender, geen verkeersinformatie uit.
BIJZONDERE FUNCTIES 33
Bijzondere functies
De AVR 3550 is voorzien van een aantal
geavanceerde functies, die het apparaat extra
flexibel maken. Ook al is het niet noodzakelijk
om deze extra’s altijd te gebruiken, toch bieden
zij vele extra keuzemogelijkheden, die u wellicht
goed van pas komen.
Helderheid display
De display
Ú
op het frontpaneel van de AVR
is standaard ingesteld op een helderheidsniveau
dat voldoende is om de informatie in een nor-
maal verlichte ruimte te kunnen lezen. Het is
echter mogelijk dat u onder bepaalde omstan-
digheden de helderheid tijdelijk wilt wijzigen, of
zelfs geheel wilt uitschakelen.
Om de ingestelde helderheid van de display voor
een specifieke luistersessie te wijzigen, dient u
een aanpassing te maken in het menu
ADVANCED SELECT (bijzondere
functies). Om die instellingen te activeren drukt
u op in-beeld display
L
om het
MASTER MENU (hoofdmenu) in beeld te
brengen. Druk tweemaal op
D
tot de cursor
naast de regel ADVANCED (bijzonder)
staat. Druk op instellen
F
om het menu
ADVANCED SELECT (bijzondere functies
- Afb. 9) te activeren.
Afbeelding 9
Om de helderheid in het menu ADVANCED
SELECT (bijzondere functies) te wijzigen,
dient de cursor
(in beeld) naast de regel VF
D te staan en druk vervolgens op
U
tot het
gewenste niveau van helderheid in beeld wordt
aangegeven. Wanneer FULL (volledig) gemar-
keerd is, zal de display de normale helderheid
hebben. Is HALF (half) gemarkeerd, dan zal de
display met halve helderheid oplichten. Is OFF
(uit) gemarkeerd, dan zullen alle indicaties in de
display
Ú
doven. Merk op dat de groene LED
voor de ingangskeuze
Ô
, de indicaties voor
de surroundfunctie
$
, plus de lichtnetindi-
catie
3
altijd actief blijven als teken dat het
systeem geactiveerd is.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op
/
¤
D
tot de in beeld
cursor
naast de gewenste instelling staat, of
op de regel RETURN TO MENU (terug naar
hoofdmenu) en druk dan op instellen
F
. Zijn
er geen andere instellingen meer te maken, druk
dan op in-beeld display
L
om het menusys-
teem te verlaten.
De helderheid van het display kan ook gewijzigd
worden door de toets instellen
F
3 secon-
den ingedrukt te houden, tot in de display
N
de aanwijzing VFD FULL (volledig) aangege-
ven wordt. Binnen 3 seconden dient u instellen
5
in te drukken tot de gewenste helderheid si
bereikt. Op dat moment drukt u weer op instel-
len
Ó
om de instelling te activeren.
Zodra het gewenste helderheidsniveau gekozen
is, zal deze instelling van kracht blijven tot een
wijziging plaatsvindt of het systeem uitgescha-
keld wordt.
Volume bij inschakeling
Net als bij de meeste audio/video receivers, zal
de AVR, zodra deze uitgeschakeld wordt, de
positie van de volumeregelaar onthouden. Om
een standaard instelling te krijgen die altijd als u
het systeem aanzet, wordt geactiveerd, dient u
het menu ADVANCEDSELECT (bijzondere
functies) aan te passen. Druk op in-beeld dis-
play
L
om het MASTERMENU (afb. 1) op
te roepen. Druk tweemaal op
D
tot de
cursor
in beeld naast ADVANCED staat.
Druk op de toets instellen
F
om in het menu
ADVANCED SELECT (bijzondere functies
- Afb. 9) te komen. Zorg ervoor dat de cursor
in beeld naast de regel standaardinstellingen
volume staat. Zonodig drukt u op
/
¤
tot de
gewenste regel gemarkeerd is. Druk vervolgens
op de toets
D
tot het woord ON(aan) in
beeld gemarkeerd wordt.
Druk dan één keer op de toets
¤
D
zodat de
cursor
(in beeld) naast de regel VOLUME
DEFAULT (instelling standaard volume)
staat. Om het gewenste standaard volume bij
het aanzetten van het systeem in te stellen,
drukt u meermaals op
/
EU
, of u houdt
deze ingedrukt, tot het gewenste volume in de
regel DEFAULT VOL SET (instelling stan-
daard volume) aangegeven wordt. Merk op dat
deze instelling niet met de reguliere volume
knoppen wordt ingesteld.
OPMERKING: daar de instelling van het volume
bij het aanzetten van het systeem niet hoorbaar
is op het moment dat u de instelling maakt, kan
het verstandig zijn de instelling van het volume
tevoren te bepalen. Luister daarvoor naar een
willekeurige bron, stel het volume met de regu-
liere volumeregelaar
(
X
in. Zodra het door
u gewenste volume bereikt is, maakt u een noti-
tie van deze instelling zodra deze op het onder-
ste derde deel van de display
N
verschijnt (het
typische volume verschijnt als negatief nummer,
bijv. -25 dB). Wanneer de aanpassingen worden
uitgevoerd, maak dan gebruik van toetsen
/
EU
om deze instellingen in te voeren. In
tegenstelling tot de andere instellingen in het
hoofdmenu, blijft het standaard ingestelde volu-
me van kracht tot deze in dit menu uitgescha-
keld is. Deze instelling blijft derhalve behouden,
ook nadat het systeem uitgeschakeld is.
In tegenstelling tot andere instellingen in het
hoofdmenu, blijft het standaard ingestelde
volumeniveau van kracht totdat deze in dit menu
uitgeschakeld is. Deze instelling blijft derhalve
behouden, ook nadat het systeem uitgeschakeld
is.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op
/
¤
D
tot de in beeld
cursor
naast de gewenste instelling staat, of
op de regel RETURN TO MENU (terug naar
hoofdmenu) en druk dan op instellen
F
.
Zijn er geen andere instellingen meer te maken,
druk dan op in-beeld display
L
om het
menusysteem te verlaten.
* ADVANCED SELECT *
VFD :FULL HALF OFF
VOLUME DEFAULT:OFF ON
DEFAULT VOL SET:25dB
SEMI OSD :OFF ON
SEMI OSD TIME OUT: 35
FULL OSD TIME OUT:205
RETURN TO MENU
34 BIJZONDERE FUNCTIES
Gedeeltelijke in-beeld display
Het gedeeltelijk in-beeld display systeem laat,
zodra het volume, de ingangskeuze, de sur-
roundfunctie of de afgestemde frequentie, of
welke andere configuratie instelling dan ook
gewijzigd is, in één regel in het onderste deel
van het beeld de status zien. Het gedeeltelijk in-
beeld display systeem is handig omdat het via
het beeld informatie over alle wijzigingen en
instellingen verschaft, welke op het front moei-
lijk leesbaar zijn. Het kan echter zijn dat u deze
displays soms, voor bepaalde luistersessies, uit
wenst te schakelen. Ook kan de duur dat de
informatie in beeld staat worden aangepast.
Beide opties zijn binnen de AVR 3550 mogelijk.
Om het gedeeltelijk in-beeld display systeem
uit te schakelen, dient u binnen het menu
ADVANCED SELECT (bijzondere functies
- Afb. 9) aanpassingen te maken. Om de correc-
tie te activeren drukt u op in-beeld display
L
om het MASTER MENU (hoofdmenu) in
beeld te krijgen. Druk tweemaal op
D
tot
de in-beeld cursor
¤ naast de regel ADVAN-
CED staat. Druk op instellen
F
om het
menu ADVANCED SELECT (bijzondere
functies) op te roepen.
Overtuig uzelf ervan dat binnen het menu
ADVANCED SELECT (bijzondere functies)
de cursor u (in beeld) naast de regel SEMI
OSD (gedeeltelijk in-beeld standaard instelling)
staat. Druk indien nodig op de toetsen
/
¤
D
. Druk vervolgens op de toets zodat het
woord OFF (uit) in beeld gemarkeerd wordt.
Merk op dat deze instelling slechts tijdelijk is en
alleen actief is tot de instelling gewijzigd wordt
of de AVR uitgeschakeld wordt. Zodra het sys-
teem uitgeschakeld is, zal de gedeeltelijke
in-beeld display de voorkeur houden, zelfs indien
dit in de voorgaande luistersessie uitgeschakeld
werd.
Om de tijdsduur dat het gedeeltelijke in-beeld
display in beeld verschijnt te wijzigen, gaat u
naar het menu ADVANCED SELECT
(bijzondere functies), als hierboven beschreven.
Druk op de toetsen
/
¤
D
tot de cursor
(in beeld) naast de regel SEMI OSD
TIME OUT (gedeeltelijk in-beeld standaard
instelling) staat. Druk zonodig op de toetsen
/
¤
. Druk vervolgens op de toetsen
/
EU
tot de gewenste tijd in seconden wordt
aangegeven. Merk op dat dit, in tegenstelling
tot de meeste andere opties in dit menu, een
permanente wijziging van de instelling is en dat
de invoer van de vervaltijd van kracht blijft tot
deze gewijzigd wordt. Deze instelling blijft
bestaan, ook als het systeem uitgeschakeld
wordt.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op
/
¤
D
tot de in beeld
cursor
naast de gewenste instelling staat, of
op de regel RETURN TO MENU (terug naar
hoofdmenu) en druk dan op instellen
F
.
Zijn er geen andere instellingen meer te maken,
druk dan op in-beeld display
L
om het
menusysteem te verlaten.
Aanpassen in-beeld duur (time-out)
Het systeemmenu FULL OSD (volledig in-
beeld) wordt gebruikt om het wijzigen van
instellingen van de AVR via een aantal in-beeld
menu’s te vereenvoudigen. De door de fabrikant
ingestelde standaard instelling laat de menu’s,
wanneer gedurende 20 seconden geen activiteit
plaatsvindt verdwijnen. Deze vervaltijd is een
beveiliging om inbranden van de tekst op het
beeldscherm te voorkomen. Desgewenst kan de
duur van het menu in beeld aan de wensen wor-
den aangepast.
Om de vervaltijd van het FULL OSD (volledig
in-beeld) te wijzigen, gaat u naar het menu
ADVANCED SELECT (bijzondere functies
- Afb. 1). Om het instellen te starten drukt u op
in-beeld display
L
om het MASTER
MENU op te roepen. Druk tweemaal op
D
tot de cursor ¤ in beeld op de regel ADVAN-
CED staat. Druk op instellen
F
om in het
menu ADVANCED SELECT (bijzondere
functies - Afb. 9) te komen.
In het menu ADVANCED SELECT (bijzon-
dere functies) controleert u dat de cursor u (in
beeld) naast de regel FULL OSD (volledig in-
beeld) staat. Dit kan zonodig met de toetsen
/
¤
D
. Druk vervolgens op de toetsen
/
EU
tot de gewenste tijd in seconden wordt
aangegeven. Merk op dat dit, in tegenstelling
tot de meeste andere opties in dit menu, een
permanente wijziging van de instelling betreft en
dat de invoer van de vervaltijd van kracht blijft is
tot deze gewijzigd wordt. Deze instelling blijft
dus ook gelden als het systeem uitgeschakeld
wordt.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op
/
¤
D
tot de in beeld
cursor
naast de gewenste instelling staat, of
op de regel RETURN TO MENU (terug naar
hoofdmenu) en druk dan op instellen
F
. Zijn
er geen andere instellingen meer te maken, druk
dan op in-beeld display
L
om het menusys-
teem te verlaten.
Bijzondere functies
PROGRAMMEREN AFSTANDSBEDIENING 35
Programmeren afstandsbediening
De AVR 3550 is voorzien van een krachtige
afstandsbediening, die niet alleen de functies van
de receiver bedient, maar tevens de meest gang-
bare merken audio en video apparatuur, inclusief
CD-spelers, TV-systemen, kabelsystemen, VCR’s
(videorecorders) satellietontvangers en andere
thuisbioscoop apparatuur. Zodra de AVR eenmaal
is geprogrammeerd met de codes voor de door u
gebruikte apparatuur, is het mogelijk om de
meeste andere afstandsbedieningen te laten ver-
vallen en te vervangen door slechts één, inwen-
dig verlichte, universele afstandsbediening.
Programmeren met codes
Op de fabriek is de afstandsbediening volledig
geprogrammeerd voor alle functies van de AVR
3550, plus die voor de meeste Harman Kardon
cassettedecks, CD-wisselaars, CD en DVD-spe-
lers. Bovendien kunt u, door één van de onder-
staande methoden te volgen, de afstandsbedie-
ning programmeren op een groot aantal appara-
ten van andere fabrikanten.
Codes rechtstreeks invoeren
Dit is de gemakkelijkste manier om uw afstands-
bediening te programmeren op verschillende pro-
ducten:
1. Gebruik de tabellen op de volgende pagina’s
om de driecijferige code of codes te vinden voor
de merknaam en het type product (b.v. VCR, TV).
Vindt u meer dan één nummer voor een apparaat,
probeer dan de verschillende mogelijkheden.
2. Zet het product dat u wilt programmeren aan
met de afstandsbediening van de AVR 3550.
3. Druk op ingangskeuze
4
voor het type
product dat u wilt programmeren en muting
b
en houd beide vast. Zodra de
programma/SPL indicatie
2
amber wordt
en knippert laat u de toetsen los. Begin de
volgende stap binnen 20 seconden.
4. Wanneer het apparaat dat u wilt programme-
ren op afstand in/uit geschakeld kan worden
gaat u als volgt verder:
a. Richt de afstandsbediening van de AVR op het
te programmeren apparaat en voer de eerste
driecijferige code in met de cijfertoetsen
H
. Wanneer het apparaat dat u program-
meert nu uitgeschakeld wordt heeft u de juiste
code. Druk nogmaals op de ingangskeuze
4
en zie dat het rode lichtje onder de
ingangskeuze driemaal knippert en dooft als
bevestiging van de invoer.
b. Wordt het apparaat dat u programmeert niet
uitgeschakeld, voer dan een andere driecijferi-
ge code in tot het apparaat wel uitschakelt.
Dat is dan de juiste code. Druk weer op
ingangskeuze
4
en zie dat de rode indica-
tie onder de ingangskeuze driemaal knippert
en dooft om de invoer te bevestigen.
5. Wanneer het inschakelen van het te program-
meren apparaat niet lukt via de afstandsbedie-
ning, volg dan onderstaande stappen (max. 20
seconden na stap 3, anders moet eerst stap 3
worden herhaald):
a. Voer de eerste driecijferige code in met de cij-
fertoetsen
H
en druk weer op de
ingangskeuze
4
. Druk op een willekeurige
transportfunctie die op afstand kan worden
bediend, B.V. pauze of weergave
N
.
Wanneer het apparaat dat u programmeert nu
werkt is de juiste code ingevoerd.
b. Werkt de functie die werd ingetoetst van het
apparaat niet, herhaal dan de stappen 3 en 5a
hierboven met het volgende driecijferige code-
nummer in de tabel voor dat merk en type pro-
duct, tot het apparaat wel reageert.
6. Probeer alle functies op de afstandsbediening
uit, om er zeker van te zijn dat het product goed
werkt. Bedenk dat veel fabrikanten een aantal
verschillende combinaties gebruiken, het is daar-
om een goed idee niet alleen te controleren of
het commando voor inschakelen, maar ook of
volume, kanaal en transport naar behoren wer-
ken. Als de functies niet goed werken heeft u
waarschijnlijk een andere code nodig.
7. Reageert het apparaat niet op enige ingevoer-
de code, of komt de code voor uw product niet
voor in de tabellen, of werken niet alle producten
goed, probeer dan de afstandsbediening te pro-
grammeren met de automatische zoekmethode.
Opmerking bij gebruik AVR 3550 afstands-
bediening met een Harman Kardon CD
Recorder.
Op de fabriek is de afstandsbediening voorgepro-
grammeerd voor besturing van de Harman
Kardon CD-spelers. Tevens kunnen de meeste
functies op de CD-Recorder CDR2 en CDR20 (zie
overzicht op pagina 40) bestuurd worden nadat
code ‘002’ is ingevoerd bij de CD keuze
2
als hiervoor beschreven. Om terug te gaan naar de
CD-speler besturing voert u weer code ‘001’ in.
Automatische zoekmethode
Wanneer het apparaat dat u wilt programmeren
op de afstandsbediening van de AVR niet voor-
komt in de codetabellen, of als de code niet goed
lijkt te werken, kunt u proberen de juiste code te
programmeren met behulp van de onderstaande
automatische zoekmethode. Merk op dat de
automatische zoekmethode uitsluitend werkt
voor apparaten met een op afstand bediende
aan/uit-functie:
1. Zet het product dat u wilt programmeren op
de afstandsbediening van de AVR 3550 aan.
2. Druk de ingangskeuze
4
voor het bedoel-
de product (B.V. VCR, TV) en de muting
b
gelijktijdig in. Zodra de programma/SPL indi-
catie
2
amber wordt en knippert, laat u de
toetsen los. Voer de volgende stap binnen 20
seconden uit.
3. Om er achter te komen of de volgende stap
voorgeprogrammeerd is richt u de afstandsbedie-
ning van de AVR op het apparaat dat u wilt pro-
grammeren en u drukt op
D
en houd deze
vast. Nu wordt elke keer dat de rode indicatie
onder ingangskeuze
4
knippert een reeks
codes uit de ingebouwde database van de
afstandsbediening uitgezonden. Zodra het appa-
raat dat geprogrammeerd moet worden uitscha-
kelt laat u toets
D
los. Denk er aan dat het
een paar minuten kan duren voordat de juiste
code is gevonden en het apparaat uitgeschakeld
wordt.
4. Wordt
niet losgelaten zodra het apparaat
uitschakelt, dan wordt de juiste code weer ‘over-
schreven’, doe daarom een test: schakel het
apparaat weer in en, terwijl de ingangskeuze
4
rood oplicht drukt u eenmaal op
D
en
dan ook eenmaal op
¤
D
. Schakelt het appa-
raat nu uit, dan was de juiste code gevonden, zo
niet dan is deze ‘overschreven’. Om de juiste
code terug te vinden drukt u terwijl de rode indi-
catie onder ingangskeuze
4
nog brandt
meermaals (niet vasthouden) op
¤
D
om
terug te gaan door de codes en let goed op de
reactie bij elke keer dat u indrukt. Zodra het
apparaat uitgeschakeld wordt heeft u de juiste
code gevonden.
5. Druk weer op de ingangskeuze
4
en merk
op dat de rode indicatie driemaal knippert en
dan dooft ter bevestiging van de invoer.
6. Probeer alle functies op de afstandsbediening
om er zeker van te zijn dat het product werkt.
Vergeet niet dat veel fabrikanten een aantal
verschillende codecombinaties gebruiken, en het is
goed te controleren dat niet alleen de aan-/uit
schakelaar van de voeding werkt, maar ook dat
volume, kanaal en transport goed werken. Als niet
alle functies goed werken, kunt u de automatische
zoekmethode gebruiken om een andere code te
zoeken, of om een code direct in te voeren.
Macro's programmeren
Met macro’s kunt u gemakkelijk veelgebruikte
combinaties van bevelen vastleggen en met één
druk op een knop van de afstandsbediening van
de AVR uitvoeren. Eenmaal geprogrammeerd kan
een macro maximaal 19 verschillende codes van
de afstandsbediening in een vooraf vastgelegde
volgorde uitzenden, om bijvoorbeeld het systeem
in te schakelen, bronnen te veranderen, en andere
veelgebruikte handelingen uit te voeren. De AVR
afstandsbediening kan maximaal vijf verschillende
macro combinaties opslaan, én in combinatie met
de netschakelaar
0
, en vier andere die
toegankelijk zijn via de toets macro
M
.
1. Druk tegelijk op muting
b
en op macro
M
die u wilt programmeren of op de
netschakelaar
0
. Merk op dat de laatst
gebruikte ingangskeuze rood zal oplichten en
programma/SPL indicatie
2
knippert amber.
36 PROGRAMMEREN AFSTANDSBEDIENING
2. Voer de stappen voor de macro reeks in door
op de toets voor het bedoelde bevel te drukken.
Hoewel de macro maximaal uit 19 stappen kan
bestaan, telt elke handeling, ook het omschake-
len naar een ander apparaat, als een stap. De
programma/SPL indicatie
2
knippert groen
als bevestiging dat u een bevel heeft ingevoerd.
OPMERKING: druk voor het invoeren van een
inschakelbevel van een apparaat tijdens het
invoeren van een macro op muting
b
.
Gebruik NIET de werkelijke netschakelaar.
Vergeet niet de juiste ingangskeuze
4
in te
drukken voordat u naar een ander apparaat
omschakelt. Dat geldt ook voor AVR keuze
5
zolang deze niet rood oplicht en AVR functies
worden geprogrammeerd
3. Wanneer alle stappen zij ingevoerd drukt u op
sluimerfunctie
9
om de bevelen op te slaan.
De rode indicatie onder de ingangskeuze
45
knippert en dooft dan.
Voorbeeld: om de Macro 1
M
toets te
programmeren zodat de AVR en uw TV worden
ingeschakeld, gaat u als volgt te werk:
• Druk tegelijkertijd op macro 1
M
en op
muting
b
en laat deze los.
• Denk er aan dat de programma/SPL indicatie
amber zal knipperen.
• Druk op AVR keuze
5
.
• Druk op muting
b
om het inschakelen van
de AVR op te slaan.
• Druk op VID 2 ingangskeuze
4
om de vol-
gende stap – TV inschakelen – in te voeren.
• Druk op muting
b
om het inschakelen van
de TV op te slaan.
• Druk op sluimerfunctie/kanaal hoger
9
om het proces af te ronden en de macro op te
slaan.
Na deze stappen uitgevoerd te hebben zullen al
deze apparaten worden ingeschakeld zodra u op
Macro 1
M
drukt.
Wissen macros
Op de volgende wijze kunt u bevelen die in een
macro zijn ondergebracht wissen:
1. Druk tegelijk op muting
b
en op de toets
macro
M
waarop de bevelen die u wilt wissen
zijn opgeslagen.
2. Merk op dat de programma/SPL indicatie
2
amber knippert en dat de LED onder de
AVR keuze
5
rood wordt.
3. Binnen tien seconden drukt u op surround-
functie keuze/kanaal lager
A
.
4. De rode LED onder de AVR keuze dooft en de
programma/SPL indicatie
2
wordt groen,
knippert driemaal en dooft.
5. Zodra de programma/SPL indicatie
2
dooft en de macro is gewist.
Geprogrammeerde
apparaatfuncties
Wanneer de afstandsbediening van de AVR 3550
is geprogrammeerd op de codes van andere appa-
raten, drukt u op de juiste ingangskeuze
4
om de afstandsbediening om te schakelen van
bediening van de AVR naar het andere product.
Drukt u op een van deze toetsen, dan zal deze
kort oplichten, om aan te geven dat de bediening
op een ander apparaat is overgeschakeld.
Bedient u een ander apparaat dan de AVR, hoe-
ven de toetsen niet altijd overeen te komen met
de functie die op de afstandsbediening of toets
staat aangegeven. Sommige opdrachten, zoals de
cijfertoetsen, zijn dezelfde als bij de AVR. Andere
toetsen veranderen van functie en corresponderen
met de secundaire indicatie op de afstandsbedie-
ning. Voorbeeld: de sluimer- en surround functie-
toetsen fungeren ook als programma hoger/lager
toetsen bij de bediening van een TV-toestel,
videorecorder of satellietontvanger.
Soms klopt echter ook de opgedrukte functie niet.
Raadpleeg dan de tabel op pagina 38 om te zien
welke functie een toets bedient. Kies in de tabel
eerst het type apparaat dat u bedient (B.V. TV,
VCR) en vervolgens kijkt u naar de afbeelding van
de afstandsbediening op pagina 38. Om het
gemakkelijk te maken zijn de toetsen genum-
merd.
Om er achter te komen welke functie een toets
voor een specifiek apparaat bestuurt, zoekt u het
nummer van de toets in het Functie Overzicht en
dan kijkt u in de kolom naar het apparaat dat u
bestuurt. Voorbeeld: toets nummer 52 is de
Macro 2 toets voor de AVR 3550, maar is ook de
toets ‘favoriet’ bij veel kabel-TV en satellietont-
vanger set-top boxen.Toets nummer 30 is de
vertraging voor de AVR 3550, maar open/dicht
voor CD-spelers.
Denk er daarom aan dat de nummers die de
toetsfuncties in de linker kolom omschrijven,
anders zijn dan die welke in deze handleiding
worden gebruikt om de functies van de AVR te
beschrijven.
Belangrijk bij het gebruik van de afstands-
bediening van de AVR 3550 met andere
apparaten
• Fabrikanten kunnen verschillende codesets
gebruiken voor dezelfde productcategorie.
Daarom is het belangrijk dat u controleert of de
code die u heeft ingevoerd wel op alle functies
werkt. Als blijkt dat niet alle functies werken,
controleer dan of er een andere code is die meer
functies kan besturen.
Afhankelijk van merk en type is het mogelijk
dat de functies zoals opgesomd in het functie
overzicht, niet overeenstemmen met het juiste
commando voor een functie, terwijl het apparaat
op het commando reageert. In dat geval is het
verstandig de reactie van het apparaat te noteren
op dezelfde regel van de tabel, of een aparte
notitie te maken.
Wordt een toets ingedrukt op de afstandsbe-
diening van de AVR, dan moet de rode indicatie
onder de ingangskeuze
4
vóór het te bedie-
nen product kort knipperen. Knippert het echter
wel voor sommige, maar niet voor alle functies
van een bepaald product, betekent dat NIET dat
er een probleem is met de afstandsbediening,
maar dat er geen functie geprogrammeerd is
voor de toets die ingedrukt werd.
• De afstandsbediening is voorgeprogrammeerd
met de codes van apparaten van de nieuwste
generatie en kunnen afwijken van die welke voor
eerdere generaties werden gebruikt.
Volume doorschakelen
De afstandsbediening van de AVR kan worden
geprogrammeerd om volume hoger/lager
X
en muting
b
te regelen van een TV of de AVR
in combinatie met een van de zes apparaten die
met de afstandsbediening worden bestuurd.
Voorbeeld: daar de AVR waarschijnlijk wordt
gebruikt als het geluidssysteem bij TV-kijken, kan
het handig zijn het volume van de AVR te rege-
len, hoewel de afstandsbediening is omgescha-
keld op de tv.
Om de afstandsbediening van de volumeregelaar
door te schakelen gaat u als volgt te werk:
1. Druk tegelijk op de ingangskeuze
4
voor
het apparaat dat u aan de volumeregelaar wilt
koppelen en muting
b
tot de rode indicatie
onder de ingangskeuze
4
op lichte en merk
op dat programma/SPL indicatie
2
amber
knippert.
2. Druk op volume hoger
X
en merk op dat
programma/SPL indicatie
2
stopt amber te
knipperen.
3. Druk op AVR keuze
5
of op ingangskeu-
ze
4
, afhankelijk van welke volumeregeling u
wilt koppelen aan het doorschakelen. De pro-
gramma/SPL indicatie
2
knippert driemaal
groen en dooft als bevestiging van de invoer.
Voorbeeld: om de volumeregelaar van de AVR
te activeren ondanks het feit dat deze geschakeld
is op de TV, drukt u eerst tegelijk op Video/TV
Y
en muting
b
. Vervolgens drukt u op
Volume hoger
X
, gevolgd door AVR keuze
5
.
OPMERKING: wanneer u wilt terugkeren naar
de oorspronkelijke configuratie van de afstands-
bediening na een doorschakeling van het volume
geprogrammeerd te hebben, herhaalt u deze
stappen. Alleen drukt u nu op Video/TV
Y
in
stap 1 en 3.
Programmeren afstandsbediening
PROGRAMMEREN AFSTANDSBEDIENING 37
Programmeren afstandsbediening
Kanaalkeuze doorschakelen
De afstandsbediening van de AVR kan gepro-
grammeerd worden zodat de kanaalkeuze van
de TV, kabel- of satellietontvanger in uw systeem
wordt gebruikt in combinatie met andere appa-
raten die worden bediend. Voorbeeld: bij het
besturen van de VCR wilt u wellicht een ander
kanaal kiezen op de kabel- of satellietaanslui-
ting zonder eerst van de afstandsbediening van
het andere apparaat te hoeven terugschakelen
naar bediening van de AVR. Om de afstandsbe-
diening te programmeren op doorschakeling van
de kanaalkeuze, volgt u deze stappen:
1. Druk tegelijk op ingangskeuze
4
voor het
apparaat waaraan u de kanaalkeuze wilt koppelen
en op muting
b
tot de rode indicatie onder de
ingangskeuze oplicht en de programma/SPL
indicatie
2
knippert in amber.
2. Druk op volume lager
X
en merk op dat
programma/SPL indicatie
2
stopt amber
te knipperen.
3. Druk op AVR keuze
5
of op ingangskeuze
4
, afhankelijk van welk apparaat u wilt koppe-
len aan het doorschakelen. De programma/SPL
indicatie
2
knippert driemaal groen en dooft
als bevestiging van de invoer.
Voorbeeld: om de kanalen van de TV te veran-
deren terwijl de afstandsbediening op de VCR is
geschakeld, drukt u eerst tegelijk op VID 1/VCR
ingangskeuze
4
en op muting
b
. Laat
de toetsen los en druk op volume lager
X
,
gevolgd door VID 2/TV ingangskeuze
4
.
OPMERKING: om de doorschakeling van de
kanaalkeuze te verwijderen en de oorspronkelij-
ke configuratie weer te kunnen gebruiken,
herhaalt u de stappen hierboven. Druk echter op
VID 1/VCR ingangskeuze in stap 1 and 3.
Transport doorschakelen
De afstandsbediening van de AVR kan gepro-
grammeerd worden zodat de transportfuncties
x (weergave, stop, snel vooruit, snel achteruit,
pauze en opname) van een VCR, DVD of CD in
samenhang met de andere functies zullen wer-
ken met een van de andere apparaten die door
de afstandsbediening worden bestuurd.
Voorbeeld: bij gebruik en bediening van de TV
kunt u de VCR of DVD willen starten of stoppen,
zonder het apparaat dat voor de afstands-
bediening van de AVR is gekozen te moeten ver-
anderen. Om de afstandsbediening te program-
meren op transport doorschakelen gaat u als
volgt te werk:
1. Druk tegelijk op ingangskeuze
4
voor het
apparaat waaraan u het transport wilt koppelen
en op muting
b
tot de rode indicatie onder
de ingangskeuze oplicht en de programma/SPL
indicatie
2
knippert in amber.
2. Druk op weergave x. De programma/SPL
indicatie
2
stopt amber te knipperen.
3. Druk op AVR keuze
5
of op ingangskeuze
4
, afhankelijk van welk apparaat u wilt koppe-
len aan het doorschakelen. De programma/SPL
indicatie
2
knippert driemaal groen en dooft
als bevestiging van de invoer.
Voorbeeld: om het transport van een CD-speler
te besturen terwijl de afstandsbediening op de
TV is geschakeld, drukt u tegelijk op VID 2/TV
ingangskeuze
4
en op muting
b
.
Vervolgens laat u ze los en u drukt op weergave
x, gevolgd door de CD ingangskeuze
4
.
OPMERKING: om de transport doorschakeling
te verwijderen en naar de oorspronkelijke
configuratie terug te keren, herhaalt u de
stappen hierboven. Druk echter op VID 2/TV
ingangskeuze in stap 1 en 3.
OPMERKING: voordat u de afstandsbediening
voor volume, kanaal of transport programmeert,
eerst controleren of de programmering nodig
voor de specifieke TV, CD, DVD, kabel- of satel-
lietontvangers is uitgevoerd.
Resetten geheugen
afstandsbediening
Bij het toevoegen van componenten aan een
home theater systeem, zult u soms de afstands-
bediening geheel opnieuw willen programmeren
om verwarring van bevelen, macro’s of door-
schakelingen die u heeft gemaakt te voorkomen.
U doet dat door de afstandsbediening in de oor-
spronkelijke fabrieksinstelling terug te zetten.
Denk er wel aan dat daarmee alle bevelen wor-
den gewist en alles opnieuw moet worden inge-
voerd. Ga als volgt te werk:
1. Druk tegelijk op een willekeurige ingangs-
keuze
4
en op 0
H
tot de programma/
SPL indicatie
2
amber knippert.
2. Druk driemaal op 3.
3. De rode LED onder de ingangskeuze
4
dooft en de programma/SPL indicatie
2
stopt met knipperen en wordt groen.
4. De programma/SPL indicatie
2
blijft
groen tot de afstandsbediening is gereset. Denk
er aan dat dit even kan duren, afhankelijk van
het aantal bevelen dat in de afstandsbediening
zijn opgeslagen en gewist moeten worden.
5. Wanneer de programma/SPL indicatie
2
dooft is de afstandsbediening teruggezet in de
fabrieksinstelling.
38 FUNCTIE OVERZICHT
Functie overzicht
Nr. Toets naam AVR functie DVD CD/CDR
1 Inschakelen Inschakelen Inschakelen Inschakelen
2 Uitschakelen Uitschakelen Uitschakelen Uitschakelen
3 Muting Muting
4 AVR AVR keuze
5 DVD DVD ingang DVD
6 CD CD ingang CD Keuze
7 Tape Tape ingang
8 VID 1 Video 1 ingang
9 VID 2 Video 2 ingang
10 CBL/SAT Video 3 ingang
11 MG/FM Tuner ingang
12 6 Kanaals ingang 6 kanaals ingang
13 SPL SPL
14 Sluimer Sluimer
15 Test Testsignal -/ingangskeuze
16 TV/DVD -/CDP keuze
17 Volume hoger Volume hoger Volume hoger
18 Surroundfunctie
Surroundfunctie
-/CDR keuze
19 Nacht Nachtfunctie Ondertitels in/uit
20 Spare
21 Volume lager Volume lager Volume lager
22 Kanaal/Gids Kanaal fijnregeling Titel
23
Verplaatsen/hoger Hoger
24 Luidspreker/menu Luidspreker/correctie Menu Intro/-
25
Verplaatsen/correctie links Links
26 Instellen Instellen Enter
27
Verplaatsen/correctie rechts Rechts
28 Digital/exit Digitale ingang Open/dicht
29
¤
Verplaatsen correctie lager Lager
30 Vertraging/vorig kanaal Vertraging correctie Terug Open/dicht
31 1 111
32 2 222
33 3 333
34 4 444
35 5 555
36 6 666
37 7 777
38 8 888
39 Afstemming Tunerfunctie Hoofdstuk Herhalen
40 9 999
41 0 000
42 Geheugen Geheugen Audio Tijd/CDR display
43 Afstemmen hoger Afstemmen hoger
44 Direct Direct frequentie ingeven Hoek Willekeurig
45 Wissen Wissen Wissen Wissen
46 Voorkeuze hoger Voorkeuze hoger Langzaam vooruit +10/-
47 Afstemmen lager Afstemmen lager -/
hoger nummer
48 In-beeld display In-beeld display
49 RDS RDS Select Disc overslaan Disc overslaan
50 Voorkeuze lager
Voorkeuze/afstemmen lager
Langzaam achteruit
51 M1
52 M2
53 M3
54 M4
55 Terugspoelen Zoeken achteruit Zoeken achteruit
56 Weergave Weergave Weergave
57 Snel vooruit Zoeken vooruit Zoeken vooruit
58 Opname -/opname
59 Stop Stop Stop
60 Pauze Pauze Pauze
61 Skip lager Skip – Skip –
62 Skip hoger Skip + Skip +
3550
1
4
5
6
7
8
9
10
12
16
20
21
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
61
62
58
59
60
22
13
14
15
19
18
17
11
2
3
FUNCTIE OVERZICHT 39
Functie overzicht
Nr. Toets naam Tape VCR (VID 1) TV (VID 2) CBL SAT
1 Inschakelen Inschakelen Inschakelen Inschakelen Inschakelen Inschakelen
2 Uitschakelen Uitschakelen Uitschakelen Uitschakelen Uitschakelen Uitschakelen
3 Muting Muting
4 AVR
5 DVD
6 CD
7 Tape Tape
8 VID 1 VCR ingang
9 VID 2 TV ingang
10 CBL/SAT Cable/Sat ingang Cable/Sat ingang
11 MG/FM
12 6 Kanaals ingang
13 SPL
14 Sluimer Kanaal + Kanaal + Kanaal + Kanaal +
15 Test
16 TV/VCR TV/VCR TV/kabel TV/Sat
17 Volume hoger Volume hoger Volume hoger
18 Surroundfunctie Kanaal – Kanaal – Kanaal –
19 Nacht
20 Spare
21 Volume lager Volume lager
22 Kanaal/Gids Info/gids Info/gids
23
Hoger Hoger Hoger Hoger
24 Luidspreker/menu Menu Menu Menu Menu
25
Links Links Links Links
26 Instellen Enter Enter Enter Enter
27
Rechts Rechts Rechts Rechts
28 Digitaal/exit Exit Exit Exit Exit
29
¤
Lager Lager Lager Lager
30 Vertraging/vorig kanaal Vorig Kanaal Vorig Kanaal Vorig Kanaal
31 1 1111
32 2 2222
33 3 3333
34 4 4444
35 5 5555
36 6 6666
37 7 7777
38 8 8888
39 Afstemming
40 9 9999
41 0 0000
42 Geheugen
43 Afstemmen hoger
44 Direct
45 Wissen Wissen Wissen Wissen Wissen
46 Voorkeuze hoger
47 Afstemmen lager
48 In-beeld display In-beeld display In-beeld display In-beeld display In-beeld display
49 RDS
50 Voorkeuze lager
51 M1 Cancel Sluimer PPV Cancel
52 M2 Favoriet Favoriet
53 M3 Passeren Volgende
54 M4 Muziek Alt
55 Terugspoelen Terugspoelen Terugspoelen Dag – Dag –
56 Wergave Weergave Weergave
57 Snel vooruit Doorspoolen Doorspoolen Dag + Dag +
58 Opname Opname/opn. pauze Opname
59 Stop Stop Stop
60 Pauze Pauze
61 Skip lager Scan – Pagina – Pagina –
62 Skip hoger Scan + Pagina + Pagina +
40 PROBLEMEN
Problemen
Processor resetten
In het zeldzame geval dat de werking van het
apparaat en/of de display niet normaal lijkt kan
de oorzaak liggen in een foutieve werking van
het geheugen of de microprocessor.
Om dat te corrigeren neemt u de stekker van het
apparaat uit het stopcontact en wacht minimaal
drie minuten voordat u deze weer in het stop-
contact steekt. Controleer nu de werking van het
apparaat. Werkt het nog steeds niet goed, dan
kan een reset noodzakelijk zijn.
Daarmee wordt het gehele systeemgeheugen van
de AVR 3550 inclusief alle instellingen van de
tuner, uitgangsniveaus (componentenniveaus) en
de gegevens voor luidsprekercombinaties, verwij-
derd. Zet eerst het systeem aan met standby
2
. Druk vervolgens tegelijk op klankregeling
6
en houd deze drie seconden vast.
Het systeem zal nu automatisch activeren met de
melding RESET in de display
N
. Denk er
aan dat na deze handeling alle instellingen van
het systeem en de tuner opnieuw moeten wor-
den gemaakt.
OPMERKING: het resetten van de processor zal
alle instellingen die u heeft gemaakt wissen: uit-
gangsniveaus van de luidsprekers, de uitgangsni-
veaus, surroundfuncties, toewijzing van de digita-
le ingangen en de opgeslagen radiozenders. Na
het resetten keert het apparaat terug in de
fabrieksinstelling en moeten alle instellingen
opnieuw worden gemaakt.
Functioneert het systeem nu nog steeds niet
goed, dan kan een elektrische ontlading er ver-
antwoordelijk voor zijn dat de processor en/of
het geheugen is vernield.
Raadpleeg in dat geval de Harman Kardon tech-
nische dienst.
SYMPTOOM OORZAAK OPLOSSING
Apparaat werkt niet wanneer de • Geen netspanning • Controleer lichtnetaansluiting
netschakelaar
1
wordt ingedrukt. • Controleer of er spanning op het stopcontact staat
Display licht op maar geen • Onderbroken ingangssignaal • Controleer alle aansluitingen
geluid en geen beeld • Muting ingeschakeld • Druk op muting
b
Volume is geheel teruggedraaid • Draai het volume omhoog
Geluid hoorbaar maar display licht niet op • Display helderheid uitgeschakeld Volg de aanwijzingen over de helderheid van de display op
pagina 34
Geen enkele luidspreker werkt; Versterker beveiliging actief, kortsluiting • Controleer luidsprekerverbindingen op kortsluiting
standby
2
rood Versterker beveiliging actief, intern probleem • Neem contact op met uw leverancier
Geen geluid uit surround en • Onjuiste surroundfunctie • Kies een andere functie dan stereo
centrum luidsprekers • Onjuiste configuratie • Controleer de luidsprekerfunctie
• Stereo of mono programma • Bij Dolby surroundfuncties kan geen informatie
voor achterkanalen aanwezig zijn
• Luidsprekers verkeerd aangesloten Controleer luidspreker aansluitingen eventueel met
testsignaal
Apparaat reageert niet op • Zwakke batterijen in afstandsbediening Vervang batterijen
de afstandsbediening Verkeerde apparaat gekozen • Druk op AVR
5
Sensor afstandsbediening
%
• Controleer of de sensor op de voorzijde niet wordt afgedekt
geblokkeerd door een voorwerp of meubel
Intermitterende brom in de tuner • Lokale interferentie Verplaats het apparaat of de antenne, uit de buurt van
computers, TL-buizen, motoren of andere elektrische
apparaten
Indicatie in kanaalaanduiding knippert • Digitale audiosignaal pauzeert • Hervat weergave DVD
display
Q
en audio stopt • Controleer of een digitaal signaal naar de ingang
wordt gestuurd
TECHNISCHE GEGEVENS 41
Technische gegevens
Audio gedeelte
Stereo
Continu nominaal vermogen (FTC)
65 watt per kanaal, 20 Hz – 20 kHz,
@ <0,07% THD, beide kanalen uitgestuurd in 8 ohm
Vijf kanaals surroundfuncties
Vermogen per kanaal
Front L&R kanalen:
55 watt per kanaal,
@ <0,07% THD, 20 Hz – 20 kHz in 8 ohm
Centrum kanaal:
55 watt, @ <0,07% THD, 20 Hz – 20 kHz in 8 ohm
Surround kanalen:
55 watt per kanaal,
@ <0,07% THD, 20 Hz – 20 kHz in 8 ohm
Ingangsgevoeligheid/impedantie
Lineair (lijnniveau) 200 mV/47 kohm
Signaal/ruis-afstand (IHF-A) 95 dB
Surround overspraak
Analoge opname 40 dB
(Pro Logic II, enz.)
Dolby Digital (AC-3) 55 dB
DTS 55 dB
Frequentiebereik
@ 1 W (+0 dB, -3 dB)10 Hz – 100 kHz
High Instantaneous
Current Capability (HCC) + 28 Amp.
Transiënt Intermodulatie
Vervorming (TIM) Onmeetbaar
Stijgtijd 16 msec
Slew rate 40 V/msec
FM tuner
Afstembereik 87,5 – 108 MHz
Bruikbare gevoeligheid IHF 1,3 µV / 13,2 dBf
Signaal/ruis-afstand Mono/stereo: 70/65 dB (DIN)
Vervorming Mono/stereo: 0,15/0,3%
Stereo kanaalscheiding 35 dB @ 1 kHz
Selectiviteit +300 kHz: 65 dB
Spiegelonderdrukking 80 dB
MF onderdrukking 90 dB
MG tuner
Afstembereik 522 – 1620 kHz
Signaal/ruis-afstand 45 dB
Bruikbare gevoeligheid kamerantenne: 500 µV
Vervorming 1 kHz, 50% mod.: 0,8%
Selectiviteit +9 kHz: 30 dB
Video gedeelte
Videosysteem PAL/NTSC
Ingangsniveau/impedantie 1 Vtt / 75 ohm
Uitgangsniveau/impedantie 1 Vtt / 75 ohm
Video frequentiebereik 10 Hz – 8 MHz (-3 dB)
Algemeen
Lichnetspanning AC 220 – 240 V / 50 Hz
Opgenomen vermogen 72 W zonder signaal, 580 W maximum
(twee kanalen uitgestuurd)
Afmetingen (max)
Breedte 440 mm
Hoogte 166 mm
Diepte 390 mm
Gewicht 12,0 kg
Diepte inclusief knoppen, toetsen en aansluitingen.
Hoogte inclusief voetjes en chassis.
Alle technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Harman Kardon is een geregistreerd handelsmerk en ‘Power for the Digital Revolution’
is een handelsmerk van Harman International Industries, Inc.
is een handelsmerk van Harman International Industries, Inc.
(Patent nr. 5.386.478)
* Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
‘Dolby’, ‘Pro Logic’ en het dubbele D symbool zijn geregistreerde handelsmerken van
Dolby Laboratories. Confidential Unpublished Works. ©1992-1999 Dolby Laboratories,
Inc. Alle rechten voorbehouden.
‘DTS’ en ‘DTS Digital Surround’ zijn handelsmerken van Digital Theater Systems Inc.
UltraStereo is een geregistreerde handelsmerk van UltraStereo Corp.VMAx is een
handelsmerk van Harman International Industries, Inc. en is een implementatie van
Cooper Bauck Transaural Stereo patent onder licentie.
Logic 7 is een geregistreerd handelsmerk van Lexicon, Inc.
Crystal is een geregistreerd handelsmerk van Cirrus Logic Corp.
TM
250 Crossways Park Drive, Woodbury, New York 11797
www.harmankardon.com
Harman Consumer International:
2, route de Tours, 72500 Château-du-Loir, France
© 2002 Harman Kardon, Incorporated
Best.nr. cqx1a777z
33

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Harman Kardon AVR3550 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Harman Kardon AVR3550 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 0,75 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info