10 AFSTANDSBEDIENING
Afstandsbediening
Belangrijk: de afstandsbediening van de AVR 335
kan geprogrammeerd worden om maximaal 8
apparaten, inclusief de AVR zelf, te besturen.
Voordat u de afstandsbediening in gebruik neemt
eerst de ingangskeuze
4
indrukken en het
apparaat kiezen dat u wilt gebruiken. Af fabriek is
de afstandsbediening van de AVR ingesteld op het
bedienen van de AVR en de meeste Harman
Kardon CD en DVD-spelers en cassettedecks. De
afstandsbediening kan ook een reeks andere pro-
ducten bedienen via de codes die al aanwezig zijn.
Voordat u de afstandsbediening in gebruik neemt
met andere producten, eerst de aanwijzingen op
pagina 42-45 over het programmeren van bevelen
uitvoeren.
Aan veel toetsen van de afstandsbediening kunnen
functies toegewezen worden die afhankelijk zijn
van het product dat met de ingangskeuze
4
geactiveerd is. Hier worden in de eerste plaats de
functies van de afstandsbediening voor de AVR
beschreven. Zie pagina 46 voor informatie over
andere functies voor de toetsen van de afstands-
bediening.
0
Standby: indrukken om de AVR of een aan-
gegeven apparaat in standby te zetten. Denk er
aan dat de bij uitgeschakelde AVR de functies in
de centrale kamer uitgeschakeld zijn, maar dat
wanneer meerkamer functies geactiveerd zijn,
deze actief zullen blijven.
1
IR-zender: richt dit op de sensor van de
AVR bij het indrukken van een toets, zodat de infr-
arood signalen goed worden ontvangen.
2
Programma-indicatie: deze driekleurige
indicatie leidt u door het programmeren van de
afstandsbediening. Zie pagina 42 voor meer infor-
matie over het programmeren van de afstandsbe-
diening.
3
Inschakelen: druk op deze toets om de net-
spanning van het apparaat in te schakelen dat
met de ingangskeuze
4
is gekozen, uitgezon-
derd Tape.
4
Ingangskeuze: door een van deze toetsen in
te drukken gebeuren er drie dingen: staat de
AVR niet aan, dan wordt deze ingeschakeld; dan
wordt de bron gekozen overeenkomend met de
ingedrukt toets, en tenslotte wordt de afstands-
bediening omgeschakeld, zodat deze de gekozen
bron bedient. Nadat u op deze toets gedrukt hebt,
drukt u op AVR-keuze
5
om de functies van de
AVR met de afstandsbediening te activeren.
5
AVR-keuze: hiermee schakelt u de afstands-
bediening om, zodat deze de functies van de AVR
bedient. Staat de AVR op standby, dan wordt deze
ingeschakeld.
6
MG/FM keuze: druk op deze toets om de
tuner van de AVR als bron te kiezen. Drukt u op
deze toets terwijl de tuner al gekozen is, dan
wordt omgeschakeld tussen MG en FM.
7
6-Kanaals/8-Kanaals Directe Ingang:
druk op deze toets om het apparaat dat is aange-
sloten op de 6-Kanaals Directe Ingang of op
de 8-Kanaals Directe Ingang
is aangeslo-
ten. De beschikbare ingang wordt bepaald door
de keuze 5.1 of 6.1/7.1 die u in de surround
instelling maakt. Zie pagina 31 voor meer infor-
matie.
8
Testsignaal: druk hierop om het configure-
ren van de uitgangsniveaus van de AVR te starten.
Zie pagina 21, 27 voor nadere informatie over het
kalibreren van de AVR.
9
Sluimerfunctie: sluimerfunctie: druk op
deze toets om het apparaat in de sluimerfunctie
te zetten. Na de in de display aangegeven tijd zal
de AVR automatisch in standby gaan.
Elke keer dat u op deze toets drukt zal de tijd
veranderen in deze volgorde:
Houd de toets twee seconden ingedrukt om de
sluimerfunctie uit te schakelen.
Denk er aan dat deze toets ook gebruikt wordt
om een ander kanaal te kiezen op TV, VCR en Sat
ontvanger wanneer die bron is gekozen via de
Ingangskeuze
4
.
A
Surround Functie: druk op deze toets om
één van de surround functies HALL, THEATER of
VMAx te kiezen. Denk er aan dat afhankelijke van
het type ingang niet altijd alle functies beschik-
baar zijn. Zie pagina 29 voor meer informatie over
de surround functies. Denk er aan dat deze toets
ook gebruikt wordt om een zender af te stemmen
op TV, VCR en Sat ontvanger wanneer die bron is
gekozen via de Ingangskeuze
4
.
B
Nachtfunctie: schakelt de nachtfunctie in.
Bedoeld voor digitale bronnen en zorgt ervoor dat
ook op laag volume de dialoog in het centrum
kanaal verstaanbaar blijft. Zie pagina 30 voor
nadere informatie.
C
Kanaalkeuze: hiermee activeert u het
instellen van de uitgangsniveaus van de AVR met
een externe bron. Na eenmaal op deze toets
gedrukt te hebben kan met de toetsen
⁄
/
¤
D
het kanaal worden gekozen, waarna met instel-
len
F
en dan opnieuw met de
⁄
/
¤
het niveau
kan worden ingesteld. Zie pagina 34 voor
aanvullende informatie.
D
⁄
/
¤
toetsen: Deze multifunctionele toet-
sen worden gebruikt om te wijzigen of door items
in de in-beeld menu’s of de display te lopen en de
configuratie in te stellen van digitale ingangen of
de vertraging. Bij het wijzigen van een instelling
drukt u eerst op de toets voor de functie of instel-
ling die veranderd moet worden, bijvoorbeeld de
Digitale Keuze
G
om een digitale ingang te
wijzigen. Druk vervolgens op één van deze toet-
sen om door de beschikbare opties te schakelen
of om de instelling te verhogen of te verlagen. In
de verschillende paragrafen die de functies
behandelen wordt het gebruik van deze toetsen
per functie toegelicht.
Wanneer de afstandsbediening van de AVR gepro-
grammeerd wordt op de codes van een ander
apparaat, wordt deze toets ook gebruikt bij
'Automatisch zoeken'. Zie pagina 42 voor nadere
informatie omtrent het programmeren van de
afstandsbediening.
E
‹
toets: om het menu-item of –instelling te
wijzigen wanneer een menugestuurd apparaat
(TV,VCR, DVD, enz.) is gekozen.
F
Instellen: deze toets wordt gebruikt om
instellingen in het geheugen van de AVR op te
slaan. Tevens voor het invoeren van de vertraging-
stijd, instelling van de luidsprekerconfiguratie en
het uitgangsniveau van de zender.
G
Digitale keuze: druk op deze toets om een
van de digitale ingangen
*Ó
te kiezen.
Zie pagina 33 voor nadere informatie over het
gebruik van de digitale ingangen.
H
Cijfertoetsen: met deze tien cijfertoetsen
kan de frequentie van een radiozender of een pro-
gramma op TV of satellietontvanger, dan wel een
nummer op CD, DVD, of LD worden ingevoerd,
afhankelijk van de gekozen bron en de program-
mering van de afstandsbediening.
I
Tunerfunctie: indrukken terwijl de tuner
actief is om te kiezen tussen hand- of automati-
sche afstemming. Ingedrukt verschijnt er in de
onderste regel van de display
˜
de aanwijzing
MANUAL (met de hand) en door op
Afstemming
K
)
te drukken gaat de
frequentie in enkele stappen hoger of lager. Is FM
gekozen en staat
AUTO (automatische afstem-
ming) in de display
˜
dan wordt door op deze
toets te drukken omgeschakeld naar mono ont-
vangst en worden ook zwakke zenders hoorbaar.
Zie pagina 40 voor meer informatie.
J
Directfunctie: indrukken wanneer de tuner
actief is om de frequentie van een zender direct in
te toetsen. Voer vervolgens met de cijfertoetsen
H
de frequentie in. Zie pagina 40 voor nadere
informatie.
K
Afstemmen hoger/lager: wanneer de
tuner in gebruik is gaat u met deze toetsen
omhoog of omlaag in het gekozen afstembereik.
Heeft u op Tunerfunctie
I
gedrukt, of
Afstembereik
!
ingedrukt gehouden zodat
AUTO in de display
˜
verschijnt, dan zal de
tuner na het indrukken van één van de toetsen de
tuner zoeken naar de eerstvolgende zender die
met voldoende sterkte voor goede ontvangst bin-
nenkomt. Verschijnt
MANUAL in de display
˜
dan zal worden afgestemd in enkelvoudige stap-
pen. Zie pagina 40 voor meer informatie.
L
In-beeld display/info: indrukken om
aanwijzingen in beeld te zien en te kiezen.