18
19
Schuifknop
BACKLIGHT (AUTO/ HIGH / LOW / OFF) Helderheid van het display instellen
(*** AUTO-modus wordt aanbevolen om de helderheid automatisch in te
stellen)
BA TTERIJEN EN ADAPTER PLAA TSEN
Hoofdeenheid/receiver:
Hoofdvoeding: sluit de 6,0 V- voedingsadapter op de achterzijde van de unit
aan voor de standaard werking en een continue achtergrondverlichting
voor het onderste display.
Back-up-voeding: licht het deksel van het batterijvakje op, plaats drie AAA-
batterijen met de juiste polariteit erin, sluit de afdekking.
Remote-sensor: draai de schroefjes van de batterij-afdekking met een
kleine schroevendraaier los en plaats twee AAA-batterijen met de juiste
polariteit erin. Plaats de afdekking er weer op en draai de schroefjes weer
vast.
INSTELLINGEN WEERSVOORSPELLING EN BAROMETRISCHE LUCHTDRUK:
Nadat de batterijen zijn geplaatst zal de hoofdeenheid direct in de
“weersvoorspelling instellingenmodus” beginnen; “Set” knippert
dientengevolge op het onderste display. Druk op [ ] of [ ] om de
huidige locale weersomstandigheden te selecteren (zonnig, licht bewolkt,
bewolkt, regenachtig of storm). We ergave op het bovenste display. Druk op
[PRESSURE] om te bevestigen.
Zonnig Licht bewolkt Bewolkt
Regenachtig Storm
Weergave van de luchtdruk knippert. Druk op “ ” of “ ” om de waarde
van de luchtdruk op zeeniveau in te stellen. Druk op [PRESSURE] om te
bevestigen en het menu te verlaten (u kunt eventueel de huidige luchtdruk
op zeeniveau voor uw locatie op een weer-website vinden (internationale
standaardwaarde = 1.013 mbar op 0-niveau of 760 mm Hg). U kunt u ook
op ieder moment de “Instellen weersvoorspelling & luchtdruk”-modus
bereiken door de [PRESSURE]-knop gedurende 3 seconden ingedrukt te
houden. (Voor meer informatie: zie hoofdstuk “WEERSVOORSPELLING EN
BAROMETRISCHE LUCHTDRUK”.)
OPMERKING: Daar voor verschillende geografische locaties, zoals het
binnenland of kustregio’ s, verschillende weersvoorspellingen van kracht
kunnen zijn, zijn de bovengenoemde instellingen belangrijk voor de
juistheid van de weersvoorspelling op uw locatie.
INSTELLINGEN VA N DE DRAADLOZE
THERMO-HYGROMETER:
1) Plaats de hoofdeenheid niet in de buurt van mogelijke
interferentiebronnen zoals metaal, mobiele telefoons, overige
apparatuur , een televisietoestel, enz.
2) Altijd eerst de hoofdeenheid en dan de remote-sensor inschakelen als
voor het eerst wordt geïnstalleerd. Stel kanaal 1 in voor de eerste
remote-sensor . Stel kanaal 2 en kanaal 3 in voor de tweede en derde
remote-sensor .
3) Houdt de CHANNEL/SEARCH-knop op de hoofdeenheid ingedrukt tot
een geluidsignaal klinkt om de remote-sensor te zoeken.
4) Druk de Tx-knop binnen het batterijvak van de remote-sensor in om het
radiofrequente signaal te zenden.
5) De temperatuur - en luchtvochtigheidweergaven van het betreffende
kanaalnummer verschijnen op de hoofdeenheid indien de radiofre
quente verbinding tot stand is gekomen.
BELANGRIJKE OPMERKING:
Het bovenste display zal tijdens de radiofrequentie zoek-modus automa-
tisch uitschakelen. Dit is echter normaal en bedoeld om mogelijke interfer-
entie, veroorzaakt door het bovenste display, te reduceren. Het bovenste
display niet inschakelen (door de [SNOOZE/LIGHT]-knop in te drukken)
voordat de signaalontvangst geheel is afgesloten. De ontvangst van de
radiofrequentie kan mogelijk hierdoor mislukken. Het radiofrequente over-
drachtsbereik wordt gereduceerd op het moment dat het bovenste dispaly
wordt ingeschakeld. Dit is echter normaal. Zodra het bovenste display na
de 19 minuten time-out wordt uitgeschakeld, is het optimale zendbereik
weer beschikbaar.
RADIOGESTUURDE KLOK
Nadat de batterijen zijn/adapter is geplaatst, of na een reset, zal de hoof-
deenheid direct in de “weersvoorspelling en luchtdruk instellingenmodus”
beginnen. Zodra deze instellingen zijn afgesloten, begint de eenheid met
de synchronisatie van de tijd en zal het bovenste display uitschakelen. Te -
neinde direct een radiogestuurd tijdsignaal te zoeken kunt u in de normale
modus op [ ] drukken (zie onderstaande BELANGRIJKE OPMERKING).
Tijdens de synchronisatie verschijnt het symbool voor de antenne. Als het
symbool naderhand verdwijnt, is het signaal voor de radiotijd momenteel
niet beschikbaar. Probeer andere locaties op een later tijdstip. Plaats de
eenheid niet in de buurt van mogelijke interferentiebronnen zoals mobiele
telefoons, overige apparatuur , een televisietoestel, enz.
Indien de ontvangst van de radiogestuurde tijdgegevens in orde is zal het
antennesymbool met een zgn. vol-signaalontvangst symbool [ ] op het
onderste display verschijnen. De radiogestuurde klok wordt, als het boven-
ste display is uitgeschakeld, dagelijks om ca. 02:03 en 03:03 gesynchronise-
erd. Elke ontvangstcyclus duurt minimaal 2,5 en maximaal 10 minuten.
BELANGRIJKE OPMERKING:
Het bovenste display zal tijdens de zoek-modus automatisch uitschakelen.
Dit is echter normaal en bedoeld om mogelijke interferentie, veroorzaakt
door het bovenste display, te reduceren. Het bovenste display niet
inschakelen (door de [SNOOZE/LIGHT]-knop in te drukken) voordat de
signaalontvangst geheel is afgesloten. De ontvangst van de radiofrequentie
kan mogelijk hierdoor mislukken.
WEERSVOORSPELLING EN BAROMETRISCHE LUCHTDRUK
Het weerstation voorspelt de weersomstandigheden voor de komende
12 – 24 uur op basis van de verandering in de luchtdruk. De reikwijdte is
ongeveer 30 - 50 km. De weersvoorspelling is gebaseerd op de verandering
in de luchtdruk en heeft een nauwkeurigheid van 70 - 75%. Aangezien de
weersomstandigheden niet 100% juist voorspeld kunnen worden, zijn wij
niet aansprakelijk voor verlies of schade veroorzaakt door een foutieve
voorspelling.
Selecteer “WEATHER” met de schuifknop aan de linker zijde en druk op de
[SNOOZE/LIGHT]-knop aan de bovenzijde om de weersvoorspelling op het
bovenste display te zien (automatische time out na 19 minuten – indien de
adapter is aangesloten).
Zonnig Licht bewolkt Bewolkt
Regenachtig Storm
(De plaatjes voor de weersvoorspelling kunnen worden veranderd en
naar persoonlijke smaak worden verfraaid door gebruik te maken van
de meegeleverde pc-software. Vo or meer informatie, zie het hoofdstuk
“PERSOONLIJKE WEERSVOORSPELLING-FOTO’S”.)
De luchtdruk op zeeniveau wordt op het onderste display weergegeven.
Druk de [PRESSURE]-knop in om de weergave in hPa, in mm Hg of mbar te
selecteren.
Daar voor verschillende geografische locaties, zoals het binnenland of
kustregio’ s, verschillende weersvoorspellingen van kracht kunnen zijn,
zijn de bovengenoemde instellingen (weersvoorspelling en luchtdruk op
zeeniveau) belangrijk voor de juistheid van de weersvoorspelling op uw
locatie.
Druk de [PRESSURE]-knop gedurende 3 seconden in om naar de “weersvo-
orspelling en luchtdruk instellingenmodus” te gaan; “Set” knippert dien-
tengevolge op het onderste display. Druk op [ ] of [ ] om de huidige
locale weersomstandigheden te selecteren (zonnig, licht bewolkt, bewolkt,
regenachtig of storm). We ergave op het bovenste display. Druk op [PRES-
SURE] om te bevestigen.
Weergave van de luchtdruk knippert. Druk op [ ] of [ ] om de waarde
van de luchtdruk op zeeniveau in te stellen. Druk op [PRESSURE] om te
bevestigen en het menu te verlaten (u kunt eventueel de huidige luchtdruk
op zeeniveau voor uw locatie op een weer-website vinden (internationale
standaardwaarde = 1.013 mbar op 0-niveau of 760 mm Hg).
KAMER-/BUITENTEMPERA TUUR EN LUCHTVOCHTIGHEID
De temperatuur wordt links op het onderste display weergegeven. De
luchtvochtigheid aan de rechterzijde.
Druk op de “C/F”-knop om een weergave in graden Celsius of Fahrenheit
te selecteren.
Druk bij herhaling op de “CHANNEL/SEARCH”-knop om kamer-, kanaal
1, kanaal 2, kanaal 3 en auto-kanaal scrolling weergave-modi te
selecteren.
BINNEN/BUITEN HEAT INDEX
De zgn. heat index is een uitdrukking voor de combinatie van het effect
warmte in relatie tot de luchtvochtigheid. Het is de schijnbare (gevoelde)
temperatuur , veroorzaakt door de combinatie warmte/luchtvochtigheid.
Druk op de “Heat Index/Dew Point”-knop om de betreffende binnen- of
buiten heat index op het onderste display, aan de linkerzijde,
weer te geven. Het “HEAT INDEX”-pictogram verschijnt.
BINNEN/BUITEN DAUWPUNT
Het dauwpunt is de temperatuur tot waarop de lucht moet worden afge-
koeld om verzadigd te raken (bij gelijke hoeveelheid waterdamp en druk).
Bij verdere afkoeling – onder deze temperatuur – treedt condensatie op.
Het dauwpunt wordt afgeleid van de huidige temperatuur en relatieve
luchtvochtigheid. Druk in de normale modus twee maal op de “HEA T INDEX
/ DEW POINT”-knop om het betreffende binnen- of buiten dauwpunt op
het onderste display, aan de linkerzijde, weer te geven. Het “DEW POINT”-
symbool verschijnt.
ST AAFDIAGRAM IN KLEUR
De staafdiagrammen in kleur zijn ontworpen om de visuele weergave van
het weer verlicht te tonen. De linker kleurendiagram geeft de betreffende
binnen- of buitentemperatuur , heat index of dauwpunt op het actuele
display weer. Het rechter kleurendiagram geeft de heersende luchtvochtig-
heid (binnen en buiten) weer. Indien de metingen hiertoe aanleiding geven,
zal het aantal verlichte staafdiagrammen automatisch worden aangepast.
MAXIMAAL / MINIMAAL GEHEUGEN
Druk bij herhaling op de “MEMORY”-knop om de maximale en minimale
waarden van de temperatuur , luchtvochtigheid, heat index of dauwpunt te
bekijken. Te neinde het geheugen te wissen houdt u de MEMORY-knop inge-
drukt terwijl de betreffende waarden op het display worden weergegeven.
INDICA TIE TEMPERA TUUR- EN LUCHTVOCHTIGHEIDTREND
De pijlsymbolen geven het stijgen, stabiel zijn of dalen van de temperatuur-
en luchtvochtigheidtrend in het afgelopen uur weer .
TIJD EN KALENDER
Druk bij herhaling op de “CLOCK”-knop om tussen tijd, kalender en
weekdag te wisselen. Houdt de “CLOCK”-knop ingedrukt om naar de instel-
lingenmodus voor de tijd te gaan. Gebruik “ ”of “ ” voor de aanpass-
ing en de “CLOCK”-knop ter bevestiging. De volgende waarden kunnen
achtereenvolgens ingesteld worden: 12/24 uurformaat > Uur > Min > Jaar >
D/M of M/D format > Maand > Datum > EXIT
MAANFASE
De maanfase wordt automatisch weergegeven op basis van de actuele
kalender .
LOCALE TIJD, WERELD (ZONE) TIJD
Houdt de “ZONE”-knop ingedrukt om naar de instellingenmodus voor de
wereldtijd(-zone) te gaan. Druk op “ ”of “ ” om de gewenste uur-
waarde van -12 tot +12 in te voeren. Druk op de knop “ZONE” om elke in-
stelling te bevestigen. Druk bij herhaling op de “ZONE”-knop om tussen de
locale (radiogestuurde) tijd en de wereldtijdzone te wisselen. Het “ZONE”-
pictogram verschijnt indien de wereldtijdzone is geselecteerd. Indien de
wereldtijdzone niet wordt gebruikt, stel dan de wereldtijdzone op “0”.
INSTELLING VA N HET ALARM
Druk op de “ALARM”-knop om de alarmtijd te bekijken en het “ALARM”-
symbool verschijnt. Druk bij herhaling op de “ALARM” –knop om het alarm
in of uit te schakelen. Het belsymbool “ ” verschijnt zodra het alarm is
geactiveerd. Houdt de “ALARM”-knop ingedrukt om naar de instellingen-
modus voor het alarm te gaan. Druk “ ”of “ ” in om de gewenste
waarden voor uur/min. in te voeren. Druk op “ALARM“ om de instelling te
bevestigen.
SNOOZEFUNCTIE ALARM
Zodra het alarm afgaat drukt u op SNOOZE/LIGHT om de snooze-functie te
activeren en er verschijnt een “Zz”-symbool. Druk op de “ALARM”-knop
om het alarm voor één dag uit te zetten.
ACHTERGRONDVERLICHTING DISPLAY
Druk in de normale modus op SNOOZE/LIGHT voor de achtergrondverlicht-
ing indien de adapter niet is aangesloten. Zodra de adapter is aangesloten,
druk dan op [SNOOZE/LIGHT] en vervolgens schakelt het bovenste display
in gedurende 19 minuten.
HELDERHEID VA N HET DISPLA Y INSTELLEN
Selecteer de helderheid van het display met behulp van de schuifknop op
de achterzijde van de behuizing.
- AUTO:
Een lagere waarde voor de helderheid van het display wordt
automatisch gegenereerd door de lichtintensiteitsensor aan de
bovenzijde van de achterzijde van de behuizing. In een helder verlichte
omgeving zal het display minder verlicht worden. In een donkere
omgeving zal het display meer verlicht worden.
(Attentie : wij adviseren de automatische helderheid-modus voor
energiebesparing, technische levensduur van het display en
gebruiksgemak).
(Belangrijk: let op, dat er zich geen obstakels boven de lichtsensor
bevinden om de meting niet te manipuleren. Anders zal het display zelfs
in een verlichte omgeving verlicht worden.)
- Hoog:
wissel naar een hoge helderheid-modus voor het onderste display
- Laag:
wissel naar een lage helderheid-modus voor het onderste display
- Uit
schakelt de display-achtergrondverlichting voor het bovenste en
onderste display uit