28
CASSETTE-MODE
________________________________________________________________________
Opname van de tuner, een CD of een externe
programmabron
1 Programmabron »TAPE« met »
ı
« of »ľ « kiezen.
2 Cassette zonder wisbeveiliging in het cassettevak leggen en de gewenste
positie met »ıı« of »ľľ« met de afstandsbediening of met »
sss6
«
of »
5aaa
« aan de stereo-installatie zoeken.
3 Gewenste signaalbron vanwaar u wilt opnemen (»TUNER«, »CD«,
»VIDEO:AUX «) met »SOURCE« aan de stereo-installatie selecteren,
of
met »TUNER/BAND«, »
ı
II« of »VIDEO« met de afstandsbediening
kiezen.
4 Opname met »● « voorbereiden.
– Op het display verschijnt , »
ı
« of »ľ « knipperen.
Aanwijzing:
Bij opnames van de CD start automatisch de weergave van de titel of van het
muziekprogramma van de CD.
Meer informatie over het muziekprogramma vindt u op pagina 23.
5 Opname met »
ı
« of »ľ « starten.
6 Schakel op opname-pauze met »● «.
Zet de opname voort met »
ı
« of »ľ «.
7 Opname met »■« voortijdig beëindigen.
Aanwijzing:
De stereo-installatie schakelt aan het einde van de cassette automatisch op
stop.
REC