81
Ontdooien
De koel- en verskoelruimte
Het apparaat wordt automatisch ontdooid.
Als de koelmachine loopt, vormen zich
dooiwaterdruppels of een laagje rijp op
de achterwand van de koelruimte. Dit is normaal. U
hoeft de waterdruppels niet af te wissen of de rijp af
te schrapen. De achterwand wordt automatisch
ontdooid. Het dooiwater loopt via
het dooiwatergootje. Het dooiwater loopt van
het dooiwatergootje naar de koelmachine waar
het verdampt.
Aanwijzing
Dooiwatergootje en afvoergaatje regelmatig
schoonmaken, zodat het dooiwater kan weglopen.
Het vriesvak
Het vriesvak wordt niet automatisch ontdooid. Een te
dikke laag rijp of ijs vermindert de afgifte van koude
aan de diepvrieswaren en verhoogt
het energieverbruik. Het vriesvak regelmatig
ontdooien.
ã Attentie
Een laag rijp of ijs niet met een mes of een scherp
voorwerp afschrapen. U kunt hierdoor
de koelleidingen beschadigen. Koelmiddel dat naar
buiten spuit kan vlam vatten of tot oogletsel leiden.
U gaat als volgt te werk:
Aanwijzing
Ca. 4 uur vóór het ontdooien het supervriessysteem
inschakelen, zodat de levensmiddelen een zeer lage
temperatuur bereiken en hierdoor langer bij
binnentemperatuur bewaard kunnen worden.
1. Diepvrieswaren eruit halen en op een koele plek
bewaren.
2. Uitschakelen van het apparaat.
3. Stekker uit het stopcontact trekken resp. de
zekering uitschakelen of losdraaien.
4. Om het ontdooiproces te versnellen een pan met
heet water op een onderzetter in het apparaat
zetten.
5. Dooiwater met een spons of doekje afwissen.
6. Wrijf het vriesvak droog.
7. Apparaat weer inschakelen.
8. Diepvrieswaren weer in het apparaat leggen.
Schoonmaken van het apparaat
ã Attentie
▯ Gebruik geen schoonmaak of oplosmiddelen die
zand, chloride of zuren bevatten.
▯ Geen schuursponsjes gebruiken. Op de metalen
oppervlakken kan corrosie ontstaan.
▯ De legplateaus en voorraadvakken mogen niet
in de afwasmachine gereinigd worden. Ze kunnen
vervormen!
U gaat als volgt te werk:
1. Vóór het schoonmaken het apparaat uitschakelen.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of de zekering
losdraaien resp. uitschakelen!
3. De diepvrieswaren eruit halen en op een koele
plaats bewaren.
4. Het apparaat schoonmaken met een zachte doek
en lauw water met een scheutje pH neutraal
schoonmaakmiddel. Het sop mag niet
in de verlichting terechtkomen.
5. Deurafdichting alleen met schoon water
schoonmaken en grondig droogwrijven.
6. Het sop mag niet via het afvoergaatje
in het verdampingsgedeelte terechtkomen.
7. Na het schoonmaken apparaat weer aansluiten
en inschakelen.
8. Diepvrieswaren weer in het apparaat leggen.