12
3.1 Overzicht
Inschakelen
Uitschakelen
Keuzeschakelaar “temperatuur”:
U kunt in stappen van 5 °C een temperatuur
instellen tussen 50-300 °C.
Keuzeschakelaar “ovenfunctie”:
U kunt kiezen uit 12 programma’s:
– Hete lucht
– Grill met hete lucht
– Grill
– Spaargrill
– Hete lucht met onderwarmte
– ECO
– Boven- en onderwarmte
– Bovenwarmte
– Speciale pizzastand (met pizzasteen PS 026/027
en verwarmingselement HZ 026, extra accessoire)
– Speciale braadfunctie (met braadpan BT 026 en
verwarmingselement HZ 026, extra accessoire)
– Gisten
– Auto-pyrolyse (Reiniging)
Inschakelen: (afb. 24)
– Draai de keuzeschakelaar “temperatuur” één klik
naar rechts. De ovenverlichting gaat aan en het
symbool van de ingestelde ovenfunctie licht in de
display op.
– Draai aan de keuzeschakelaar “ovenfunctie”
totdat de door u gewenste ovenfunctie in de
display verschijnt.
– Zet de keuzeschakelaar “temperatuur” op de
door u gewenste temperatuur. De ingestelde
temperatuur is gedurende enkele seconden in de
display te zien.
– Zolang de oven in gebruik is, kunt u de actuele
oventemperatuur gedurende enkele seconden in
de display laten weergeven. Druk daartoe op de
toets (bevestiging).
Uitschakelen: (afb. 25)
– Om de oven uit te schakelen, draait u de
keuzeschakelaar “temperatuur” op 0. De
verlichting gaat uit.
Let op! Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de
koeling ter bescherming van de elektronica nog
enige tijd in werking. Hierna wordt het koelsysteem
automatisch uitgeschakeld.
3. Bediening
Het inschuiven van bakplaten
– Schuif de bakplaat aan beide kanten op
dezelfde hoogte in het apparaat.
– Zorg dat de inkeping van de bakplaat zich aan
de achterkant bevindt dan wel dat de greep aan
de voorkant is.
Afb. 24
Afb. 25