Gebruik van de timer
Let op! Gebruik het apparaat alleen als u er
toezicht op houdt.
Met behulp van de timer kunt u een of meer
kookzones na afloop van een door u geprogrammeerde
tijd automatisch laten uitschakelen. U kunt met de
timer een tijd van 1 tot 90 minuten instellen.
U kunt de timer ook gebruiken zonder de kookzone
uit te laten schakelen. Bovendien kunt u de timer
gebruiken wanneer de kookplaat uitgeschakeld is.
Programmeren van de timer waarbij de
kookzone na afloop wordt uitgeschakeld
• Stel bij de kookzone, waarvan u de kooktijd met
de timer wilt programmeren de gewenste
vermogensstand in.
• Raak het symbool timer aan. In de timerdisplay
knippert 00. Stel nu met behulp van de pijltjes-
toetsen de gewenste tijd in.
• De ingestelde tijd wordt na enkele seconden
bevestigd en begint hierna af te lopen. U kunt de
ingestelde waarde ook bevestigen door het
symbool timer nogmaals aan te raken.
• Raak op het bedieningspaneel de kookzone aan,
waarvan u de kooktijd met behulp van de timer
wilt programmeren. In de display van de
kookzone knippert de gekozen vermogensstand.
Raak het symbool timer aan.
• In de display van de kookzone verschijnt naast de
vermogensstand een punt. De tijd die in de
timerdisplay wordt weergegeven is nu voor deze
kookzone ingesteld.
• Na afloop van de ingestelde tijd klinkt er een
akoestisch signaal. De kookzone, waarvan de
kooktijd met de timer was geprogrammeerd wordt
uitgeschakeld. In de display knipperen zowel de
ingestelde vermogensstand als de timerweer-
gave. U schakelt het akoestische signaal uit door
een willekeurige toets aan te raken. De weer-
gegeven vermogensstand wordt terug op 0 gezet.
15
Programmeren van de timer waarbij de
kookzone na afloop wordt uitgeschakeld