3
1. Belangrijk
1.1 Veiligheidsvoorschriften
Neem het apparaat niet in gebruik, wanneer het
beschadigd is!
Aansluitkabels mogen niet in aanraking komen met
hete kookzones.
Schakel de afzuigkap alleen in, wanneer de lampen
zijn geplaatst. Gebruik het apparaat nooit zonder
vetfilter.
Gevaarlijke en explosieve stoffen en dampen
mogen niet worden afgezogen!
De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor het juiste
gebruik en de goede staat van het apparaat.
Schakel het apparaat alleen in, als u er toezicht op
houdt.
Brandgevaar!
Flamberen is onder de afzuigkap niet toegestaan!
Houd daarom altijd toezicht als u onder de afzuig-
kap frituurt.
Boven een verwarmingssysteem voor vaste brand-
stoffen (kolen, hout, etc.) mag de afzuigkap slechts
beperkt worden gebruikt.
Ontsteek branders van gaskookplaten alleen als er
pannen op staan.
Als u meer dan 2 gasbranders tegelijk gebruikt,
zet de afzuigkap dan op stand 2 of hoger. Zo
voorkomt u dat zich te veel warmte in het
apparaat ophoopt.
Plaats geen zware voorwerpen op de afzuigkap.
Dit kan van invloed zijn op het functioneren van het
apparaat.
Dit apparaat mag niet met een stoomreiniger
of waterdruk worden gereinigd. Er bestaat dan
gevaar voor kortsluiting!
Voor alle reparatie- en onderhoudswerkzaamheden
dient het apparaat spanningsvrij te worden gemaakt.
Trek hiertoe de stekker uit het stopcontact of
schakel de desbetreffende zekering van de huis-
installatie uit. Is de stekker niet toegankelijk, dan
moet het apparaat via een voorgeschakelde zeke-
ring van de netspanning worden losgekoppeld.
Reparaties mogen alleen door een erkend vakman
worden uitgevoerd, zodat de veiligheid van het
apparaat gewaarborgd blijft.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor schade als gevolg van het niet in acht nemen
van de aanwijzingen uit deze gebruiksaanwijzing.
Wordt in de ruimte waar de afzuigkap zich bevindt
een hout-, kolen-, gas- of oliekachel gebruikt, dan
wel een open haard, dan moet voor voldoende
luchttoevoer worden gezorgd.
Het apparaat kan zonder gevaar worden gebruikt,
wanneer de onderdruk van 4 Pa (0,04 mbar) in
de stookruimte niet wordt overschreden. Dit kan
worden bereikt met niet-afsluitbare openingen,
bijvoorbeeld in deuren en ramen, via toe- en
afvoermuurkasten of andere technische voor-
zieningen.
Technische wijzigingen voorbehouden!