7
Bewaartijden en temperaturen
De bewaartijd kan niet exact worden aangegeven,
omdat hij afhankelijk is van de versheid en de
behandeling van de levensmiddelen. De bewaartijden
zijn daarom slechts richtlijnen.
Als u gekochte diepvriesproducten niet direct wilt
consumeren, kunnen ze ongeveer 1 dag (tot ze gaan
ontdooien) in dit type koelkast bewaard worden. Als
de diepvriesproducten al ontdooid zijn, kunt u ze niet
opnieuw invriezen, maar dienen ze zo snel mogelijk
geconsumeerd te worden.
Gebruik van de koelruimte
Voor optimaal koelen is luchtcirculatie in het
apparaat nodig. Bedek daarom de roosters niet
geheel met papier, grote schalen enz.
Zet geen hete levensmiddelen in de
koelkast. Laat ze eerst tot
kamertemperatuur afkoelen. Op deze manier
voorkomt u onnodige rijpvorming.
Levensmiddelen kunnen geurtjes van elkaar
overnemen. Bewaar levensmiddelen
daarom in gesloten schaaltjes, aluminiumfolie,
vetvrij papier of vershoudfolie. Op deze manier
behouden de levensmiddelen hun vochtigheid en
bijv. groenten drogen niet uit.
Praktische informatie
Dankzij de variabele platen kunt u de koelruimte
aan uw eisen aanpassen. U kunt de platen ook
verplaatsen als de deur 90° open staat.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het
apparaat zo energiezuinig mogelijk te gebruiken. U
vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een
warmte afgevend apparaat.
Zorg ervoor dat de condensor en de compressor
voldoende ventilatie hebben. Bedek de ventilatie-
openingen niet.
Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of
in vershoudfolie om onnodige rijpvorming te
voorkomen.
Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer
open staan dan nodig is.
Doe levensmiddelen altijd in een afgesloten
schaaltje.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het
isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag
kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen
met huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid
worden. Uit het oogpunt van milieubescherming
moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens
de plaatselijke regelingen op deskundige wijze
verwerkt worden. Informeer bij de gemeente naar
de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor
dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de
warmtewisselaar, niet beschadigd wordt.
De materialen met het symbool zijn geschikt
voor recycling.
Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot
kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in het
apparaat zet.
Houd de condensor aan de achterkant van het
apparaat schoon.
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt
tijdens het gebruik in de vorm van ijs of rijp
afgescheiden.
Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect.
Het koelvermogen wordt minder, de temperatuur
stijgt en er is meer energie nodig.
Bij dit type apparaat gebeurt het ontdooien van de
koelruimte automatisch, zonder dat u daaraan iets
hoeft te doen.
De thermostaat onderbreekt regelmatig de werking
van de compressor. Het koelen wordt dan
onderbroken, de temperatuur in de koelruimte stijgt
en het ontdooien begint. Na het ontdooien start de
thermostaat het koelen weer.
Het dooiwater loopt via het dooiwaterafvoergootje
in het condensbakje bovenop de compressor en
verdampt door de warmte.
Controleer regelmatig of het dooiwaterafvoergootje
niet verstopt is.
Meestal raakt het afvoergootje verstopt door in
papier verpakte levensmiddelen. Het papier komt in
aanraking met de achterzijde van de koelruimte en
vriest daaraan vast. Als u de levensmiddelen uit de
koelruimte haalt, scheurt het papier en dat kan tot
verstopping van het afvoergootje leiden. Doe dus
voorzichtig met in papier verpakte levensmiddelen.