REMVLOEISTOF afb. 1-2-3
Draai de dop E los: Controleer of het
remvloeistofniveau nog op het
maximum niveau staat.
Het niveau mag nooit het MAX-
merkteken overschrijden.
Gebruik de remvloeistof die staat
vermeld in de tabel “Vloeistoffen en
smeermiddelen” (zie “Technische
specificaties”).
AANWIJZING Maak de dop van het
reservoir E en het omringende
oppervlak zorgvuldig schoon.
Zorg er bij het openen van de dop voor
dat er geen vuil in het reservoir komt.
Gebruik voor het bijvullen altijd een
trechter met een ingebouwde filterzeef
van maximaal 0,12 mm.
BELANGRIJK Remvloeistof is
hygroscopisch (trekt water aan).
Daarom verdient het aanbeveling, als de
auto overwegend wordt gebruikt in
gebieden met een hoge
luchtvochtigheid, de vloeistof vaker te
vervangen dan in het
“Onderhoudsschema” staat aangegeven.
136
WAARSCHUWI
NGSLAMPJES
EN MELDINGEN
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
ALFABETISCHE
INHOUDSOPGAVE
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
VERZORGING
Voorkom contact tussen de
zeer corrosieve vloeistof en
de lak. Als remvloeistof
wordt gemorst, moet de lak
onmiddellijk met water worden
afgespoeld.
Remvloeistof is giftig en
zeer corrosief. Als per
ongeluk remvloeistof wordt
gemorst, moeten de betreffende
delen onmiddellijk worden
gewassen met water en neutrale
zeep en daarna met veel water
worden afgespoeld. Bij inslikken
dient onmiddellijk een arts te
worden geraadpleegd.
WAARSCHUWING
Het symbool π op het
reservoir geeft aan dat
synthetische remvloeistof en geen
minerale vloeistof moet worden
gebruikt. Het gebruik van minerale
vloeistoffen moet absoluut worden
vermeden, omdat de rubbers in het
remsysteem door deze vloeistoffen
beschadigd raken.
WAARSCHUWING