12
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
WAARSCHUWI
NGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
VERZORGING
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
ALFABETISCHE
INHOUDSOPGAVE
UW AUTO
De achtergrondkleur en uitvoering van
het instrumentenpaneel zijn afhankelijk
van de uitvoering.
SNELHEIDSMETER
Geeft de rijsnelheid aan.
TOERENTELLER
Geeft het motortoerental aan.
BRANDSTOFMETER
Geeft de hoeveelheid brandstof in de
tank aan.
Het waarschuwingslampje gaat branden
wanneer er nog ongeveer 5 liter
brandstof in de tank aanwezig is.
Blijf niet doorrijden terwijl de tank bijna
leeg is: doordat er te weinig brandstof
wordt aangevoerd, kan de katalysator
beschadigd raken.
CONTROLELAMPJE
KOELVLOEISTOFTEMPERATUUR
Dit geeft de temperatuur van de
koelvloeistof weer en gaat branden
wanneer de temperatuur boven 50°C
komt.
Het waarschuwingslampje gaat mogelijk
branden (en bij bepaalde uitvoeringen
verschijnt mogelijk een melding op het
multifunctionele display) om aan te
geven dat de koelvloeistoftemperatuur
te hoog is. Schakel in dat geval de
motor uit en neem contact op met de
Ford-dealer.