531719
17
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/23
Pagina verder
MANUEL D’INSTRUCTIONS
RENSEIGNEMENTS IMPORTANTS: Avant d’utiliser cet appareil,
veuillez lire attentivement les instructions et assurez--vous de les avoir
comprises. Conservez les instructions pour référence ultérieure.
BETRIEBSANWEISUNG
WICHTIGE INFORMATION: Lesen Sie diese Hinweise zur Handha-
bung des Geräts aufmerksam durch. Verwenden Sie es erst, wenn
Sie sicher sind, daß Sie alle Anweisungen verstanden haben u nd
gut aufbewahren.
FR
DE
LIBRETTO D’ISTRUZIONI
INFORMAZIONI IMPORTANTI: Leggere le istruzioni attentamente e
capirle bene prima di usare la motosega. Conservare per ulteriore con-
sultazi one.
HANDLEIDING
BELANGRIJKE IMPORTANTS: Lees deze handleiding aandachtig
en zorg dat u ailes begrijpt alvorens de kettingzaag te gebruiken en
bewaar ze voor toekomsti ge raadpleging.
IT
NL
R
115428626
Rev. 4 5/31/11 BRW
NL
63
INHOUDSOPGAVE
Identificatie (Was is W at?) 63
Verklaring symbolen 64
Veiligheidsvoorschriften 65
Montage 69
Bediening 71
Snijmethoden 73
Onderhoud en afstellen 76
Opslag 79
Problemen oplossen--tabel 80
Verklaring van conformiteit 81
Technische specificaties 82
IDENTIFICATIE (WAT IS WAT?)
27
3
2
1
4
5
6
7
8
9
10
11
28
29
17
23
24
25
15
26
21
14
13
12
16
20
19
22
18
1. Zaagketting
2. Geluiddemper
3. Veiligheidspal
4. Handgreep voorzijde
5. Handgreep startmotor
6. Schroef voor de stationaire snelheid
7. AAN/UIT--schakelaar
8. Ontetekingslamp
9. Tank kettingolie
10. Afdekking startmotor
11. Brandstoftank
12. Handgreep achterzijde
13. Vergrendeling koppeling
14. Cilinderafdekking
15. Afstelschroef
16. Gashendel
17. Choke/hendel voor snel stationair lopen
18. Kettingrem
19. Kettingvanger
20. Koppelingdeksel
21. Zaagbladmoeren
22. Zaagblad
23. Tanden
24. Diepte afmeting
25. Aandrijving
26. Kettingomdraaiing
27. Afstelling zaagblad / ketting
28. Bescherming zaagblad
29. Stootpunt
NL
64
VERKLARING SYMBOLEN
Mengsel van olie/benzine
Schakel de motor uit door
de AAN/UIT--schakelaar naar
de positie STOP te verplaatsen
voordat u controles of
onderhoud uitvoert.
Symbolen om de motor te starten:
WAARSCHUWING! Motorketting-
zagen kunnen gevaarlijk zijn! Slor-
dig of onjuist gebruik kan resulter-
en in ernstig letsel of overlijden
van de gebruiker of anderen.
Neem de gebruiksaanwijzing
grondig door en gebruik de
machine niet voor u alles duidelijk
heeft begrepen.
Draag altijd:
S Goedgekeurde veiligheidshelm
S Goedgekeurde
gehoorbeschermers
S V eiligheidsbril of vizier
Dit product voldoet aan de
geldende CE--richtlijnen.
Geluidsemissie naar de
omgeving volgens de
richtlijnen van de Europese
Gemeenschap. De em issie van
de ma chine wordt aangegeven
in het hoofdstuk Technische
gegevens en op plaatjes.
De gebruiker moet steeds beide
handen gebruiken om de ketting-
zaag te bedienen..
Bedien een kettingzaag nooit
terwijl u deze slechts m et één
hand vasthoudt.
Voorkom dat de punt van het
zaagblad in contact komt met
enig voorwerp.
WAARSCHUWING! Er kan terugs-
lag optreden wanneer de punt van
het zaagblad in contact komt met
een voorwerp en een reactie ver-
oorzaken waardoor het zaagblad
omhoog en naar achteren naar de
gebruiker toe komt. Dit kan ernstig
persoonlijk letsel veroorzaken.
Overige op de machine aangegeven
symbolen/plaatjes verwijzen naar
specifieke eisen aan certificering op
bepaalde markten.
Kettingrem,
geactiveerd (links)
Kettingrem,
niet geactiveerd (rechts)
Zet de AAN/STOP scha-
kelaar in de AAN--stand.
Het knopje voor extra
brandstoftoevoer 6 maal
langzaam indrukken.
Trek de choke/hendel
voor sn el stationair lop en
helemaal u it ( in de VOL-
LEDIGE CHOKE Stand).
Trek 5 keer krachtig met
uw rechterhand aan het
startkoord.
Trek met uw rechterhand
krachtig aan het startkoord
tot de motor aanslaat.
Duw de choke/hendel
voor snel stationair lopen
in de HALVE CHOKE
stand.
NL
65
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
W AARSCHUWING: Koppel de
bougiekabel altijd los en leg de kabel op een
plaats waar deze niet in contact kan komen
met de bougie om toevallig starten te voorko-
men bij het opzetten, transporteren, aanpas-
sen of repareren, tenzij u de carburator aan
het afstellen bent.
Deze kettingzaag voor bosbeheer is uitsluitend
ontworpen voor het zagen van hout. Omdat
een kettingzaag een stuk gereedschap is dat
met hoge snelheid hout zaagt, dient u zich te
houden aan speciale veiligheidsvoorschriften
om de kans op ongelukken te verkleinen. On-
zorgvuldig of oneigenlijk gebruik kan ernstige
ongelukken tot gevolg hebben.
VOORUIT PLANNEN
S Alvorens het apparaat te gebruiken, dient u
deze handleiding zorgvuldig te lezen totdat u
deze volledig begrijpt en alle veiligheidsvoor-
schriften, voorzorgsmaatregelen en bedie-
ningsaanwijzingen op kunt volgen.
S Beperk het gebruik van uw zaag tot vol-
wassen gebruikers die de veiligheidsvoor-
schriften, voorzorgsmaatregelen en be-
dieningsaanwijzingen in deze handleiding
begrijpen en kunnen opvolgen.
Veiligheidsoverbroek
Handschoenen
voor zwaar
gebruik
Oog
--
bescherming
V eiligheidshelm
Gehoor
--
bescherming
Goed
passende
kleding
Veiligheids
--
schoenen
S Draag beschermende kleding. Gebruik
altijd veiligheidsschoenen met stalen
neuzen en niet--slippende zolen,
goed--passende kleding, niet--slippende
handschoenen voor zwaar g ebruik,
oogbescherming zoals een geventileerde
beschermbril die niet beslaat of een
gezichtsscherm, een goedgekeurde
veiligheidshelmen geluidsafscherming
(oordoppen of geluiddempers) om uw
gehoor te beschermen. Haar dient boven
schouderhoogte te worden vastgemaakt.
S Gebruik daarom altijd goedgekeurde
gehoorbescherming. Regelmatige
gebruikers dienen regelmatig hun gehoor
te laten onderzoeken aangezien het geluid
van kettingzagen het gehoor kan
beschadigen. Langdurig e blootstelling
aan lawaai kan leiden tot permanente
gehoorbeschadiging.
S U dient al uw lichaamsdelen uit de buurt
van d e ketting te houden wanneer de mo-
tor loopt.
S Houd kinderen, omstanders en dieren op
een afstand van tenminste 10 meter weg
van het werkterrein. Sta niet toe dat andere
mensen of dieren in de buurt van de ketting-
zaag komen wanneer u deze start of ge-
bruikt.
S Maak geen gebruik van een kettingzaag
wanneer u moe, ziek of geërgerd ben, of
wanneer u alcohol, drugs of medicijnen
heeft gebruikt. U moet over een goede fy-
sieke conditie beschikken en mentaal op
uw hoede zijn Het werken met een ketting-
zaag is veeleisend. Indien u een aandoe-
ning heeft die kan verergeren door veelei-
send werk, dient u eerst contact op te
nemen met uw huisarts alvorens een ket-
tingzaag te gebruiken.
S Maak eerst een zorgvuldige planning voor
uw zaagwerkzaamheden. Begin niet met
zagen alvorens u een leeg werkterrein
heeft, stevig staat en, in het geval u bomen
omzaagt, een wijkplaats heeft.
UW ZAAG VEILIG GEBRUIKEN
W AARSCHUWING: Langdurige
inademing van de uitlaatgassen van de mo-
tor, kettingolienevel en stof van zaagsel kan
een gezondheidsrisico vormen.
W AARSCHUWING: Deze
machine p roduceert tijdens bedrijf een
elektromagnetisch veld. Dit veld kan onder
bepaalde omstandigheden de werking van
actieve of passieve medische implantaten
verstoren. Om het risico op ernstig of fataal
letsel te beperken, raden we personen m et een
medisch implantaat aan om contact op te
nemen met hun arts en de fabrikant van het
medische implantaat voordat ze deze machine
gaan bedienen.
S Bedien een kettingzaag niet met één hand.
De gebruiker , assistenten, toeschouwers of
een willekeurige combinatie van deze perso-
nen kunnen ernstig letsel oplopen door en-
kelhandige bediening. Een kettingzaag dient
te worden bediend met twee handen.
S Gebruik een kettingzaag alleen in een
goedgeventileerde buitenruimte.
S Gebruik de zaag niet op een ladder of in
een boom, tenzij u hier specifiek voor bent
opgeleid.
S Zorg ervoor dat de ketting bij het starten van
de motor niet in contact komt met een object.
Probeer de zaag nooit te starten terwijl het
zaagblad zich in een snede bevindt.
S Oefen geen druk op de zaag uit wanneer u
bij het einde van een snede bent. Het uitoe-
fenen van druk kan ervoor zorgen dat u con-
trole verliest wanneer de snede is voltooid.
S Stop de motor voordat u de zaag neerzet.
S Wees op uw hoede voor terugslag wan-
neer u een grote tak zaagt die onder span-
ning staat, zodat u niet word t geraakt door
de tak of zaag wanneer de spanning in de
houtvezels vrijkom t.
NL
66
S Een kettingzaag die beschadigd, verkeerd
afgesteld of niet volledig en veilig
gemonteerd is moet niet worden gebruikt.
De zaagblad, ketting, hand-- bescherming of
kettingrem moeten onmiddellijk worden
vervangen als deze beschadigd raken,
gebroken zijn of op andere wijze verwijderd
zij n .
S Draag de kettingzaag met gestopte motor
handmatig met de geluiddemper van u af
gekeerd en het zaagblad en de ketting
naar achteren, bij voorkeur bedekt door
eens huls.
S Zet de machine vast tijdens transport.
VEILIGHEIDSUITRUSTING VA N D E
MACHINE
OPMERKING:
In dit hoofdstuk w ordt uitge-
legd wat de veiligheidsonderdelen van de ma-
chine zijn, en hun functie. V oor controle en on-
derhoud zie de instructies in het hoofdstuk
CONTROLE, ONDERHOUD EN SERVICE
V AN DE VEILIGHEIDSUITRUSTING V AN
DE MOT ORZAAG. Zie de instructies in het
hoofdstuk IDENTIFICA TIE (W A T IS WA T?),
om te zien waar deze onderdelen zich bevin-
den op uw machine. De levensduur van de
machine kan wor de n verkort en he t risico van
ongelukken kan toenemenwanneer het onder-
houd aan de machine niet op de juiste manier
wordt uitgevoerd en wanneer service en/of re-
paraties niet vakkundig worden gedaan. Indien
u meer informatie nodig heeft, verzoeken wij u
contact op te nemen met de dichtstbijzijnde
servicewerkplaats.
S Kettingrem. Uw motorzaag is voorzien
van een kettingrem, die de ketting stopt.
W AARSCHUWING: Uw ketting-
zaag is uitgerust met een kettingrem die is
ontworpen om de de ketting bij terugslag te
stoppen. De kett ingrem verkleint het kans op
ongelukken, maar alleen u kunt ze voorko-
men. GA ER NIET VAN UIT DAT DE KET-
TINGREM U ZAL BESCHERMEN IN HET
GEVAL VAN TERUGSLAG.
S Gashendelvergrende ling. De gashen-
delvergrendeling is geconstrueerd om
onopzettelijke activering van de gashen-
del te voorkomen.
S Kettingvanger. De kettingvanger is ge-
construeerd om een gebarsten ketting.
S Trillingdempingssysteem. Uw machine
is uitgerust met een trillingdempingssys-
teem dat geconstrueerd is om zo trillingvrij
en comfortabel mogelijk met de zaag te
kunnen werken.
VEILIGHEIDSMEDEDELING: Blootst-
elling aan trillingen door langdurig gebruik van
door benzine aangedreven handgereedschap
kan schade veroorzaken aan bloedvaten of
zenuwen in vingers, handen en gewrichten
van mensen die gevoelig zijn voor aandoenin-
gen aan circulatie of abnormale zwellingen.
Langdurig gebruik in koud weer is in verband
gebracht met schade aan bloedvaten bij men-
sen zonder gezondheidsproblemen. Indien er
symptomen optreden zoals gevoelloosheid,
pijn, krachtverlies, verandering in kleur of sa-
menstelling van de huid, of verlies van het ge-
voel in vingers, handen of gewrichten, dient u
op te houden met het gebruik van dit gereeds-
chap en een arts te raadplegen. Een anti--vi-
bratiesysteem garandeert niet dat deze proble-
men niet zullen voorkomen. Gebruikers die
krachtig gereedschap onophoudelijk en regel-
matig gebruiken dienen hun gezondheid en de
toestand van het stuk gereedschap zorgvuldig
in de gaten te houden.
S Stopschakelaar. De stopschakelaar
moet gebruikt worden om de motor uit te
schakelen.
CONTROLE, ONDERHOUD EN
SERVICE VAN DE VEILIGHEIDSUI-
TRUSTING VAN DE MOTORZAAG
W AARSCHUWING: Gebruik de
machine nooit wanneer de veiligheidsui-
trusting defect is. Als uw machine niet door
alle controles komt, moet u ermee naar uw
servicewerkplaats voor reparatie.
S Kettingrem. Maak de kettingrem en de
koppelingtrommel vrij van spaanders, hars
en vuil. Vuil en slijtage hebben een negatieve
invloed op het remvermogen. Zie de instruc-
ties in het hoofdstuk BEDIENING.
S Gashendelvergrende ling. Controleer of
de gashendel vergrendeld is in de station-
aire stand wanneer de gashendelvergren-
deling in de oorspronkelijke stand staa t.
S Kettingvanger. Controleer of de ketting-
vanger niet beschadigd is en of hij vast zit
in de het motorzaaghuis.
S Trillingdempingssysteem. Controleer
het trillingdempingselement regelmatig op
materiaalbarsten en vervormingen. Con-
troleer of het trillingdempingselement vast
verankerd is tussen demotoreenheid en
de handvateenheid.
S Stopschakelaar. Start de motor en con-
troleer of de motor wordt uitgeschakeld
wanneer de stopschakelaar in de stops-
tand wordt gezet.
UW ZAAG IN GOEDE STAAT HOU-
DEN
S Laat al het onderhoud aan uw kettingzaag
doen door een erkend onderhoudstechnicus
met uitzondering van de zaken in de onder-
houdsparagraaf van deze handleiding. Wan-
neer bijvoorbeeld ongeschikt gereedschap
wordt gebruikt om het vliegwiel te verwijde-
ren of vast te houden bij het onderhouden
van de koppeling, kan er structurele schade
ontstaan aan het vliegwiel en kan ertoe lei-
den dat het vliegwiel breekt.
S Vergewis u ervan dat de ketting stopt met
bewegen wanneer u de g ashendel loslaat.
Voor correctie raadpleegt u ”Carburator af-
stellen”.
S Pas uw zaag in geen enkel opzicht aan.
Gebruik alleen de accessoires die zijn
meegeleverd of speciaal zijn aanbevolen
door de fabrikant.
S Houdde handgrepen droog, schoon en vrij
van olie of bra ndstofmengsel.
NL
67
S Houd de brandstof-- en oliedoppen,
schroeven en bevestigingsmiddelen ste-
vig vastgedraaid.
S Gebruik alleen accessoires en reserveon-
derdelen zoals aanbevolen.
BRANDSTOF VOORZICHTIG BE-
HANDELEN
S U dient niet te roken wanneer u met brand-
stof omgaat of wanneer u de zaag bedient.
S Verwijder alle bronnen van vonken of vuur
uit het gebied waar brandstof wordt ge-
mengd of wordt uitgeschonken. Er mag
niet worden gerookt of geen werk worden
gedaan dat open vuur of het ontstaan van
vonken met zich meebrengt. Laat de mo-
tor afkoelen voordat u brandstof bijvult.
S U dient brandstof te mengen en uit te
schenken in een buitenruimte op onbe-
dekte grond, brandstof op te slaan in een
koele, droge, goedgeventileerde ruimte en
een goedgekeurde, gemerkte container te
gebruiken voor alle brandstofdoeleinden.
Ruim al de gemorste brandstof op voordat
u de zaag start.
S Ga tenminste 3 meter weg van de plaats
waar u de brandstof heeft bijgevuld, voor-
dat u de motor start.
S Zet de motor uit en laat de zaag afkoelen in
een niet-ontvlambaar gebied, niet op dro-
ge bladeren, stro, papier, enz. Verwijder de
brandstofdo p langza am en vul de brand-
stof bij.
S Bewaar het apparaat op een plaats waar
brandstofda mpen niet in aanraking kun-
nen komen met vonken of open vuur van
geisers, elektrische motoren of schake-
laars, ovens, enz.
TERUGSLAG
W AARSCHUWING: Vermijd
terugslag, hetgeen ernstige verwonding
kan veroorzaken. Terugslag is de achteruit--
en omhoogslaande, of plotselinge
vooruitslaande beweging van de zaagblad,
die zich voordoet als de zaagketting bij de
bovenste tip van de zaagblad een willekeurig
voorwerp raakt zoals een boomstronk of een
tak, of wanneer het hout op gaat sluiten ende
zaagketting in de zaagsnede beklemd doet
raken. Met een vree md voorwerp in het hout
in contact komen kan ook controleverlies
van de kettingzaag tot gevolg hebben.
S Rotatieterugslag kan voorkomen als de
bewegende ketting bij de bovenste tip van de
zaagblad met een voorwerp in aanraking
komt. Dit soort contact kan er de oorzaak
van zijn dat de ketting zich in het voorwerp
graaft, hetgeen de ketting een ogenblik doet
stoppen. Het gev olg hiervan is een
bliksemsnelle, achteruitslaande reactie die
de zaagblad omhoog en in de richting van de
gebruiker doet slaan.
S Terugslag vanwege bekneld raken kan
voorkomen wanneer het hout zich “insluit”
en de bewegende zaagketting klem zet in
de za agsnede langs de bovenkant van de
zaagblad, en de zaagketting plotseling
doet stoppen. Dit plotselinge stoppen van
de ketting heeft een terugslag van de
gebruikte kettingkracht voor het
houtsnijden tot gevolg, en heeft tot gevolg
dat de zaag in tegenovergestelde richting
van de kettingrotatie gaat draaien. De
zaag wordt rechtstreeks in de richting van
de gebruiker gedreven.
S Intrekken kan voorkomen als de
bewegende ketting in aanraking komt met
een vreemd voorwerp in de zaagsnede
langs de onderkant van de zaagblad, en
de zaag plotseling wordt gestopt. Dit
plotselinge stoppen trekt de zaag naar
voren en weg van de gebruiker, en kan er
gemakkelijk de oorzaak van zijn dat de
gebruiker controle over de zaag verliest.
Vermijd knijp--terugslag:
S Pas heel erg op vo or situaties of obstruc-
ties die ervoor kunnen zorgen dat mate-
riaal het uiteinde vastknijpt of op andere
wijze de ketting kan laten stoppen.
S Zaag niet meer dan één stam tegelijk.
S Draai de zaag niet wanneer het zaagblad
wordt teruggetrokken uit een valkerf bij
tegenwerking.
Vermijd intrekken:
S Begin altijdmet zagen met de motor op vol-
le snelheid en met de zaag rustend tegen
het hout.
S Gebruik wiggen die van plastic of hout zijn
gemaakt. Gebruik nooit metaal om een
snede open te houden.
Terugslagpad
Vermijd obstructies
Ontruim het
werkterrein
DE KANS OP TERUGSLAG
VERKLEINEN
S Wees ervan bewust dat terugslag op kan
treden. Met een basisbegrip van terugslag
kunt u het verrassingselement verkleinen
dat bijdraagt tot ongelukken.
S Laat de bewegendekettingnooit in contact
met objecten aan het uiteinde van het
zaagblad.
S Houd het werkterrein vrij van obstructies
zoals andere bomen, takken, rotsblokken,
hekken, boomstronken enz. Verwijder of
vermijd alle obstructies die u met uw zaag
zou kunnen raken terwijl u een bepaalde
stam of tak aan het zagen bent.
S Houd uw zaagketting scherp en op de juis-
te spanning. Een losse of spanningsloze
ketting kan de kans op terugslag vergro-
ten. Volg de instructies van de fabrikant op
voor het slijpen en onderhouden van de
ketting. Controleer de spanning regelma-
tig met een gestopte motor, nooit met een
lopende motor. Wees ervan verzekerd dat
NL
68
de bouten van de klem me n van het zaag-
blad stevig zijn vastgedraaid na het span-
nen van de ketting.
S Begin en ga door met het zagen op volle
snelheid. Indien de ketting op een lagere
snelheid beweegt, is de kans op terugslag
groter .
S Zaag één stam tegelijk.
S Wees extra voorzichtig wanneer u opnieuw
gaat zagen in een voorgaande snede.
S Begin niet met zagen met het uiteinde van
het zaagblad (stootzagen).
S Kijk uit voor schuivendestamm en of ande-
re krachten die een snede kunnen afslui-
ten en de ketting kunnen vastknijpen of op
de ketting kunnen vallen.
S Gebruik het zaagblad voor gereduceerde
terugslag en de lage--terugslagketting die
voor uw zaag zijn gespecificeerd.
CONTROLE HOUDEN
Wissel nooit de
posities van uw
handen
Ga aan de linkerkant
van de zaag staan
Duim aan onderzijde van
handgreep
Elleboog vergrendeld
S Houd de zaag in een goede, stevige greep
met beide handen terwijl de motor loopt en
laat de zaag niet los. Een stevige greep helpt
bij het reduceren van terugslag en het onder
controle houden van de zaag. Houd de vin-
gers van uw linkerhand rondom en uw linker-
duim onder de handgreep. Houd uw rechter-
hand volledig rondom de achterste
handgreep of u nu links-- of rechtshandig
bent. Houd uw linkerarm recht met uw elle-
boog vergrendeld.
S Plaats uw linkerhand op de voorste hand-
greep zodat deze op een rechte lijn ligt met
uw rechterhand op de achterste handgreep
bij het maken van dwarssneden. Draai nooit
bij geen enkel soort zagen de posities van de
rech ter-- en linkerhand om.
S Ga zo staan dat uw gewicht gelijk verdeeld is
over beide voeten.
S Ga enigszins links van de zaa g staan zodat
uw lichaam zich niet op één lijn met de zaag-
ketting bevindt.
S Probeer niet te ver te reiken. U kunt uit uw
balans worden getrokken of geduwd en uw
controle over de zaag verliezen.
S Zaag nie t boven schouderhoogte. Het is
moeilijk om boven schouderhoogte controle
over de zaag te houden.
VEILIGHEIDSFUNCTIES TEGEN
TERUGSLAG
W AARSCHUWING: De volgende
functies zijn op uw zaag aanwezig om u te hel-
pen het gevaar van terugslag te reduceren;
echter , dergelijke functies zullen deze gevaar-
lijke reactie niet geheel elimineren. Als gebrui-
ker van een kettingzaag dient u niet te rekenen
op veiligheidsinrichtingen. U dient alle veilig-
heidsvoorschriften, instructies en onderhouds-
voorschriften in deze handleiding op te volgen
om te helpen bij het voorkomen van terugslag
en andere krachten die ernstig letsel tot gevolg
kunnen hebben.
S Zaagblad voor gereduceerde terugslag
(Reduced--Kickback Guide Bar), ontwor-
pen met een uiteinde met een kleine straal
die de afmetingen van de gevarenzone
verkleint op het uiteinde van het zaagblad.
Uiteinde met
grote straal
op zaagblad
Uiteinde met
kleine straal
op zaagblad
Gevaren-
zone
Gevaren-
zone
S Lage--terugslagketting (Low--Kickback
Chain), ontworpen met een geprofileerde
dieptemeter en verbinding met stootplaat
die de terugslagkracht afbuigt en het hout
geleidelijk de zaag invoert.
Lage--terugslagketting
Geprofileerde dieptemeter
Uitgestrekte verbind-
ing met stootplaat
buigt terugslagkracht
af en voert het hout
geleidelijk de zaag in
S Handbeschermplaat, ontworpen om de kans
te verkleinen dat uw linkerhand in aanraking
komt met de ketting wanneer uw hand van
de voorste handgreep afschiet.
S Positie van de handgrepen aan voor-- en
achterkant, ontworpen met a fstand tussen
de handgrepen en in lijn” met elkaar. De
spreiding en in line”--positie van de han-
den die door dit ontwerp wordt geboden
werken samen en geven balans en weer-
stand bij het sturen van het draaipunt van
de za ag terug aan de gebruiker bij het op-
treden van terugslag.
W AARSCHUWING: VERTROUW
NIET OP DE IN UW ZAAG INGEBOUWDE
APP ARAT UUR. U MOET DE ZAAG OP DE
JUISTE WIJZE EN VOORZI CHT IG GEBRUI-
KEN OM TERUGSLAG TE VOORKOM EN.
NL
69
Gereduceerde terugslag--zaagblads en laag-
terugslag--zaagkettingen reduceren de kans
op, en de kracht van terugslag en worden aan-
bevolen. Uw zaag is uitgerust met een laagter-
ugslag--ketting en --beugel als onderdeel van
de o orspronkelijke uitrusting. Reparaties op
een kettingrem moeten door een erkende ser-
vicedealer worden uitgevoerd. Breng uw appa-
raat naar de plaats van aankoop indien bij een
servicedealer aangeschaft, of naar de dichtst-
bijzijnde erkende hoofd--servicedealer .
S Contact aan het uiteinde kan in sommige
gevallen een bliksemsnelle omgekeerde
REACTIE tot gevolg hebben, waarbij het
zaagblad omhoog en terug naar de ge-
bruiker wordt gestoten.
S Het vastklemmen van de zaagketting
langs d e bovenkant van het zaagblad kan
ertoe leiden dat het zaagblad snel wordt
teruggeduwd naar de gebruiker.
S Elk van deze reacties kan ertoe leiden dat
u de controle over de zaag verliest en re-
sulteren in ernstig letsel. Vertrouw niet vol-
ledig op de veiligheidsinstellingendie inuw
zaag zijn ingebouwd.
MONTAGE
Tijdens de montage dienen beschermende
handschoenen (niet meegeleverd) te worden
gedragen.
DE STOOTPUNT BEVESTIGEN
(Indien nog niet aangebracht)
De stootpunt kan worden gebruikt als een
draaipunt bij het zagen.
1. Draai de zaagbladmoeren en het deksel
van de koppeling los en verwijder deze
van de zaag.
2. Bevestig de stootpunt met de twee
schroeven op de aangegeven manier .
HET ZAAGBL AD & KETTING AAN-
BRENGEN
(Indien nog niet aangebracht)
W AARSCHUWING: Indien u de
zaag gemonteerd heeft ontvangen, dient u
elke stap van de montage te controleren.
Wanneer u de ketting hanteert, dient u altijd
handschoenen te dragen. De ketting is
scherp en zelfs wanneer deze niet beweegt
kunt u zich eraan snijden!
1. Draai de zaagbladmoeren en het deksel
van de koppeling los en verwijder deze
van de zaag.
2. Verwijder het plastic afstandstuk voor
verscheping (indien aanwezig).
Deksel van de
koppeling
Zaagbladmoeren
Afstelling zaagblad/
ketting
Plastic af-
standstuk
3. Omde spanning van de ketting af te
stellen wordt een stelpen en schroef
gebruikt. Bij het monteren van het
zaagblad is het zeer belangrijk dat de
pen, op de stelschroef, op één lijn ligt met
een opening in het zaagblad zodat deze
daarin past. Door de schroef te draaien
beweegt de stelpen naar boven en
beneden in de schroef. Bepaal eerst de
positie van deze stelschroef voordat u
begint met het bevestigen van het
zaagblad aan de zaag. Raadpleeg de
onderst aande afbeelding.
Stelschroef op de deksel
Binnenaanzicht
van de
Deksel
4. Draai de stelschroef tegen de klok in
zodat de stelpen zover mogelijk naar
achteren beweegt. Dit zorgt ervoor dat
de pen ongeveer in de juiste stand staat.
5. Monteer het zaag blad over de
zaagbladbouten. Plaats het zaagblad in
de achterste stand.
Zaagblad
Zaagbladbouten
6. Maak de ketting gereed door de juiste
richting vast te stellen. Als u de afbeel-
ding niet volgt, is het heel goed mogelijk
dat u de ketting in de verkeerde richting
op de zaag plaatst. Gebruik de afbeel-
ding van de ketting om de juiste richting
vast te stellen.
NL
70
JUISTE
KETTINGRICHTING
Uiteinde
van het
zaagblad
Tanden
Diepte afmeting
Aandrijving
7. P laats de ketting op het tandwiel achter de
koppelingstrommel. Zorg dat de ketting
tussen de tanden van het tandwiel past.
8. Begin aan het uiteinde van het zaagblad
en leg de ketting in de groef rond het
zaagblad.
9. Z et de onderkant van de aandrijfschakels
tussen de tanden in het kettingwiel in de
punt van de zaagblad.
10. Trek het zaagblad naar voren totdat de
ketting stevig in de groef van het zaagblad
ligt. Zorg ervoor dat de stelpen op één lijn
ligt met de opening in het zaagblad.
11. Installeer het koppelingdeksel. Zorg ervoor
dat de stelpen op één lijn ligt met de gat in
het zaagblad. Denk erom dat deze pen het
zaagblad naar voren en achteren beweegt
wanneer u de schroef draait.
Deksel van de
koppeling
Gat
Zaagblad
Stelpen
12. Plaats de zaagbladmoeren van het
zaagblad terug en draai deze met de hand
stevig vast. Wanneer de ketting eenmaal
op spanning is, dient u de zaagbladmoeren
van het zaagblad stevig vast te dra aien .
KETTINGSPANNING (Tevens van
toepassing op zage n waarop de
ketting reeds is aangebracht)
W AARSCHUWING: Wanneer u
de ketting hanteert, dient u altijd
handschoenen te dragen. De ketting is
scherp en zelfs wanneer deze niet beweegt
kunt u zich eraan snijden!
OPMERKING: Wanneer u de kettingspan-
ning afstelt, dient u eropte letten dat de zaag-
bladmoeren alleen handmatig zijn aange-
draaid. Wanneer u probeert de ketting op
spanning te brengen terwijl de zaagblad-
moeren stevig zijn vastgedraaid, kan er
schade ontstaan.
Op de volgende manier controleert
u de span ning:
Gebruik het schroevendraaierdeel van het
gecombineerde schroevendraaier--/steek-
sleutel--gereedschap om de ketting rond het
zaagblad te bewegen. Als de ketting niet
draait, is deze te strak bevestigd. Indien de
ketting te los is bevestigd, hangt deze door
aan de onderkant van het zaagblad.
Zaagblad
Stelschroef
Zaagbladmoeren
Afstelling
zaagblad/
ketting
Op de volgende manier stelt u de
spanning af:
De kettingspanning is erg belangrijk. De ket-
ting rekt uit tijdens gebruik. Dit is in het bij-
zonder het geval bij de eerste paar keren dat
u de za ag gebruikt. Bij iedere keer dat u de
zaag gebruikt, dient u de kettingspanning te
controleren en de brandstof bij te vullen.
1. Draai de zaagbladmoeren los totdat zij
handvast aangedraaid tegen de
koppelingdeksel liggen.
2. Draai de afstelschroef rechtsom totdat
de ke tting de onderkant van de
geleidebeugelrail stevig raakt.
Stelschroef
3. Gebruik het stuk afstelling zaagblad/
kettingen leid de kettingomdezaagblad,
en verzeker dat alle schakels in de gelei-
degroef liggen.
4. T il de top van de zaagblad op voor con-
trole op doorhangen. Laat de top van de
zaagblad los en draai de stelschroef een
kwart (1/4) slag te draaien totdat de ket-
ting niet langer hangt.
Stelschroef een kwart slag (1/4)
5. Bij het optillen van de top van de
zaagblad moeten de zaagbladm oeren
stevig worden vastgedraaid met het stuk
afstelling zaagblad/ketting.
NL
71
Zaagbladmoeren
6. Gebruik het schroevendraaier--uiteinde
van het stuk afstelling zaagblad/
kettingom de ketting rondom de
zaagblad te leggen.
7. Als de ketting niet draait, zit hij te strak.
Draai de zaagbladmoeren enigszins los,
en maak de ketting losser door de
afstelschroef linksom te draaien. Draai
de moeren daarna weer vast.
8. Als deketting te los zit, hangt hijbeneden
de zaagblad. De zaag moet NIET
worden gebruikt als de ketting te los is.
W AARSCHUWING: Als de zaag
met een te losse ketting wordt gebruikt kan
de ketting van de zaagblad afspringen, het-
geen ernstige verwonding tot gevolg kan
hebben.
BEDIENING
VOORDAT U DE MOTOR START
W AARSCHUWING: Alvorens u
begint, dient u de informatie met betrekking
tot brandstof in de veiligheidsvoorschriften
te lezen. Indien u de veiligheidsvoorschriften
niet begrijpt, dient u uw apparaat niet te voor-
zien van brandstof. Neem contact op met
een erkende servicedealer.
HET ZAAGBL AD EN DE KETTING
SMEREN
W AARSCHUWING: Hetzaagblad
en de ketting dienen voortdurend te worden
gesmeerd.
V oor de sm ering wordt gezorgd door het auto-
matische smeersysteem wanneer de olietank
gevuld blijft. Zonder olie gaan het zaagblad en
de ketting zeer snel stuk. Te weinig olie leidt tot
oververhitting, hetgeen zichtbaar wordt door
het ontstaan van rook bij de ketting en/of een
verkleuring van het zaagblad.
V oor het smeren van het zaagblad en de ket-
ting dient u alleen zaagblad-- en kettingolie te
gebruiken.
Oliedop
Dop
brandstofmengsel
MOTOR VAN BRANDSTOF VOOR-
ZIEN
W AARSCHUWING: V erwijder de
brandsto fdop langzaam bij het opvullen met
brandsto f.
Deze motor is gecertificeerd voor het gebruik
van loodvrije benzine. Voordat u bijvult, moet
de benzine gemengd worden met een goede
kwaliteit 2--cicli luchtgedroogde motorolie die
gefabriceerd is om gemengd te worden met
een verhouding van 40:1. Een verhouding van
40:1 kan worden verkregen door 5 liter
loodvrije benzine te mengen met 0,125 liter
olie. GEBRUIK GEEN olie voor
motorvoertuigen of vaartuigen. Deze olie
beschadigt de motor. Volg bij het mengen de
instructies die vermeld zijn op de container van
de olie. Nadat de olie is toegevoegd aan de
benzine moet u de container even goed
schudden om er zeker van te zijn dat de
brandstof goed gemengd is. Lees voor het
vullen van uw machine met brandstof altijd de
veiligheidsvoorschriften en volg deze op.
VOORZICHTIG: Gebruik nooit zuivere
benzine in uw apparaat. Dit leidt tot
onherste lbare schade aan de motor .
BRANDSTOFVEREISTEN
Gebruik ongelode benzine van een goede
kwaliteit. Het minimaal aanbevolen
octaangehalte is 90 (RON).
BELANGRIJK
Het gebruik van brandstoffen gemengd met
alcohol (meer dan 10% alcohol) kan leiden
tot grote problemen met de m otorprestaties
en de levensduur van uw machine.
W AARSCHUWING: Onjuist
gebruik van brandstof en/of smeermiddelen
leidt de problemen zoals: onjuiste
inschakelingen koppeling, oververhitting,
stoomblokkering, vermogensverlies,
onvoldoende smering, aantasting van
brandstofleidingen, pakkingen en interne
componenten van de carburateur, enz.
Brandstoffen gemengd met alcohol
veroorzaken hoge vochtabsorptie in het
brandstof/oliemengsel het geen leidt tot
scheiding van de olie en de brandstof.
KETTINGREM
Indien de rem reeds is geactiveerd, wordt
deze uitgeschakeld door de voorste hand-
bescherming zover mogelijk naar de voorste
handgreep te trekken. Bij het zagen met de
kettingzaag, dient de kett ingrem niet te zijn
geactiveerd .
W AARSCHUWING: De kett i n g
mag niet bewegen wanneer de motor stationair
draait. Als de ketting beweegt bij het stationair
draaien, raadpleegt u CARBURAT OR AF-
STELLEN in deze handleiding. Raak de ge-
luiddemper niet aan. Een hete geluiddemper
kan ernstige brandwonden veroorzaken.
Om de motor te stoppen beweegt u de
schakelaar naar de stand STOP of UIT.
NL
72
Om de motor te starten houdt u de zaag
stevig tegen de grond, zo als in de onders-
taande afbeelding staat aangegeven. Zorg
ervoor dat de ketting zonder belemmering
kan ronddraaien.
Pak de
voorste
handgreep
met uw lin-
kerhand
Handgreep startmotor
Uw rechtervoet in de achterste handgreep
Gebruik iedere keer dat u trekt slechts
40--45 cm van het koord.
Houd de zaag stevig vast wanneer u
aan het startkoord trekt.
BELANGRIJKE PUNT EN OM TE
ONTHOUDEN
Wanneer u aan het startkoord trekt, dient u
niet de volledige len gte van het koord t e ge-
bruiken omdat dit het koord kan doen bre-
ken. Laat het startkoord niet terugschieten.
Houd de handgreep vast en laat het koord
langzaam oprollen.
Om te starten bij koud weer, start u de ket-
tingzaag met de choke volledig open; geef
de motor de gelegenheid opte warmen voor-
dat u de gashendel inknijpt.
OPMERKING: Zaag geen materiaalterwijl
hendel voor de choke/snel stationair
draaien’ in de stand VOLLEDIG (FULL
CHOKE) staat.
EEN KOUDE MOTOR STAR TEN (of
starten na branstrof bijvullen)
OPMERKING
: Bij de volgende stappen, als
de choke/hendel voor snel stationair lopen he-
lemaal uitgetrokken is, wordt de juiste afstelling
van de gashendel automatisch ingesteld.
AAN
STOP
Choke/hendel
voor snel
stationair lopen
SCHAKELAAR
1. Zet de AAN/STOP scha kelaar in de
AAN--stand.
2. Het knopje voor extra brandstoftoevoer
6 maal langzaam indrukken.
3. T rek de choke/hendel voor snel station-
air lopen helemaal uit (in de VOLLEDIGE
CHOKE Stand).
4. T rek 5 keer krachtig met uw rechterhand
aan het startkoord. Ga vervolgens, over
op de volgende stap.
OPMERKING: Als de motor klinkt alsof hij
gaat aanslaan voor de 5 de keer trekken,
stop met trekken en ga onmiddellijk over tot
de volgende stap.
5. Duw de choke/hendel voor snel station-
air lopen in de HALVE CHOKE stand.
UIT
HALF
VOLLEDIG
CHOKE/HENDEL VOOR
SNEL STATIONAIR LOPEN
6. T rek met uw rechterhand krachtig aan
het startkoord tot de motor aanslaat.
7. Laat de motor ongeveer 30 seconden lo-
pen. Druk dan de gashendel in en laat
hem los om de motor weer stationair te
laten lopen.
EEN WARME MOTOR STARTEN
1. Zet de AAN/STOP scha kelaar in de
AAN--stand.
2. T rek de choke/hendel voor snel station-
air lopen uit tot de stand VOLLEDIGE
CHOKE om de snel stationaire stand in
te stellen, duw daarna de hendel in de
stand HALVE CHOKE.
3. Het knopje voor extra brandstoftoevoer
6 maal langzaam indrukken.
4. T rek met uw rechterhand krachtig aan
het startkoord tot de motor aanslaat.
5. Druk de gashendel in en laat hem los om
de motor weer stationair te laten lopen.
EEN VERZOPEN MOTOR STARTEN
De motor kan verzopen raken door te veel
brandsto f als hij niet aangeslage n is na 10
keer trekken.
V erzopen motoren kunnen ontdaan worden
van het teveel aan brandstof door de choke/
hendel voor snel stationair lopen helemaal in te
drukken(totdeCHOKEUIT--stand)envervol-
gens de procedure voor het starten van een
warme motor te volgen. Controleer of de AAN/
STOP--schakelaar in de AAN--stand staat.
Het starten van de motor kan betekenen dat u
het startkoord meerdere keren uit moet trek-
ken, afhankelijk van hoe ernstig de motor ver-
zopen is. Als de motor niet wil starten, raad-
pleeg de PROB LEMEN OPLOSSEN--TABEL.
KETTINGREM
W AARSCHUWING: Als d e rem-
band te veel versleten is kan hij breken wan-
neer de kettingrem erop wordt gezet. De kettin-
grem stopt de ketting niet als de rem band
gebroken is. De kettingrem moet worden ver-
vangen door een erkende servicedealer als elk
NL
73
willekeurig onderdeel versleten is tot op een
dikte van minder dan 0,5 mm. Kettingrepara-
ties moeten door een erkende servicedealer
worden uitgevoerd. Breng uw apparaat naar
de plaats van aankoop indien bij een service-
dealer aangeschaft, of naar de dichtstbijzijnde
erkende hoofd--servicedealer.
S Deze kettingzaag is uitgerust met een ket-
tingrem. De rem is ontworpen om de ket-
ting bij terugslag te stoppen.
S De inertie--geactiveerde kettingrem wordt
geactiveerd wanneer de voorste handbes-
cherming naar voren wordt geduwd, zowel
handmatig (met de hand) als automatisch
(door een plotselinge beweging).
S Indien de rem reeds is geactiveerd, wordt
deze uitgeschakeld door de voorste hand-
bescherming zover mogelijk naar de
voorste handgreep te trekken.SBij het za-
gen met de kettingzaag, dient de kettin-
grem niet te zijn geactiveerd.
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Controle van funct i oneren ketti n-
grem
W AARSCHUWING: De kettin--
grem moet dagelijks verschillende keren
worden gecontroleerd. Bij het uitvoeren van
deze procedure moet de motor draaien. Dit
is de enige keer dat de zaag op de grond
moet worden gezet terwijl de motor loopt.
Zet de zaag op stevige ondergrond. Pak de
achterste hendel met uw rechterhand beet, en
de voorste hendel met uw linkerhand. Geef vol
gas door de gashendel volledig in te trekken.
Activeer de kettingrem door uw linkerpols te-
gen de handbescherming aan te draaien en
zonder de voorste hendel los te laten. De ket-
ting moet onmiddellijk stoppen.
Controle van activeren door
traagheid
W AARSCHUWING: Bij het uit-
voeren van de volgende procedure m oet de
motor uitgeschakeld zijn.
Pak de achterste hendel met uw rechterhand
beet, en de voorste hendel met uw linkerhand.
Houd de kettingzaag ongeveer 35 cm boven
een boomstronk of ander voorwerp met een
houten oppervlak. Laat de voorste hendel los
en gebruik het gewicht van de zaag om de bo-
venkant van de zaagblad naar voren te laten
vallen en in aanraking te laten komen met de
boomstronk. Wanneer de tip van de stang de
boomstronk raakt, moet de rem geactiveerd
word e n .
SNIJMETHODEN
BELANGRIJKE PUNT EN
W AARSCHUWING: Soms komen
er snippers vast te zitten in het koppeling-
deksel waardoor de ketting vastloopt. Zet de
motor altijd uit voordat wordt begonnen met
schoonmaken.
S Controleer de kettingspanning altijd bij elk
gebruik, en vul uw zaag op met brandstof.
Zie de DE KETTINGSP ANNING CON-
TROLEREN op MONT AGE.
S Zaag alleen hout. Zaag geen metaal, ma-
terialen van plastic, metselwerk, niet-hou-
ten bouwmaterialen, enz.
S De stootpunt kan worden gebruikt als een
draaipunt bij het zagen. Plaats de stootpunt
van de machine direkt achter de betref fende
tak en zwenk met de zaag om dit punt heen.
De stootpunt rolt daarbij tegen de stam .
S Stop de zaag wanneer de ketting een
vreemd voorwerp raakt. Controleer de
zaag en vervang indien nodig onderdelen.
S Houd de ketting uit de buurt van modder en
zand. Zelfs een kleine hoeveelheid modder
zal een ketting snel spanningsloos maken
en de kans op terugslag doen toenemen.
S Oefen met zagen op een aantal kleine
boomstammen door middel van de vol-
gende technieken om u een ”gevoel” voor
het gebruik van uw zaag te geven, voordat
u me t het grote zaagwerk begint.
S Knijp de gashendel in en geef de motor
gelegenheid op volle snelheid te ko-
men voordat u met zagen begint.
S Begin met zagen met het zaagframe te-
gen de boomstam.
S Houd de motor op volle snelheid gedu-
rende de volledige tijd dat u aan het za-
gen bent.
S Laat de ketting het zagen voor u te
doen. Oefen slechts lichte neerwaartse
druk uit.
S Laat de gashendel los zodra het zagen is
voltooid, zodat de motor stationair kan
draaien. Indien u de zaag op volle snel-
heid laat draaien zonder dat er iets te za-
gen is, kan er onnodige slijtage optreden.
S Om te voorkomen dat u de controle
verliest zodra het zagen voltooid is, di-
ent u geen druk uit te oefenen op de
zaag bij het einde van het zagen.
S Stop de motor voordat u de zaag neerlegt.
NL
74
TECHNIEKEN VOOR HET VELLEN
VAN BOMEN
W AARSCHUWING: Zaag niet in
de buurt van gebouwen of elektrische bedra-
ding indien u niet weet in welke richting de
boom zal vallen, niet ’s nachts omdat u dan
niet goed kunt zien, of niet tijdens slecht
weer zoals regen, sneeuw of sterke wind
omdat het vallen dan onvoorspelbaar is.
Maak eerst een zorgvuldige planning voor
uw zaagwerkzaamheden. U heeft een leeg
werkterrein rondom de boom nodig zodat u
stevig ku nt staan. Controleer op gebroken of
dode takken die kunnen vallen en u ernstig
letsel kunnen bezorgen.
De volgende natuurlijke omstandigheden
kunnen ervoor zorgen dat de boom in een
bepaalde richting zal vallen:
S De windrichting en --snelheid.
S De overhelling van een boom. De overhel-
ling van een boom hoeft niet altijd duidelijk
te zijn vanwege ongelijk of hellend terrein.
Gebruik een schietlood of een waterpas
om de richting van het overhellen van de
boom te bepalen.
S Gewicht en takken aan één kant.
S Omringende bomen en obstakels.
Wees op uw hoede voor vertering en verrotting
. Indien de stam verrot is, kan deze breken en
in de richting van de bediener van de zaag
vallen. Wees er zeker van dat er voldoende
ruimte is voor het vallen van de boom. Houd
een afstand aan van
2-1/2 boomlengten vanaf
de dichtstbijzijnde persoon of andere
voorwerpen. Het l awaai van de motor kan
ervoor zorgen dat een waarschuwing niet
gehoord wordt. V erwijder modder, stenen, los
schors, spijkers, nietjes en draad uit de boom
waarin gezaagd gaa t worden.
Valrichting
45_
Plan een duidelijke
uitwijkroute
Uitwijkroute
Uitwijkroute
GROTE BOMEN VELLEN
(diameter van 6 inches of meer)
Voor het vellen van grote bomen wordt de in-
kepingsmethode gebruikt. Een inkeping is
een snede aan die kant van de boom waar
zich de gewenste valrichting bevindt. Nadat
een snede is gemaakt voor het vellen aan de
andere kant van de boom, is de boom
geneigd in de inkeping te vallen.
DE INKEPING ZAGEN EN DE
BOOM VELLEN
S Maak de inkeping door eerst de bovenkant
van de inkeping te zagen. Zaag door tot
1/3
van de diameter van de boom . Voltooi
vervolgens de inkeping d oor de onderkant
van de inkeping te zagen. Raadpleeg de
afbeelding. Wanneer de inkeping is
gezaagd, verwijdert u het hout uit inkeping
in de boom.
Inkeping
Eerste snede
Tweede snede
Laatste snede hier. 2 inch boven
het midden van de inkeping.
5cm
5cm
S Nadat u het hout uit de inkeping heeft
verwijderd, dient u de snede voor het vellen
aan de kant tegenover de inkeping in de
boom te maken. Dit doet u door een snede te
maken ongeveer twee inch hoger dan het
midden van de inkeping. Dit laat voldoende
ongezaagd hout over tussen de snede voor
het vellen en de inkeping, zodat een
scharnier ge vormd kan worden. Deze
scharnier helpt bij het voorkomen dat de
boom in de verkeerde richting zal vallen.
Openen
van snede voor
het vellen
Sluiten van
de inkeping
De scharnier houdt de boom op de
stronk en helpt bij het controleren
van de val
OPMERKING: Voordat de snede voor het
vellen voltooid is, dient u indien nodig wiggen
voor het openen van de snede te gebruiken
om de valrichting te sturen. Gebruik houten
of plastic wiggen, maar nooit stalen of ijzeren
wiggen om terugslag en schade aan de
ketting te voorkomen.
S Wees op uw hoede voor signalen dat de
boom op het punt staat te vallen: krakende
geluiden, het groter worden van de snede
voor het vellen of beweging in de bovenste
takken.
S Zodra de boom begint te vallen, stopt u de
zaag, legt u deze neer en gaat u snel weg
naar uw geplande wijkplaats.
S Om persoonlijk letsel te voorkomen, dient u
een deels gevallen boom niet met uw zaag af
te zagen. Wees extreem voorzichtig met
deels gevallen bomen die slecht
ondersteund worden. Wanneer een boom
niet volledig valt, dient u de zaag terzijde te
leggen en de boom naar beneden te trekken
met een kabellier , takelblok of tractor.
NL
75
EEN GEVA LLEN BOOM ZAGEN
(OPZAGEN)
Opzagen is de term die wordt gebruikt voor
het in stukken zagen van een gevallen boom
zodat de stam de gewenste lengte heeft.
W AARSCHUWING: Gaat niet op
de stam staan die gezaagd wordt. Elk deel
kan omrollen zodat u uw evenwicht en
controle kunt verliezen. Ga niet
bergafwaarts staan ten opzichte van de
stam die gezaagd wordt.
Belangrijke punten
S Zaag maar één stam teg elijkertijd.
S Wees voorzichtig met het zagen van
versplinterd hout, scherpe stukken hout
kunnen in de richting vliegen van degene
die de zaag bedient.
S Gebruik een zaagbok voor het zagen van
kleine stukken hout. Laat nooit iemand
anders een stu k hout vasthouden
wanneer dit gezaagd wordt en houd het
stuk hout nooit met uw been of voet vast.
S Zaag nooit op een plaats waar stam men,
takken en wortels verward zitten. Sleep
voor het zagen de stammen naar een
ontruimd gebied door eerst blootliggende
en vrijgemaakte stammen te verwijderen.
ZAAGMETHODEN GEBRU IKT
VOOR OPZAGEN
W AARSCHUWING: Als een zaag
klem komt te zitten in een sta m of blijft
steken, moet u niet proberen deze met
kracht vrij te maken. U kunt de controle over
de zaag verliezen hetgeen kan resulteren in
persoonlijk letsel en/of schade aan de zaag.
Stop de zaag, duw een wig van plastic of
hout in de sned e totdat de zaag eenvoudig
kan worden verwijderd. Start de zaag
opnieuw en ga voorzichtig terug in de snede.
Doe geen poging de zaag opnieuw te starten
wanneer deze klem zit in een stam of blijft
steken.
Schakel de zaag UIT en gebruik een
plastic of houten wig om de snede open
te duwen.
Bovenlangs zagen begint aan de
bovenkant van de stam met de onderkant
van de zaag tegen de stam. Bij bovenlangs
zagen dient u lichte neerwaartse druk uit te
oefenen.
Bovenlangs zagen
Onderlangs zagen
Onderlangs zagen gaat om het zagen aan de
onderkant van de stam met de bovenkant van
de zaag tegen de stam. Bij onderlangs zagen
dient u lichte opwaartse druk uit te oefenen.
Houd de zaag stevig vast en verlies geen
controle. De zaag zal de neiging vertonen naar
u toe te duwen.
W AARSCHUWING: Draai bij
onderlangs zagen nooit de zaag
ondersteboven. In deze positie heeft u geen
controle over de zaag.
Tweede snede
Eerste snede aan de drukkant
van de stam
Eerste snede aan de drukkant
van de stam
Tweede snede
OPZAGEN ZONDER
ONDERSTEUNING
S Overzagen tot 1/3 van de diameter van de
stam.
S Rol de stam om en voltooi het zagen door
voor de tweede maal te overzagen.
S Let vooral op stammen die onder spanning
staan zodat de zaag niet klem komt te zitten.
Maak de eerste snede aan de drukkant om
de spanning in de stam op te heffen.
OPZAGEN MET EEN STAM OF
SCHRAAG
S Onthoud dat u altijd eerst aan de drukkant
van de stam dient te zagen.
S De eerste snede moet zich uitstrekken
over
1/3 van de diameter van de stam.
S Voltooi uw werk met de tweede snede.
2
e
snede
Met een stam
1
ste
snede
2
e
snede
1
ste
snede
1
ste
snede
2
e
snede
Met een schraag
NL
76
2
e
snede
1
ste
snede
TAKKEN AFZ AGEN EN SNOEIEN
W AARSCHUWING: Wees u
bewust van, en pas op voor terugslag. Laat
de ronddraaiende ketting bij het afsnijden of
snoeien van takken niet in aanraking komen
met andere takken of voorwerpen. Dergelijk
contact laten gebeuren kan ernstige
verwonding tot gevolg hebben.
W AARSCHUWING: Klim nooit in
een boom om takken af te zagen of te
snoeien. Ga niet op een ladder, verhoging,
stam of in een andere positie staan waarin u
uw evenwicht of uw controle over de zaag
zou kunnen verliezen.
BELANGRIJKE PUNT EN
S Wees op uw hoede met takken onder
spanning. Wees extreem voorzichtig bij het
zagen van takken met kleine afmetingen.
Dun m ateriaal ka n vast komen te zitten in de
zaagketting en naar u toe worden geslingerd
of u uit balans trekken.
S Wees op uw hoede voor terugslag. Kijk uit
voor takken die gebogen zijn of onder druk
staan. Vermijd dat u door de tak of de zaag
wordt geraakt wanneer de spanning in de
houtvezels vrijkom t.
S Haal regelmatig takken uit de weg om te
voorkomen dat u daarover struikelt.
TAKKEN AFZAGEN
S Verwijder altijd de takken van een boom
nadat deze is omgezaagd. Alleen dan kan
het verwijderen van de takken veilig en op
de juiste manier gebeuren.
S Laat de grotere takken onder de gevelde
boom liggen als ondersteuning van de
boom terwijl u werkt.
S Start aan de onderkant van de boom en
werk vervolgens naar boven terwijl u de
dikke en dunne takken afzaagt. Alle kleine
takken dient u me t één snede af te zagen.
S Houd zoveel mogelijk de boom tussen u
en de ketting.
S Verwijder de grotere, ondersteunende
takken met de zaagtechnieken die in het
gedeelte over opzagen staan beschreven.
S Verwijder altijd met overzagen kleine en
vrij hangende takken. Onderlangs zagen
kan ervoor zorgen dat de takken vallen en
dat de zaag klem komt te zitten.
SNOEIEN
W AARSCHUWING: Beperk het
snoeien tot takken op schouderhoogte of
daaronder. Zaag geen takken af die hoger zijn
dan uw schouder . Vraag een vakman voor dit
werk.
S Zaag uw eerste snede door
1/3 langs
de onderkant van de tak.
S Zaag vervolgens een 2e snede door
de gehele tak. Zaag tot slot een derde
snede met overzagen waarmee u een
kraag van 1 tot 2 inch overlaat vanaf de
stam van de boom.
Eerste snede
Tweede snede
Derde
snede
Kraag
Snoeitechniek
ONDERHOUD EN AFSTELLEN
W AARSCHUWING: Koppel de
bougie los alvorens u onderhoud pleegt, be-
halve bij het afstellen van de carburator.
Wij raden u aan al het onderhoud en afstellen
dat niet in deze handleiding staat vermeld, te
laten verrichten door een erkende
servicedealer .
ONDERHOUD
Controleren:
Benzineniveau Alvorens elk gebruik........
Smering Alvorens elk gebruik..............
Kettingspanning Alvorens elk gebruik......
Ketting slijpen Alvorens elk gebruik.........
Losse onderdelen Alvorens elk gebruik.....
Losse dop Alvorens elk gebruik............
Losse bevestigingen Alvorens elk gebruik...
Beschadigde
onderdelen Alvorens elk gebruik............
Inspecteer en reinig:
Zaagblad Alvorens elk gebruik.............
Kettingzaag Na elk gebruik...........
Luchtfilter Na 5 gebruiksuren*.............
Kettingrem Na 5 gebruiksuren*............
Sgeluiddemper en het
vonkwerend scherm Na 25 gebruiksuren*...
Bougie vervangen Jaarlijks....
Brandstoffilter
vervangen Jaarlijks............
*Gebruiksuren
NL
77
LUCHTFILTER
W AARSCHUWING: Reinig het fil-
ter niet met benzine of ander ontvlambaar
oplosmiddel om brandgevaa r en de uitstoot
van schadelijke dampen te voorkomen.
Op de volgende wijze reinigt u het
luchtfilter:
Een vuil luchtfilter vermindert de prestaties
van de motor en vergroot het
brandsto fgebruik en de uitstoot van
schadelijke dampen. Reinig het altijd na 5
gebruiksuren.
1. Reinig het deksel en de ruimte daarom-
heen om te voorkomen dat vuil en zaag-
sel in de carburator vallen wanneer het
deksel is verwijderd.
2. Verwijder de onderdelen zoals staat aan-
gegeven.
3. W a s het filter met water en zeep. Geef
het filter de gelegenheid om te drogen.
4. Onderdelen vervangen.
Deksel
luchtfilter
Luchtfilter
Cilinderkap
ONDERHOUD VAN HET
ZAAGBLAD
Als uw zaag naar één kant zaagt, door de
kap moet worden geforceerd of met een ver-
keerde hoeveelheid geleidersmering heeft
gelopen, kan het noodzakelijk zijn onder-
houd aan de zaagblad te verrichten. Een
versleten geleider beschadigt de ketting en
bemoeilijkt het zagen.
Verze ker na elk gebruik dat de
AAN--/STOP--schakelaar op de STOP--
stand staat, en veeg daarna alle zaagsel van
de zaagblad en het tandwielgat af.
Onderhoud aan de zaagblad verrichten:
S Zet de AAN--/STOP--schakelaar op de
STOP--stand.
S Draai de moeren van de kettingrem los en
verwijder zowel de moeren als de kettin-
grem. Haal de zaagblad en ketting van de
zaa g af.
S Maak de oliegaten en geleidegroef na elke
5 draaiuren schoon.
Het zaagsel van de
zaagblad vegen
De gaten oliën
S Bramen op de zaagblad is een norm aal
proces van railslijta ge. Vijl deze bramen af
met een platte vijl.
S Als de bovenkant van de rails ongelijk zijn,
gebruikt u een platte vijl om de randen en zij-
kanten bij te vijlen tot ze weer vierkant zijn.
Groef reparerenVersleten groef
De randen en
zijkanten van
de rail vierkant
vijlen
De zaagblad moet worden ve rvangen als de
groef versleten is, de zaagblad verbogen of
gescheurd is, of als de rails aan overmatige
hitte zijn blootgesteld of bramen hebben. Als
vervanging noodzakelijk is, moet uitsluitend
de in de reparatieonderdelenlijst voor uw
kettingzaag gespecificeerde zaagblad wor-
den gebruikt.
BOUGIE
De bougie moet elk jaar worden vervangen om
te verzekeren dat de motor gemakke lijker start
en beter loopt. De ontstekingsafstelling staat
vast en kan niet worden afgesteld.
1. Draai de 3 schroeven op de cilinderkap
los.
2. Verwijder de cilinderkap.
3. T rek de bougiedop eraf.
4. Haal de bougie uit de cilinder en gooi
hem weg.
5. Vervangen met een Champion
RCJ--7Y--bougie en stevig vastdraaien
met een 19 mm dopsleutel. De vonkaf-
stand moet 0,5 mm bedragen.
6. Zet de bougiedop er weer op.
7. Monteer de cilinderkap met de 3 schroe-
ven. Stevig vastdraaien.
Cilinderkap
Bougiedop
Bougie
NL
78
KETTING SLIJPEN
W AARSCHUWING: Het onjuiste
technieken voor het scherpen van de ketting
en/of onderhoud van de dieptemeter vergroot
de kans op terugslag, dat in ernstig letsel kan
resulteren.
W AARSCHUWING: Draag
beschermende handschoenen bij het
hanteren van de ketting. De ketting is scherp
en u kunt zich er zelfs aan snijden wanneer
deze niet beweegt.
In de volgende gevallen moet de ketting
worden gescherpt:
S Vermindering van de grootte van de
houtspaanders. De grootte van de
houtspaander neemt af als de ketting botter
wordt tot de houtspaander meer poeder is
dan spaander . Merk op dat dood of rot hout
geen goede spaanders oplevert.
S De zaag snijdt naar een kant of onder een
hoek.
S De zaag moet met kracht door de snede
worden getrokken.
Ver ei s t e gereedschappen :
S Ronde vijl en vijlhouder met een diameter
van5/32inch(4mm)
S Platte vijl
S Dieptemeter
KETTING SCHERPEN:
1. Zet de AAN/STOP scha kelaar in de
STOP--stand.
2. C ontroleer of de ketting op de juiste
spanning staat. Pas zo nodig de
kettingspanning aan.
3. S cherp de beitels.
S Om de beitels te scherpen, dient u de
vijlhouder (90° ) zo te plaatsen dat deze
op de bovenste randen van de beitels
en de dieptemeting rust.
OPMERKING: De ketting heeft
linker en rechter beitels.
Deiptemeting
Vijl
Vijlhouder
Beitel
90°
S Lijn de markering van de 30° vijlhouder
uit met de balk en het m idden van de ket-
ting.
Beitel
Beitel
30°
Lijn van vijlhouder
S Scherp de beitels van de ketting eerst
aan een kant. Vijl van de binnenkant van
iedere beitel naar de buitenkant. Draai
vervolgens de kettingzaag en herhaal het
proces voor de andere kant van de ket-
ting.
S Vijl alleen met een voorwaartse
beweging; maak 2 of 3 vijlbewegingen
per snijrand.
S Houd alle beitels op dezelfde lengte
tijdens het vijlen.
S Vijl voldoende van de beitels af om
schade aan de snijranden te verwijderen
(zijplaat en bovenplaat van de beitel).
Alle beitels
zelfde lengte
Beschadigingen
verwijderen
Bovenplaat
Zijplaat
S Vijl de ketting zodat deze voldoet aan
de weergegeven specificaties.
30°
80°
60°
Afgeronde
hoek
0,65 mm
Juist
Hoek
Onjuist
Haaks
afgevijlde
hoek
Te scherpe hoek
W AARSCHUWING: Handhaaf de
correcte hoek overeenkomstig de specificaties
van de fabrikant voor de ketting die u gebruikt.
Een onjuiste hoek vergroot de kans op terugs-
lag, dat in ernstig letsel kan resulteren.
4. C ontroleer de onderste dieptemeting.
Dieptemeter
Dieptemeting
Vijl
S Plaats de meter op de beitel.
S Als de dieptemeting groter is dan de
dieptemeter, vijl de beitels dan af tot de
bovenkant van de dieptemeter .
S Houd de hoeken aan de voorkant
van de dieptem eting ro nd met een
platte vijl.
OPMERKING: De boven-
kant van de dieptemeting moet vlak te
zijn en de voorkant moet met een platte
vijl zijn afgerond.
Als u meer hulp nodig heeft of niet zeker bent
over de uitvoering van deze procedure, neem
dan contact op met een geautoriseerde servi-
cedealer.
NL
79
CARBURATOR AFSTELLEN
W AARSCHUWING: Houd ander-
en op een afstand wanneer bijstellingen aan de
stationair lopen--snelheid worden gemaakt. Tij-
dens het grootste deel van deze procedure zal
de ketting in beweging zijn. Draag uw bescher-
mende uitrusting en neem alle veiligheidsvoor-
zorgsmaatregelen in acht. Nadat de bijstellin-
gen zijn gemaakt moet de ketting bij het
stationair lopen niet draaien.
De carburator is zorgvuldig op de fabriek
ingesteld. Bijstelling(en) van de stationaire
snelheid kunnen noodzakelijk zijn, als u een of
meer van de volgende condities waarneemt:
S De motor loopt niet stationair wanneer de
regelklep wordt losgelaten. Zie STATION-
AIRESNELHEID AFSTELLEN -- T.
S De ketting beweegt tijden het stationair lo-
pen. Zie STATIONAIRESNELHEID AF-
STELLEN -- T.
Stationairesnelheid Afstellen -- T
Laat de motor stationair lopen. Als de ketting
beweegt is de stationaire snelheid te hoog.
Als de motor afslaat is de stationaire
snelheid te laag. Stel de snelheid bij totdat
de motor draait zonder beweging van de
ketting (stationair lopen was te hoog) of
afslaat (stationair lopen was te laag). De
schroef voor het stationair lopen bevindt zich
in het gebied boven de aanslagbal en is
gemarkeerd met een T.
S Draai de schroef (T) voor de stationaire
snelheid rechtsom om de motorsnelheid te
verhogen als de motor afslaat.
S Draai de schroef (T)voor de stationaire
snelheid linksom om de motorsnelheid te
verlagen als de ketting tijdens het station-
air lopen in beweging is.
OPSLAG
W AARSCHUWING: Stop de
motor, geef deze de gelegenheidaf te koelen
en maak de kettingzaag stevig vast voordat
u deze opslaat of in een voertuig vervoert.
Bewaar het apparaat op een plaats waar
brandsto fdampen niet in aanraking kunnen
komen met vonken of open vuur van geisers,
elektrische motoren of schakelaars, ovens,
enz. Sla de kettingzaag op met alle
stootplaten op hun plaats. Plaats de zaag zo
dat deze niet per ongeluk persoonlijk letsel
kan veroorzaken bij voorbijgangers. Sla de
zaag buiten het bereik van kinderen op.
S Voordat u de zaag opslaat, dient u alle
brandstof uit het apparaat te verwijderen.
Start de motor en laat deze lopen totdat
deze stopt.
S Reinig de zaag voordat u deze opslaat. Let
vooral op de plaats van de luchtinlaat en
houd deze vrij van vuil. Gebruik een mild
schoonmaakmiddel en een spons om de
plastic oppervlakken te reinigen.
S Bewaar het apparaat niet op een plaats
waar brandstofdampen in aanraking
kunnen komen met vonken of open vuur
van geisers, elektrische motoren of
schakelaars, ovens, enz.
S Bewaar de zaag op een droge plaats,
buiten het bereik van kinderen.
S Zorg ervoor dat de machine goed is
schoongemaakt en dat een volledige
servicebeurt is gegeven voor een lange
periode van stalling.
S De transportbescherming van de
snij--uitrusting moet tijdens transport of
opslag van de machine altijd aangebracht
zijn, om abusievelijk contact met de
scherpe ketting te vermijden. Ook een
ketting die n iet beweegt, kan ernstig letsel
toebrengen aan de gebruiker of andere
personen, die de ketting aanraken.
W AARSCHUWING: Het is belan-
grijk dat u voorkomt dat er zich tijdens de op-
slag gomafzettingen vormen in belangrijke
onderdelen van het brandstofsysteem zoals
de carburator, het brandstof filter, de brand-
stofslang of de brandstoftank. Met alcohol
gemengde brandstoffen (gasohol genaamd
of met behulp van ethanol of methanol) kun-
nen tijdens de opslag vocht aantrekken, het-
geen leidt tot de scheiding van het brandstof-
mengsel en de vorming van zuren. Zuurrijk
gas kan de motor beschadigen.
NL
80
PROBLEEM REDEN OPLOS SING
De motor start
niet.
1. AAN/UIT--schakelaar op de
UIT--stand.
2. Motor verzopen.
3. Brandstoftank leeg.
4. Bougie vonkt niet.
5. Brandstof bereikt de
carburator niet.
1. Zet de AAN/UIT--schakelaar op de
AAN--stand.
2. Zie de “Start Instructies op Bediening.
3. Tank opvullen met juiste
brandst ofmengsel.
4. Nieuwe bougie inzetten.
5. Controleer op vuile brandstof filter;
vervangen. Controleer op geknikte
of gespleten brandstof leiding;
repareren of vervangen.
Motor loopt
stationair niet
goed.
1. Stationair lopen--snelheid
moet worden bijgesteld.
2. Carburetor moet worden
bijgesteld.
1. Zie de “Carburetor afstellingen” op
Onderhoud.
2. Contact opnem en met erkende
servicedealer .
PROBLEMEN OPLOSSEN--T
A
BEL
W AARSCHUWING: Koppel de bougie los alvorens u onderhoud pleegt, behalve bij
het afstellen van de carburator .
Motor acceler-
eert niet, heeft
geen kracht, of
slaat ar onder
belasting.
1. Vuil luchtfilter.
2. Vuile bougie.
3. Kettingrem wordt
ingeschakeld.
4. Carburetor moet worden
bijgesteld.
1. Luchtfilter schoonmaken of
vervangen.
2. Bougie schoonmaken of vervangen;
afstand opnieuw instellen.
3. De kettingrem ontkoppelen.
4. Contact opnem en met erkende
servicedealer .
Motor rookt
erg.
1. Brandstofmengsel onjuist. 1. Bra nd s to ftan k leegmak en en
opnieuw vullen met juiste brandstof
mengsel.
Bij stationair
lopen komt de
ketting in be-
weging.
1. Stationair lopen--snelheid
moet worden bijgesteld.
2. Koppeling moet worden
gerepareerd.
1. Zie de “Carburetor afstellingen” op
Onderhoud.
2. Contact opnem en met erkende
servicedealer .
NL
81
VERKLARING VAN CONFORMITEIT
Voor de volgende uitrusting/et volgende product: Kettingzaag
Typenaam: FBKS 4014
Handelsmerk: Florabest
Naam van de importeur: hortus Gmb H
Adre s van de importeur: H ans--Lorenser--Str 40
89079 Ulm
Germany
Hierbij bevestigen wij de conformiteit aan de vereisten beschreven in Richtlijn van de raad:
2006/42/EC, 2004/108/EC, 2000/14/EC + 2005/88/EC, 2004/26/EC
Voor de evaluatie met betrekking tot de naleving van deze Richtlijnen waren de volgende
normen van toepassing:
EN ISO 11681-1:2009, EN ISO 14982:2009
Geluidsdrukniveau: 99,7 dB(A)
Geluidsniveau: 108,7 dB(A)
Geluidsniveau garantie: 113 dB(A)
Persoon die verantwoordelijk is voor deze verklaring:
Naam, voornaam: Ronnie E. Goldman
Functie/titel: Technische directeur
Erkende vertegenwoordiger en
verantwoordelijk voor technische documentatie
2011-05-15
EU---conformiteitsverklaring
volgens richtlijnen:
2006/42/EC, 2004/108/EC
2000/14/EC + 2005/88/EC, 2004/26/EC
NL
82
TECHNISCHE SPECIFICATIES
Tec hnische specificaties
FBKS 4014
Motor
Cilinderinhoud, cm
3
40
Slaglengte, mm 32
Stationair toerental, t/min 3000
Vermogen, kW 1,5/9000
Onts tekingssysteem
Bougie Champion RCJ 7Y
Elektrodenafstand, mm 0,5
Brandstof--/smeersysteem
Inhoud benzinetank, ml 340
Capaciteit oliepomp bij 8.500 omw./min., m l/min. 4 -- 8
Inhoud olietank, ml 200
Type oliepomp Automatisch
Gewicht
Motorzaag zonder zaagblad, ketting en met
lege tanks, kg 5,5
Lawaai--emissie
(zie opm. 1)
Geluidsvermogen, gemeten dB(A) 108,7
Geluidsvermogen, gegarandeerd L
WA
dB(A) 113
Geluid sniveau
(zie opm. 2)
Equivalent geluidsdrukniveau bij het oor
van de gebruiker , dB(A) 99,7
Equivalent trillingsniveau, a
hveq
(zie opm. 3)
Voorste handvat, m/s
2
2,4
Achterste handvat, m/s
2
2,4
Ketting/zaagblad
Standaard zaagbladlengte, duim/cm 14/35
Aanbevolen zaagbladlengtes, duim /cm 14/35
Effectieve zaaglengte, duim/cm 13,5/34
Steek, duim 0,375
Dikte van de aandrijfschakel, duim/mm 0,050/1,3
Type aandrijfwielen/aantal tanden 6
Kettingsnelheid bij maximum vermogen, m/sec. 18,5
Opm. 1: Emissie van geluid naar de omgeving gemeten als geluidsverm ogen (L
WA
) vol-
gens EG--richtlijn 2000/14/EG.
Opm. 2: Het equivalente geluidsdrukniveau, volgens ISO 22868, wordt berekend als de
tijdsgewogen energiesom van de geluidsdrukniveaus onder verschillende werkomstandig-
heden. De typische statistische spreiding voor het equivalente geluidsdrukniveau geeft een
standaardafwijking van 1 dB(A).
Opm. 3: Het equivalente trillingsniveau , volgens ISO 22867, wordt berekend als de tijds-
gewogen energiesom van de trillingsniveaus onder verschillende werkomstandigheden. De
gerapporteerde gegevens voor het equivalente trillingsniveau vert onen een typische statis-
tische spreiding (standaardafwijking) 1 m/s
2
.
NL
83
TECHNISCHE SPECIFICATIES
Zaagblad Ketting
Lengte,
Lengte, S teek, Spoorbree dte, Maximum aantal aandrijfschakel
inc h inch mm tanden neuswiel Type (stuks)
14 0,375 1,3 7T Oregon 91VJ 52
14 0,375 1,3 7T Oregon 91VG 52
Zaagblad- en kettingcombinaties
De volgende snijuitrustingen zijn goedgekeurd voor de modellen Florabest FBKS 4014.
0,375
80° 30° 0°
0,050/1,3
0,025/0,65
91VJ
Type Inch Inch/mm Inch/mm Graad° Graad° Graad° Inch/mm inch/cm :dl
91VG
0,375 0,050/1,3
80°
30°
0°
0,025/0,65
5/32 / 4,0
5/32 / 4,0
14/35:52
14/35:52
R
Originalanweisungen
Instructions d’origine
Istruzioni originali
Originele instructies
17

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

Florabest-FBKS-4014
  • ik zoek een klein tandwieltje waar de ketting over loopt Gesteld op 12-4-2021 om 22:23

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Welk type ketting moet ik hebben voor de kettingzaag Gesteld op 14-12-2020 om 18:39

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Van de kettingzaag FBKS 4014 is de ontsteking onregelmatig.Bougie is OK.
    De bougiekabel-spoel heeft op 2 plaatsen een inkerving (ooit klem gezeten).
    De kabel met ontstekingsspoel moet vervangen worden.
    Partnummer? waar bestellen?
    greetenpaul@quicknet.nl
    Paul Gesteld op 17-3-2020 om 16:58

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • welke olie /smeermidel moet ik gebruiken voor de ketting zaag Gesteld op 31-7-2015 om 18:41

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • liefst bio olie zodat je het miljeu minder belast Geantwoord op 29-1-2021 om 08:23

    Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • Ik bezit een FBKS 4614 en daarvan is een veer van de handgreepbevestiging kapot gegaan
    Kan iemand mij zeggen waar ik aan onderdelen kan komen?

    Bart Gesteld op 6-2-2014 om 12:02

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Beste bart in vliermaal rood zit een winkel weet niet hoe die heet maar daar verkopen ze fietsen en is een fietsenmaker en ze slijpen ook kettingen voor kettingzagen en repareren ze ook kettingzagen en daar verkopen ze die veren in een setje van 3 en kosten 9 euro

    Mvg edwin Geantwoord op 17-12-2014 om 19:05

    Waardeer dit antwoord (4) Misbruik melden
  • Heb een Florabest kettingzaag met motor Husqvarna gekocht bij Lidl en valt steeds stil bij het gasgeven om te zagen. Zou graag de technische handleing bekomen van deze motor.Kenmerken:Model: BKS 542e Typ:MS 42 E Motorcode:CS 42 03 A Serie Nr: 73022350. Baujahr 2007 Gesteld op 15-1-2014 om 14:45

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
6
  • carburateur beter afstellen Geantwoord op 22-3-2014 om 20:19

    Waardeer dit antwoord (5) Misbruik melden
  • Heb kennelijk hetzelfde probleem. De zaag houdt soms in als je het apparaat in een andere positie draait. Hij dreigt dan af te slaan. Gedoseerd gasgeven in combinatie met het lichtelijk draaien van de body voorkomt dan afslaan. Soms kan de machine probleemloos stationair draaien. Soms slaat hij tijdens het werken om de haverklap af. Ligt dit aan de afstelling of is er een defect?
    Geantwoord op 18-11-2014 om 09:45

    Waardeer dit antwoord (22) Misbruik melden
  • de florabest heeft geen model met Husqvarna motor. dit zijn allemaal chinese motoren. Sorry om je uit je droom te halen Geantwoord op 13-7-2015 om 17:15

    Waardeer dit antwoord (6) Misbruik melden
  • Het stilvallen van de motor met gasgeven was niet mijn vraag.Mijn vraag was waar kan ik een benzine opvoer pompje kopen (primer balg) Geantwoord op 14-7-2015 om 07:35

    Waardeer dit antwoord (9) Misbruik melden
  • Bij mij lag het aan een te oude jerrycan met brandstof.
    Zelf een goede mengsmering maken, dan loopt hij het beste bij mij en slaat niet af.
    Geantwoord op 9-3-2016 om 20:44

    Waardeer dit antwoord (2) Misbruik melden
  • Klik op deze LINK

    er zijn er nog veel meer vanaf 9,90 dacht ik. Geantwoord op 19-5-2017 om 19:07

    Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • Topic is al enige jaren oud maar wellicht zijn er toch mensen die naar deze klacht zoeken.
    Zelf had ik ook klachten van slecht, goed en of zelfs niet starten bij willekeur tot blaren aan toe.
    Zaag nieuw nooit gebruikt, pas toen garantie voorbij was gaan gebruiken.
    De oplossing was uiteindelijk simpel, de ontsteking zat veel te ver van vliegwiel gemonteerd en maakte bovendien slecht contact met massa door olie wat gezien de plek al vanaf fabriek hier moet hebben gezeten.
    Alles schoongemaakt en goed afgesteld.
    Bij de eerste keer starten zonder choke sloeg machine aan en doet dit na maanden nog steeds.
    Ik gebruik Aspen 2 takt benzine. Geantwoord op 1-6-2018 om 18:34

    Waardeer dit antwoord (3) Misbruik melden

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Florabest FBKS 4014 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Florabest FBKS 4014 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 0,49 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Florabest FBKS 4014

Florabest FBKS 4014 Gebruiksaanwijzing - English - 20 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info