Regelgeving en veiligheid
Naam van het model: FB202
De weegschaal meet lichaamsvet met behulp van bio impedantieanalyse. ITO-elektroden vormen
een patroon op de bovenkant van de weegschaal en sturen een klein, veilig signaal door het lichaam
om impedantie te meten.
Type BF Toegepast onderdeel
Dit symbool geeft aan dat het oppervlak van de weegschaal een onderdeel van het type BF is dat
bedoeld is om een elektrofysiologisch signaal af te geven aan en van de gebruiker. De weegschaal
meet de lichaamsmassa aan de hand van een bio impedantieanalyse. ITO-elektroden vormen een
patroon op de bovenkant van de weegschaal en sturen een klein, veilig signaal door het lichaam
om impedantie te meten.
Aria 2 wordt niet in alle onderstaande landen beschouwd als een medisch hulpmiddel, behalve in de
Verenigde Staten.
VERENIGDE STATEN: verklaring van de Federal
Communications Commission (FCC)
Dit apparaat voldoet aan Onderdeel 15 van de FCC-
voorschriften. De volgende twee voorwaarden zijn van
toepassing op het gebruik: Dit apparaat mag geen schadelijke
interferentie veroorzaken en
Dit apparaat moet ontvangen interferentie aanvaarden, inclusief interferentie die een ongewenste
werking kan veroorzaken
Waarschuwing FCC
Veranderingen of modificaties die niet werden goedgekeurd door Fitbit, Inc. kunnen de bevoegdheid
van de gebruiker om het apparaat te bedienen ongeldig maken.
Opmerking: Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen
voor een digitaal apparaat van Klasse B, conform Onderdeel 15 van de FCC-voorschriften. Deze
beperkingen zijn bedoeld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie
bij installatie in een woonomgeving. Deze apparatuur genereert, gebruikt en kan radiofrequentie-
energie uitstralen en kan, indien niet geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de
instructies, schadelijke interferentie veroorzaken voor radiocommunicatie. Er is echter geen
garantie dat er geen interferentie zal optreden bij een bepaalde installatie. Als dit apparaat
schadelijke interferentie veroorzaakt voor de ontvangst van radio of televisie, wat kan worden
vastgesteld door het apparaat aan en uit te zetten, wordt de gebruiker aangeraden de interferentie
te corrigeren door een of meer van de volgende maatregelen te treffen:
Richt de ontvangstantenne naar een andere richting of verplaats deze
Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de ontvanger
Sluit het apparaat aan op een stopcontact van een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is
aangesloten