5.1 Computerbuttons
SCAN:
Shows different values, first. Speed and RPM to Level and
Watt, than to METS and finally will activate the Scan mode,
in which all values will be shown automatically.
Display:
Switch the DOT-Matrix from the profile to the 400m lap.
Program keys:
The Program Keys are used to preview each program. If you
decide that you want to try a program, press the correspon-
ding program key and then press the Enter key to select the
program and enter into the data-setup mode.
START:
Starts the computer for your exercise.
STOP:
By pressing STOP, the computer will stop counting. All
values will be saved for five minutes, even if the monitor is in
sleeping mode. In the programming mode, a pressing of
STOP, will perform a previous screen function, means you
can go back for one step. If it will be pressed twice during
workout, the program will end and the console will do the
start up screen. If you press it for more than 3 seconds, all
datas will be reset.
-/+:
Values will be in or decreased.
ENTER:
Pressing ENTER will confirm the set values
FAN:
Will activate the fan for a cooler air
Pulsemeasurement
Pulse measurement with the chest strap: The computer is
equipped with a chip, which makes wireless pulse transmis-
sion possible using a chest strap (5.0 – 5.5 kHz). the
heartrate function will be show by a blinking heart icon (this
may takes some seconds). The Message Window will display
your heart rate, or Pulse, in beats per minute. The Bar Graph
represents the percentage of your maximum heart rate you
are currently achieving
Warning: Systemes for heartrate control maybe
incorrect. Too much exercise can cause injuries
or death. If you feel weak or dizziness stop the
exercise immediatly.
10
5.1 Computer keys
SCAN:
Als het display verandert van snelheid en RPM naar niveau
en watt, wordt METS nogmaals ingedrukt en een nieuwe
druk activeert de scanmodus, d.w.z. alle waarden worden
automatisch na elkaar weergegeven.
Weer te geven:
De weergave van de DOT-matrix verandert van het trainings-
profiel in de ronde van 400 m.
Programma knoppen:
Deze worden gebruikt om het bijbehorende profiel te
selecteren. Druk op ENTER om het weergegeven program-
ma te bevestigen.
START:
Start de computer voor uw training.
STOP:
De training kan worden gestopt door op te drukken. Alle
gegevens worden vijf minuten bewaard, zelfs als het display
niet brandt.
Tijdens het programmeren betekent het indrukken van de
STOP-knop dat u vooraf een programmastap opnieuw
activeert. Als je tijdens de training twee keer op STOP drukt,
eindigt je training en begint alles vanaf nul te tellen. Als u lan-
ger dan drie seconden op de STOP-knop drukt, worden alle
waarden verwijderd
.
- / +:
Verhogen / verlagen van functiewaarden. Lang indrukken
activeert het snel scrollen.
ENTER:
Bevestig functiewaarden of programma‘s.
FAN:
De ventilator kan worden geactiveerd door op te drukken.
Pulse
Hartslagmeting met borstband: de computer is uitgerust met
een chip die draadloze pulsoverdracht mogelijk maakt met
een borstband (5,0 - 5,5 kHz). De pulsoverdracht wordt
weergegeven met een knipperend hart, dat enkele seconden
kan duren. Het onderste display toont uw pulswaarde, de
LED naast het hartsymbool geeft het percentage pulswaarde
weer.
Waarschuwing: hartslagbewakingssystemen kun-
nen onnauwkeurig zijn. Overmatig bewegen kan
leiden tot ernstige gezondheidsschade of de
dood. Als u zich duizelig / zwak voelt, stop dan
onmiddellijk met de training!