Achterruitwisser
Draaiknop F in stand
'
.
Ruitensproeiers
Trek de hendel naar het stuur.
Als u bij ingeschakelde dimlichten de hendel
naar het stuur trekt, schakelen ook de kop-
lampsproeiers in.
Achterruitsproeier
Duw de hendel naar het dashboard.
Ruitenwissers
A ruitenwissers uitgeschakeld
B wissen met interval
C langzaam continu wissen
D snel continu wissen
E tijdelijk wissen.
HENDELS AAN HET
STUUR
Buitenverlichting
å
verlichting uitgeschakeld
6
buitenverlichting (“stadslicht”)
ingeschakeld
2
dimlichten ingeschakeld
1
het grootlicht wordt ingeschakeld als u
de hendel naar het dashboard duwt
2
A
inschakeling schemersensor (automati-
sche in-/uitschakeling van de dimlichten
en de buitenverlichting op basis van de
lichtsterkte buiten).
Richtingaanwijzers (pijlen)
a rechter richtingaanwijzer
b linker richtingaanwijzer.