9
❒
het bestuurdersportier wordt geopend
en de gas- en rempedaal al minstens 1,5
seconden niet worden ingetrapt;
❒
een storing in de versnellingsbak is
waargenomen.
PARKEREN
Om veilig te parkeren moet, met de voet
op het rempedaal, de 1e versnelling of de
achteruit (R) worden ingeschakeld en als
u op een helling staat, de handrem wor-
den aangetrokken; het is bovendien nood-
zakelijk dat de weergave van de inge-
schakelde versnelling van het instelbare
multifunctionele display verdwijnt, voor-
dat het rempedaal wordt losgelaten.
WAARSCHUWING Verlaat de auto
NOOIT als de versnellingsbak in de vrij-
stand (N) staat.
ALGEMENE
WAARSCHUWINGEN
❒
Houd het rempedaal altijd ingetrapt bij
stilstaande auto en ingeschakelde ver-
snelling, totdat u wilt wegrijden; laat
vervolgens het rempedaal los en geef
geleidelijk gas;
❒
zet de versnellingsbak in de vrijstand
(N) als de auto lang stilstaat met een
draaiende motor;
❒
als de auto stilstaat op een helling moet,
om beschadiging aan de koppeling te
voorkomen, geen gebruik worden ge-
maakt van het gaspedaal om wegrollen
te voorkomen; door oververhitting
kan de koppeling beschadigd worden.
Maak gebruik van het rempedaal en trap
het gaspedaal alleen in als u wilt weg-
rijden;
❒
rijd alleen weg in de tweede versnelling,
als met een zeer lage snelheid wegge-
reden moet worden;
❒
schakel alleen vanuit de achteruit (R)
de eerste versnelling in of omgekeerd,
als de auto geheel stilstaat en het rem-
pedaal is ingetrapt;
❒
hoewel het beslist wordt afgeraden,
kunt u door onvoorziene omstandig-
heden afdalen van een helling met de
versnellingsbak van de auto in de vrij-
stand (N); als u vervolgens een schakel-
opdracht geeft, dan schakelt het sys-
teem automatisch de versnelling in, die
het meest geschikt is om het motor-
koppel over te brengen naar de wielen;
❒
Bij uitgezette motor kan de 1
e
versnel-
ling of de achteruit (R) worden inge-
schakeld met de contactsleutel in stand
MAR en ingetrapte rempedaal. In dit ge-
val moet men een tijdsinterval van 5 se-
conden inlassen tussen twee opeenvol-
gende koppelingen om beschadiging van
het hydraulisch systeem (vooral de
pomp) te voorkomen;
❒
door het gaspedaal snel en volledig in
te trappen en de ASR -indien aanwezig-
met de knop op het dashboard uit te
schakelen kan “sportief” worden weg-
gereden;
❒
door bij het wegrijden op een helling
geleidelijk aan maar volop gas te geven
na de handrem of het rempedaal te
hebben losgelaten, kan de motor op
een hoger toerental draaien en kunnen
steile hellingen met een merkbaar ho-
ger koppel worden opgereden.