1 / INSTALLATIE VAN HET APPARAAT
54
De gasaansluiting dient overeenkomstig de
geldende lokale voorschriften te worden
geïnstalleerd.
•
Gas verdeeld via
aardgasleiding,
Voor uw veiligheid kiest u uitsluitend een van
de volgende 3 aansluitingen:
— Aansluiting met harde buis
in koper met
schroefbare mechanische uiteinden (conform
gas G1/2). Breng de aansluiting direct op het
uiteinde van de aansluitbocht van het
apparaat tot stand.
— Aansluiting met metalen slang
(roestvrij
staal)
, golvend met schroefbare
mechanische
uiteinden (conform de norm
NF D 36-121) met onbeperkte levensduur
(fig. A).
— Aansluiting met slang
in versterkt rubber
met schroefbare mechanische
uiteinden
(conform de norm NF D 36-103) met een
levensduur van 10 jaar
(fig. B).
Let op
Indien u voor de gasaansluiting
van uw kookplaat de richting van de
aansluitbocht op het apparaat moet
veranderen:
①①
Het afdichtingsschijfje vervangen.
②②
Draai de moer van de elleboog vast
met een koppel van maximaal 17 N.m.
GASAANSLUITING
• Opmerkingen vooraf
Als de kookplaat boven een oven of in de nabijheid van andere verwarmende elementen is
geïnstalleerd, kan de aansluiting warm worden; u moet dan een harde buis gebruiken.
Als u een flexibele slang of buis gebruikt (voor butagas) mag deze niet in aanraking komen met
een verplaatsbaar gedeelte van het meubel of op een vaak overvolle plaats worden geplaatst.
•
Fig. A
Fig. B