NL
NL 17
NL
NL 16
NLNL
7. REINIGING EN ONDERHOUD
De haard dient jaarlijks te worden gereinigd en gecontroleerd door
een erkend installateur. Dit geldt ook voor het rookkanaal.
Controle op:
- de dichtheid van het gascircuit;
- de juiste werking van de regelkraan, het thermokoppelcircuit en het
ontsteken van de brander.
Reiniging van:
- het waakvlamsysteem;
- de brander;
- de verbrandingsruimte;
- de rookgasafvoer.
7.1 REINIGING VAN HET GLAS
Afhankelijk van de gebruiksintensiteit kan zich in de loop der tijd
een aanslag vormen op het glas. Deze aanslag kunt u verwijderen
met een speciale glasreiniger of ceramische kookplaatreiniger.
Raadpleeg de instructies op de verpakking. Wij raden aan het toestel
schoon te laten maken door een erkend installateur.
7.2 ONDERHOUD VAN DE GELAKTE DELEN EN HET KERAMIEK
De lak opwrijven met een zachte doek. Verwijder eventuele vlekken
als de haard koud is met een vochtige doek of lauw water. In geen
geval schuurmiddelen, benzine, petroleum of andere oplosmiddelen
gebruiken.
7.3 ONDERHOUD VAN HET SPEKSTEEN
Vuil en vet op het speksteen kan worden verwijderd met water en
zeep (stenen verwijderen). Kleine krassen kunt u verwijderen met fijn
schuurpapier (240 grijs waterproof).
Schuif de afgezaagde buitenpijp in de schoorsteenaansluitset door de
rubber afsluitring.
Plaats nu eerst het toestel met daarop de afgezaagde binnenpijp.
Hierna kan de flexibele RVS buis aangesloten worden op de
afgezaagde binnenpijp. Maak ook deze aansluiting gasdicht door de
RVS buis met de klemband vast te klemmen.
Schuif de buitenpijp aan en druk deze in de
verbrandingsluchtaanvoer van de haard. Zet de pijp vast met een
klemband.