24
Aanpassing De luchtstroom kan automatisch worden aangepast
Luchtstroom door de jaloezieën handmatig in de gewenste positie
te zetten. Houdt de jaloezieën volledig geopend
tijdens gebruik. Plaats geen zware voorwerpen of
iets anders op de jaloezieën, dit veroorzaakt schade
aan de airco.
Power Management Wanneer bij koelen de omgevingstemperatuur lager is
de ingestelde temperatuur zal na bepaalde tijd de
airco automatisch in de energiebesparende functie
werken. De compressor slaat af en de ventilator gaat
op LOW (laag) werken. Wanneer de
omgevingstemperatuur weer hoger is dan de
ingestelde temperatuur gaan de compressor en
ventilator weer normaal werken, de
energiebesparende functie wordt dan weer
uitgeschakeld.
Opmerking: Wanneer u koelt of ontvochtigt, wacht dan altijd 3 minuten na het in-
of uitschakelen voordat u de airco opnieuw in- of uitschakelt. Deze tijd heeft de
compressor nodig om te herstellen.
Waterafvoer
1. Tijdens het ontvochtigen
Bij het ontvochtigen wordt meer water aan de lucht onttrokken. Verwijder daarom
de aftapplug en sluit tijdens het ontvochtigen een afvoerslang op de
waterafvoeraansluiting (10) aan en leid deze naar lager gelegen waterafvoer.
Zorg ervoor dat de slang goed vastzit zodat het niet kan lekken. Richt de slang op
de afvoer en zorg ervoor dat er geen knikken in de slang komen waardoor het
water stopt met stromen.