7
sluiten apparatuur vraagt. Verlengsnoeren en verdeeldozen moeten
voldoen aan de wettelijke regelgeving.
14. Rol het (verleng)snoer altijd geheel af om oververhitting te
voorkomen!
15. Gebruik het apparaat uitsluitend wanneer het stevig aan de wand
of het plafond bevestigd zit. Zorg ervoor dat u altijd het
bevestigingsmateriaal gebruikt dat geschikt is voor uw ondergrond:
raadpleeg zo nodig een expert.
16. Breng nooit wijzigingen aan op het apparaat, de elektrokabel of de
stekker.
17. Wanneer dit apparaat rechtstreeks op de bekabeling van uw
elektriciteitsinstallatie wordt aangesloten, dient het te worden
geïnstalleerd door een daartoe bevoegde specialist, rekening
houdend met de geldende wet- en regelgeving en voorschriften van
energiemaatschappijen.
Waarschuwingen voor het gebruik
1. Bedek of blokkeer het apparaat nooit; daardoor raakt hij oververhit
en treedt er brandgevaar op. Hang of leg nooit voorwerpen als
kleding, dekens, kussens, papier enz. op het apparaat. De
minimumafstand van 1 meter tussen apparaat en brandbare
materialen dient altijd in acht te worden genomen.
2. De omkasting en de voorzijde van het apparaat worden tijdens het
gebruik buitengewoon heet. Raak het apparaat dus niet aan tijdens
of kort na het gebruik: dat veroorzaakt brandwonden! Let erop dat
bijv. de wind of een andere omgevingsfactor geen brandbare
materialen in de buurt van het apparaat brengt. Denk daarbij aan
gordijnen, tentzeilen, vlaggen, plastic folies enz. Dat kan tot
(schroei)schade of brand leiden. Let erop dat zij het apparaat ook
niet bedekken of blokkeren.
3. Bewaar geen licht ontvlambare vloeistoffen of materialen als verf,
benzine, gastankjes enz. in de onmiddellijke nabijheid van het
apparaat. Gebruik het apparaat niet in een brandgevaarlijke
omgeving zoals nabij gastanks, gasleidingen of spuitbussen. Dat
levert explosie- en brandgevaar op!
4. Trek nooit aan de elektrokabel om de stekker uit het stopcontact te
nemen of het apparaat te verplaatsen.
5. Steek nooit vingers, potloden of wat voor voorwerpen dan ook door
een opening het apparaat in.
6. Voorkom dat de kabel in contact komt met het apparaat, olie,
oplosmiddelen en scherpe voorwerpen, of heet wordt. Rol de kabel