214875
3
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/112
Pagina verder
1
Gebruikershandleiding
2
Gebruikte symbolen en tekens
f Veiligheidssymbolen
Voor een veilig en correct gebruik van de projector zijn in deze documentatie en op de projector zelf symbolen aanwezig om u te wijzen op mogelijk letsel
voor de gebruiker of anderen en op het risico van schade aan uw eigendommen.
De gebruikte symbolen hebben de volgende betekenis. Wees u goed bewust van de betekenis, voordat u de handleiding leest.
f Algemene informatiesymbolen
Waarschuwing
Dit geeft aan dat het negeren van het symbool of het treffen van onvoldoende voorzorgsmaatregelen de dood of ernstig letsel
tot gevolg kan hebben.
Let op
Dit geeft aan dat het negeren van het symbool of het treffen van onvoldoende voorzorgsmaatregelen letsel of schade aan
eigendommen tot gevolg kan hebben.
Let op
Dit geeft aan dat de beschreven handeling tot schade of letsel kan leiden als er onvoldoende voorzichtigheid in acht wordt
genomen.
q
Dit geeft aan dat er nuttige extra informatie volgt over een bepaald onderwerp.
s
Dit geeft aan op welke pagina meer informatie over een onderwerp kan worden gevonden.
g
Dit geeft aan dat de onderstreepte term die gevolgd wordt door dit symbool in de woordenlijst te vinden is. Zie
"Woordenlijst" onder "Appendices". s pag.99
Dit geeft aan dat er bedieningsinstructies volgen die in een bepaalde volgorde moeten worden uitgevoerd.
De betreffende procedure moet in de aangegeven volgorde worden uitgevoerd.
[ (Naam) ]
Dit verwijst naar de naam van een knop op de afstandsbediening of het bedieningspaneel.
Bijvoorbeeld: de knop [Esc]
"(Menunaam)"
Dit verwijst naar de naam van een item in het configuratiemenu.
Bijvoorbeeld: "Beeld" - "Helderheid"
Procedure
3
Inhoudsopgave
Projector - Kenmerken ...............................................................................5
Gemeenschappelijke kenmerken van de EMP-1825/1810 .................................. 5
EMP-1825 kenmerken ......................................................................................... 6
Onderdelen en functies..............................................................................7
Voorzijde/Bovenzijde............................................................................................ 7
Zijkant (alleen EMP-1825).................................................................................... 8
Onderzijde............................................................................................................ 9
Achterzijde ......................................................................................................... 10
Bedieningspaneel............................................................................................... 12
Afstandsbediening.............................................................................................. 14
Nuttige functies
Vertekening van het geprojecteerde beeld corrigeren .........................17
Vertekening automatisch corrigeren (Quick Setup) ........................................... 17
Handmatige correctie uitvoeren ......................................................................... 19
Het geprojecteerde beeld wijzigen..........................................................22
Automatisch binnenkomende signalen detecteren en het
geprojecteerde beeld wijzigen (Bron zoeken) .................................................... 22
Direct wijzigen met de afstandsbediening.......................................................... 23
Functies voor het verbeteren van projecties .........................................24
De projectiekwaliteit selecteren (Kleurenmodus selecteren) .............................24
Tijdelijk het beeld en geluid onderdrukken (A/V Mute)....................................... 25
Het beeld bevriezen (Freeze)............................................................................. 26
Hoogte-breedteverhouding wijzigen (Resize) ....................................................27
Aanwijzer (Pointer)............................................................................................. 28
Deel van het beeld vergroten (E-Zoom)............................................................. 29
De muisaanwijzer bedienen met de afstandsbediening (Draadloze muis) ........ 30
Projector(s) opgeven die reageert (reageren) op de
afstandsbediening bij gebruik van meerdere projectors......................32
Projector-ID instellen.......................................................................................... 32
Het ID van de te bedienen projector instellen. ................................................... 33
De kleur voor meerdere projectors instellen
(Kleureninstelling multischermen) .........................................................34
Overzicht van de instelprocedure....................................................................... 34
Beeldcorrectie .................................................................................................... 35
Beveiligingsfuncties.................................................................................36
Gebruikers beheren (Wachtwoordbeveiliging) ................................................... 36
Bediening beperken (Toetsvergrendeling) ......................................................... 39
Antidiefstalvergrendeling....................................................................................40
Configuratiemenu
Het configuratiemenu gebruiken ............................................................ 42
Lijst met functies......................................................................................43
Beeld-menu ....................................................................................................... 43
Signaal-menu..................................................................................................... 44
Instellingen-menu .............................................................................................. 45
Uitgebreid-menu ................................................................................................ 47
Netwerk-menu (alleen EMP-1825) .................................................................... 49
Informatie-menu................................................................................................. 67
Resetten-menu .................................................................................................. 68
Problemen oplossen
De Help-knop gebruiken.......................................................................... 70
Problemen oplossen................................................................................ 71
De indicatielampjes aflezen ............................................................................... 71
Als de indicatielampjes geen uitkomst bieden ................................................... 74
Appendices
Installatiemethoden ................................................................................. 82
Reinigen .................................................................................................... 83
Het oppervlak van de projector reinigen ............................................................ 83
De lens reinigen................................................................................................. 83
Het luchtfilter en de luchttoevoerventilator reinigen........................................... 83
Verbruiksmateriaal vervangen................................................................ 84
De batterijen van de afstandsbediening vervangen........................................... 84
De projectorlamp vervangen.............................................................................. 85
Het luchtfilter vervangen .................................................................................... 89
Een gebruikerslogo opslaan ................................................................... 90
Beeldschermgrootte en afstand ............................................................. 92
USB-apparaten aansluiten
(digitale camera, harde schijf of geheugensticks of -kaarten)
(alleen EMP-1825)..................................................................................... 93
USB-apparaten aansluiten................................................................................. 93
CompactFlash-kaarten insteken en uitwerpen
(alleen EMP-1825)..................................................................................... 94
Kaarten insteken................................................................................................ 94
Kaarten uitnemen .............................................................................................. 94
Inhoudsopgave
4
Op externe apparatuur aansluiten ..........................................................96
Op externe monitor aansluiten ........................................................................... 96
Op externe luidsprekers aansluiten.................................................................... 96
LAN-kabel aansluiten (alleen EMP-1825) ...............................................97
Optionele accessoires en verbruiksmateriaal .......................................98
Woordenlijst..............................................................................................99
ESC/VP21-commando's .........................................................................101
Commandolijst ................................................................................................. 101
Kabelindelingen................................................................................................ 101
Netwerkprojectie (EMP-1825) ................................................................102
PJLink (alleen EMP-1825) ......................................................................103
Lijst met ondersteunde monitorbeeldschermen .................................104
Technische gegevens ............................................................................105
Afmetingen..............................................................................................109
Index ........................................................................................................110
5
Projector - Kenmerken
Gemeenschappelijke kenmerken van de EMP-1825/1810
Zowel de EMP-1825 als de EMP-1810 beschikken over de volgende
kenmerken.
f Quick Setup
Dit kenmerk corrigeert vertekening van het geprojecteerde beeld met één
druk op de knop. Beelden kunnen worden gecorrigeerd en aangepast aan
de schermgrootte om de voorbereiding te vereenvoudigen.
f Gemakkelijk projecteren en
opslaan met de A/V Mute-
schuifklep
U kunt de projectie heel makkelijk
stoppen of hervatten door het openen
of sluiten van de schuifklep A/V Mute.
Het geven van een heldere presentatie
wordt daardoor eenvoudiger.
f De projector is uitgerust met
één voet om het uitlijnen te
vergemakkelijken
U kunt de hoogte van de projector
eenvoudig met één hand instellen.
s Introductiehandleiding
f Wachtwoordbeveiliging om het aantal gebruikers te
beperken en te beheren
U kunt een wachtwoord instellen en zo bepalen wie de projector mag
gebruiken. s pag.36
f Bedieningsvergrendeling beperkt de knopbediening op
het bedieningspaneel
Zo kunt u voorkomen dat de projectorinstellingen zonder toestemming
worden gewijzigd bij gebruik tijdens evenementen, op scholen, enzovoort.
s pag.39
f Uitgerust met diverse antidiefstalvoorzieningen
De projector bevat de volgende antidiefstalvoorzieningen. s pag.40
Beveiligingssleuf
Installatiepunt beveiligingskabel
f Direct inschakelen aan/uit
Op plaatsen waar de stroom centraal wordt beheerd, zoals in
vergaderzalen, kan de projector ingesteld worden op automatisch in- of
uitschakelen als de stroombron waarop de projector is aangesloten wordt
in- of uitgeschakeld.
f Geen afkoelperiode
Nadat u de projector hebt uitgeschakeld, kunt u de voedingskabel van de
projector loskoppelen zonder dat u hoeft te wachten tot de projector
afgekoeld is.
f Zeer krachtige 1,6 x zoomlens
De 1,6 x zoom biedt een groot aantal installatieposities waardoor de
projector geschikt is voor de meeste kamerindelingen, of hij nu op een
stander of tafel staat of aan het plafond is bevestigd.
Gebruiksgemak
Verbeterde veiligheidsfuncties
Gemakkelijk te hanteren
Projector - Kenmerken
6
EMP-1825 kenmerken
De EMP-1825 kan via een vaste of draadloze LAN-aansluiting op een
computer worden aangesloten. Deze projector kan in veel meer situaties
worden gebruikt als u de meegeleverde computertoepassingen gebruikt.
f Computer en draadloze verbinding
Als u een draadloze LAN gebruikt,
kunt u gemakkelijker verbinding
maken met een computer.
s Wireless LAN Quick Connection
Guide
U kunt de projector ook aansluiten
op het toegangspunt. s EasyMP
Operation Guide
f Eenvoudige verbinding met Windows Vista
(Netwerkprojectie)
Met de functie "Netwerkprojectie" die in Windows Vista zit, kunt u een
netwerk gebruiken om gemakkelijk verbinding te maken met uw computer.
f Met een USB-kabel
aansluiten (USB-weergave)
Om afbeeldingen van het
computerscherm te projecteren hoeft
u slechts een kabel op uw computer
aan te sluiten.
s Introductiehandleiding
f Presentaties zonder computer
U kunt van tevoren datascenario's van presentaties vastleggen en deze
later simpelweg afspelen zonder computer. s EasyMP Operation Guide
f Alleen diavoorstelling (presentatiemodus)
In deze modus projecteert u alleen afbeeldingen uit uw PowerPoint-
diavoorstelling. U kunt professionele presentaties geven waarbij de kijker
geen bedieningsopties of ander voorbereidend materiaal ziet. s EasyMP
Operation Guide
De beveiliging is sterker dan bij voorgaande modellen. U hoeft u geen
zorgen te maken over de beveiliging als u de projector op uw netwerk
aansluit. s EasyMP Operation Guide
U kunt elke virtuele weergave op de computer met twee of meer
projectors projecteren. Zo kunt u bestanden en instellingen voor de
virtuele weergaven bewerken terwijl u alleen de virtuele weergaven
projecteert. s EasyMP Operation Guide
Gemakkelijk aan te sluiten op een computer
Krachtige presentatieondersteuning
Versterkt beveiligingsniveau van draadloze LAN
Projectie op tweede en derde scherm (multischermweergave)
7
Onderdelen en functies
Voorzijde/Bovenzijde
Naam Functie
A
Bedieningspaneel s pag.12
B
USB-lampje
(alleen EMP-1825)
Indicatielampjes die al dan niet branden,
geven de toegangsstatus van de USB Type A
als volgt weer:
Uit : geeft aan dat er geen USB-
apparaten aangesloten zijn.
Brandt oranje : geeft aan dat er een USB-
apparaat aangesloten is.
Brandt groen : geeft aan dat de functie PC
Free werkt.
Brandt rood : geeft aan dat er een
abnormaliteit heeft
plaatsgevonden.
C
Lampdeksel Open deze deksel als u de projectorlamp wilt
vervangen. s pag.85
F
D
C
A
K
I
B
J
H
G
E
L
D
Luchtafvoerventi-
lator
Let op
Plaats geen voorwerpen die krom kunnen
trekken of op een andere manier door warmte
kunnen vervormen, in de buurt van de
luchtafvoerventilator. Plaats uw gezicht of
handen niet in de buurt van de
luchtafvoerventilator terwijl de projector wordt
gebruikt.
E
Luidspreker
F
Instelbare voet
aan voorzijde
Voor het instellen en vergroten van het
geprojecteerde beeld nadat de projector op
een oppervlak, bijvoorbeeld een bureau, is
geplaatst. s Introductiehandleiding
G
Hendel voor
instellen voet
Trek het hendeltje naar buiten om de voet aan
de voorzijde uit te schuiven en in te trekken.
s Introductiehandleiding
H
A/V Mute-
schuifklep
Schuif ter bescherming van de lens de klep
dicht als u de projector niet gebruikt. Door de
schuifklep tijdens de projectie te sluiten kunt u
beeld en geluid onderdrukken (A/V Mute).
s Introductiehandleiding, pag.25
I
Afstandsbedie-
ningsontvanger
Ontvangt signalen van de afstandsbediening.
s Introductiehandleiding
J
A/V Mute-
schuifknop
Schuif de knop om de A/V Mute-schuifklep te
openen en te sluiten.
K
Scherpstelring Stelt de beeldscherpte in.
s Introductiehandleiding
L
Zoomstelring Stelt de beeldgrootte in.
s Introductiehandleiding
Naam Functie
Onderdelen en functies
8
Zijkant (alleen EMP-1825)
Naam Functie
A
Draadloze LAN-
eenheid
Installeer dit voordat u de projector gaat
gebruiken. Hiermee sluit u de projector via een
draadloze verbinding aan op de computer.
s Wireless LAN Quick Connection Guide
B
Kaartsleuf Deze sleuf is voor het insteken van een
CompactFlash-kaart bij gebruik van de functie
PC Free in EasyMP. U kunt ook schrijven naar
een CompactFlash-kaart vanaf een computer
die via een netwerk op de projector is
aangesloten. s pag.94
C
Indicatielampje
kaartsleuf
Geeft de toegangsstatus van de
CompactFlash-kaart aan. s pag.95
D
Uitwerpknop Druk op deze knop om de CompactFlash-kaart
uit te werpen. s pag.94
D
C
B
A
Onderdelen en functies
9
Onderzijde
Naam Functie
A
Bevestingspunte
n ophangbeugel
(3 punten)
Bevestig de optionele plafondbeugel hier als u
de projector aan het plafond wilt ophangen.
s pag.82, 98
B
Installatiepunt
beveiligingskabel
Haal hier een in de handel verkrijgbaar
beveiligingskabel door als u uw projector wilt
vastleggen aan een vast object. s pag.40
C
Achterste voet Draai de achterste voet naar beneden of naar
boven om de horizontale helling in te stellen.
s pag.21
D
Schroefgat voor
draadloos LAN-
apparaat
Dit gat is bedoeld om een draadloos LAN-
apparaat met een schroef te fixeren.
s Wireless LAN Quick Connection Guide
E
B
C
D
A
C
E
Luchtfilter
(Luchttoevoer-
ventilator)
Dit luchtfilter voorkomt dat stof en andere
vreemde deeltjes in de projector terechtkomen
tijdens de luchttoevoer. De projector toont een
waarschuwingsbericht als het tijd is om het
luchtfilter te reinigen of te vervangen.
s pag.83, 89
Naam Functie
Onderdelen en functies
10
Achterzijde
Naam Functie
A
Monitor-
uitgangspoort
Zendt het beeldsignaal van de computer die is
aangesloten op de Computer1-ingangspoort
naar een externe monitor. Dit is niet
beschikbaar voor component video
g signalen
of andere signalen die binnenkomen op een
andere poort dan de Computer1-ingangspoort.
Audio-
uitgangspoort
Zendt het geluid van het geprojecteerde beeld
naar de externe luidsprekers.
s pag.96
B
Voedingsingang Sluit aan op de voedingskabel.
s Introductiehandleiding
B
J
ED
F
I
H
G
A
C
C
S-video-
ingangspoort
Ingang voor S-videosignaleng van
videobronnen.
Video-
ingangspoort
Ingang voor composietvideosignaleng van
videobronnen.
Audio-L/R-
ingangspoort
Deze sluiten aan op de audio-uitgangspoort
van apparatuur die is aangesloten op de S-
video- of video-ingangspoort.
s Introductiehandleiding
D
RS-232C-poort Als u de projector vanaf een computer bedient,
sluit de computer dan aan met een RS-232C-
kabel. Deze poort is bestemd voor
bedieningsdoeleinden en mag
normaalgesproken niet worden gebruikt.
s pag.101
E
Afstandsbedienin
gsontvanger
Ontvangt signalen van de afstandsbediening.
s Introductiehandleiding
F
Beveiligingssleuf
(j)
De beveiligingssleuf is compatibel met het
door Kensington geproduceerde Microsaver
Security System. s pag.40
G
USB-poort (Type
A) (alleen EMP-
1825)
Ingang voor het geheugen van compatibele
digitale camera's en andere USB-apparaten,
zodat u afbeeldingen/filmbestanden en
scenario's via de ingebouwde EasyMP-kaart
zonder computer kunt projecteren. s pag.93
H
LAN-poort (alleen
EMP-1825)
Als er een LAN-kabel is aangesloten, kunt u de
projector via een LAN beheren en bedienen.
s pag.97
Naam Functie
Onderdelen en functies
11
I
USB-poort (Type
B)
Hiermee sluit u de projector via een USB-kabel
aan op een computer waarna het
computerbeeld wordt geprojecteerd (alleen
EMP-1825). s Wireless LAN Quick
Connection Guide
Met deze poort kunt u ook aansluiten op een
computer om een draadloze muis te
gebruiken. s pag.30
J
Computer1-
ingangspoort
Ingang voor videosignalen van een computer
en componentvideosignalen
g van andere
videobronnen.
Audio 1-
ingangspoort
Sluit aan op de audio-uitgangspoort van de
computer die is aangesloten op de Computer1-
ingangspoort.
Computer2-
ingangspoort
Ingang voor videosignalen van een computer
en componentvideosignalen
g van andere
videobronnen.
Audio 2-
ingangspoort
Sluit aan op de audio-uitgangspoort van de
computer die is aangesloten op de Computer2-
ingangspoort.
Wanneer u de USW-weergavefunctie gebruikt
en u wenst geluid weer te geven vanaf de
projector, dan moet u een verbinding maken
met de audio-uitgang van uw computer.
(Alleen EMP-1825)
s Introductiehandleiding
Naam Functie
Onderdelen en functies
12
Bedieningspaneel
Naam Functie
A
[Power]-knop Met deze knop schakelt u de projector in en uit.
s Introductiehandleiding
B
[Quick Setup]-
knop
Druk op deze knop om vertekening van het
geprojecteerde beeld te compenseren zodat
het beeld perfect overeenkomt met de grootte
van het scherm. s pag.17
C
[Source Search]-
knop
Met deze knop schakelt u naar het volgende
invoerapparaat dat op de projector is
aangesloten en een beeldsignaal doorstuurt.
s pag.22
H
B
IAJ
C D
FG
E
D
[Enter]-knop Als deze knop tijdens de projectie van
signaalbeelden van de computer wordt
ingedrukt, stelt de projector automatisch
tracking, synchronization, and position
(frequentieafstemming, synchronisatie en
positie) in voor een optimale beeldweergave.
Als een configuratiemenu of een hulpscherm
wordt weergegeven, accepteert de projector
de huidige selectie en gaat verder naar het
volgende niveau. s pag.42
E
[v/d]- en [w/u]-
knoppen
Corrigeren de trapeziumvertekening. In de
volgende gevallen hebben deze knoppen
enkel de [d]- en de [u]-functies.
Wanneer het beeld naar een USB-weergave
wordt gestuurd
Als het geprojecteerde beeld via een
netwerkverbinding wordt verzonden
Wanneer de functie PC Free wordt gebruikt
voor de projectie
Als er een configuratiemenu of een
hulpscherm wordt weergegeven, kunt u met
deze knoppen menu-items en
instellingswaarden selecteren.
s Introductiehandleiding, pag.42
F
[Help]-knop Druk op deze knop om het hulpscherm weer te
geven en te sluiten. Het hulpscherm geeft aan
hoe u problemen kunt oplossen. s pag.70
G
[Esc]-knop Druk op deze knop om de huidige functie te
stoppen.
Als deze knop wordt ingedrukt terwijl het
configuratiemenu wordt weergegeven, geeft de
projector het vorige menu weer. s pag.42
Naam Functie
Onderdelen en functies
13
H
[</l]- en [>/r]-
knoppen
Corrigeren de trapeziumvertekening. In de
volgende gevallen hebben deze knoppen
enkel de [l]- en de [r]-functies.
Wanneer het beeld naar een USB-weergave
wordt gestuurd
Als het geprojecteerde beeld via een
netwerkverbinding wordt verzonden
Wanneer de functie PC Free wordt gebruikt
voor de projectie
Als er een configuratiemenu of een
hulpscherm wordt weergegeven, kunt u met
deze knoppen menu-items en
instellingswaarden selecteren.
s Introductiehandleiding, pag.42
I
[Menu]-knop Druk op deze knop om het configuratiemenu
weer te geven en te sluiten. s pag.42
J
Statusindicatie-
lampjes
De status van de projector kan worden
afgelezen aan de kleur van de indicatielampjes
en of deze knipperen of branden. s pag.71
Naam Functie
Onderdelen en functies
14
Afstandsbediening
Naam Functie
A
[E-Zoom]-knop
(z) (x)
(z) Vergroot het beeld zonder de
projectiegrootte te wijzigen.
(x) Verkleint delen van beelden die met de
[z]-knop zijn vergroot.
s pag.29
B
V
Y
A
K
M
L
N
Q
X
D
R
S
T
U
P
O
W
H
J
F
G
E
C
I
B
[Page]-knop
([) (])
Als u de draadloze muisfunctie gebruikt of als
u een PowerPoint-bestand of scenario via
EasyMP* (ingangsbron = EasyMP) projecteert,
kunt u met deze knoppen naar de volgende/
vorige dia gaan. * alleen EMP-1825
s pag.30, EasyMP Operation Guide
C
[A/V Mute]-knop Hiermee schakelt u video en audio in en uit.
s pag.25
D
[Pointer]-knop Druk op deze knop als u de schermaanwijzer
wilt activeren. s pag.28
E
[Color Mode]-
knop
Bij iedere druk op deze knop verandert de
kleurenmodus. s pag.24
F
[Comp2]-knop Schakelt over naar beeld van de Computer2-
ingangspoort. s pag.23
G
[Comp1]-knop Schakelt over naar beeld van de Computer1-
ingangspoort. s pag.23
H
[S-Video]-knop Schakelt over naar beeld van de S-video-
ingangs-poort. s pag.23
I
[Video]-knop Schakelt over naar beelden van de video-
ingangspoort.
s pag.23
J
[EasyMP]-knop Druk op deze knop als u de EasyMP-
beeldweergave wilt gebruiken. De EMP-1810
beschikt niet over deze functie. (alleen EMP-
1825)
K
Numerieke
knoppen
Gebruik deze knoppen om een wachtwoord of
afstandsbediening-id in te voeren. s pag.38
Naam Functie
Onderdelen en functies
15
L
[Search]-knop Hiermee schakelt u naar het volgende
invoerapparaat dat op de projector is
aangesloten en een beeldsignaal doorgeeft.
s pag.22
M
[Volume]-
knoppen
(a) (b)
(a) Verlaagt het volume.
(a) Verhoogt het volume.
s Introductiehandleiding
N
[Auto]-knop Als deze knop tijdens de projectie van
signaalbeelden van de computer wordt
ingedrukt, stelt de projector automatisch
tracking, synchronization, and position
(frequentieafstemming, synchronisatie en
positie) in voor een optimale beeldweergave.
s pag.44
O
[Help]-knop Druk op deze knop om het hulpscherm weer te
geven en te sluiten. Het hulpscherm geeft aan
hoe u problemen kunt oplossen. s pag.70
P
[ID]-knop Druk op deze knop om te controleren of de
projector met de afstandsbediening kan
worden bediend. U kunt er ook de
afstandsbediening-id mee instellen. s pag.32
Q
[Resize]-knop Bij iedere druk op deze knop verandert de
hoogte-breedteverhouding
g. s pag.27
R
[Num]-knop Gebruik deze knoppen om een wachtwoord of
afstandsbediening-id in te voeren. s pag.38
S
[Freeze]-knop Druk op deze knop om het beeld te pauzeren
of te hervatten. s pag.26
Naam Functie
T
[Esc]-knop Druk op deze knop om de huidige functie te
stoppen. Als deze knop wordt ingedrukt terwijl
het configuratiemenu wordt weergegeven,
geeft de projector het vorige menu weer. Als u
de draadloze muis gebruikt, werkt de knop als
rechtermuisknop. s pag.42
U
[Enter]-knop Als een configuratiemenu of een hulpscherm
wordt weergegeven, accepteert de projector
de huidige selectie en gaat verder naar het
volgende niveau. Als u de draadloze muis
gebruikt, werkt de knop als linkermuisknop.
s pag.42
V
[h]-knop Als er een configuratiemenu of een
hulpscherm wordt weergegeven, kunt u met
deze knoppen menu-items en
instellingswaarden selecteren. Als de
draadloze muis is ingeschakeld, kunt u deze
knop gebruiken om de aanwijzer te
verplaatsen. s pag.42
W
[Menu]-knop Druk op deze knop om het configuratiemenu
weer te geven en te sluiten. s pag.42
X
[Power]-knop Met deze knop schakelt de projector in en uit.
s Introductiehandleiding
Y
LED
afstandsbediening
Zendt signalen van de afstandsbediening naar
de projector. s Introductiehandleiding
Naam Functie
Nuttige functies
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op nuttige functies voor het geven van presentaties e.d. en op de
beveiligingsfuncties.
Vertekening van het geprojecteerde
beeld corrigeren..................................................17
Vertekening automatisch corrigeren
(Quick Setup).....................................................................17
Het geprojecteerde beeld op het scherm laten passen ....................18
Handmatige correctie uitvoeren ......................................19
Quick Corner ..................................................................................19
H/V-Keystone.................................................................................21
Het geprojecteerde beeld wijzigen....................22
Automatisch binnenkomende signalen detecteren
en het geprojecteerde beeld wijzigen (Bron zoeken)......22
Direct wijzigen met de afstandsbediening ......................23
Functies voor het verbeteren van
projecties.............................................................24
De projectiekwaliteit selecteren
(Kleurenmodus selecteren)...............................................24
Tijdelijk het beeld en geluid onderdrukken
(A/V Mute) .........................................................................25
Het beeld bevriezen (Freeze) ............................................26
Hoogte-breedteverhouding wijzigen (Resize).................27
Aanwijzer (Pointer)...........................................................28
Deel van het beeld vergroten (E-Zoom) ..........................29
De muisaanwijzer bedienen met de
afstandsbediening (Draadloze muis) ...............................30
Projector(s) opgeven die reageert
(reageren) op de afstandsbediening bij
gebruik van meerdere projectors ......................32
Projector-ID instellen....................................................... 32
Het ID van de te bedienen projector instellen. .............. 33
De kleur voor meerdere projectors instellen
(Kleureninstelling multischermen)....................34
Overzicht van de instelprocedure ................................... 34
Beeldcorrectie ................................................................... 35
Beveiligingsfuncties ...........................................36
Gebruikers beheren (Wachtwoordbeveiliging) ............. 36
Manieren van wachtwoordbeveiliging........................................... 36
Wachtwoordbeveiliging instellen .................................................. 37
Wachtwoord invoeren.................................................................... 38
Bediening beperken (Toetsvergrendeling) ..................... 39
Antidiefstalvergrendeling ................................................ 40
Kabelslot installeren....................................................................... 40
17
Vertekening van het geprojecteerde beeld corrigeren
Vervormde weergave van geprojecteerde beelden kan op de vier
onderstaande manieren worden gecorrigeerd.
Automatische correctie
Quick Setup (snelle installatie)
Druk op de knop [Quick Setup] om op een scherm met een hoogte-
breedteverhouding van 4:3 te passen.
Autom. V-Keystone
Kantel de projector verticaal om vervorming in verticale richting
automatisch te corrigeren.
Handmatige correctie
"Quick Corner" en "H/V-Keystone" kunnen worden gebruikt voor
handmatige correctie. Deze twee methoden kunnen niet gelijktijdig
worden gebruikt.
Quick Corner
Hiermee kunt u handmatig elk van de vier hoeken van het
geprojecteerde beeld bijstellen. Selecteer "Instellingen" - "Keystone"
- "Quick Corner" om correcties uit te voeren met Quick Corner.
H/V-Keystone
Hiermee corrigeert u vervorming in horizontale en verticale richting
afzonderlijk van elkaar.
De functies "Autom. V-Keystone", "Quick Corner" en "H/V-Keystone"
projecteren een testpatroon op het scherm om het geprojecteerde
beeld te corrigeren, zodat aansluiting op een computer niet nodig is
voor de voorbereiding van de projector.
Vertekening automatisch corrigeren (Quick Setup)
Quick Setup corrigeert automatisch de vertekening van het geprojecteerde
beeld die ontstaat wanneer de projector in een schuine stand wordt
geplaatst ten opzichte van het oppervlak waarop het beeld wordt
geprojecteerd, zodat het beeld wordt geprojecteerd met een hoogte-
breedteverhouding van 4:3. Bij een scherm met een hoogte-
breedteverhouding van 4:3 wordt het geprojecteerde beeld zo gecorrigeerd
dat het perfect op het scherm past.
Raadpleeg de snelstartgids voor de uitvoering van deze bewerking. Als de
resultaten van de correctie met behulp van Quick Setup niet aan uw
verwachtingen voldoen, kunt u het beeld fijn afstellen via H/V-Keystone.
s pag.21
Hier vindt u uitleg over hoe u het geprojecteerde beeld binnen het scherm
laat passen.
q
De status na correctie door Quick Setup wordt in het
geheugen opgeslagen en blijft zelfs na uitschakeling van de
projector bewaard. Als de projector op een vaste plaats voor
gebruik wordt opgesteld, hoeft het geprojecteerde beeld niet
meer bijgesteld te worden nadat Quick Setup eenmaal is
uitgevoerd.
Vertekening van het geprojecteerde beeld corrigeren
18
f Het geprojecteerde beeld op het scherm laten passen
Wanneer Quick Setup een "kader" detecteert (3 of meer zijden, of boven-
en onderzijden, of 2 aangrenzende zijden) vaststelt binnen het
projectiegebied, wordt het beeld automatisch gecorrigeerd zodat het
binnen het "kader" past bij een hoogte-breedteverhouding van 4:3. Het
"kader" betekent de randen van het scherm, whiteboard of schoolbord.
Als 3 of meer zijden
worden gedetecteerd
Als boven- en onderzijden, of 2
aangrenzende zijden worden gedetecteerd
*
* Als de projector aan het plafond is bevestigd, wordt het beeld dusdanig
gecorrigeerd dat de onderrand van het kader, zoals het scherm, binnen het
projectiegebied past.
Als geen rand
wordt
gedetecteerd
Als het kader
horizontaal lang is
q
• Quick Setup kan effectief corrigeren als de randen van het
projectievlak duidelijk zijn, bijvoorbeeld bij een wit scherm
met zwarte randen. Bij projectie op een schoolbord kunt u
bijvoorbeeld het beste een groot vel wit papier op het
schoolbord plakken.
Met Quick Setup kunnen correcties binnen de hieronder
gegeven bereiken worden uitgevoerd. Als de vertekening
buiten deze bereiken valt, wordt de correctie niet juist
uitgevoerd. Bovendien wordt het correctiebereik kleiner
dan de hieronder vermelde hoeken indien het beeld zowel
in horizontale als in verticale richting is vervormd of als de
zoom staat ingesteld op "W".
- Bij correctie binnen een kader
Verticaal: ca. 45° Horizontaal: ca. 20°
- Bij projectie op een oppervlak zonder randen
Verticaal: ca. 45° Horizontaal: ca. 15°
Quick Setup werkt soms niet zoals het hoort wanneer de
afstand tot het scherm 7,5 m of meer bedraagt. Als dat
gebeurt, moet u manueel aanpassingen uitvoeren.
Door de staat van het projectieoppervlak (kromtrekking,
patronen enz.) of door externe lichtinval is het mogelijk
dat Quick Setup soms niet naar behoren werkt, omdat het
gebruik maakt van een sensor om correcties uit te voeren.
Als dat gebeurt, moet u manueel aanpassingen uitvoeren.
Vertekening van het geprojecteerde beeld corrigeren
19
Handmatige correctie uitvoeren
f Quick Corner
Met deze functie wordt elk van de vier hoeken van het geprojecteerde
beeld afzonderlijk gecorrigeerd om het beeld uit te lijnen met het scherm.
A
Druk op de [Menu]-knop en selecteer vervolgens
"Instellingen" - "Keystone" - "Quick Corner" in het
configuratiemenu. s "Het configuratiemenu
gebruiken" pag.42
Druk nogmaals op de [Enter]-knop om het scherm weer te geven
waarin u één van de vier hoeken kunt selecteren met de functie
Quick Corner.
B
Selecteer de hoek waarop u de correctie wilt
toepassen door middel van de [h]-knop en druk
vervolgens op [Enter].
Procedure
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
Vertekening van het geprojecteerde beeld corrigeren
20
C
Pas de positie van de hoek aan door middel van de
[h]-knop op de afstandsbediening.
Als onderstaand scherm wordt weergegeven tijdens het corrigeren,
geeft dit aan dat het maximale correctiebereik is bereikt.
D
Druk op [Esc] om de correctiefunctie af te sluiten.
q
Om de instelling Quick Corner te wijzigen naar H/V-
Keystone houdt u de [Esc]-knop ongeveer twee seconden
ingedrukt om het volgende scherm weer te geven en de
wijziging uit te voeren.
Quick Corner-reset: stelt de standaardwaarden van Quick Corner
opnieuw in.
Wijzigen in H/V-Keystone: schakelt de correctiemethode voor
keystone (trapeziumvertekening) over op H/V-Keystone. s pag.45
Vertekening van het geprojecteerde beeld corrigeren
21
f H/V-Keystone
Om de vertekening in horizontale en verticale richting afzonderlijk te
corrigeren, kunt u de [w], [v], [<] en [>] knoppen op de projector zelf
gebruiken. U kunt de correctie ook uitvoeren door het menu "Instellingen"
- "Keystone" - "H/V Keystone" te selecteren in het configuratiemenu.
s pag.45
Verticale vertekening corrigeren
Horizontale vertekening corrigeren
Scheefstand corrigeren
Achterste voet
Uitschuiven Intrekken
22
Het geprojecteerde beeld wijzigen
Er zijn twee manieren om het geprojecteerde beeld te wijzigen.
Wijzigen met Source Search (Invoerapparaat zoeken)
De projector detecteert automatisch signalen die door een
aangesloten apparaat worden doorgegeven, en projecteert het door
dit apparaat doorgegeven beeld.
Direct wijzigen
U kunt de de ingangspoort wijzigen met de afstandsbediening.
Automatisch binnenkomende signalen detecteren en
het geprojecteerde beeld wijzigen (Bron zoeken)
Als u de [Source Search]-knop gebruikt worden ingangspoorten die geen
beeldsignaal doorgeven genegeerd, zodat het gewenste beeld sneller wordt
geprojecteerd.
* EasyMP verandert als EMP-1825 wordt gebruikt.
Als uw videoapparatuur is aangesloten, start het afspelen dan voordat u
het ingangssignaal wijzigt.
Als er twee of meer apparaten zijn aangesloten, druk dan op de
[Source Search]-knop totdat het gewenste beeld wordt
weergegeven.
Procedure
Computer2
EasyMP*
VideoS-video
De ingangspoort die geen beeldsignaal
doorgeeft wordt overgeslagen.
Computer1
q
Onderstaand scherm toont de status van beeldsignalen en
wordt weergegeven als alleen het momenteel weergegeven
beeld beschikbaar is of als er geen beeldsignaal is
gevonden. U kunt de ingangspoort van het apparaat dat u
wilt gebruiken selecteren. Als u binnen 10 seconden niets
selecteert, wordt het scherm gesloten.
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
Het geprojecteerde beeld wijzigen
23
Direct wijzigen met de afstandsbediening
U kunt het beeld dat u wilt weergeven direct oproepen door op de
volgende knoppen op de afstandsbediening te drukken.
Schakelt over naar beeld
van de Computer1-
ingangspoort.
Geeft de beelden van de
S-video-ingangspoort.
Geeft de beelden van
de Video-
ingangspoort.
Afstandsbediening
Schakelt over naar
beeld van de
Computer2-
ingangspoort.
Geeft de EasyMP-
beelden weer. De EMP-
1810 beschikt niet over
deze functie. (Alleen
EMP-1825)
24
Functies voor het verbeteren van projecties
De projectiekwaliteit selecteren (Kleurenmodus
selecteren)
Voor optimale beeldkwaliteit selecteert u de instelling die het beste past
bij de omgeving waarin u projecteert. De helderheid van het beeld is
afhankelijk van de geselecteerde modus.
Bij iedere druk op deze knop wordt de naam van de kleurenmodus
weergegeven en wijzigt de kleurenmodus.
Als u op de knop drukt terwijl de naam van de kleurenmodus wordt
weergegeven, wordt de volgende kleurenmodus weergegeven.
Modus Toepassing
Spel Deze modus is ideaal voor goed verlichte kamers.
Dit is de helderste modus die goed schaduwtinten
weergeeft.
Presentatie Deze modus is ideaal voor het geven van
presentaties met kleurmateriaal in goed verlichte
kamers.
Tekst Deze modus is ideaal voor het geven van
presentaties met zwart-witmateriaal in goed
verlichte kamers.
Theater Ideaal voor het kijken naar films in een donkere
kamer. Geeft de beelden een natuurlijke toon.
Foto (Bij doorgave van computerbeelden)
Ideaal voor het projecteren van stilstaande beelden,
zoals foto’s, in een goed verlichte kamer. De beelden
zijn goed belicht en hebben een goed contrast.
Sport (Bij doorgave van componentvideo-, S-video- of
composietvideobeelden)
Ideaal voor het kijken naar tv-programma’s in een
goed verlichte kamer. De beelden zijn goed belicht
en levensecht.
sRGBg Ideaal voor beelden die voldoen aan de sRGB-
kleurenstandaard.
Schoolbord Bij deze instelling krijgen beelden ook bij projectie
op een (groen) schoolbord een natuurlijke toon, net
als op een scherm.
Op maat Selecteer "Op maat" om "R,G,B,C,M,Y" van
"Kleuraanpassing" in het configuratiemenu aan te
passen. s pag.43
Procedure
q
U kunt de kleurenmodus ook instellen met "Kleurmodus"
in het menu "Beeld" van het configuratiemenu.
s
pag.43
Afstandsbediening
Functies voor het verbeteren van projecties
25
Tijdelijk het beeld en geluid onderdrukken (A/V Mute)
U kunt deze functie gebruiken als u de aandacht van het publiek wilt
richten op wat u zegt, of als u bij presentaties vanaf een computer geen
informatie wilt tonen terwijl u bestanden wisselt.
Telkens wanneer u op deze knop drukt of de schuifklep voor het dempen
van audio en video open- of dichtdoet, wordt A/V Mute (A/V dempen) in-
of uitgeschakeld.
Procedure
Afstandsbediening Projector
q
Als u deze functie gebruikt terwijl u bewegende beelden
projecteert, worden de beelden en het geluid niet stopgezet
en kunt u niet terugkeren naar het punt waar A/V Mute
werd ingeschakeld.
U kunt in het configuratiemenu onder "Uitgebreid" -
"Weergeven" - "A/V dempen" instellen welk beeld black,
blue, or logo (zwart, blauw of met logo) u wilt weergeven
als A/V Mute wordt ingeschakeld.
s
pag.47
U kunt in het configuratiemenu onder "Uitgebreid" -
"Sluimerstand" instellen dat de voeding na ongeveer 30
minuten automatisch wordt uitgeschakeld als de A/V
Mute-schuifklep wordt gesloten en A/V Mute (A/V
dempen) wordt ingeschakeld.
s
pag.48
Functies voor het verbeteren van projecties
26
Het beeld bevriezen (Freeze)
Als het bewegende beeld in het scherm wordt bevroren, blijft de projectie
doorlopen en kunt u een bewegend beeld frame voor frame, als foto
projecteren. U kunt deze functie ook gebruiken om tussentijds
handelingen uit te voeren, bijvoorbeeld als u tijdens presentaties vanaf een
computer bestanden wilt wisselen zonder beeld te projecteren.
Elke keer als u op deze knop drukt, wordt de bevriesfunctie in- of
uitgeschakeld.
Procedure
q
Het afspelen van de audio stopt niet.
Het apparaat dat de beelden afspeelt, stopt niet met het
afspelen van de bewegende beelden als het scherm
bevroren is. U kunt de projectie dus niet hervatten vanaf
het punt waar het beeld is gestopt.
Als u op de [Freeze]-knop drukt terwijl het
configuratiemenu of een hulpscherm wordt afgebeeld,
wordt het weergegeven configuratiemenu of hulpscherm
afgesloten.
De bevriesfunctie werkt als E-Zoom wordt gebruikt.
Afstandsbediening
Functies voor het verbeteren van projecties
27
Hoogte-breedteverhoudingg wijzigen (Resize)
Als videoapparatuur is aangesloten op de projector, kunt u beelden die
zijn opgenomen op digitale video of DVD bekijken in 16:9-
breedbeeldformaat. U kunt de hoogte-breedteverhouding van beelden als
volgt in de vergrotingsmodusg wijzigen.
Bij iedere druk op de knop wordt de naam van de hoogte-breedteverhouding
weergegeven en verandert de hoogte-breedteverhouding.
Als u op de knop drukt terwijl de naam van een hoogte-breedteverhouding
wordt weergegeven, wordt de volgende hoogte-breedteverhouding
weergegeven.
Procedure
16:94:3 16:9 (omlaag)16:9 (omhoog)
Afstandsbediening
q
U kunt de kleurenmodus ook instellen met "Groter/kleiner
maken" in het menu "Signaal" van het configuratiemenu.
s
pag.44
Functies voor het verbeteren van projecties
28
Aanwijzer (Pointer)
U kunt de aanwijzer op het geprojecteerde beeld verplaatsen en zo de
aandacht vestigen op het onderwerp waarover u spreekt.
A
De aanwijzer weergeven.
Elke keer als u op deze knop drukt, verschijnt de aanwijzer of
verdwijnt hij.
B
De aanwijzer verplaatsen.
Procedure
Afstandsbediening
q
U kunt in het configuratiescherm onder "Instellingen" -
"Aanwijzervorm" kiezen uit drie verschillende aanwijzers
( ).
s
pag.45
Aanwijzer
Afstandsbediening
Functies voor het verbeteren van projecties
29
Deel van het beeld vergroten (E-Zoom)
Met deze functie kunt u het beeld vergroten om het in detail te kunnen
bekijken. Dit kan vooral handig zijn bij grafieken en tabellen.
A
E-zoom inschakelen.
B
Verplaats het kruis naar het gebied van het beeld dat
u wilt vergroten.
C
Vergroten.
Iedere keer als u op deze knop drukt, wordt het gebied vergroot. U
kunt versneld vergroten door de knop ingedrukt te houden.
U kunt het vergrote beeld verkleinen door de [x]-knop in te
drukken.
Druk op de [Esc]-knop om te annuleren.
Procedure
Afstandsbediening
q
De vergrotingsverhouding verschijnt in beeld. Het
geselecteerde gebied kan in 25 stappen 1 tot 4 keer worden
vergroot.
Kantel de [h]-knop om door het beeld te bladeren.
Kruis
Afstandsbediening
Afstandsbediening
Functies voor het verbeteren van projecties
30
De muisaanwijzer bedienen met de
afstandsbediening (Draadloze muis)
Sluit de USB-poort van een computer aan op de USB-poort (type B) op de
achterzijde van de projector met een in de winkel verkrijgbaar USB-
kabel*. Als de instelling "Uitgebreid" - "USB Type B" in het
configuratiemenu is ingesteld op "Draadloze muis" kunt u de
muisaanwijzer van de computer met de afstandsbediening gebruiken als
een draadloze muis. s pag.48
* Geleverd met de EMP-1825.
Computer
Windows: 98/98SE/2000/Me/XP Home Edition/
XP Professional/Vista Home Basic/Vista Home Premium/
Vista Business/Vista Enterprise/Vista Ultimate
Macintosh: OS8.6-9.2/10.0-10.5
USB-kabel
Naar USB-poort (Type B)
Naar
USB-poort
q
Het is mogelijk dat de muis onder sommige Windows- en
Macintosh-besturingssystemen niet werkt.
U moet misschien enkele computerinstellingen wijzigen
om de muis goed te laten werken. Raadpleeg de bij de
computer meegeleverde documentatie voor meer
informatie.
Functies voor het verbeteren van projecties
31
Als u de USB-kabels hebt aangesloten, kunt u de muisaanwijzer als volgt
bedienen.
De muisaanwijzer verplaatsen Muisklikken
Slepen en neerzetten Dit is handig voor het
weergeven van de vorige of
volgende dia in een
PowerPoint-diavoorstelling.
Dubbelklikken: Twee keer snel
achter elkaar indrukken.
Klikken met
linkermuisknop
Klikken met
rechtermuisknop
1. Houd de [Enter]-knop ingedrukt en
kantel en sleep de [h]-knop.
2. Laat de [Enter]-knop los om het
gesleepte item op de gewenste
positie neer te zetten.
Naar vorige dia
Naar volgende dia
q
Als de muisknopinstellingen op de computer zijn
omgekeerd, dan worden ze automatisch ook omgekeerd op
de afstandbediening.
U kunt de draadloze muis niet gebruiken als de volgende
functies worden gebruikt.
· Als een configuratiemenu wordt weergegeven
· Als een hulpscherm wordt weergegeven
· Als de E-zoomfunctie wordt gebruikt
· Als het gebruikerslogo wordt opgenomen
· Als de aanwijzer wordt gebruikt
· Als het geluidsvolume wordt aangepast
32
Projector(s) opgeven die reageert (reageren) op de afstandsbediening bij gebruik van meerdere projectors
Bij gebruik van meerdere projectors tegelijk, kan het aantal projectors
dat op de afstandsbediening reageert worden beperkt, zoals hieronder
beschreven.
Projector-ID instellen
A
Druk op de [Menu]-knop en selecteer in het
configuratiemenu "Uitgebreid" - "Projector-id".
s "Het configuratiemenu gebruiken" pag.42
Zie de aanwijzingen die onder her menu worden weergegeven voor
meer informatie.
q
De standaardinstelling van "Projector-id" is "Uit". De
standaardinstelling van "ID van te bedienen projector" is
"0". Als "0" is ingesteld, kan de projector via de
afstandsbediening worden bediend, ongeacht de instelling
van "Projector-id".
Als de projector wordt uitgeschakeld, wordt de instelling
van "ID van te bedienen projector" teruggezet op "0"
zodat de projector weer via de afstandsbediening kan
worden bediend.
2: Stel met de afstandsbediening
op alle projectors het ID in van
de projectors die zullen worden
bediend.
1: Stel in het configuratiemenu een
Projector-id in.
Nadat bovenstaande instelling is uitgevoerd, kunnen alleen de volgende
projectors via de afstandsbediening worden bediend.
Projectors waarvan het "Projector-id" en het "ID van te bedienen projector"
hetzelfde zijn. (Bijv.: de tweede projector in bovenstaande afbeelding.)
Als "0" is ingesteld als "ID van te bedienen projector".
Procedure
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
Projector(s) opgeven die reageert (reageren) op de afstandsbediening bij gebruik van meerdere projectors
33
B
Kies het ID dat u wilt instellen en druk op de [Enter]-
knop.
C
Druk op de [Menu]-knop om het configuratiemenu te
sluiten.
Het ID van de te bedienen projector instellen.
Het ID van de te bedienen projector moet iedere keer dat de projector
wordt aangezet opnieuw worden ingesteld.
Wijs met de afstandsbediening naar de externe receiver van de
verschillende projectors en voer voor iedere projector de volgende stappen
uit.
Houd de [ID]-knop ingedrukt en druk op de cijfertoets die
overeenkomt met het ID van de te bedienen projector.
Nadat bovenstaande instelling is uitgevoerd, kunnen alleen de opgegeven
projectors via de afstandsbediening worden bediend.
Procedure
q
U kunt controleren welke projectors kunnen worden
bediend via de afstandsbediening zoals hieronder
beschreven.
Wijs met de afstandsbediening naar de externe receiver
van de projector die u wilt controleren en druk op de [ID]-
knop. Het volgende scherm wordt weergegeven.
Ingedrukt
houden
Indien de afstandsbediening kan worden
gebruikt:
34
De kleur voor meerdere projectors instellen (Kleureninstelling multischermen)
Als u meerdere projectors wilt gebruiken voor een presentatie, kunt u
de helderheid en kleurtoon van het beeld van elke projector met de
kleurinstelling voor multischermen instellen zodat de kleuren van de
beelden van elke projector vrijwel overeenkomen.
Het is mogelijk dat de helderheid en kleurtoon ook na instelling niet
volledig overeenkomen.
Overzicht van de instelprocedure
Stel de waarden als volgt in.
1. Projector-id instellen
Stel voor elke projector een unieke projector-id in. s pag.32
2. Afstandsbediening-id instellen
Als u op de afstandsbediening dezelfde id instelt als op de projector die
u wilt gebruiken, kunt u de projector met dezelfde id gebruiken.
s pag.32
3. Image corrections (Beeldcorrecties) uitvoeren
Als u de projectors hebt opgesteld, kunt u het beeld van elke projector
aanpassen.
Met Beeldcorrectie kunt u in vijf stappen, niveau 1 t/m 5, de kleur
zwart in wit veranderen. Voor elk niveau kunt u de volgende twee
aanpassingen maken.
Helderheid aanpassen
Stel de helderheid van elk beeld in op niveau 1 t/m 5 zodat ze
allemaal overeenkomen.
Kleur aanpassen
Stel de kleur van elk beeld in op niveau 1 tot 5 met "Kleur corr. (G/
R)" en "Kleur corr. (B/Y)".
Let op
Als u twee of meer projectors zij aan zij gebruikt, kan de lucht uit de
naastgelegen projector een waarschuwing wegens te hoge
temperaturen veroorzaken. Let dus op de volgende punten:
Projecteer het beeld zodat het groter is dan 50".
Houd ten minste 65 cm ruimte tussen elke projector.
Installeer projectors niet op plaatsen die te warm worden, zoals in
direct zonlicht of vlakbij de uitlaat van een airconditioner of
verwarming.
De kleur voor meerdere projectors instellen (Kleureninstelling multischermen)
35
Beeldcorrectie
Nadat u de projectors hebt ingesteld, past u de helderheid en kleurtoon
voor elk beeld aan.
A
Druk op de [Menu]-knop en selecteer "Uitgebreid" -
"Multischerm" in het configuratiemenu. s "Het
configuratiemenu gebruiken" pag.42
B
Selecteer het niveau dat moet worden aangepast
onder "Aanpassingsniveau".
Telkens wanneer u een niveau selecteert, wordt het patroon van
het geselecteerde niveau weergegeven.
U kunt vanaf elk niveau het beeld aanpassen. Meestal kunt u het
beeld donkerder of lichter maken door het van 1 tot 5 of van 5 tot
1 aan te passen.
C
De helderheid aanpassen met "Helderheid corr.".
Als u niveau 5 selecteert, wordt de instelling van de projector
met de donkerste beeldinstelling door de andere projectors
overgenomen.
Als u niveau 1 selecteert, wordt de instelling van de projector
met de helderste beeldinstelling door de andere projectors
overgenomen.
Als u niveau 2 tot 4 selecteert, wordt de instelling van de
projector met de gemiddeld helderste beeldinstelling door de
andere projectors overgenomen.
Telkens wanneer u op de [Enter]-knop drukt, wisselt de
weergave tussen testbeeld en normaal beeld, zodat u het resultaat
van uw aanpassingen direct in het beeld kunt controleren en
eventueel correcties kunt aanbrengen.
D
"Kleur corr. (G/R)" en "Kleur corr. (B/Y)" aanpassen.
Telkens wanneer u op de [Enter]-knop drukt, wisselt de weergave
tussen testbeeld en normaal beeld, zodat u het resultaat van uw
aanpassingen direct in het beeld kunt controleren en eventueel
correcties kunt aanbrengen.
E
Herhaal procedure 2 t/m 4 totdat alle aanpassingen
zijn gemaakt.
F
Als alle aanpassingen af zijn, drukt u op de [Menu]-
knop om het configuratiemenu te sluiten.
Procedure
36
Beveiligingsfuncties
De projector beschikt over de volgende geavanceerde
beveiligingsfuncties.
Wachtwoordbeveiliging
U kunt het aantal gebruikers van de projector beperken.
Toetsvergrendeling
U kunt voorkomen dat personen zonder toestemming de instellingen
op de projector wijzigen.
Antidiefstalvergrendeling
De projector is uitgerust met diverse antidiefstalbeveiligingen.
Gebruikers beheren (Wachtwoordbeveiliging)
Als Wachtwoordbeveiliging is ingeschakeld kunnen personen die het
wachtwoord niet kennen de projector niet gebruiken voor het projecteren
van beelden, zelfs niet als de projector is ingeschakeld. Bovendien kan het
gebruikerslogo dat wordt weergegeven als u de projector inschakelt, niet
worden gewijzigd. Dit heeft een antidiefstalfunctie omdat de projector ook
na diefstal niet kan worden gebruikt. Als u de projector aanschaft, is
Wachtwoordbeveiliging niet ingeschakeld.
f Manieren van wachtwoordbeveiliging
Er zijn drie manieren om wachtwoordbeveiliging in te stellen, afhankelijk
van het gebruik van de projector.
1. "Inschakelbeveiliging"
Als "Inschakelbeveiliging" is ingeschakeld ("Aan") moet het
wachtwoord telkens worden ingevoerd wanneer de voedingskabel van
de projector sinds de laatste ingave van het wachtwoord uit het
stopcontact is gehaald.
Als het verkeerde wachtwoord wordt ingevoerd, zal de projectie niet
starten.
2. "Gebr. logo beveil."
Als "Gebr. logo beveil." is ingeschakeld ("Aan"), kan het
gebruikerslogo niet worden gewijzigd en zijn de volgende instellingen
voor het gebruikerslogo niet toegankelijk.
Een gebruikerslogo opnemen
Instellingen voor "Achtergrond weerg.", "Opstartscherm", en "A/V
dempen" onder "Weergeven" in het configuratiemenu.
3. "Netwerkbeveil." (alleen EMP-1825)
Als "Netwerkbeveil." is ingeschakeld ("Aan"), kunnen er geen
instellingen worden gewijzigd onder "Netwerk" in het
configuratiemenu.
Beveiligingsfuncties
37
f Wachtwoordbeveiliging instellen
Gebruik de volgende procedure om de Wachtwoordbeveiliging in te stellen.
A
Houd de [Freeze]-knop ongeveer vijf seconden
ingedrukt.
Het instellingenmenu voor wachtwoordbeveiliging wordt
weergegeven.
B
Schakel "Inschakelbeveiliging".
(1) Selecteer "Inschakelbeveiliging" en druk vervolgens op de
[Enter]-knop.
(2) Selecteer "Aan" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
(3) Druk op de [Esc]-knop.
C
Schakel "Gebr. logo beveil." in.
(1) Selecteer "Gebr. logo beveil." en druk vervolgens op de
[Enter]-knop.
(2) Selecteer "Aan" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
(3) Druk op de [Esc]-knop.
D
Schakel "Netwerkbeveil." in.
(1) Selecteer "Netwerkbeveil." en druk vervolgens op de [Enter]-
knop.
(2) Selecteer "Aan" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
(3) Druk op de [Esc]-knop.
Procedure
q
Als Wachtwoordbeveiliging al is ingeschakeld, moet u het
wachtwoord invoeren.
Als het ingevoerde wachtwoord juist is, wordt het
instellingenmenu voor wachtwoordbeveiliging
weergegeven.
s
"Wachtwoord invoeren" pag.38
Als het wachtwoord is ingesteld, plak dan de beveiligd-
met-wachtwoord-sticker als extra afschrikmiddel op een
zichtbare plaats op de projector.
Afstandsbediening
Beveiligingsfuncties
38
E
Het wachtwoord instellen
(1) Selecteer "Wachtwoord" en druk vervolgens op de [Enter]-
knop.
(2) De melding "Wachtwoord wijzigen?" wordt weergegeven,
selecteer "Ja" en druk op de [Enter]-knop. De
standaardinstelling voor het wachtwoord is "0000". Wijzig dit
in het door u gekozen wachtwoord. Als u "Nee" selecteert,
wordt het in stap 1 getoonde scherm opnieuw weergegeven.
(3) Houd de [Num]-knop ingedrukt en voer met de numerieke
knoppen een viercijferig getal in. Het ingevoerde nummer
wordt weergegeven als "* * * *". Als u het vierde cijfer invoert,
wordt het bevestigingsscherm weergegeven.
(4) Voer het wachtwoord opnieuw in.
De melding "Het nieuwe wachtwoord is opgeslagen." wordt
weergegeven.
Als u een onjuist wachtwoord invoert, verschijnt er een
melding dat u het wachtwoord opnieuw moet invoeren.
f Wachtwoord invoeren
Als het wachtwoordinvoerscherm wordt weergegeven, voer dan met de
numerieke knoppen op de afstandsbediening het wachtwoord in.
Houd de [Num]-knop ingedrukt en voer met de numerieke
knoppen het wachtwoord in.
Als u het juiste wachtwoord invoert, start de projectie.
Afstandsbediening
Numerieke knoppen
Ingedrukt
houden
Procedure
Let op
Als u drie keer achter elkaar een onjuist wachtwoord invoert,
wordt de melding "De projector wordt vergrendeld." ongeveer vijf
minuten lang weergegeven, waarna de projector in standby-
modus gaat. Als dit gebeurt, haal dan de voedingskabel van de
projector uit het stopcontact, steek de kabel er vervolgens weer in
en schakel de projector weer in. De projector geeft het
wachtwoordinvoerscherm opnieuw weer zodat u het juiste
wachtwoord kunt invoeren.
Als u het wachtwoord bent vergeten, schrijf dan het nummer dat
achter "Code opvragen: xxxxx" op het scherm verschijnt op en
neem contact op met het dichtstbijzijnde adres dat is opgenomen
in Service- en ondersteuningsgids. s Adressenlijst Epson
Projector
Als u bovenstaande handeling blijft herhalen en het onjuiste
wachtwoord dertig keer achter elkaar invoert, dan wordt de
volgende melding weergegeven en zal de projector geen
wachtwoorden meer accepteren. "De projector wordt vergrendeld.
Neem contact op met Epson - zie de documentatie."
s Adressenlijst Epson Projector
Beveiligingsfuncties
39
Bediening beperken (Toetsvergrendeling)
Ga als volgt te werk om de knoppen op het bedieningspaneel te blokkeren.
Voll. vergrend.
Alle knoppen op het bedieningspaneel zijn geblokkeerd. U kunt de
projector via het bedieningspaneel niet meer bedienen, inclusief in- en
uitschakelen.
Ged. vergrend.
Alle knoppen op het bedieningspaneel, behalve de [Power]-knop, zijn
geblokkeerd.
Dit is nuttig op evenementen of shows waar u alle knoppen wilt
deactiveren en alleen wilt projecteren, of op scholen waar u de
knopbediening wilt beperken. De projector kan nog steeds bediend
worden met de afstandsbediening.
A
Druk op de [Menu]-knop en selecteer "Instellingen" -
"Toetsvergrendeling". s "Het configuratiemenu
gebruiken" pag.42
In de infobalk onder het menu ziet u welke knoppen u kunt
gebruiken en waar ze voor dienen.
B
Selecteer of "Voll. vergrend." of "Ged. vergrend.".
C
Selecteer "Ja" als het bevestigingsbericht wordt
weergegeven.
De knoppen op het bedieningspaneel worden geblokkeerd volgens
de door u gekozen instellingen.
Procedure
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
q
Er zijn twee manieren om de blokkering van het
bedieningspaneel op te heffen.
Selecteer "Uit" onder "Instellingen" -
"Toetsvergrendeling" in het configuratiemenu.
Houd de [Enter]-knop op het bedieningspaneel ongeveer
zeven seconden ingedrukt. Er verschijnt een melding en
de blokkering wordt opgeheven.
Beveiligingsfuncties
40
Antidiefstalvergrendeling
Aangezien projectors vaak worden geïnstalleerd met ophangbeugels en in
ruimtes zonder toezicht worden achtergelaten, is het mogelijk dat iemand
probeert de projector mee te nemen en daarom is de projector uitgerust
met de volgende beveiligingsvoorzieningen.
Beveiligingssleuf
De beveiligingssleuf is compatibel met het door Kensington
geproduceerde Microsaver Security System. Meer informatie over het
Microsaver Security System vindt u op de homepage van Kensington
http://www.kensington.com/.
Installatiepunt beveiligingskabel
Een in de handel verkrijgbaar antidiefstal kabelslot kan door het
installatiepunt worden gehaald om de projector vast te leggen aan een
tafel of zuil.
f Kabelslot installeren
Haal een antidiefstal kabelslot door het installatiepunt.
Zie de documentatie die met het kabelslot is meegeleverd voor instructies
over het vergrendelen.
Configuratiemenu
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het gebruik van het configuratiemenu en de daarin opgenomen functies.
Het configuratiemenu gebruiken.......................42
Lijst met functies ................................................43
Beeld-menu ........................................................................43
Signaal-menu .....................................................................44
Instellingen-menu..............................................................45
Uitgebreid-menu................................................................47
Netwerk-menu (alleen EMP-1825) ..................................49
Bewerkingen in het Netwerk-menu................................................50
Softwarematige toetsenbordbewerkingen ......................................50
Basis-menu .....................................................................................51
Draadloos LAN-menu ....................................................................52
Beveiliging-menu ...........................................................................59
Vast netwerk-menu.........................................................................63
E-mail-menu...................................................................................64
Overige-menu.................................................................................65
Resetten-menu ................................................................................66
Informatie-menu............................................................... 67
Resetten-menu .................................................................. 68
42
Het configuratiemenu gebruiken
A
Uit hoofdmenu
selecteren
C
Het geselecteerde
item wijzigen
B
Uit submenu
selecteren
Hoofdmenu
Submenu (Settings)
(Instellingen)
Infobalk
Selecteer de te wijzigen instellingen
Op de afstandsbediening
Op het bedieningspaneel
Gebruikte knoppen
D
Afsluiten
43
Lijst met functies
Beeld-menu
Welke items kunnen worden ingesteld is afhankelijk van het beeldsignaal dat op dat moment wordt geprojecteerd (zie onderstaande schermafdrukken). De
instellingsgegevens worden voor elk beeldsignaal opgeslagen.
Submenu Functie
Kleurmodus Stel hier de beeldkwaliteit in die bij uw omgeving past. s pag.24
Helderheid
Stel hier de helderheid van het beeld in.
Contrast
g Stel hier het verschil in tussen licht en schaduw in het beeld.
Kleurverzadiging Stel hier de kleurverzadiging voor het beeld in.
Tint (Deze instelling is alleen beschikbaar als u composietvideosignaal/S-videosignaal gebruikt en NTSC-signalen worden doorgegeven.)
Stel hier de kleurschakering in.
Scherpte
Stel hier de beeldscherpte in.
Abs.
kleurtemperatuur
U stelt hier de totale kleurschakering voor het beeld in. U kunt hier kleurenschakeringen in 10 stappen van 5.000 K tot 10.000 K instellen. Als u een
hoge waarde selecteert krijgt het beeld een blauwe kleurschakering, als u een lage waarde selecteert krijgt het beeld een rode kleurschakering.
(Dit item kan niet worden geselecteerd als "sRGB
g" is geselecteerd als instelling onder "Kleurmodus" in het "Beeld"-menu.)
Kleuraanpassing Wijzig hier een van de volgende instellingen. (Dit item kan niet worden geselecteerd als "sRGBg" is geselecteerd als instelling onder "Kleurmodus"
in het "Beeld"-menu.)
Rood, Groen, Blauw: U kunt de verzadiging van elke kleur afzonderlijk instellen.
(Dit item kan niet worden geselecteerd als "
Op maat
" is geselecteerd onder "
Beeld
" - "
Kleurmodus
".)
R, G, B, C, M, Y
: U kunt de sterkte van elke afzonderlijke kleur R (rood), G (groen), B (blauw), C (cyaan), M (magenta), Y (geel) instellen.
(Dit item kan alleen worden geselecteerd als "Op maat" is geselecteerd onder "Beeld" - "Kleurmodus".)
Resetten Hier kunt u alle functies die u in het "Beeld"-menu hebt ingesteld herstellen naar hun standaardwaarden. Zie s pag.68 als u de standaardwaarden
van alle menu-items wilt herstellen.
Computerbeeld
Componentvideog/Composietvideog/S-videog
Lijst met functies
44
Signaal-menu
Welke items kunnen worden ingesteld is afhankelijk van het beeldsignaal dat op dat moment wordt geprojecteerd (zie onderstaande schermafdrukken). De
instellingsgegevens worden voor elk beeldsignaal opgeslagen.
Submenu Functie
Autom. configuratie Als het invoersignaal verandert, kunt u instellen dat het beeld automatisch de optimale status kiest (On (Aan)) of niet (Off (Uit)). s pag.77
Tracking
g Hier kunt u het computerbeeld aanpassen als er verticale strepen in het beeld verschijnen. s pag.77
Sync.g Hier kunt u het computerbeeld aanpassen als het beeld flikkert of wazig is, of als er interferentie optreedt. s pag.77
Positie Hier kunt u de positie van het venster naar boven, naar beneden, naar links en naar rechts bijstellen als een deel van het beeld niet wordt geprojecteerd.
Progressiefg (Componentvideo kan alleen worden ingesteld als 480i/576i-signalen worden doorgegeven)
Uit: IP-conversie wordt voor elk veld in het beeld uitgevoerd. Dit is ideaal voor het weergeven van beelden met veel beweging.
Aan: interliniëring
g (i) signalen worden geconverteerd naar progressieve (p) signalen. Dit is ideaal voor het weergeven van stilstaande beelden.
Computer1-ingang U kunt het ingangssignaal van de ingangspoort van Computer1 of Computer2 gebruiken.
Als hier "Automatisch" is geselecteerd, wordt het invoersignaal automatisch volgens het aangesloten apparaat ingesteld.
Als de kleuren niet juist worden weergegeven bij de instelling "Automatisch", selecteer dan het signaal van het aangesloten apparaat.
Computer2-ingang
Videosignaal Als hier "Autom." is geselecteerd, worden videosignalen automatisch herkend. Als de instelling "Autom." leidt tot problemen zoals interferentie of
het ontbreken van beeld, selecteer dan het signaal van het aangesloten apparaat.
Groter/kleiner
maken
U kunt hier de hoogte-breedteverhoudingg voor geprojecteerde beelden instellen. s pag.27
Resetten U kunt hier alle functies die u in het menu "Signaal" hebt ingesteld herstellen naar hun standaardwaarden, behalve voor "Computer1-ingang" en
"Computer2-ingang".
Zie s pag.68 als u de standaardwaarden van alle menu-items wilt herstellen.
Computerbeeld
Componentvideog Composietvideog/S-videog
Lijst met functies
45
Instellingen-menu
Submenu Functie
Keystone U kunt trapeziumvertekening (keystone) in beelden corrigeren.
H/V-Keystone : corrigeert horizontale en verticale trapeziumvertekening. Selecteer een van de opties "V-Keystone", "H-Keystone" of "Autom. V-
Keystone". Indien "Autom. V-Keystone" is geselecteerd en ingeschakeld, wordt verticale scheefstand van de projector waargenomen en
automatisch gecorrigeerd. Indien ingesteld op "Uit", corrigeer dan handmatig met de knoppen [w], [v], [<] en [>] op het bedieningspaneel.
"V-Keystone" en "H-Keystone" zijn voor het handmatig uitvoeren van correcties.
Quick Corner : selecteert en corrigeert de vier hoeken van het geprojecteerde beeld. s pag.19
Toetsvergrendeling U kunt dit gebruiken om het gebruik van het bedieningspaneel van de projector te beperken. s pag.39
Aanwijzervorm U kunt hier de vorm van de aanwijzer selecteren. s pag.28
Aanwijzer 1: Aanwijzer 2: Aanwijzer 3:
Helderheidsaanp. U kunt hier de helderheid van de projectorlamp op een of twee manieren regelen.
Selecteer "Laag" als de geprojecteerde beelden te helder zijn zoals bijvoorbeeld wanneer de geprojecteerde beelden in een donkere kamer of op een
klein scherm worden geprojecteerd. Als "Laag" wordt geselecteerd, worden de hoeveelheid verbruikte elektriciteit en de bedrijfsduur van de
projectorlamp als volgt gewijzigd, terwijl ook de ventilatorruis afneemt. Elektriciteitsverbruik: ongeveer een vermindering van 40 W, levensduur
projectorlamp: ongeveer 1,2 keer langer
Volume U kunt hier het volume aanpassen.
Externe receiver U kunt de ontvangst van het werkingssignaal van de afstandsbediening begrenzen.
Als u het gebruik van de afstandsbediening wilt verbieden, of als de afstandsbediening te dicht bij een fluorescerende lichtbron is, kunt u instellen
dat de afstandsbediening die u niet wilt gebruiken of die storingen ondervindt wordt gedeactiveerd.
Testpatroon Als de projector wordt ingesteld, verschijnt een testpatroon zodat u de projectie kunnen bijstellen zonder andere apparatuur aan te sluiten. Terwijl
het testpatroon wordt weergegeven, kunnen zoom, scherpstelling en keystone worden aangepast en gecorrigeerd, met uitzondering van Quick Setup.
Druk op de knop [Esc] op de afstandsbediening of het bedieningspaneel om het testpatroon te annuleren.
Voor EMP-1825 Voor EMP-1810
Lijst met functies
46
Resetten U kunt hier alle functies die u in het "Instellingen"-menu hebt ingesteld herstellen naar hun standaardwaarden.
Zie s pag.68 als u de standaardwaarden van alle menu-items wilt herstellen.
Submenu Functie
Lijst met functies
47
Uitgebreid-menu
Submenu Functie
Weergeven Hier kunt u instellingen vastleggen voor het venster van de projector.
Bericht: U kunt hier instellen of u de naam van de bron wilt weergeven (Aan) of niet (Uit) als u de invoerbron wijzigt, de naam van de kleurmodus
(kleurmodus) als u de kleurmodus wijzigt, of er een melding wordt gegeven bij geen beeldsignaal, enzovoort.
Achtergrond weerg.
*
: U kunt hier de schermstatus instellen op "Zwart", "Blauw" of "Logo" als er geen signaal wordt ontvangen.
Opstartscherm
*
: U kunt hier instellen of u het opstartscherm (het beeld dat geprojecteerd wordt als de projector wordt gestart) wilt weergeven of
niet.
A/V dempen
*
: Tijdens A/V Mute (dempen) kunt u het scherm dat uw wilt weergeven instellen op "Zwart", "Blauw" of "Logo".
Gebruikerslogo
*
U kunt het gebruikerslogo dat als achtergrond en tijdens A/V dempen wordt weergegeven wijzigen. s pag.90
Projectie Afhankelijk van de manier waarop de projector is opgesteld, kunt u het volgende instellen. s pag.82
"Voorkant" "Voor/bovenkant" "Achterkant" "Achter/boven"
U kunt de instelling als volgt wijzigen door de [A/V Mute]-knop op de afstandsbediening ongeveer vijf seconden ingedrukt te houden.
"Voorkant"W"Voor/bovenkant"
"Achterkant"W"Achter/boven"
* Als "Gebr. logo beveil." onder "Wachtwoordbeveiliging" is ingesteld op "Aan", kunnen de instellingen voor het gebruikerslogo niet worden gewijzigd. U kunt
wijzigingen doorvoeren nadat u "Uit" hebt ingesteld bij "Gebr. logo beveil.". s pag.37
Voor EMP-1825 Voor EMP-1810
Lijst met functies
48
Bewerking Dir. Inschakelen: U kunt hier instellen of u Direct inschakelen wilt inschakelen (Aan) of uitschakelen (Uit).
Als hier "Aan" is geselecteerd en de voedingskabel van de projector is aangesloten op een stopcontact, wees er dan op verdacht dat de projector
automatisch wordt ingeschakeld als er plotseling stroomstoten optreden wanneer na een stroomstoring de voeding weer wordt ingeschakeld.
Sluimerstand: U kunt instellen of de projectie automatisch moet stoppen (Aan) of niet (Uit) indien gedurende ongeveer 30 seconden geen
handelingen worden uitgevoerd terwijl er geen beeldsignalen binnenkomen, of indien ongeveer 30 seconden zijn verstreken na het sluiten van de
schuifklep A/V Mute.
Hoogtemodus: Stel de hoogtemodus in op "Aan" als u de projector boven de 1.500 m gaat gebruiken.
Stand-by modus Als u "Netwerk Aan" instelt, kunt u het netwerk en functies beheren terwijl de projector zich in standby-modus bevindt.
Voor het beheren en controleren van de projectorstatus in het netwerk kunt u SNMP
g gebruiken of de "EMP Monitor"-software
*1
die bij dit product
wordt meegeleverd.
USB Type B
(alleen EMP-1825)
Stel de waarde "USB Display" in als de projector en de computer zijn aangesloten via een USB-kabel en er computerbeelden worden geprojecteerd.
s Wireless LAN Quick Connection Guide
Stel in op "Draadloze muis" als u de muisaanwijzer wil besturen met de afstandsbediening. s pag.30
Projector-id Stel een id in tussen "1" en "9". "Uit" geeft aan dat er geen id is ingesteld. s pag.32
Multischerm Als er meerdere projectors zijn opgesteld om te projecteren, kunt u de kleurtoon en de helderheid van elk geprojecteerde beeld instellen. s pag.34
Aanpassingsniveau: U kunt in vijf stappen, niveau 1 t/m 5, zwart in wit veranderen, en op elk niveau kunt u "Helderheid corr." en "Kleur corr."
instellen.
Helderheid corr.: Corrigeert het verschil in helderheid van de verschillende producten.
Kleur corr. (G/R) / Kleur corr. (B/Y): U kunt hier het kleurverschil van de verschillende producten corrigeren.
Ta al U kunt hier de taal van meldingen instellen.
Resetten U kunt hier "Weergeven
*2
" en "Bewerking
*3
" in het "Uitgebreid"-menu herstellen naar hun standaardwaarden.
Zie s pag.68 als u de standaardwaarden van alle menu-items wilt herstellen.
*1 Om EMP Monitor-software te downloaden, gaat u naar http://www.epson.com
, selecteert u uw plaatselijke Epson-website en selecteert u vervolgens het onderdeel
ondersteuning. EMP Monitor is software die een computer gebruikt om de staat van een of meer projectors in een netwerk in de gaten te houden en te beheren. U
hebt een seriële
IP-conversieadapter en een kabel nodig om een EMP-1810 aan een netwerk te koppelen om het met EMP-monitor in de gaten te houden. U kunt
de productinformatie en de werkingscompatibiliteit nagaan op het internetadres dat hierboven wordt vermeld.
*2 Als "Gebr. logo beveil." onder "Wachtwoordbeveiliging" is ingesteld op "Aan", kunnen de instellingen voor het gebruikerslogo niet worden gewijzigd. U kunt
wijzigen doorvoeren nadat u "Uit" voor "Gebr. logo beveil." hebt ingesteld. s pag.37
*3 Dit geldt niet voor de "Hoogtemodus".
Submenu Functie
Lijst met functies
49
Netwerk-menu (alleen EMP-1825)
Als "Netwerkbeveil." onder "Wachtwoordbeveiliging" is ingesteld op "Aan", wordt er een melding weergegeven en kunnen de instellingen niet worden
gewijzigd. U kunt wijzigen doorvoeren nadat u "Uit" voor "Netwerkbeveil." hebt ingesteld. s pag.37
Submenu Functie
Netwerkconfiguratie
De weergave schakelt over naar het netwerkmenu zodat u netwerkinstellingen kunt uitvoeren.
De volgende menu's zijn beschikbaar voor netwerkinstellingen: "Basis", "Draadloos LAN", "Beveiliging", "Vast netwerk", "E-mail", "Overige"
"Resetten" en "Installatie voltooid". Als de vereiste opties zijn ingesteld, kan de projector via een netwerk op een computer worden aangesloten.
Lijst met functies
50
f Bewerkingen in het Netwerk-menu
Selecteren uit het hoofdmenu, selecteren uit submenu's en het wijzigen
van geselecteerde opties zijn hetzelfde als in het configuratiemenu.
Om af te sluiten is echter de volgende handeling nodig. Ga naar
"Installatie voltooid" en selecteer "Ja", "Nee" of "Annuleren".
Het scherm keert terug naar het configuratiemenu.
f Softwarematige toetsenbordbewerkingen
Het netwerkmenu bevat opties waarvoor invoer van alfanumerieke tekens
vereist is tijdens het instellen. In dat geval wordt het volgende
softwarematige toetsenbord weergegeven. Beweeg de cursor naar de
gewenste toets met de knop [h] op de afstandsbediening of met [w],
[v], [<] of [>] op de projector, en druk op de knop [Enter] om het teken
in te voeren. Druk na uw invoer op [Finish] op het toetsenbord ter
bevestiging. Druk op [Cancel] op het toetsenbord om uw invoer te
annuleren.
Hoofdmenu Submenu (Settings)
(Instellingen)
Infobalk
Ja: Slaat de instellingen op en sluit het
netwerkmenu af.
Nee
: Sluit het netwerkmenu af zonder de
instellingen op te slaan.
Annuleren: Weergave van het netwerkmenu wordt
vervolgd.
Telkens wanneer deze
toets wordt geselecteerd,
wordt gewisseld tussen
hoofdletters en kleine
letters.
Telkens wanneer deze
toets wordt
geselecteerd, wijzigen
de symbooltoetsen voor
het omkaderde gedeelte.
Lijst met functies
51
f Basis-menu
Submenu Functie
Naam projector Hier kunt u een naam voor de projector invoeren. Indien aangesloten op een netwerk, wordt de projector aan de hand van deze naam geïdentificeerd.
De standaardinstelling is "EMPxxxxxx" (waarbij xxxxxx staan voor de laatste zes tekens van het MAC-adres). U kunt tot 16 single-byte
alfanumerieke tekens invoeren.
Wachtwoord
PJLink
Voer hier een wachtwoord in om te gebruiken wanneer u toegang wilt tot de projector met compatibele PJLink-software. s pag.103
U kunt tot 32 single-byte alfanumerieke tekens invoeren.
Wachtwoord
webcontr.
Voer een wachtwoord in om te gebruiken bij het uitvoeren van instellingen en het beheren van de projector met Web control.* U kunt tot 8 single-
byte alfanumerieke tekens invoeren. Web control is een computerfunctie waarmee u de projector kunt instellen en beheren via de webbrowser op
een computer die op een netwerk is aangesloten. sEasyMP Operation Guide
Trefwoord projector Als Trefwoord projector is ingeschakeld, moet u een trefwoord invoeren wanneer u verbinding probeert te maken met een netwerk. Als deze functie
is ingeschakeld, kan onderbreking van presentaties door een niet-ingeplande computer die verbinding maakt worden voorkomen.
Deze functie dient normaalgesproken ingeschakeld te zijn.
Wachtwoord
netwerkstation
Om te vermijden dat derde partijen een bestand op de CompactFlash-kaart overschrijven/wissen zonder toestemming, voert u een wachtwoord van
maximum 16 tekens in.
Lijst met functies
52
f Draadloos LAN-menu
Submenu Functie
Aansluitmodus Voor het instellen van de verbindingsmodus bij het tot stand brengen van een verbinding via EMP NS Connection.
Stel "Snel" in als u snel een draadloze verbinding tot stand wilt brengen. Stel "Geavanceerd" in om via een toegangspunt op het netwerk aan te
sluiten.
Installatie via WPS Wanneer een apparaat dat compatibel is met WPS wordt gebruikt via een toegangspunt, kunt u met deze modus de instellingen van de aansluiting
gemakkelijk invoeren. Wanneer u de cursor op "Naar installatiewizard" zet en vervolgens op de [Enter]-toets drukt, wordt het WPS-
instellingenscherm weergegeven. Als instellingsmodus selecteert u "Drukknopmethode" ofwel "Pincodemethode".
Antenneniveau Weergave van de golfsterkte van de draadloze LAN.
Draadloos LAN-
systeem
Stelt het draadloos LAN-systeem in.
SSIDg Voer een SSID in. Als het draadloos LAN-systeem waarvan de projector deel uitmaakt beschikt over een SSID, voer de SSID dan in. De
standaardwaarde is EPSON.
U kunt tot 32 single-byte alfanumerieke tekens invoeren.
DHCPg U kunt instellen of u DHCP wel (Aan) of niet (Uit) wilt gebruiken.
Indien ingesteld op "Aan", kunt u niet meer adressen invoeren.
IP-adresg U kunt het IP-adres dat is toegewezen aan de projector invoeren.
U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren. De volgende IP-adressen kunnen echter niet gebruikt worden.
0.0.0.0, 127.x.x.x, 224.0.0.0 tot 255.255.255.255 (waarbij x een getal van 0 tot 255 is)
Subnetmaskerg U kunt het subnetmasker voor de projector invoeren. U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren. De volgende subnetmaskers
kunnen echter niet gebruikt worden.
0.0.0.0, 255.255.255.255
Gateway-adresg U kunt het IP-adres voor de gateway voor de projector invoeren.
U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren. De volgende gateway-adressen kunnen echter niet gebruikt worden.
0.0.0.0, 127.x.x.x, 224.0.0.0 tot 255.255.255.255 (waarbij x een getal van 0 tot 255 is)
Lijst met functies
53
MAC-adres Geef het MAC-adres aan.
SSID-weergave Om te vermijden dat de SSID op het Stand-byscherm wordt weergegeven, stelt u dit in op "Uit".
Weergave IP-adres Om te vermijden dat het IP-adres op het Stand-byscherm wordt weergegeven, stelt u dit in op "Uit".
Submenu Functie
Lijst met functies
54
Een WPS (Wi-Fi Protected Setup)-verbinding maken
Als u een toegangspunt gebruikt dat compatibel is met WPS, dan kunt u
de instellingen voor de verbinding tussen de projector en het toegangspunt
gemakkelijk invoeren vanaf het configuratiemenu van de projector. U
kunt kiezen tussen de "Drukknopmethode" en de "Pincodemethode" als
instellingsmethode.
Drukknopmethode
Als u zowel op de [Enter]-knop op de projector en op de knop op
het toegangspunt drukt, worden de SSID- en de
beveiligingsinstellingen gemaakt. Epson beveelt het gebruik van
deze methode aan wanneer de projector en het toegangspunt
zich dicht bij elkaar bevinden.
Pincodemethode
De SSID- en de beveiligingsinstellingen worden geactiveerd door
een code van 8 tekens vanaf de computer op het toegangspunt in
te voeren. Deze code wordt vervolgens door de projector
weergegeven. Die code wordt vervolgens aan de projector
doorgegeven. De verbinding tussen de computer en het
toegangspunt moet op dat moment al gelegd zijn. Voor meer
gegevens over de manier waarop u die verbinding legt, kunt u de
handleiding raadplegen die bij het toegangspunt zit. Met deze
methode kunt u de instellingen invoeren zonder knoppen op de
projector te moeten indrukken. Daarom bevelen we deze
methode aan wanneer de projector aan het plafond hangt.
Start WPS-instelling.
A
Vanaf het tabblad "Netwerk" van het
Configuratiemenu selecteert u
"Netwerkconfiguratie" en drukt u vervolgens op de
[Enter]-knop.
Het Netwerkconfiguratiescherm wordt weergegeven.
Procedure
Lijst met functies
55
B
Vanaf het tabblad "Draadloos LAN" selecteert u
"Naar installatiewizard" en drukt u vervolgens op de
[Enter]-knop.
Het WPS (Wi-Fi Protected Setup)-verbindingsscherm wordt
weergegeven. De daaropvolgende handeling verschilt, afhankelijk
van de geselecteerde methode: Drukknopmethode of
Pincodemethode.
Wanneer u de Drukknopmethode selecteert volgt u de stappen
hieronder. Wanneer u de Pincodemethode selecteert, volgt u de
stappen op s pag.57.
Een verbinding maken met de Drukknopmethode
A
Selecteer "Drukknopmethode" en druk vervolgens
op de [Enter]-knop.
Het scherm "Drukknopmethode" wordt weergegeven.
B
Druk op de [Enter]-knop op de projector wanneer u
dat wordt gevraagd op het scherm.
Vervolgens wordt het scherm "Drukknopmethode" weergegeven.
Procedure
Lijst met functies
56
C
Druk op de knop op het toegangspunt wanneer u
dat wordt gevraagd op het scherm.
Daarmee is de instelling voltooid.
D
Druk op de [Enter]-toets of op de [Esc]-toets.
De instellingspagina voor de draadloze LAN verschijnt.
E
Selecteer "Installatie voltooid" en druk vervolgens
op de [Enter]-knop.
Selecteer "Ja" en druk op [Enter] om de instellingen op te slaan.
Daarmee is de instelling van de verbinding tussen de projector en
het toegangspunt voltooid. Druk op de [Menu]-knop en sluit het
configuratiemenu om de instellingen af te sluiten.
Lijst met functies
57
Een verbinding maken met de Pincodemethode
A
Selecteer "Pincodemethode" en druk vervolgens op
de [Enter]-knop.
Het scherm "Pincodemethode" wordt weergegeven.
B
Vanaf de computer voert u de weergegeven Pincode
naar het toegangspunt in, selecteert u "Installatie
starten" en drukt u vervolgens op de [Enter]-knop.
De voortgang wordt weergegeven.
Daarmee is de instelling voltooid.
q
Voordat u een verbinding kunt maken met de
Pincodemethode, moet er al een verbinding gelegd zijn
tussen de computer en het toegangspunt. Voor meer
gegevens over de manier waarop u die verbinding legt, kunt
u de handleiding raadplegen die bij het toegangspunt zit.
Procedure
Lijst met functies
58
C
Druk op de [Enter]-toets of op de [Esc]-toets.
De instellingspagina voor de draadloze LAN verschijnt.
D
Selecteer "Installatie voltooid" en druk vervolgens
op de [Enter]-knop.
Selecteer "Ja" en druk op [Enter] om de instellingen op te slaan.
Daarmee is de instelling van de verbinding tussen de projector en
het toegangspunt voltooid. Druk op de [Menu]-knop en sluit het
configuratiemenu om de instellingen af te sluiten.
Lijst met functies
59
f Beveiliging-menu
Beveiligingstypen
Bij het maken van verbinding en communiceren in draadloze LAN-modus kunt u een van de volgende coderings- en verificatiemethoden selecteren.
WEP
Gegevens worden versleuteld met een codesleutel (WEP key).
Dit mechanisme voorkomt communicatie tenzij de coderingssleutels voor het toegangspunt en de projector overeenkomen.
•WPA/WPA2
Dit is een coderingsstandaard die de zwakke beveiliging van WEP verbetert. Hoewel er diverse WPA-coderingsmethoden zijn, gebruikt deze projector
"TKIPg". TKIP gebruikt PSK om de coderingssleutel automatisch op regelmatige tijdstippen te updaten. Hierdoor is de code in vergelijking met WEB, dat
een vaste coderingssleutel gebruikt, moeilijker te breken.
WPA-verificatie biedt twee methoden, met een authenticatieserver of door verificatie tussen een computer en een toegangspunt zonder server. Deze
projector ondersteunt de laatste methode, zonder een server.
•EAP
EAP is een protocol dat voor communicatie tussen clients en authenticatieservers wordt gebruikt. Er zijn diverse protocollen zoals EAP-TLS dat gebruik
maakt van elektronische certificaten voor gebruikersauthenticatie, LEAP dat werkt met een gebruikerswachtwoord en –id, en EAP-TTLS.
Submenu Functie
Beveiliging Selecteer een van de beveiligingstypen uit de vermelde opties.
Volg de aanwijzingen van de beheerder van het netwerksysteem waartoe u toegang wilt voor het instellen van de beveiliging.
Lijst met functies
60
Systeem Verificatie
EAP-TLS Digitaal certificaat, CA-certificaat
EAP-TTLS Gebruikersnaam, wachtwoord
PEAP/MS-CHAPv2 Gebruikersnaam, wachtwoord
PEAP/EAP-GTC Gebruikersnaam, wachtwoord
LEAP Gebruikersnaam, wachtwoord
q
Volg de aanwijzingen van de netwerkbeheerder van uw netwerk voor de instellingen.
Bij gebruik van EAP moet u instellingen uitvoeren op de projector die overeenkomen met de instellingen van de authenticatieserver. Vraag
bij uw netwerkbeheerder naar informatie over RADIUS-instellingen.
• Registreer een elektronisch certificaat en een CA-certificaat op de projector. Er kan slechts één elektronisch certificaat en CA-certificaat op
de projector worden geregistreerd. Deze certificaten worden gebruikt bij EAP-TLS.
Lijst met functies
61
Als WEP is geselecteerd
Submenu Functie
WEP-codering U kunt hier de codering voor WEB-versleuteling instellen.
128 bit: Werkt met 128 (104) bits codering
64 bit: Werkt met 64 (40) bits codering
Indeling U kunt de invoermethode voor de WEP-coderingssleutel instellen.
ASCII: tekstinvoer.
HEX: invoer in hexadecimalen.
Sleutel-ID Selecteert de WEP-coderingssleutel-ID
Coderingssleutel 1/
Coderingssleutel 2/
Coderingssleutel 3/
Coderingssleutel 4
U kunt de sleutel voor WEP-codering invoeren. Voer de sleutel in in single-byte tekens volgens de aanwijzingen van de netwerkbeheerder voor het
netwerk waarvan de projector deel uitmaakt. Het type tekens en het aantal dat kan worden ingevoerd, is afhankelijk van de instellingen voor "WEP-
codering" en "Indeling".
Als het aantal tekens dat u invoert kleiner is dan de vereiste tekenlengte, wordt geen van de tekens versleuteld. Als het aantal tekens dat u invoert
groter is dan de vereiste tekenlengte, worden de tekens die het toegestane aantal overschrijden niet versleuteld.
"128 bit" - "ASCII": single-byte alfanumerieken, 13 tekens.
"64 bit" - "ASCII" : single-byte alfanumerieken, 5 tekens.
"128 bit" - "HEX" : 0 tot 9 en A tot F, 26 tekens
"64 bit" - "HEX" : 0 tot 9 en A tot F, 10 tekens
Lijst met functies
62
Als WPA-PSK (TKIP) of WPA2-PSK (AES) zijn geselecteerd
Als EAP-TLS is geselecteerd
Als EAP-TTLS/MD5, EAP-TTLS/MS-CHAPv2, PEAP/MS-CHAPv2, PEAP/GTC, LEAP, EAP-Fast/MS-CHAPv2 of EAP-FAST/GTC zijn geselecteerd
Submenu Functie
PSK
(Coderingssleutel)
U kunt een PreSharedKey (coderingssleutel) in single-byte alfanumerieke tekens invoeren. Voer ten minste 8 en maximaal 64 tekens in. Als de
PreSharedKey is ingevoerd en de knop [Enter] is ingedrukt, is de waarde ingesteld en wordt aangeduid met een (*).
U kunt niet meer dan 32 tekens invoeren in het menu voor het instellen van opties. Als u instelt vanuit Web Control, kunt u meer dan 32 tekens
invoeren. sEasyMP Operation Guide
Submenu Functie
Uitgereikt aan/
Uitgereikt door/
Geldigheidsduur
Informatie van het certificaat wordt weergegeven. U kunt hier niet invoeren.
Submenu Functie
Gebruikersnaam U kunt een gebruikersnaam voor verificatie invoeren in single-byte alfanumerieke tekens (geen spaties). U kunt maximaal 64 tekens invoeren.
U kunt niet meer dan 32 tekens invoeren in het configuratiemenu. Als u instelt vanuit Web Control, kunt u meer dan 32 tekens invoeren. sEasyMP
Operation Guide
Wachtwoord U kunt een verificatiewachtwoord in single-byte alfanumerieke tekens invoeren. U kunt maximaal 64 tekens invoeren. Als het wachtwoord is
ingevoerd en de knop [Enter] is ingedrukt, is de waarde ingesteld en wordt aangeduid met een (*).
U kunt niet meer dan 32 tekens invoeren in het configuratiemenu. Als u instelt vanuit Web Control, kunt u meer dan 32 tekens invoeren. sEasyMP
Operation Guide
Lijst met functies
63
f Vast netwerk-menu
Submenu Functie
DHCPg U kunt instellen of u DHCP wel (Aan) of niet (Uit) wilt gebruiken.
Indien ingesteld op "Aan", kunt u niet meer adressen invoeren.
IP-adresg U kunt het IP-adres dat is toegewezen aan de projector invoeren.
U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren. De volgende IP-adressen kunnen echter niet gebruikt worden.
0.0.0.0, 127.x.x.x, 224.0.0.0 tot 255.255.255.255 (waarbij x een getal van 0 tot 255 is)
Subnetmaskerg U kunt het subnetmasker voor de projector invoeren. U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren. De volgende subnetmaskers
kunnen echter niet gebruikt worden.
0.0.0.0, 255.255.255.255
Gateway-adresg U kunt het IP-adres voor de gateway voor de projector invoeren.
U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren. De volgende gateway-adressen kunnen echter niet gebruikt worden.
0.0.0.0, 127.x.x.x, 224.0.0.0 tot 255.255.255.255 (waarbij x een getal van 0 tot 255 is)
MAC-adres Geef het MAC-adres aan.
Weergave IP-adres Om te vermijden dat het IP-adres op het Stand-byscherm wordt weergegeven, stelt u dit in op "Uit".
Lijst met functies
64
f E-mail-menu
Als dit is ingesteld en de projector komt in abnormale- of waarschuwingstoestand, ontvangt u een melding per e-mail.
Submenu Functie
E-mailmelding U kunt instellen of u wel (Aan) of niet (Uit) per e-mail op de hoogte gebracht wilt worden.
SMTP-server U kunt het IP-adresg voor de SMTP-server voor de projector invoeren.
U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren. De volgende IP-adressen kunnen echter niet gebruikt worden.
127.x.x.x, 224.0.0.0 tot 255.255.255.255 (waarbij x een getal van 0 tot 255 is)
Poortnummer U kunt het poortnummer voor de SMTP-server invoeren. De standaardwaarde is 25. U kunt een getal van 1 tot 65535 invoeren.
E-mailadres 1/
E-mailadres 2/
E-mailadres 3
Voer het e-mailadres in van de bestemming waar de e-mailmelding heen moet. U kunt maximaal drie bestemmingen registreren. U kunt tot 32
single-byte alfanumerieke tekens voor de mailadressen invoeren.
Melding instellen U kunt instellen bij welke abnormaliteiten of waarschuwingen een e-mailmelding wordt gestuurd. Als de geselecteerde abnormaliteit of
waarschuwing optreedt in de projector, wordt een bericht gestuurd naar het opgegeven "Bestemmingsadres" met de mededeling dat zich een
abnormaliteit of waarschuwing heeft voorgedaan. U kunt meerdere van de vermelde opties selecteren.
Lijst met functies
65
f Overige-menu
U kunt de SNMPg instellen. Om de projector te bewaken met SNMP moet u het SNMP-beheerprogramma op uw computer installeren. SNMP moet door
een netwerkbeheerder worden beheerd.
Submenu Functie
SNMP Trap IP
Adresg 1/ SNMP
Trap IP Adres 2
U kunt tot twee bestemmingen aanmelden voor de SNMP Trap-melding.
Het IP-adres
g dat is aangemeld bij "Trap IP Adres 2" wordt gebruikt als het IP-adres van "Trap IP Adres 1" niet toegankelijk is.
U kunt in elk veld van het adres een getal van 0 tot 255 invoeren.
De volgende IP-adressen kunnen echter niet gebruikt worden.
127.x.x.x, 224.0.0.0 tot 255.255.255.255 (waarbij x een getal van 0 tot 255 is)
Gateway
configureren
Voor de gateway met prioriteit selecteert u draadloos of vast.
AMX Device
Discoveryg
Als deze instelling is ingesteld op "Aan" en de projector is aangesloten op een netwerk, kan de projector worden gedetecteerd via AMX Device
Discovery. Stel de instelling in op "Uit" als de projector niet is aangesloten op een AMX-contoller of een netwerk waarop AMX Device Discovery
van de projector mogelijk is.
Lijst met functies
66
f Resetten-menu
Hiermee stelt u alle netwerkinstellingen opnieuw in.
Submenu Functie
Netwerkinstellingen
resetten
Om alle netwerkinstellingen opnieuw in te stellen, selecteert u "Ja".
Nadat u alle instellingen opnieuw hebt ingesteld, verschijnt het menu "Basis".
Lijst met functies
67
Informatie-menu
Hier kunt u de status van de beeldsignalen die worden geprojecteerd en de status van de projector controleren. Welke items worden weergegeven is
afhankelijk van het beeldsignaal dat op dat moment wordt geprojecteerd (zie onderstaande schermafdrukken).
Submenu Functie
Lampuren U kunt hier de opgetelde bedrijfsuren van de projectorlamp weergeven
*
.
Als de lamp aan vervanging toe is, worden de tekens geel weergegeven.
Bron Hier kunt u weergeven vanaf welk apparaat momenteel wordt geprojecteerd.
Ingangssignaal Afhankelijk van de "Bron" kunt u hier de inhoud weergeven van "Computer1-ingang" of "Computer2-ingang" zoals die in het menu "Signaal" is
ingesteld.
Resolutie U kunt hier de invoerresolutie weergeven.
Videosignaal Hier kunt u de inhoud weergeven van "Videosignaal" zoals die in het "Signaal"-menu is ingesteld.
Vernieuwings-
snelh.
g
Hier kunt u de verversingsfrequentie weergeven.
sync.g Info Hier kunt u de informatie over het beeldsignaal weergeven.
Deze informatie kan van belang zijn als u technische ondersteuning nodig hebt.
Status Dit betreft informatie over fouten die zich hebben voorgedaan met de projector.
Deze informatie kan van belang zijn als u technische ondersteuning nodig hebt.
* De totale gebruikstijd van de projectorlamp wordt voor de eerste 10 uur weergegeven als "0H".
Computerbeeld/Componentvideog Composietvideog/S-videog
EasyMP
Lijst met functies
68
Resetten-menu
Submenu Functie
Resetten All Hier kunt u alle onderdelen van alle menu’s herstellen naar hun standaardwaarden.
De volgende onderdelen worden niet naar hun standaardwaarden hersteld: "Computer1-ingang" "Computer2-ingang", "Gebruikerslogo",
"Multischerm", alle onderdelen voor "Netwerk"-menu's, "Lampuren" en "Taal".
Lampuren terug-
zetten
U kunt hier de opgetelde bedrijfsuren van de projectorlamp wissen en de waarde terugzetten naar "0H". Herstel de waarde als u de projectorlamp
vervangt.
Problemen oplossen
In dit hoofdstuk leest u hoe u problemen kunt opsporen en hoe u ze kunt oplossen.
De Help-knop gebruiken ....................................70
Problemen oplossen ..........................................71
De indicatielampjes aflezen ..............................................71
t Voedingsindicatielampje brandt rood ........................................72
i · o Indicatielampje brandt of knippert oranje ...........................73
Als de indicatielampjes geen uitkomst bieden................74
Problemen met het beeld ................................................................75
Problemen bij het starten van de projectie .....................................79
Overige problemen .........................................................................79
70
De Help-knop gebruiken
Als er een probleem optreedt met de projector, kunt u gebruikmaken
van de Help-functie om het probleem op te lossen. De Help-functie
wordt op het scherm weergegeven.
A
Druk op de [Help]-knop.
Het hulpscherm wordt weergegeven.
B
Selecteer een menu-item.
C
Bevestig de selectie.
Vragen en oplossingen worden op het onderstaande scherm 
weergegeven.
Druk op de [Help]-knop om de Help af te sluiten.
Procedure
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
q
Als de Help geen oplossing voor het probleem biedt,
raadpleeg dan "Problemen oplossen" (
s
pag.71).
Op het bedieningspaneelOp de afstandsbediening
71
Problemen oplossen
Als u een probleem hebt met de projector, controleer dan eerst de indicatielampjes op de projector en raadpleeg "De indicatielampjes aflezen"
verderop in deze handleiding voor meer informatie.
Als de indicatielampjes niet duidelijk aangeven wat het probleem zou kunnen zijn, raadpleeg dan "Als de indicatielampjes geen uitkomst bieden".
s pag.74
De indicatielampjes aflezen
De projector is uitgerust met drie indicatielampjes die de bedrijfsstatus van de projector aangeven.
Raadpleeg de tabel op de volgende pagina voor informatie over de betekenis van de indicatielampjes en hoe u de door deze lampjes aangegeven problemen
kunt oplossen.
Als geen van de indicatielampjes brandt, controleer dan of de voedingskabel op de juiste manier is aangesloten en of de stroomvoorziening normaal verloopt.
Als u de voedingskabel loskoppelt, is het mogelijk dat het t indicatielampje nog even blijft branden. Dit duidt niet op een defect.
Geeft de bedrijfsstatus weer.
Oranje : Standby
Als u op de [Power]-knop drukt en de projector is in standby-modus, dan start de projectie.
Groen : De projector warmt op
Het opwarmen duurt ongeveer 30 seconden. Als het opwarmen is afgerond, knippert het indicatielampje
niet meer.
Groen : De projector warmt op
Geeft de status van de projectorlamp weer.
Geeft de interne temperatuur van de projector weer.
Problemen oplossen
72
f t Voedingsindicatielampje brandt rood
: Brandt : Knippert : Uit
Status Oorzaak Oplossing of status
Internal Error
(Interne fout)
Schakel de projector uit, haal de stekker van de voedingskabel uit het stopcontact en neem contact op met uw plaatselijke
dealer of met het dichtstbijzijnde adres in de Service- en Ondersteuningsgids. s Adressenlijst Epson Projector
Fan Error
(Ventilatorfout)
Sensor Error
(Sensorfout)
Schakel de projector uit, haal de stekker van de voedingskabel uit het stopcontact en neem contact op met uw plaatselijke
dealer of met het dichtstbijzijnde adres in de Service- en Ondersteuningsgids. s Adressenlijst Epson Projector
High Temp Error
(Hoge-temperatuur-
fout)
(oververhitting)
De projectorlamp wordt automatisch uitgeschakeld en de projectie stopt. Wacht ongeveer vijf minuten. Na ongeveer vijf
minuten schakelt de projector over in standby-modus. Controleer daarom de twee volgende punten.
Controleer of het luchtfilter en de luchtafvoerventilator schoon zijn en dat de projector niet tegen een muur is geplaatst.
Als het luchtfilter verstopt is, reinig het dan of vervang het. s pag.83, 89
Als de fout zich blijft voordoen nadat u de bovenstaande punten heeft gecontroleerd, schakel dan de projector uit, haal de
stekker van de voedingskabel uit het stopcontact en neem contact op met uw plaatselijke dealer of met het dichtstbijzijnde
adres in de Service- en Ondersteuningsgids. s Adressenlijst Epson Projector
Als u de projector op 1.500 m of hoger gebruikt, stel dan "Hoogtemodus" in op "Aan". s pag.48
Lamp Error
(Lampfout)
Lamp Failure (Lamp
functioneert niet)
Lamp Cover Open
(Lampdeksel is
geopend)
Controleer de volgende twee punten.
Haal de projectorlamp uit de projector en controleer of hij gebroken is. s pag.86
Reinig het luchtfilter. s pag.83
Als de projectorlamp niet gebroken is _ Plaats de projectorlamp weer in de projector en schakel deze in.
Als het probleem zich blijft voordoen _ Vervang de projectorlamp door een nieuwe en schakel de projector in.
Als het probleem zich blijft voordoen _ Schakel de projector uit, haal de stekker van de voedingskabel uit het
stopcontact en neem contact op met uw plaatselijke dealer of met het
dichtstbijzijnde adres in de Service- en Ondersteuningsgids. s Adressenlijst
Epson Projector
Als de projectorlamp gebroken is _Vervang de projectorlamp door een nieuwe of neem contact op met uw plaatselijke
dealer voor advies. Als u zelf de projectorlamp vervangt, wees dan voorzichtig met
de stukjes gebroken glas (u kunt niet meer projecteren totdat de projectorlamp is
vervangen).
Controleer of de lampdeksel en de projectorlamp goed zijn geïnstalleerd. s pag.86
Als de lampdeksel of de projectorlamp niet goed geïnstalleerd zijn, kunt u de projectorlamp niet inschakelen.
Als u de projector op 1.500 m of hoger gebruikt, stel dan "Hoogtemodus" in op "Aan". s pag.48
Abnormaa
RoodRoodRood
RoodRood
RoodRood
RoodRood
Problemen oplossen
73
f i · o Indicatielampje brandt of knippert oranje
: Brandt : Knippert : Uit : Is afhankelijk van de status van de projector
Status Oorzaak Oplossing of status
High Temp Warning
(Waarschuwing voor
hoge temperatuur)
(Dit is niet abnormaal. Als de temperatuur echter opnieuw te hoog wordt, stopt de projectie automatisch.)
Controleer of het luchtfilter en de luchtafvoerventilator schoon zijn en dat de projector niet tegen een muur is geplaatst.
Als het luchtfilter verstopt is, reinig het dan of vervang het. s pag.83, 89
Replace Lamp
(Projectorlamp
vervangen)
Vervang de projectorlamp door een nieuwe. s pag.86
Als u de projectorlamp blijft gebruiken nadat de vervangingsperiode is afgelopen, neemt de kans toe dat de projectorlamp
kan exploderen. Vervang de projectorlamp zo snel mogelijk door een nieuwe.
q
Als de projector niet op de juiste manier werkt, ook al geven de indicatielampjes aan dat alles normaal functioneert, raadpleeg dan "Als de
indicatielampjes geen uitkomst bieden" (
s
pag.74).
Als een van de indicatielampjes een status weergeeft die niet in de tabellen wordt beschreven, neem dan contact op met uw plaatselijke
dealer of met het dichtstbijzijnde adres in de Service- en Ondersteuningsgids. s Adressenlijst Epson Projector
Waarsch
OranjeRood
Oranje
Problemen oplossen
74
Als de indicatielampjes geen uitkomst bieden
Als een van hieronder beschreven problemen zich voordoet en de
indicatielampjes geen oplossing bieden, raadpleeg dan de betreffende pagina.
Problemen met het beeld
f Geen beeld s pag.75
De projectie start niet, het projectiegebied is geheel zwart, het
projectiegebied is geheel blauw, enzovoort.
f Geen bewegende beelden s pag.75
De door de computer doorgegeven bewegende beelden worden zwart
weergegeven en er wordt niets geprojecteerd.
f De projectie stop automatisch s pag.75
f De melding "Niet ondersteund." wordt weergegeven
s pag.76
f De melding "Geen signaal." wordt weergegeven s pag.76
f Vaag of onscherp beeld s pag.76
f Interferentie of vervormd beeld s pag.77
Er treden problemen op zoals interferentie, vervorming of zwart-
witpatronen.
f Afgevlakt (lang) of kort beeld of onjuiste verhouding s pag.77
Slechts een deel van het beeld wordt weergegeven, of de hoogte-
breedteverhouding van het beeld is onjuist, enzovoort.
f De beeldkleuren zijn niet juist s pag.78
Het hele beeld heeft een paarsachtige of groenachtige kleur, de beelden
zijn zwart-wit, de kleuren zijn mat, enzovoort.
(Computermonitors en LCD-schermen beelden kleuren verschillend af.
Dit betekent dat de door een projector geprojecteerde kleuren en de
kleuren die verschijnen op een monitor niet noodzakelijkerwijs
overeenkomen, maar dit duidt niet op een defect.)
f Donker beeld s pag.78
f Er wordt niets weergegeven op de externe monitor s pag.79
Problemen bij het starten van de projectie
f De projector start niet s pag.79
Overige problemen
f Geen geluid of zwak geluid
s pag.79
f De afstandsbediening werkt niet
s pag.80
f Er worden geen berichten
ontvangen, zelfs niet bij een
storing in de projector s pag.80
Problemen oplossen
75
f Problemen met het beeld
f Geen beeld
f Geen bewegende beelden
f De projectie stopt automatisch
Controleer Oplossing
Hebt u op de [Power]-knop gedrukt? Druk op de [Power]-knop om de projector in te schakelen.
Zijn de indicatielampjes uitgeschakeld? De voedingskabel is niet correct aangesloten of er zijn problemen met de stroomvoorziening.
Sluit de voedingskabel van de projector op de juiste manier aan. sIntroductiehandleiding
Controleer of het stopcontact en de voedingsbron goed werken.
Is A/V dempen ingeschakeld? Druk op de [A/V Mute]-knop op de afstandsbediening om A/V dempen te annuleren. s pag.25
Is de schuifklep voor het dempen van audio en video
gesloten?
Open de schuifklep schuifklep voor het dempen van audio en video. s pag.7
Zijn de instellingen in het configuratiemenu correct? Herstel alle instellingen. s"Resetten" -"Alle standaardw." pag.68
Is het geprojecteerde beeld geheel zwart? Sommige beelden die worden doorgegeven, zoals schermbeveiliging, kunnen geheel zwart zijn.
Is de instelling voor het beeldsignaal juist? Wijzig de instelling voor het signaal dat afkomstig is van het aangesloten apparaat. s"Signaal" -
"Videosignaal" pag.44
Controleer Oplossing
Wordt het beeldsignaal van de computer op het LCD-scherm
en de monitor weergegeven?
Wijzig het beeldsignaal zodat alleen externe apparaten een signaal kunnen doorgeven. s Raadpleeg de bij
uw computer geleverde documentatie.
Controleer Oplossing
Is "Sluimerstand" ingesteld op "Aan"? Druk op de [Power]-knop om de projector in te schakelen. Als u "Sluimerstand" niet wilt gebruiken, wijzig
de instelling dan in "Uit". s"Uitgebreid" -"Bewerking" - "Sluimerstand" pag.48
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Alleen als er videobeelden worden geprojecteerd
Alleen als er beelden van een laptopcomputer
of een computer met ingebouwd LCD-scherm
worden geprojecteerd
Problemen oplossen
76
f De melding "Niet ondersteund." wordt weergegeven
f De melding "Geen signaal." wordt weergegeven
f Vaag of onscherp beeld
Controleer Oplossing
Is de instelling voor het beeldsignaal juist? Wijzig de instelling in het signaal dat afkomstig is van het aangesloten apparaat. s"Signaal" -
"Videosignaal" pag.44
Komen de resolutie van het beeldsignaal en de
verversingsfrequentie overeen met de modus?
Raadpleeg de bij de computer geleverde documentatie voor informatie over het wijzigen van de resolutie
van het beeldsignaal en verversingsfrequentie van de computer. s"Lijst met ondersteunde
monitorbeeldschermen" pag.104
Controleer Oplossing
Zijn de kabels op de juiste manier aangesloten? Controleer of alle benodigde kabels goed zijn aangesloten. sIntroductiehandleiding
Is de juiste invoerpoort geselecteerd? Druk op de [Source Search]-knop op de afstandsbediening of het bedieningspaneel om het beeld te wijzigen.
s pag.22
Is de computer of het videoapparaat ingeschakeld? Schakel het apparaat in.
Worden de beeldsignalen doorgegeven naar de projector? Als de beeldsignalen alleen naar de LCD-monitor van de computer of naar de extra monitor worden
doorgegeven, moet u de instellingen zodanig wijzigen dat het signaal zowel naar een externe bestemming als
naar de computermonitor wordt doorgeven. Bij sommige computermodellen worden de beeldsignalen niet
meer op de LCD-monitor of extra monitor weergegeven wanneer ze naar een extern apparaat worden
doorgegeven. sRaadpleeg de bij de computer geleverde documentatie, onder "Signaal doorgeven aan
externe apparatuur", "Een externe monitor aansluiten" of een vergelijkbare titel.
Als u de externe apparatuur aansluit terwijl de projector of computer al is ingeschakeld, is het mogelijk dat
de [Fn]-functietoets waarmee u het beeldsignaal van de computer naar een extern apparaat kunt verplaatsen,
niet werkt. Zet de computer en de projector uit en vervolgens weer aan. sIntroductiehandleiding
Controleer Oplossing
Is de scherpte juist ingesteld? Draai de scherpstelring om de scherpte in te stellen. sIntroductiehandleiding
Is de projector op de juiste afstand opgesteld? De aanbevolen projectieafstand is tussen 83 tot 1.469 cm.
Stel de projector op binnen dit bereik. s pag.92
Is de keystonecorrectiewaarde te laag? Verminder de projectiehoek om de keystonecorrectiewaarde te verminderen.
Alleen als er videobeelden worden geprojecteerd
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Alleen als er beelden van een laptopcomputer
of een computer met ingebouwd LCD-scherm
worden geprojecteerd
Problemen oplossen
77
f Interferentie of vervormd beeld
f Afgevlakt (lang) of kort beeld of onjuiste verhoudingen
Is er condensvorming op de lens? Als u de projector plotseling van een koude omgeving naar een warme omgeving verplaatst, of als de
omgevingstemperatuur plotseling verandert, kan er condensvorming op de lens optreden. Hierdoor kan het
beeld vaag overkomen. Plaatse de projector ongeveer één uur voordat u hem wilt gebruiken in de kamer. Als
er condensvorming op de lens optreedt, schakel de projector dan uit en wacht totdat de condens is
verdwenen.
Controleer Oplossing
Is de instelling voor het beeldsignaal juist? Wijzig de instelling in het signaal dat afkomstig is van het aangesloten apparaat. s"Signaal" -
"Videosignaal" pag.44
Zijn de kabels op de juiste manier aangesloten? Controleer of alle benodigde kabels goed zijn aangesloten. sIntroductiehandleiding
Gebruikt u een verlengsnoer? Als u een verlengsnoer gebruikt kunnen de signalen door elektrische interferentie worden vervormd.
Gebruik de bij de projector meegeleverde kabels om te controleren of de kabels die u gebruikt het probleem
veroorzaken.
Hebt u de juiste resolutie geselecteerd? Stel de computer zodanig in dat de doorgegeven signalen compatibel zijn met deze projector.
s "Lijst met ondersteunde monitorbeeldschermen" pag.104 sComputerdocumentatie
Zijn de instellingen voor "Sync.g" en "Trackingg" juist
ingesteld?
Druk op de [Auto]-knop op de afstandsbediening of de [Enter]-knop op het bedieningspaneel om de
instellingen automatisch te laten uitvoeren. Als de beeldinstellingen na de automatische instelling toch niet
naar wens zijn, kunt u ze met "Sync." en "Tracking" in het configuratiemenu aanpassen. s"Signaal" -
"Tracking", "Sync." pag.44
Controleer Oplossing
Wordt er een breedbeeldsignaal van de computer
geprojecteerd?
Druk op de [Resize]-knop op de afstandsbediening om de modus voor de hoogte-breedteverhouding in de
volgorde "Normaal", "4:3" en "16:9" te wijzigen. Wijzig de modus voor de hoogte-breedteverhouding
overeenkomstig de resolutie. s pag.27
Wordt het beeld nog steeds vergroot door E-zoom? Druk op de [Esc]-knop op de afstandsbediening om E-Zoom te annuleren. s pag.29
Is "Positie" juist ingesteld? Druk op de [Auto]-knop op de afstandsbediening of de [Enter]-knop op het bedieningspaneel om de
instellingen van het geprojecteerde computerbeeld automatisch te laten uitvoeren. Als de beeldinstellingen
na deze automatisch instelling toch niet goed zijn, kunt u ze met "Positie" in het configuratiemenu instellen.
Naast de beeldsignalen van de computer kunt u terwijl u projecteert ook andere signalen onder "Positie" in
het configuratiemenu instellen. s"Signaal" - "Positie" pag.44
Controleer Oplossing
Alleen als er videobeelden worden geprojecteerd
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Problemen oplossen
78
f De beeldkleuren zijn niet juist
f Donker beeld
Kunnen er op de computer twee beeldschermen worden
aangesloten?
Als u de instelling voor het gebruik van twee beeldschermen onder "Eigenschappen beeldscherm" in het
configuratiescherm van de computer hebt ingeschakeld, wordt ongeveer de helft van het beeld op het
computerscherm geprojecteerd. Als u het gehele beeld op het computerscherm wilt weergeven, schakel dan
de instelling voor het gebruik van twee beeldschermen uit. sDocumentatie bij het videostuurprogramma
voor de computer
Hebt u de juiste resolutie geselecteerd? Stel de computer zodanig in dat de doorgegeven signalen compatibel zijn met de projector.
s "Lijst met ondersteunde monitorbeeldschermen" pag.104 sComputerdocumentatie
Controleer Oplossing
Komen de instellingen van de invoersignalen overeen met de
signalen van het aangesloten apparaat?
Wijzig de volgende instellingen overeenkomstig het signaal van het aangesloten apparaat.
In het geval van beeld van een computer aangesloten op ingangspoort Computer1 of Computer2
s"Signaal" - "Computeringang 1/2" pag.44
Als u beelden projecteert van apparaten die zijn aangesloten op video of S-video s"Signaal" -
"Videosignaal" pag.44
Is de helderheid van het beeld juist ingesteld? Pas de instelling voor "Helderheid" in het configuratiemenu aan. s"Beeld" - "Helderheid" pag.43
Zijn de kabels op de juiste manier aangesloten? Controleer of alle benodigde kabels goed zijn aangesloten. sIntroductiehandleiding
Is de instelling voor "Contrastg" juist ingesteld? Pas de instelling voor "Contrast" in het configuratiemenu aan. s"Beeld" - "Contrast" pag.43
Is de kleuraanpassing juist? Pas de instelling voor "Kleuraanpassing" in het configuratiemenu aan. s"Beeld" - "Kleuraanpassing"
pag.43
Zijn de instellingen voor kleurverzadiging en
kleurschakering juist ingesteld?
Pas de instelling voor "Kleurverzadiging" en "Tint" in het configuratiemenu aan. s"Beeld" -
"Kleurverzadiging", "Tint" pag.43
Controleer Oplossing
Zijn de helderheid van het beeld en de lichtsterkte juist
ingesteld?
Pas de instelling voor "Helderheid" en "Helderheidsaanp." in het configuratiemenu aan.
s"Beeld" - "Helderheid" pag.43 s"Instellingen" - "Helderheidsaanp." pag.45
Is de instelling voor "Contrastg" juist ingesteld? Pas de instelling voor "Contrast" in het configuratiescherm aan.
s"Beeld" - "Contrast" pag.43
Is de projectorlamp aan vervanging toe? Als de projectorlamp aan vervanging toe is, wordt het beeld donkerder en de kleurkwaliteit slechter. Vervang
in dat geval de projectorlamp door een nieuwe. s pag.85
Controleer Oplossing
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Alleen als er videobeelden worden geprojecteerd
Problemen oplossen
79
f Er wordt niets weergegeven op de externe monitor
f Problemen bij het starten van de projectie
f De projector start niet
f Overige problemen
f Geen geluid of zwak geluid
Controleer Oplossing
Worden beelden van een andere poort dan de Computer1-
poort geprojecteerd?
Op een externe monitor kunnen alleen beelden van de Computer1-poort worden weergegeven. s pag.96
Controleer Oplossing
Hebt u op de [Power]-knop gedrukt? Druk op de [Power]-knop om de projector in te schakelen.
Zijn de indicatielampjes uitgeschakeld? De voedingskabel is niet op de juiste manier aangesloten of er zijn problemen met de stroomvoorziening.
Sluit de voedingskabel van de projector op de juiste manier aan. sIntroductiehandleiding
Controleer of het stopcontact en de voedingsbron goed werken.
Gaan de indicatielampjes aan en uit als de voedingskabel
wordt aangeraakt?
Er is waarschijnlijk een los contact in de voedingskabel of de voedingskabel is defect. Sluit de
voedingskabel opnieuw aan. Als het probleem daarmee niet is opgelost, schakel dan de projector uit, haal de
stekker van de voedingskabel uit het stopcontact en neem contact op met uw plaatselijke dealer of met het
dichtstbijzijnde adres in de Service- en Ondersteuningsgids. s Adressenlijst Epson Projector
Is de bedieningsvergrendeling ingesteld op "Voll. vergrend."
(Volledige blokkering)?
Houd de [Enter]-knop op het bedieningspaneel ongeveer zeven seconden ingedrukt. Vervolgens verschijnt er
een melding en wordt de blokkering opgeheven. s pag.39
Is de juiste instelling voor de externe receiver geselecteerd? Controleer de instelling voor "Externe receiver" in het configuratiescherm. s "Instellingen" - "Externe
receiver" pag.45
Is de stroomkabel onmiddellijk na Direct uitschakelen weer
aangesloten, of is de verzekering uitgeschakeld?
Als de bewerking links is uitgevoerd indien "Dir. Inschakelen" is ingesteld op "Aan", kan het zijn dat de
stroom niet opnieuw wordt ingeschakeld. [Power]Druk op de knop om de projector weer aan te zetten.
s pag.12
Controleer Oplossing
Is de audiobron goed aangesloten? Controleer of de kabel is aangesloten op de audiopoort.
Is het volume ingesteld op het laagste niveau? Pas het volume aan zodat er geluid hoorbaar is. s pag.45 sIntroductiehandleiding
Is A/V dempen ingeschakeld? Druk op de [A/V Mute]-knop op de afstandsbediening om A/V dempen te annuleren. s pag.25
Is de waarde voor de audiokabel "No resistance" (Geen
weerstand)?
Als u een reguliere audiokabel gebruikt, controleer dan of er "No resistance" (Geen weerstand) op is
aangegeven.
Problemen oplossen
80
f De afstandsbediening werkt niet
f Er worden geen berichten ontvangen, zelfs niet bij een storing in de projector (alleen EMP-1825)
Controleer Oplossing
Wijst de LED van de afstandsbediening naar de
afstandsbedieningsontvanger op de projector als deze wordt
bediend?
Richt de afstandsbediening op de afstandsbedieningsontvanger.
De hoek waaronder u de afstandsbediening horizontaal moet houden is ongeveer 30° horizontaal, en
verticaal ongeveer 15°. sIntroductiehandleiding
Is de afstandsbediening te ver van de projector verwijderd? De afstandsbediening heeft een bereik van ongeveer 6 meter. sIntroductiehandleiding
Schijnt er rechtstreeks zonlicht of vel licht van tl-lampen op
de afstandsbedieningsontvanger?
Plaats de projector op een locatie waar geen vel licht op de afstandsbedieningsontvanger schijnt.
Of stel de externe receiver in op "Uit" vanuit "Externe receiver" in het configuratiemenu.s "Instellingen" -
"Externe receiver" pag.45
Is de juiste instelling voor de externe receiver geselecteerd? Controleer de instelling voor "Externe receiver" in het configuratiescherm. s "Instellingen" - "Externe
receiver" pag.45
Past de id van de afstandsbediening bij de projector-id? Druk op de knop [ID] van de afstandsbediening terwijl u deze gericht houdt op de externe receiver van de te
gebruiken projector. Als bediening met de afstandsbediening is uitgeschakeld, zet de projector dan uit en
weer aan. s pag.32
Zijn de batterijen leeg of verkeerd geplaatst? Controleer of de batterijen op de juiste manier zijn geplaatst of vervang de batterijen indien nodig.
s pag.84
Is de knop op de afstandsbediening langer dan 30 seconden
ingedrukt?
Als een van de knoppen op de afstandsbediening langer dan 30 seconden wordt ingedrukt, stuurt de
afstandsbediening geen signalen meer (sleep mode van afstandsbediening). Deze functie voorkomt dat de
batterijen leeglopen als de knoppen op de afstandsbediening per ongeluk worden ingedrukt, bijvoorbeeld als
de afstandsbediening in een tas wordt bewaard of als er een object op wordt geplaatst. Als de knop wordt
losgelaten, wordt de normale bediening op de afstandsbediening hervat.
Controleer Oplossing
Is "Stand-by modus" ingesteld op "Netwerk Aan"? Om berichtwaarschuwing te kunnen gebruiken als de projector in standby staat, schakelt u "Netwerk Aan"
in onder "Stand-by modus" in het configuratiemenu. s"Uitgebreid" - "Stand-by modus" pag.48
Is er een fatale fout opgetreden waardoor de projector er
plotseling mee ophield?
Als de projector er plotseling mee ophoudt, kunnen er geen berichten worden verstuurd.
Als de abnormale toestand blijft voortduren, neem dan contact op met uw plaatselijke dealer of met het
dichtstbijzijnde adres in de Service- en Ondersteuningsgids. s Adressenlijst Epson Projector
Is de projector ingeschakeld? Controleer of het stopcontact en de voedingsbron goed werken.
Is de LAN-kabel goed aangesloten? Controleer of de LAN-kabel goed is aangesloten? Sluit de kabel opnieuw aan als deze niet of niet goed is
aangesloten. s pag.97
Staat "E-mail" goed ingesteld in het configuratiemenu? E-mailmelding van abnormaliteiten wordt verzonden volgens de e-mailinstellingen in het configuratiemenu.
Controleer of deze correct zijn ingesteld. s "Netwerk" - "E-mail" pag.64
Appendices
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de onderhoudsprocedures waarmee uw projector gedurende
een lange periode de beste prestaties zal leveren.
Installatiemethoden............................................82
Reinigen...............................................................83
Het oppervlak van de projector reinigen........................83
De lens reinigen .................................................................83
Het luchtfilter en de luchttoevoerventilator
reinigen...............................................................................83
Verbruiksmateriaal vervangen ..........................84
De batterijen van de afstandsbediening vervangen .......84
De projectorlamp vervangen............................................85
Vervangingsperiode projectorlamp ................................................85
Procedure voor het vervangen van de projectorlamp.....................86
De bedrijfstijd van de lamp herstellen............................................88
Het luchtfilter vervangen..................................................89
Vervangingsperiode luchtfilter.......................................................89
Procedure voor het vervangen van het luchtfilter ..........................89
Een gebruikerslogo opslaan..............................90
Beeldschermgrootte en afstand........................92
USB-apparaten aansluiten (digitale camera,
harde schijf of geheugensticks of -kaarten)
(alleen EMP-1825) ...............................................93
USB-apparaten aansluiten ...............................................93
CompactFlash-kaarten insteken en
uitwerpen (alleen EMP-1825) .............................94
Kaarten insteken ...............................................................94
Kaarten uitnemen .............................................................94
Indicatiestatussen kaartsleuf...........................................................95
Op externe apparatuur aansluiten.....................96
Op externe monitor aansluiten........................................ 96
Op externe luidsprekers aansluiten ................................ 96
LAN-kabel aansluiten (alleen EMP-1825)..........97
Optionele accessoires en
verbruiksmateriaal ..............................................98
Optionele accessoires..................................................................... 98
Verbruiksmateriaal......................................................................... 98
Woordenlijst ........................................................99
ESC/VP21-commando's....................................101
Commandolijst................................................................ 101
Kabelindelingen .............................................................. 101
Seriële aansluiting........................................................................ 101
Communicatieprotocol................................................................. 101
Netwerkprojectie (EMP-1825)...........................102
PJLink (alleen EMP-1825).................................103
Lijst met ondersteunde
monitorbeeldschermen ....................................104
Computerbeeld............................................................................. 104
Componentvideo .......................................................................... 104
Composietvideo/S-video.............................................................. 104
Technische gegevens.......................................105
Algemene specificatie van de projector....................................... 105
Softwarevereisten (enkel EMP-1825).......................................... 107
Afmetingen ........................................................109
Index...................................................................110
82
Installatiemethoden
De projector ondersteunt vier verschillende projectiemethoden.
Waarschuwing
Als u de projector aan het plafond wilt ophangen (met
ophangbeugel), dan moet u de projector op een speciale manier
monteren. Als u de projector niet goed monteert, kan hij naar
beneden vallen en letsel veroorzaken.
Als u tape plakt op de schroeven waarmee de ophangbeugel aan
het plafond is bevestigd om te voorkomen dat deze losraken, of als
u bijvoorbeeld smeermiddel of olie op de projector aanbrengt, kan
de behuizing van de projector breken waardoor deze uit de
ophangbeugel kan vallen. Hierdoor kan iemand die zich onder de
ophangbeugel bevindt, ernstig gewond raken en kan de projector
worden beschadigd.
Als u de ophangbeugel monteert of afstelt, gebruik dan geen tape
om te voorkomen dat de schroeven los gaan zitten en gebruik geen
olie, smeermiddel of iets dergelijks.
Let op
Zet de projector bij gebruik niet op zijn kant. Dit kan tot defecten
leiden.
Beelden projecteren met
projector voor het scherm.
(Projectie aan voorzijde)
Beelden projecteren met projector
achter een doorzichtig scherm.
(Projectie aan achterzijde)
Hang de projector aan het
plafond op en projecteer de
beelden door de projector voor
het scherm te plaatsen.
(Projectie aan voorzijde/
plafond)
Hang de projector aan het
plafond op en projecteer de
beelden door de projector
achter een doorzichtig scherm
te plaatsen. (Projectie aan
achterzijde/plafond)
q
Als u de projector aan het plafond wilt ophangen, hebt u
de optionele plafondbeugel nodig.
s
pag.98
• U kunt de instelling als volgt wijzigen door de [A/V Mute]-
knop op de afstandsbediening ongeveer vijf seconden
ingedrukt te houden.
"Voorkant"W"Voor/bovenkant"
Stel "Achterkant" of "Achter/boven" in vanuit het
configuratiemenu.
s
pag.47
83
Reinigen
U moet de projector reinigen als deze vies wordt of als de kwaliteit van
de geprojecteerde beelden minder begint te worden.
Het oppervlak van de projector reinigen
U reinigt het oppervlak van de projector door dit met een zachte doek
zachtjes schoon te vegen.
Als de projector erg smerig is, gebruik dan een doek met water en een
klein beetje normaal schoonmaakmiddel, wring de doek vervolgens goed
uit een veeg het oppervlak van de projector schoon.
De lens reinigen
Gebruik een glasreinigingsdoek (verkrijgbaar bij speciaalzaken) om de
lens voorzichtig schoon te vegen.
Het luchtfilter en de luchttoevoerventilator reinigen
Reinig het luchtfilter en de luchttoevoerventilator als de volgende melding
wordt weergegeven.
"De projector raakt oververhit. Controleer of er niets voor de luchtspleten
zit en reinig of vervang het luchtfilter." s "Procedure voor het
vervangen van het luchtfilter" pag.89
Let op
Gebruik geen vluchtige substanties zoals was, alcohol of verdunner
voor het reinigen van het oppervlak van de projector. Het materiaal
van de behuizing kan beschadigd of verkleurd raken.
Let op
De lens kan gemakkelijk beschadigd raken; behandel hem daarom
niet met harde materialen en stel hem niet bloot aan schokken.
Let op
Als er stof op het luchtfilter zit, kan dit ervoor zorgen dat de interne
temperatuur van de projector oploopt. Dit kan leiden tot problemen
met de bediening en kan de levensduur van de optische motor
verkorten. Reinig het luchtfilter onmiddellijk als de volgende
melding wordt weergegeven.
q
Als een melding vaak wordt weergegeven, zelfs na
reiniging, moet u het luchtfilter vervangen. Vervang het
luchtfilter.
s
pag.89
Het is verstandig deze onderdelen minimaal een keer per
kwartaal te reinigen. Reinig ze vaker als u de projector in
een zeer stoffige omgeving gebruikt.
84
Verbruiksmateriaal vervangen
Hier vindt u informatie over het vervangen van de batterijen van de
afstandsbediening, de projectorlamp en het luchtfilter.
De batterijen van de afstandsbediening vervangen
Als de afstandsbediening niet meer snel reageert of als de
afstandsbediening niet meer werkt nadat deze enige tijd niet meer is
gebruikt, betekent dit waarschijnlijk dat de batterijen leeg zijn. Vervang in
dat geval de batterijen. Zorg ervoor dat u altijd twee extra alkaline
batterijen van het type AAA bij de hand hebt.
A
Verwijder de batterijklep.
Houd het haakje van het batterijcompartiment ingedrukt en til de
klep omhoog.
B
Vervang de oude batterijen door nieuwe.
Let op
Plaats de batterijen aan de hand van de plus- (+) en mintekens (-) in
de batterijhouder.
C
Zet de batterijklep terug.
Druk de klep goed aan tot hij vastklikt.
Let op
Zorg dat u de Veiligheidsinstructies/Service- en
Ondersteuningsgids hebt gelezen voordat u met de batterijen werkt.
s Veiligheidsvoorschriften
Procedure
Haakje
Verbruiksmateriaal vervangen
85
De projectorlamp vervangen
f Vervangingsperiode projectorlamp
U moet de projectorlamp vervangen als:
De melding "Vervang de lamp." wordt weergegeven als u begint
met projecteren.
Het indicatielampje van de projectorlamp oranje knippert.
Het geprojecteerde beeld donkerder wordt of in kwaliteit afneemt.
Een melding wordt weergegeven.
Knippert oranje
Let op
Om te waarborgen dat de oorspronkelijke helderheid en kwaliteit van
de geprojecteerde beelden behouden blijft, verschijnt na een bepaalde
periode automatisch de melding dat de projectorlamp vervangen
moet worden.
s
"Helderheidsaanp." pag.45
·Bij continu gebruik met veel helderheid: na ongeveer 2.400 uur
·Bij continu gebruik met weinig helderheid: na ongeveer 2.900 uur
Als u de lamp blijft gebruiken nadat de vervangingsperiode is
afgelopen, neemt de kans toe dat de lamp kan exploderen. Als de
melding dat de projectorlamp moet worden vervangen verschijnt,
vervang de projectorlamp dan zo snel mogelijk door een nieuwe,
zelfs als de projectorlamp nog gewoon werkt.
• Afhankelijk van de kenmerken van de projectorlamp en de manier
waarop hij is gebruikt, kan het gebeuren dat de projectorlamp
donkerder wordt of niet meer werkt voordat de melding over de
vervanging verschijnt. Zorg ervoor dat u altijd een extra
projectorlamp achter de hand hebt voor noodgevallen.
Verbruiksmateriaal vervangen
86
f Procedure voor het vervangen van de projectorlamp
A
Als u de projector hebt uitgeschakeld en het
bevestigingssignaal twee keer heeft gepiept,
koppelt u de voedingskabel los.
B
Wacht totdat de projectorlamp is afgekoeld en
verwijder vervolgens de lampdeksel.
Draai de bevestigingsschroeven van de lampdeksel met de bij de
nieuwe projectorlamp meegeleverde schroevendraaier of een
kruiskopschroevendraaier los. Schuif de lampdeksel vervolgens
recht naar voren en til hem op om hem te verwijderen.
Waarschuwing
Als u de projectorlamp vervangt omdat hij niet meer brandt, dan is
de projectorlamp mogelijk gebroken.
Als u de projectorlamp van een aan het plafond opgehangen
projector moet vervangen, ga er dan altijd van uit dat de lamp is
gebroken en ga naast en niet onder de lampdeksel staan. Verwijder
de lampdeksel voorzichtig. Er kunnen kleine stukjes glas naar
beneden vallen als de lampdeksel wordt geopend. Als u stukjes glas
in uw ogen of mond krijgt, bel dan onmiddellijk uw dokter.
Let op
Als u de projectorlamp vervangt omdat hij niet meer brandt, dan is
de projectorlamp mogelijk gebroken.
Wacht totdat de projectorlamp voldoende is afgekoeld voordat u de
lampdeksel verwijdert. Als de lamp nog heet is, kunt u
brandwonden of andere verwondingen oplopen. Nadat de projector
is uitgeschakeld, duurt het ongeveer een uur totdat de
projectorlamp voldoende is afgekoeld.
Procedure
Verbruiksmateriaal vervangen
87
C
Draai de twee bevestigingsschroeven van de lamp
los.
D
Verwijder de oude projectorlamp.
Als de lamp is gebroken, vervang de lamp dan door een nieuwe of
neem contact op met u plaatselijke dealer voor advies. Als u zelf de
projectorlamp vervangt, wees dan voorzichtig en voorkom dat u in
aanraking komt met gebroken glas.
E
Installeer de nieuwe lamp.
Breng de nieuwe projectorlamp in de juiste richting langs de
geleiderail op zijn plaats aan en druk de lamp dan goed naar
beneden. Als de projectorlamp helemaal in de projector is
ingebracht, draait u de twee schroeven vast.
Verbruiksmateriaal vervangen
88
F
Plaats de projectorlamp opnieuw.
f De bedrijfstijd van de lamp herstellen
De projector houdt bij hoe lang de projectorlamp is ingeschakeld en een
melding en indicatielampje vertellen u wanneer u de projectorlamp moet
vervangen. Herstel de lamptijd in het configuratiemenu nadat u de
projectorlamp hebt vervangen. s pag.68
Let op
• Controleer of u de lamp goed hebt geïnstalleerd. Als de lampdeksel
wordt verwijderd, wordt de projectorlamp uit veiligheidsoverwegingen
automatisch uitgeschakeld. Als de lampdeksel of de projectorlamp
niet goed zijn geïnstalleerd, kunt u de lamp niet inschakelen.
Dit product bevat een component dat kwik (Hg) bevat. Informeer
u over de lokale wetgeving m.b.t. weggooien of recycling. Gooi de
projectorlamp niet bij het normale huisvuil.
q
Herstel de bedrijfstijd van de projectorlamp pas nadat u de
projectorlamp hebt vervangen, omdat anders de
vervanginsgsperiode van de projectorlamp niet goed wordt
aangegeven.
Verbruiksmateriaal vervangen
89
Het luchtfilter vervangen
f Vervangingsperiode luchtfilter
U moet het luchtfilter vervangen als:
Het luchtfilter is gescheurd.
Het bericht wordt weergegeven ook al is het luchtfilter gereinigd.
f Procedure voor het vervangen van het luchtfilter
Het luchtfilter kan ook worden vervangen als de projector aan het plafond
is bevestigd.
A
Als u de projector hebt uitgeschakeld en het
bevestigingssignaal twee keer heeft gepiept,
koppelt u de voedingskabel los.
B
Verwijder het luchtfilter.
Plaats uw vinger in de uitsparing van het luchtfilter en schuif het
naar voren om het te verwijderen.
C
Installeer het nieuwe luchtfilter.
Schuif het luchtfilter van buitenaf in de projector en druk het aan
tot het vastklikt.
Procedure
q
Gooi gebruikte luchtfilters overeenkomstig de lokale
regelgeving weg.
Kwaliteit van het materiaal dat is gebruikt voor het frame:
polycarbonaat, ABS-hars
Kwaliteit van het materiaal dat is gebruikt voor het
filtergedeelte: polyurethaan
90
Een gebruikerslogo opslaan
U kunt het beeld dat momenteel wordt geprojecteerd als
gebruikerslogo opslaan.
A
Projecteer het beeld dat u als gebruikerslogo wilt
gebruiken en druk vervolgens op de [Menu]-knop.
B
Selecteer "Uitgebreid" - "Gebruikerslogo" in het
configuratiemenu. s "Het configuratiemenu
gebruiken" pag.42
In de infobalk onder het menu ziet u welke knoppen u kunt
gebruiken en waar ze voor dienen.
C
Als "Dit beeld kiezen als gebruikerslogo?" wordt
weergegeven, selecteer dan "Ja".
q
Als een gebruikerslogo wordt opgeslagen, wordt het vorige
gebruikerslogo gewist.
Procedure
Op de afstandsbediening
Op het bedieningspaneel
q
Als "Gebr. logo beveil." onder "Wachtwoordbeveiliging" is
ingesteld op "Aan", wordt er een melding weergegeven en kan het
gebruikerslogo niet worden gewijzigd. U kunt wijzigingen
doorvoeren nadat u "Uit" voor "Gebr. logo beveil." hebt ingesteld.
s
pag.37
Als "Gebruikerslogo" is geselecteerd terwijl keystone, E-Zoom,
formaat wijzigen of progressief worden uitgevoerd, wordt de
momenteel uitgevoerde functie geannuleerd.
q
Als u op de [Enter]-knop op de afstandsbediening of het
bedieningspaneel drukt, is het mogelijk dat de beeldschermgrootte
verandert overeenkomstig de resolutie van het beeldsignaal.
Een gebruikerslogo opslaan
91
D
Het beeld wordt opgenomen en er wordt een
selectiekader weergegeven. Verplaats het kader om
het deel van het beeld dat u als gebruikerslogo wilt
gebruiken, te selecteren.
E
Als "Dit beeld kiezen?" wordt weergegeven,
selecteer dan "Ja".
F
Selecteer de zoomfactor in het instellingsvenster
voor zoom.
G
Als de melding "Dit beeld opslaan als
gebruikerslogo?" wordt weergegeven, selecteer dan
"Ja".
Het beeld wordt opgeslagen. Nadat het beeld is opgeslagen, wordt
de melding "Voltooid." weergegeven.
q
U kunt een beeld opslaan met een afmeting van 400 ^ 300
beeldpunten.
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
q
Het opslaan van het gebruikerslogo neemt ongeveer 15
seconden in beslag. Gebruik de projector of andere
aangesloten apparatuur niet terwijl het beeld wordt
opgeslagen, omdat er anders storingen kunnen optreden.
Als het gebruikerslogo eenmaal is opgeslagen, kunt u het
standaardlogo niet meer terugzetten.
92
Beeldschermgrootte en afstand
Raadpleeg onderstaande tabel voor de beste positie voor de projector. De waarden zijn slechts indicaties.
Eenheid: cm Eenheid: cm
4:3 Schermgrootte
Projectieafstand
U
Verschuiving
V
16:9 Schermgrootte
Projectieafstand
U
Verschuiving
V
Kortste Langste
(Breed) tot (Tele)
Kortste Langste
(Breed) tot (Tele)
30" 61 ^ 46 83 tot 139 7 30" 66 ^ 37 90 tot 152 1
40" 81 ^ 61 114 tot 189 9 40" 89 ^ 50 124 tot 205 1
50" 100 ^ 76 144 tot 238 11 50" 110 ^ 62 157 tot 259 1
60" 120 ^ 90 174 tot 287 13 60" 130 ^ 75 190 tot 313 2
80" 160 ^ 120 235 tot 386 17 80" 180 ^ 100 256 tot 420 2
100" 200 ^ 150 296 tot 484 22 100" 220 ^ 120 323 tot 527 3
120" 240 ^ 180 357 tot 583 26 120" 270 ^ 150 389 tot 635 4
150" 300 ^ 230 449 tot 730 33 150" 330 ^ 190 489 tot 796 4
200" 410 ^ 300 601 tot 977 44 200" 440 ^ 250 655 tot 1064 6
300" 610 ^ 460 906 tot 1469 65 300" 660 ^ 370 987 tot 1601 9
Scherm
Lensmidden
90°
90°
Lensmidden
Scherm
93
USB-apparaten aansluiten (digitale camera, harde schijf of geheugensticks of -kaarten) (alleen EMP-1825)
USB2.0/1.1-compatibele digitale camera's, harde schijven en USB-
opslagapparaten kunnen op de projector worden aangesloten.
Beeldbestanden die zijn opgeslagen op een digitale camera en
scenario's, afbeeldingen en films die zijn opgeslagen op USB-
opslagapparaten kunnen worden weergegeven met EasyMP
CardPlayer. sEasyMP Operation Guide "PC Free Basic Operations"
USB-apparaten aansluiten
De volgende procedure beschrijft de aansluiting van USB-apparaten met
een digitale camera als voorbeeld.
Sluit een digitale camera op de projector aan met de meegeleverde of
geadviseerde USB-kabel voor uw digitale camera.
q
Gebruik een USB-kabel die korter is dan 3m. Als de kabel
langer is dan 3m kan het zijn dat de CardPlayer niet goed
functioneert.
Let op
• Als u een USB-hub gebruikt, is het mogelijk dat de verbinding niet
goed werkt. Apparaten zoals een digitale camera of een USB-
opslagapparaat moeten direct op de projector worden
aangesloten.
• Gebruikt u een USB-compatibele harde schijf, zorg dan dat de met
de harde schijf geleverde AC-adaptor is aangesloten.
Naar poort
[USB Type A]
USB-kabel
Naar USB-poort
van digitale camera
94
CompactFlash-kaarten insteken en uitwerpen (alleen EMP-1825)
Op de EMP-1825 kunnen CompactFlash-kaarten worden gebruikt voor
externe geheugenopslag.
Hieronder vindt u uitleg over het insteken en uitwerpen van
CompactFlash-kaarten.
Kaarten insteken
Steek de CompactFlash-kaart in de kaartsleuf met de
voorkant aan de bovenzijde.
Druk de kaart goed aan zover als mogelijk.
Kaarten uitnemen
A
Druk op de uitwerpknop aan de zijkant van de
kaartsleuf.
De uitwerpknop springt naar buiten.
Let op
Steek een CompactFlash-kaart in de goede richting in. Het
inbrengen van een kaart in de verkeerde richting kan storingen of
schade veroorzaken.
Als u de projector vervoert, zorg dan dat de CompactFlash-kaart
is verwijderd.
Procedure
CompactFlash-kaart
(verkrijgbaar in de winkel)
Let op
Neem de CompactFlash-kaart niet uit als het indicatielampje van
de kaartsleuf groen is of knippert. Dit kan leiden tot beschadiging
van de kaartgegevens of storing van de projector.
Procedure
Indicatielampje
kaartsleuf
Uitwerpknop
CompactFlash-kaarten insteken en uitwerpen (alleen EMP-1825)
95
B
Druk nogmaals op de uitwerpknop.
De CompactFlash-kaart wordt uit de kaartsleuf geworpen. Neem
de kaart uit de kaartsleuf.
f Indicatiestatussen kaartsleuf
Als een CompactFlash-kaart in de projector is ingebracht, wordt de
toegangsstatus van de kaart aangeduid door het indicatielampje van de
kaartsleuf.
Let op
Zorg dat u de uitwerpknop weer indrukt. Blijft de uitwerpknop
uitstaan, dan kan hij buigen of op een andere manier beschadigd
raken.
: Knippert : Brandt: : Uit
Status
lampje
Toegangsstatus
Knippert Gegevens worden ingelezen van of geschreven naar de
CompactFlash-kaart.
Brandt De CompactFlash-kaart is stand-by.
Uit De CompactFlash-kaart voert geen bewerkingen uit.
96
Op externe apparatuur aansluiten
Op externe monitor aansluiten
Computerbeelden die worden ingevoerd naar de Computer1-poort kunnen
tegelijkertijd op een externe monitor en het scherm worden weergegeven
indien aangesloten op de projector. Dit betekent dat u de geprojecteerd
beelden kunt controleren op een externe monitor tijdens het geven van
presentaties, zelfs als u het scherm niet kunt zien.
Sluit de externe monitor aan met de kabel die is geleverd bij de monitor.
Op externe luidsprekers aansluiten
U kunt externe luidsprekers met ingebouwde versterkers op de audio-
uitgangspoort van de projector aansluiten om van een betere
geluidskwaliteit te genieten.
Sluit de luidsprekers aan met een reguliere audiokabel (penstekker W 3,5
mm stereo ministekker enzovoort). Gebruik een audiokabel die
compatibel is met de aansluiting op de externe luidsprekers.
q
Componentvideosignalen en apparatuur aangesloten op
de Computer2-poort, videopoort en S-videopoort kan niet
worden uitgevoerd naar een externe monitor.
De instellingen voor Keystone, het configuratie- en
helpscherm, enzovoort kunnen niet worden uitgevoerd
naar een externe monitor.
Naar monitor-uitgangspoort
Monitorpoort
Kabel geleverd bij monitor
q
Als een audiokabelstekker op de audio-uitgangspoort is
aangesloten, wordt audio overgeschakeld naar de externe
bestemming en niet meer uitgezonden via de ingebouwde
luidsprekers van de projector.
Naar externe luidsprekers
Naar audio-
uitgangspoort
Audiokabel
(in de winkel verkrijgbaar)
97
LAN-kabel aansluiten
(alleen EMP-1825)
Sluit een in de handel verkrijgbare 100baseTX of 10baseT type LAN-
netwerkkabel aan.
Let op
Gebruik een categorie 5 afgeschermde LAN-kabel om storingen te
voorkomen.
Naar
LAN-poort
Naar LAN-poort
LAN-kabel
(in de winkel verkrijgbaar)
98
Optionele accessoires en verbruiksmateriaal
De volgende lijst met optionele accessoires is bijgewerkt tot januari
2008. De accessoiregegevens kunnen zonder voorafgaande opgaaf
van redenen worden gewijzigd en de beschikbaarheid van accessoires
verschilt per land.
f Optionele accessoires
* Als u de projector aan het plafond wilt ophangen, moet u de projector op een
speciale manier monteren. Neem contact op met uw plaatselijke dealer of met
het dichtstbijzijnde adres in de Service- en Ondersteuningsgids als u deze
installatiemethode wenst te gebruiken. s Adressenlijst Epson Projector
f Verbruiksmateriaal
60" draagbaar scherm ELPSC07
80" draagbaar scherm ELPSC08
100" scherm ELPSC10
Draagbare oprolbare schermen (Hoogte-breedteverhouding
g 4:3)
50" draagbaar scherm ELPSC06
Een compact scherm dat gemakkelijk kan worden gedragen. (Hoogte-
breedteverhouding 4:3)
HD-15-kabel ELPKC02
(1,8 m - voor 15-pens mini D-Sub/15-pens mini D-Sub)
Dit is dezelfde als de bij de projector geleverde computerkabel.
HD-15-kabel ELPKC09
(3 m - voor 15-pens mini D-Sub/15-pens mini D-Sub)
HD-15-kabel ELPKC10
(20 m - voor 15-pens mini D-Sub/15-pens mini D-Sub)
Gebruik een van deze langere kabels als de bij de projector geleverde
computerkabel te kort is.
Componentvideokabel ELPKC19
(3 m - voor 15-pens mini D-Sub/RCA mannetje^3)
Gebruik deze voor het aansluiten van een videobron met componentvideo
g
Plafondplaat
*
ELPFC03
Plafondbuis (370 mm/zilver)
*
ELPFP04
Plafondbuis (570 mm/zilver)
*
ELPFP05
Plafondbuis (770 mm/zilver)
*
ELPFP06
Gebruik deze als u de projector aan een hoog plafond bevestigt.
Ophangbeugel
*
ELPMB18
Gebruik deze als u de projector aan een plafond bevestigt.
Projectorlamp ELPLP40
Gebruik deze als vervanging voor gebruikte projectorlampen.
Luchtfilter (2 stuks) ELPAF08
Gebruik deze als vervanging voor gebruikte luchtfilters.
99
Woordenlijst
Hier vindt u een duidelijke uitleg van technische termen die in deze handleiding worden gebruikt. Raadpleeg eventueel andere in de winkel
verkrijgbare publicaties voor meer informatie.
AMX Device Discovery AMX Device Discovery is een technologie voor systeemconfiguratie die is ontwikkeld door AMX Corporation. Met behulp van het
AMX-beheersysteem kunnen de apparaten in een systeem die moeten worden beheerd, eenvoudig worden geconfigureerd.
Epson past het protocol van deze technologie toe en heeft een instelling geïmplementeerd waarbij de functies van dit protocol kunnen
worden ingeschakeld (AAN).
Zie de website van AMX voor meer informatie.
URL http://www.amx.com/
Componentvideo Een videosignaal dat helderheid en kleuren scheidt voor een betere beeldkwaliteit.
Verwijst naar beelden die bestaan uit drie onafhankelijke signalen: Y (helderheidsignaal), Pb en Pr (kleurverschilsignalen).
Composietvideo Videosignalen die de helderheidsignalen van de video en kleursignalen samenbundelen. Dit signaaltype wordt vaak gebruikt door
videoapparatuur voor thuisgebruik (de indelingen NTSC, PAL en SECAM). Het draagsignaal Y (luminantiesignaal) en chroma (kleur)-
signaal uit de kleurbalk overlappen elkaar om één signaal te vormen.
Contrast De relatieve helderheid van de lichte en donkere gebieden van een beeld kan worden vergroot of verminderd zodat tekst en afbeeldingen
duidelijker te zien zijn, of om ze zachter te laten lijken. Het aanpassen van deze eigenschap van een beeld wordt ook wel
"contrastaanpassing" genoemd.
DHCP Een afkorting van Dynamic Host Configuration Protocol. Dit protocol wijst automatisch een IP-adresg toe aan apparatuur die op een
netwerk is aangesloten.
Dolby Digital Een door Dolby Laboratories ontwikkeld geluidsformaat Normaal stereogeluid is een tweekanaals systeem dat over twee luidsprekers
wordt doorgegeven. Dolby Digital is een 6-kanaals (5,1-kanaal) systeem dat hieraan nog een middenluidspreker, twee achterluidsprekers
en een sub-woofer toevoegt.
Gateway-adres Dit is een server (router) om te communiceren via een netwerk (subnet) dat is ingedeeld volgens subnetmaskersg.
HDTV Een afkorting voor High-Definition Television die verwijst naar high-definition systemen die voldoen aan de volgende eisen.
Verticale resolutie van 720 p of 1.080 i of hoger (p = progressief
g, i = interliniëringg)
Scherm hoogte-breedteverhouding
g van 16:9
Dolby Digital
g audio-ontvangst en afspelen (of uitgang)
Hoogte-breedteverhouding De verhouding tussen de lengte en de breedte van een beeld. HDTV-beelden hebben een hoogte-breedteverhouding van 16:9 en lijken
uitgerekt. De hoogte-breedteverhouding voor standaard beelden is 4:3.
Interliniëring Een beeldscanmethode waarbij de beeldgegevens worden opgedeeld in dunne horizontale lijnen die in volgorde worden weergegeven,
beginnend van links naar rechts en vervolgens van boven naar beneden. De even genummerde lijnen en de oneven genummerde lijnen
worden om en om weergegeven.
IP-adres Een nummer waarmee een computer die op een netwerk is aangesloten kan worden herkend.
IP-adres SNMP-trap Dit is het IP-adres voor de bestemmingscomputer die wordt gebruikt voor foutmeldingen in SNMP.
Progressief Een beeldscanmethode waarbij de beeldgegevens van een enkel beeld doorlopend van boven naar beneden worden gescand om een enkel
beeld te maken.
Woordenlijst
100
SDTV Een afkorting voor Standard Definition Television die verwijst naar standaard televisiesystemen die niet voldoen aan de voorwaarden
voor HDTV
g High-Definition Television.
SNMP Een afkorting voor Simple Network Management Protocol, het protocol voor controle en beheer van apparaten zoals routers en
computers die zijn aangesloten op een TCP/IP-netwerk.
sRGB Een internationale standaard voor kleurintervallen die is opgesteld zodat kleuren die door videoapparatuur worden weergegeven
gemakkelijk door het besturingssysteem van computers en Internet kunnen worden bewerkt. Als een aangesloten bron een sRGB-modus
heeft, stel dan zowel de projector als de aangesloten bron in op sRGB.
SSID SSID is een identificatienummer om verbinding te maken met een tegenhanger op een draadloos LAN. Draadloze communicatie is
mogelijk tussen apparaten die werken met SSID.
Subnetmasker Dit is een numerieke waarde die het aantal bits definieert voor het netwerkadres op een gedeeld netwerk (subnet) van het IP-adres.
SVGA Een soort videosignaal met een resolutie van 800 (horizontaal) ^ 600 (verticaal) beeldpunten die wordt gebruikt door IBM PC/AT-
compatibele computers.
S-video Een videosignaal dat helderheid en kleuren scheidt voor een betere beeldkwaliteit.
Verwijst naar beelden die bestaan uit twee onafhankelijke signalen: Y (helderheidsignaal) en C (kleursignaal).
SXGA Een soort videosignaal met een resolutie van 1.280 (horizontaal) ^ 1.024 (verticaal) beeldpunten die wordt gebruikt door IBM PC/AT-
compatibele computers.
Synchronisatie Door computers doorgegeven signalen hebben een specifieke frequentie. Als de frequentie van de projector niet met deze frequentie
overeenkomt, zijn de resulterende beelden niet van goede kwaliteit. Het proces waarbij de fases van deze signalen bij elkaar worden
gebracht (de relatieve positie van de pieken en dalen in de signalen) wordt synchronisatie genoemd. Als de signalen niet worden
gesynchroniseerd, kan er flikkering, wazigheid en horizontale interferentie optreden.
Tracking
(Frequentieafstemming)
Door computers doorgegeven signalen hebben een specifieke frequentie. Als de frequentie van de projector niet met deze frequentie
overeenkomt, zijn de resulterende beelden niet van goede kwaliteit. Het proces waarbij de frequenties van deze signalen op elkaar worden
afgestemd (het aantal pieken in het signaal) wordt ook wel frequentieafstemming genoemd. Als de frequentieafstemming niet juist wordt
uitgevoerd, verschijnen er brede verticale strepen in het signaal.
Vergrotingsmodus In deze modus worden breedbeeldbeelden in 16:9-modus in horizontale richting gecomprimeerd zodat ze op het opnameapparaat as 4:3-
beelden worden opgeslagen.
Als deze beelden door de projector in vergrotingsmodus worden afgespeeld, wordt het oorspronkelijke 16:9-formaat hersteld.
Verversingsfrequentie Het lichtgevende element van een scherm behoudt zijn helderheid en kleur maar heel kort. Daarom moet het beeld vele keren per seconde
worden gescand om het lichtgevende element te verversen. Het aantal keren dat het beeld per seconde ververst wordt heet
verversingsfrequentie en wordt uitgedrukt in hertz (Hz).
VGA Een soort videosignaal met een resolutie van 640 (horizontaal) ^ 480 (verticaal) beeldpunten die wordt gebruikt door IBM PC/AT-
compatibele computers.
WPS WPS is de afkorting van "Wi-Fi Protected Setup" en werd door de WI-FI Alliance ontwikkeld als hulpmiddel om gemakkelijk een
draadloos LAN in te stellen en te beveiligen.
XGA Een soort videosignaal met een resolutie van 1.024 (horizontaal) ^ 768 (verticaal) beeldpunten die wordt gebruikt door IBM PC/AT-
compatibele computers.
101
ESC/VP21-commando's
Commandolijst
Als het commando power ON naar de projector wordt gestuurd, schakelt
de projector in en gaat hij over in opwarmmodus. Als de projector is
ingeschakeld, wordt een dubbele punt ":" (3Ah) teruggestuurd.
Als een commando wordt ingevoerd, voert de projector het commando uit
en stuurt een ":" terug. Vervolgens accepteert hij het volgende commando.
Als het commando dat wordt verwerkt op een abnormale manier wordt
afgebroken, wordt er een foutmelding doorgegeven en wordt ":"
teruggestuurd.
* Voeg een harde-returncode (CR) (0Dh) in aan het eind van elk commando en
verzend de code.
Kabelindelingen
f Seriële aansluiting
Stekkervorm: 9-pins, mannelijke D-sub
Projectoringangsconnector: RS-232C
f Communicatieprotocol
Standaard baud rate: 9.600 bps
Gegevenslengte: 8 bit
Pariteit: geen
Stop-bit: 1 bit
Flow control: geen
Onderdeel Commando
Power ON/OFF ON PWR ON
OFF PWR OFF
Signaalselectie Video SOURCE 41
S-video SOURCE 42
EasyMP (alleen
EMP-1825)
SOURCE 50
A/V Mute ON/OFF ON MUTE ON
OFF MUTE OFF
Selectie A/V Mute Zwart MSEL 00
Blauw MSEL 01
Logo MSEL 02
Onderdeel
Commando
Computer1-
poort
Computer2-
poort
Signaalselectie Computer (Auto) SOURCE 1F SOURCE 2F
Computer SOURCE 11 SOURCE 21
Componentvideo SOURCE 14 SOURCE 24
<Projector> (seriële pc-kabel) <Computer>
Signaal Functie
GND 5 5 GND
GND Aarde
RD 2 3 TD
TD Verzenden
TD 3 2 RD
RD Ontvangen
DTR 4 6 DSR
DSR Data Set Ready
DSR 6 4 DTR
DTR
Data Terminal Ready
<Projector> <Computer>
102
Netwerkprojectie (EMP-1825)
U kunt de projector en de computer op een netwerk aansluiten via het
bij de projector meegeleverde "EMP NS Connection" of via de functie
"Netwerkprojectie" van Windows Vista.
De toepassing "EMP NS Connection" biedt een groot aantal opties
voor vergaderingen en presentaties zoals een distributiefunctie,
weergave op meerdere schermen, een filmverzendmodus en een
presentatiemodus. s EasyMP Operation Guide
Met de functie "Netwerkprojectie" van het besturingssysteem kunt u
projectors die zijn aangesloten op het netwerk herkennen en
gebruiken zonder dat u een toepassing hoeft te installeren.
Als de projector via een netwerk op de computer is aangesloten, kunt
u via de volgende procedure afbeeldingen projecteren die zijn
opgeslagen op de computer.
A
Schakel de projector in.
B
Klik op "Start" op de computer.
C
Klik op "Alle programma's" - "Accessoires" -
"Netwerkprojectie".
Het scherm voor het instellen van de verbinding wordt
weergegeven.
U kunt de projector nu zoeken door het IP-adres in te voeren of
door het besturingssysteem automatisch alle aangesloten projectors
te laten vinden. Nadat het besturingssysteem alle aangesloten
projectors heeft gevonden, kunt u de projector kiezen die u wilt
gebruiken.
U wordt nu gevraagd om het wachtwoord van de projector in te
voeren. Voer het "Trefwoord projector" in dat onder aan het stand-
byscherm van EasyMP wordt weergegeven. s pag.51
Ondersteunde besturingssystemen
Windows: Vista Basic/Vista Home Premium/Vista Business/
Vista Enterprise/Vista Ultimate
U kunt op uw computer een
projector selecteren die op het
netwerk is aangesloten.
Internet
LAN
Procedure
Op de afstandsbediening Op het bedieningspaneel
103
PJLink (alleen EMP-1825)
Als onderdeel van hun pogingen om beheerprotocollen voor projectors
te standaardiseren, heeft de JBMIA (Japan Business Machine and
Information System Industries Association) PJLink Klasse 1 als
standaardprotocol voor het beheren van netwerkcompatibele
projectors ingesteld.
De projector voldoet aan de door de JBMIA opgestelde PJLink Klasse
1-standaard.
Hij voldoet aan alle commando’s, behalve aan de volgende door
PJLink Klasse 1 gedefinieerde commando’s; de overeenkomst is door
PJLink bevestigd.
URL: http://pjlink.jbmia.or.jp/english/
Niet-compatibele commando’s
Door PJLink gedefinieerde invoernamen en bijbehorende
projectoraansluitingen
De naam van de fabrikant voor "informatieverzoeken"
EPSON
De modelnaam voor "informatieverzoeken over producten"
EMP-1825
Functie PJLink-commando
Instellingen voor
dempen
Beeld dempen instellen AV M T 1 1
Beeld dempen annuleren AV M T 10
Audio dempen instellen AV M T 2 1
Audio dempen annuleren AV M T 2 0
Invoeraansluiting PJLink-commando
Computer1-ingangs INPT 11
Computer2-ingangs INPT 12
Video-ingangs INPT 21
S-video-ingangs INPT 22
104
Lijst met ondersteunde monitorbeeldschermen
f Computerbeeld
* U kunt het apparaat niet aansluiten als het geen VGA-uitgangspoort heeft.
Ook als er andere signalen dan de hierboven genoemde worden doorgegeven,
kan het beeld waarschijnlijk wel worden geprojecteerd. Waarschijnlijk worden
echter niet alle functies ondersteund.
f Componentvideo
f Composietvideo/S-video
Signaal
Vernieuwingssnelheid
g
(Hz)
Resolutie
(beeldpunten)
Aantal
gebruikte pixels
als vensterfor-
maat wordt
weergegeven
(beeldpunten)
VGAEGA 640 ^ 350 1.024 ^ 560
VGAg 60/72/75/85, iMac
*
640 ^ 480 1.024 ^ 768
SVGAg 56/60/72/75/85, iMac
*
800 ^ 600 1.024 ^ 768
XGAg 60/70/75/85, iMac
*
1.024 ^ 768 1.024 ^ 768
SXGAg 70/75/85 1.152 ^ 864 1.024 ^ 768
SXGA 60/75/85 1.280 ^ 960 1.024 ^ 768
SXGA 60/75/85 1.280 ^ 1.024 960 ^ 768
UXGA 60 1.600 ^ 1.200 1.024 ^ 768
MAC13" 640 ^ 480 1.024 ^ 768
MAC16" 832 ^ 624 1.024 ^ 768
MAC19" 1.024 ^ 768 1.024 ^ 768
MAC19" 60 1.024 ^ 768 1.024 ^ 768
MAC21" 1.152 ^ 870 1.016 ^ 768
SDTVg (480i) 60 720 ^ 480 1.024 ^ 768
SDTV (576i) 50 720 ^ 576 1.024 ^ 768
SDTV (480p) 60 720 ^ 480 1.024 ^ 768
SDTV (576p) 50 720 ^ 576 1.024 ^ 768
HDTV
g
(720p)
50/60 1.280 ^ 720 1.024 ^ 576
HDTV (1.080i) 50/60 1.920 ^ 1.080 1.024 ^ 576
Signaal
Vernieuwingssnelheid
g
(Hz)
Resoluties (beeldpunten)
Hoogte-breed-
teverhou-
dingg 4:3
Hoogte-
breedtever-
houding 16:9
SDTVg (480i) 60 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
SDTV (576i) 50 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
SDTV (480p) 60 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
SDTV (576p) 50 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
HDTVg (720p)
16:9
50/60 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
HDTV (1.080i)
16:9
50/60 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
Signaal
Vernieuwingssnelheid
g
(Hz)
Resoluties (beeldpunten)
Hoogte-breed-
teverhou-
dingg 4:3
Hoogte-
breedtever-
houding 16:9
TV (NTSC) 60 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
TV
(PAL, SECAM)
50 1.024 ^ 768 1.024 ^ 576
105
Technische gegevens
f Algemene specificatie van de projector
Productnaam Multimediaprojector
EMP-1825
Multimediaprojector
EMP-1810
In deze projector worden
Pixelworks DNX
TM
-chips
gebruikt.
Kantelhoek
Als u de projector kantelt onder een hoek van
meer dan 45°, kan deze worden beschadigd en
ongelukken veroorzaken.
Afmetingen
345 (W)
^
86 (H)
^
257 (D) mm (uitstekende delen niet meegerekend)
Paneelgrootte 0,8"
Weergavemethode Polysilicon TFT actieve matrix
Resolutie 786.432 pixels XGAg (1.024 (W) ^ 768 (H) beeldpunten) ^ 3
Scherpte instellen Handmatig
Zoom instellen Handmatig (1 tot 1,6)
Projectorlamp UHE-lamp, 210 W, modelnr.: ELPLP40
Max. audio-uitgang 5 W monauraal
Luidspreker 1
Voeding 100 tot 200 V AC ± 10%, 50/60 Hz 3,4 tot 1,5 A
Energieverbruik Gebieden met 100 tot
120 V
In bedrijf: 306 W
Energieverbruik in standby-modus (netwerk niet actief): 2,6 W
Energieverbruik in standby-modus (netwerk actief): 12 W
Gebieden met 220 tot
240 V
In bedrijf: 286 W
Energieverbruik in standby-modus (netwerk niet actief): 4,6 W
Energieverbruik in standby-modus (netwerk actief): 12 W
Bedrijfshoogte Hoogte 0 tot 2.286 m
Bedrijfstemperatuur 5 tot 35 °C (geen condensatie)
Opslagtemperatuur -10 tot 60 °C (geen condensatie)
Gewicht Ongeveer 3,1 kg Ongeveer 2,9 kg
0° tot 45°0° tot 45°
Technische gegevens
106
* Met USB2.0-ondersteuning.
Het is niet gegarandeerd dat alle apparaten met USB-ondersteuning werken op de USB-poorten.
Aansluitin-
gen
Computer1-ingangspoort 1 15-pens Mini D-Sub (vrouwtje) blauw
Audio1-ingangspoort 1 Stereo mini-aansluiting
Computer2-ingangspoort 1 15-pens Mini D-Sub (vrouwtje) blauw
Audio2-ingangspoort 1 Stereo mini-aansluiting
S-video-ingangspoort 1 4-pens mini-DIN
Video-ingangspoort 1 RCA pin-aansluiting
Audio-L/R-ingangspoort 1 RCA pin-aansluiting
Monitor-uitgangspoort 1 15-pins mini D-sub (vrouwtje) zwart
Audio-uitgangspoort 1 Stereo mini-aansluiting
RS-232C-poort 1 9-pins D-sub (mannetje)
LAN-poort 1 RJ45 -
USB-poort (Type A)
*
1 USB-connector (type A) -
USB-poort (Type B)
*
1 USB-connector (type B) USB-connector (type B)
USB-poort (alleen voor
draadloze LAN-eenheid)
1
USB-connector (type A) -
Kaartsleuf 1 CompactFlash-kaart -
Technische gegevens
107
f Softwarevereisten (enkel EMP-1825)
De software die bij de projector werd meegeleverd, werkt in de volgende besturingsomgeving.
* Om PowerPoint-bestanden te openen, is een van Office2000/XP/2003/2007 of PowerPoint2000/2002/2003/2007 vereist.
EMP NS Connection EMP SlideMaker2* EMP Monitor USB Display
OS Windows 2000 SP4/XP/XP SP1/
XP SP2/Vista
Mac OS X 10.3 of hoger
Aanbevolen: Mac OS 10.4.5 of
hoger/10.3.9
Windows 98/98 SE/Me/2000 SP4/
XP/XP SP1/XP SP2/Vista
Windows 98 SE/Me/2000 SP4/
XP Home Edition/XP SP2/Vista
Internet ExplorerVer.5.0 of hoger
Windows 2000 SP4/XP/XP SP1/
XP SP2/Vista
CPU Mobile Pentium III 1,2 GHz of
meer
Aanbevolen: Pentium M 1,6 GHz
of hoger
Power PC G3 900 MHz of hoger
Celeron 300 MHz of meer
Aanbevolen: Celeron 400 MHz of
meer
Pentium MMX 166 MHz of hoger
Aanbevolen: Pentium II 233 MHz
of hoger
Mobile Pentium III 1,2 GHz of
meer
Aanbevolen: Pentium M 1,2 GHz
of hoger
Geheugencapaciteit 256 MB of meer
Aanbevolen: 512 MB of meer
64 MB of meer
Aanbevolen: 128 MB of meer
64 MB of meer 256 MB of meer
Aanbevolen: 512 MB of meer
Beschikbare ruimte op
de harde schijf
20 MB of meer 12 MB of meer 50 MB of meer 20 MB of meer
Scherm Resolutie van XGA (1.024 x 768)
of meer
Kleurenscherm van 16 bit of
meer, kleurenscherm van
ongeveer 32.000 kleuren
Resolutie van SVGA (800 x 600)
of hoger
Kleurenscherm van 32 bit of
hoger
Resolutie van XGA (1.024 x 768)
of meer
Technische gegevens
108
Safety standards
VS: UL60950-1
Canada: CSA C22.2 No.60950-1
EU: De laagspanningsrichtlijn
(2006/95/EC)
IEC/EN60950-1
This product is also designed for IT power distribution system with
phase-to-phase voltage 230V.
EMC standards
VS: FCC Part 15B Klasse B (DoC)
Canada: ICES-003 Klasse B
EU: De EMC-richtlijn
(2004/108/EC)
EN55022, Klasse B
EN55024
IEC/EN61000-3-2
IEC/EN61000-3-3
Australië/Nieuw-Zeeland: AS/NZS CISPR 22:2002 Klasse B
109
Afmetingen
Eenheid: mm
345,0
47,1
*
86,0
115,0
12
92,0
127,0
90,0
Lensmidden
8,8
4,8
98,0
257,0
53,0
* Afstand van lensmidden tot bevestingspunten ophangbeugel
3-M4^9
110
Index
A
A/V Mute ............................................................. 25
A/V Mute-schuifklep .............................................. 7
Aanwijzer ............................................................. 28
Abs. kleurtemperatuur ......................................... 43
Achterkant ........................................................... 47
Achterscherm ...................................................... 82
Achterste voet ....................................................... 9
Afstandsbediening ......................................... 14, 30
Afstandsbedieningsontvanger ......................... 7, 10
Audio-L/R-ingangspoort ...................................... 10
Audio-uitgangspoort ............................................ 10
Auto Setup (Autom. instellen) ............................. 44
B
Basismenu .......................................................... 51
Batterijen vervangen ........................................... 84
Bedieningspaneel ................................................ 12
Bedrijfstemperatuur ........................................... 105
Bedrijfstijd van de lamp herstellen ...................... 88
Bedrijfstijd van de projectorlamp herstellen ........ 68
Berichtenmenu .................................................... 64
Beveiligd-met-wachtwoord-sticker ...................... 37
Beveiligingsmenu ................................................ 59
Beveiligingssleuf ................................................. 10
Bevestingspunten ophangbeugel .................. 9, 109
Blackboard (Schoolbord) ..................................... 24
Breedbeeldprojectie ............................................ 27
Brightness (Helderheid) ...................................... 43
Brightness Control (Helderheid regelen) .............45
C
Color Adjustment (Kleur instellen) ....................... 43
Color Mode (Kleurenmodus) ............................... 24
Color mode (Kleurenmodus) ............................... 43
Color Saturation (Kleurverzadiging) .................... 43
Computer1-ingang .............................................. 44
Computer1-ingangspoort .....................................11
Computer2-ingang ...............................................44
Computer2-ingangspoort .....................................11
Configuratiemenu ................................................42
Contrast (Contrast) ..............................................43
D
DHCP ..................................................................52
Direct Power On (Direct inschakelen) .................48
Display (Weergave) .............................................47
Display background
(Achtergrond weergeven) ....................................47
Draadloos LAN-menu ..........................................52
Draadloze muis ....................................................30
E
E-mailadres 1/2/3 ................................................64
E-mailmelding ......................................................64
ESC/VP21 .........................................................101
Extended-menu (Uitgebreid) ...............................47
Extern dimensiediagram ....................................109
Externe luidsprekers ............................................96
Externe monitor ...................................................96
E-zoom ................................................................29
F
Freeze (Bevriezen) ..............................................26
G
Gateway-adres ..............................................52, 63
Gebruikerslogo ....................................................90
H
HDTV .................................................................104
Help-functie .........................................................70
High altitude mode (Hoogtemodus): ................... 48
Hoofdmenu ......................................................... 42
Hoogte-breedteverhouding ................................. 27
I
Image-menu (Beeld) ........................................... 43
Indicatielampje projectorlamp ............................. 71
Indicatielampjes .................................................. 71
Info-menu (Info) .................................................. 67
Input Signal (Ingangssignaal) ............................. 67
Instelbare voet aan voorzijde ................................ 7
Invoerapparaat zoeken ....................................... 12
IP-adres ........................................................ 52, 63
K
Kantelhoek ........................................................ 105
Keystone ............................................................. 45
Kleuraanpassing multischerm ............................. 34
Kruis .................................................................... 29
L
Lage helderheid .................................................. 45
Lampdeksel ........................................................... 7
Language (Taal) .................................................. 48
LAN-kabel aansluiten .......................................... 97
LAN-poort ............................................................ 10
LED afstandsbediening ....................................... 15
Luchtafvoerventilator ............................................. 7
Luchtfilter .............................................................. 9
Luchtfilter vervangen ........................................... 89
Luchttoevoerventilator ........................................... 9
Luidspreker ..................................................... 7, 96
Index
111
M
Menu ................................................................... 42
Messages (Meldingen) ........................................ 47
Monitor-uitgangspoort ......................................... 10
Muisaanwijzer ..................................................... 31
N
Netwerkbeveil. ..................................................... 37
Netwerkmenu ...................................................... 49
Netwerkprojectie ............................................... 102
Numerieke knoppen ............................................ 14
O
Onderdelen en functies ......................................... 7
Ondersteunde monitorbeeldschermen .............. 104
Operation (Bediening) ......................................... 48
Operation Lock
(Bedieningsvergrendeling) ............................ 39, 45
Opslagtemperatuur ........................................... 105
Optionele accessoires ......................................... 98
Overige menu ...................................................... 65
Oververhitting ...................................................... 72
P
Password protect (Wachtwoordbeveiliging) ........ 36
Photo (Foto) ........................................................ 24
PJLink ............................................................... 103
Plafond ................................................................ 47
Pointer Shape (Aanwijzervorm) .......................... 45
Poortnummer ...................................................... 64
Positie ................................................................. 44
Power On Protect (Beveiligd opstarten) .............. 36
Presentatie .......................................................... 24
Problemen oplossen ........................................... 71
Progressief .......................................................... 44
Projectieafstand .................................................. 92
Projection (Projectie) ...........................................47
Projectorlamp vervangen .....................................86
Projectorlampuren ...............................................67
Projectornaam .....................................................51
R
Refresh rate (Verversingsfrequentie) ..................67
Reinigen van het luchtfilter en de
luchttoevoerventilator ..........................................83
Reinigen van het oppervlak van de projector ......83
Reset all (Alles herstellen) ...................................68
Reset-menu (Herstellen) .....................................68
Resolutie ......................................................67, 104
RS-232C-poort ....................................................10
S
Schermgrootte .....................................................92
Scherpstelring ........................................................7
Settings-menu (Instellingen) ................................45
Sharpness (Scherpte) ..........................................43
Signal-menu (Signaal) .........................................44
Sleep Mode (Slaapmodus) ..................................48
SMTP-server .......................................................64
SNMP Trap IP Adres ...........................................65
Softwarematig toetsenbord ..................................50
Source (Bron) ......................................................67
Source Search
(Invoerapparaat zoeken) ...............................12, 22
Sports (Sport) ......................................................24
sRGB ...................................................................24
SSID ....................................................................52
Standby Mode (Standby-modus) .........................48
Startup screen (Opstartscherm) ..........................47
Submenu .............................................................42
Subnetmasker ...............................................52, 63
S-videopoort ........................................................10
Sync info (Informatie over synchronisatie) ..........67
Synchronisatie .....................................................44
T
Technische gegevens ....................................... 105
Temperatuurindicatielampje ................................ 71
Theatre (Bioscoop) ............................................. 24
Tint (Kleurschakering) ......................................... 43
Tracking (Frequentieafstemming) ....................... 44
U
USB-apparaten aansluiten .................................. 93
USB-poort ........................................................... 11
User's Logo Protect
(Beveiligd gebruikerslogo) .................................. 36
V
Vast netwerkmenu .............................................. 63
Vensterformaat wijzigen .................................... 104
Verbruiksmateriaal .............................................. 98
Vervangingsperiode luchtfilter ............................. 89
Vervangingsperiode projectorlamp ..................... 85
Video Signal (Videosignaal) ................................ 67
Videopoort ........................................................... 10
Videosignaal ....................................................... 44
Voedingsindicatielampje ..................................... 71
Voedingsingang .................................................. 10
Voll. vergrend. ..................................................... 39
Volume (Volume) ................................................ 45
Voorkant .............................................................. 47
W
Wachtwoord netwerkstation ................................ 51
Woordenlijst ........................................................ 99
Z
Zoomstelring ......................................................... 7
112
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden
verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of
openbaar worden gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij
elektronisch, mechanisch, door fotokopiëren, opnamen of enige andere
manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Seiko Epson
Corporation. Er wordt geen aansprakelijkheid voor octrooien aanvaard in
verband met gebruik van de informatie in deze uitgave. Noch wordt
aansprakelijkheid aanvaard voor schade die voortvloeit uit gebruik van de
informatie in deze uitgave.
Noch Seiko Epson Corporation noch een van haar dochterondernemingen
kan aansprakelijk worden gesteld door de koper of door derden voor
schade, verliezen of kosten die door de koper of derden zijn gemaakt als
gevolg van ongelukken, onjuist gebruik of misbruik van dit product of
door onbevoegden uitgevoerde modificaties, reparaties of wijzigingen van
dit product of (uitgezonderd de VS) het niet in acht nemen van de
aanwijzingen voor gebruik en onderhoud van Seiko Epson Corporation.
Seiko Epson Corporation is niet aansprakelijk voor schade of problemen
die voortvloeien uit gebruik van andere optionele producten of
verbruiksgoederen dan die welke door Seiko Epson Corporation zijn
aangemerkt als originele EPSON-producten of als “EPSON Approved
Product”.
De inhoud van deze handleiding kan zonder voorafgaand bericht worden
gewijzigd of bijgewerkt.
De afbeeldingen van de projector in deze handleiding en de eigenlijke
projector kunnen verschillen.
Algemene informatie:
Macintosh, Mac en iMac zijn handelsmerken van Apple Inc.
IBM is een geregistreerd handelsmerk van International Business
Machines Corporation.
Windows, Windows NT, VGA en PowerPoint zijn handelsmerken of
geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
Dolby is een handelsmerk van Dolby Laboratories.
Pixelworks en DNX zijn handelsmerken van Pixelworks, Inc.
CompactFlash is een geregistreerd handelsmerk of handelsmerk van
Sandisk Corporation.
Dit product bevat de cryptografische software RSA BSAFE
®
van RSA
Security Inc.
RSA en BSAFE zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van
RSA Security Inc. in de Verenigde Staten en/of andere landen. RSA
Security Inc. Alle rechten voorbehouden.
Dit product bevat de cryptografische software
NetNucleus
®
WPA
van
TOSHIBA INFORMATION SYSTEMS CORPORATION.
NetNucleus
is een geregistreerd handelsmerk van TOSHIBA
INFORMATION SYSTEMS CORPORATION in Japan.
Andere in deze handleiding gebruikte productnamen zijn ook alleen
gebruikt ter identificatie en kunnen handelsmerken zijn van hun
respectievelijke eigenaars. Epson maakt geen aanspraak op enige en alle
rechten op deze merken.
ZSEIKO EPSON CORPORATION 2007. All rights reserved.
3

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Epson emp 1825 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Epson emp 1825 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 7,12 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info