583939
1
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/43
Pagina verder
Nederlands
Veiligheidsvoorschriften
Belangrijke
veiligheidsvoorschriften ..............3
Functies van het
bedieningspaneel
Bedieningspaneel ...........................4
Omgaan met papier
Papier selecteren ............................6
Papier laden ....................................7
Omgaan met cd’s en dvd’s
Cd’s en dvd’s laden .......................9
Cd’s en dvd’s verwijderen ...........10
Kopiëren
Originelen op de glasplaat
plaatsen .....................................11
Foto’s kopiëren ..............................11
Documenten kopiëren .................13
Afdrukken vanaf een
geheugenkaart
Omgaan met
geheugenkaarten.....................14
Foto’s afdrukken............................16
Foto’s selecteren en afdrukken
met behulp van een index ......18
Afdrukken op een cd/dvd ...........19
Een cd-/dvd-hoesje afdrukken....21
Afdrukken vanaf een extern
apparaat
Vanaf een opslagapparaat ........22
PictBridge of USB DIRECT-PRINT
gebruiken ...................................22
Gegevens opslaan
Foto’s en documenten
scannen..................................... 24
Een extern opslagapparaat
gebruiken .................................. 24
Cartridges vervangen
Voorzorgsmaatregelen................ 26
Cartridges verwijderen en
installeren................................... 26
Onderhoud
Cartridgestatus controleren ........ 29
De printkop controleren en
reinigen...................................... 29
De printkop uitlijnen...................... 30
Problemen oplossen
Foutberichten................................ 31
Problemen en oplossingen.......... 32
Overzicht van instellingen
bedieningspaneel
Kopieermodus............................... 35
Geheugenkaartmodus ................ 36
Modus Speciale afdruktaken...... 39
Modus Setup ................................. 42
Basishandleiding
-voor gebruik zonder computer-
Informatiebronnen
Waarschuwingen, Voorzorgsmaatregelen en Opmerkingen
Let bij het lezen van de instructies op de volgende aanduidingen:
Auteursrechten
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar worden
gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier,
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Seiko Epson Corporation. De hierin beschreven informatie is alleen bedoeld voor
gebruik bij dit apparaat. Epson is niet verantwoordelijk voor het gebruik van deze informatie bij andere printers.
Seiko Epson Corporation noch zijn filialen kunnen verantwoordelijk worden gesteld door de koper van dit product of derden voor
schade, verlies, kosten of uitgaven die de koper of derden oplopen ten gevolge van al dan niet foutief gebruik of misbruik van dit
product of onbevoegde wijzigingen en herstellingen of (met uitzondering van de V.S.) het zich niet strikt houden aan de gebruiks- en
onderhoudsvoorschriften van Seiko Epson Corporation.
Seiko Epson Corporation kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade of problemen voortvloeiend uit het gebruik van andere dan
originele onderdelen of verbruiksgoederen kenbaar als Original Epson Products of Epson Approved Products by Seiko Epson.
Seiko Epson Corporation kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade voortvloeiende uit elektromagnetische storingen die
plaatsvinden door het gebruik van andere interfacekabels dan kenbaar als Epson Approved Products by Seiko Epson Corporation.
EPSON
®
is een gedeponeerd handelsmerk en EPSON STYLUS™ en Exceed Your Vision zijn handelsmerken van Seiko Epson Corporation.
PRINT Image Matching™ en het PRINT Image Matching-logo zijn handelsmerken van Seiko Epson Corporation. Copyright © 2001
Seiko Epson Corporation. Alle rechten voorbehouden.
USB DIRECT-PRINT™ en het USB DIRECT-PRINT-logo zijn handelsmerken van Seiko Epson Corporation. Copyright © 2002 Seiko
Epson Corporation. Alle rechten voorbehouden.
DPOF™ is een handelsmerk van CANON Inc., Eastman Kodak Company, Fuji Photo Film Co., Ltd. en Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
SDHC™ is een handelsmerk.
Memory Stick, Memory Stick Duo, Memory Stick PRO, Memory Stick PRO Duo, Memory Stick Micro, MagicGate Memory Stick en
MagicGate Memory Stick Duo zijn handelsmerken van Sony Corporation.
xD-Picture Card™ is een handelsmerk van Fuji Photo Film Co., Ltd.
Zip
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Iomega Corporation.
Het woordmerk BLUETOOTH
®
is eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en in licentie gegeven aan Seiko Epson Corporation.
Algemene kennisgeving: andere productnamen vermeld in deze uitgave dienen uitsluitend als identificatie en kunnen
handelsmerken zijn van hun respectieve eigenaars. Epson maakt geen enkele aanspraak op enige rechten op deze handelsmerken.
Papieren handleidingen
Hier beginnen
Lees deze poster eerst.
Op deze poster leest u hoe u de printer en de software moet installeren.
Basishandleiding -voor gebruik zonder computer-
In dit boek vindt u informatie over het gebruik van de printer zonder
dat het op de computer is aangesloten. Zo vindt u hier instructies voor
het kopiëren, het afdrukken vanaf een geheugenkaart en het afdrukken
op een cd/dvd.
Zie het hoofdstuk Problemen oplossen in dit boek als u problemen
ondervindt met de printer.
Online-handleidingen
Gebruikershandleiding
In deze handleiding vindt u instructies voor het afdrukken en scannen
vanaf de computer en informatie over de software.
Deze handleiding staat op de software-cd-rom en wordt automatisch
met de software meegeïnstalleerd. Dubbelklik op het pictogram op het
bureaublad om deze handleiding te openen.
Online-Help
Elke toepassing die op de software-cd-rom is meegeleverd, heeft een
eigen online-Help. Daarin vindt u gedetailleerde informatie over de
toepassing.
w Waarschuwing: Waarschuwingen moet u zorgvuldig in acht nemen om lichamelijk letsel te
voorkomen.
c Let op: Voorzorgsmaatregelen worden aangegeven met “Let op”; u moet deze naleven om schade
aan het apparaat te voorkomen.
Opmerking: Opmerkingen bevatten belangrijke informatie over de printer.
Tip: Tips bevatten handige aanwijzingen voor het gebruik van de printer.
(dit boek)
Veiligheidsvoorschriften 3
Nederlands
Veiligheidsvoorschriften
Belangrijke
veiligheidsvoorschriften
Lees de volgende veiligheidsvoorschriften
voordat u de printer in gebruik neemt:
Gebruik alleen het netsnoer dat bij de
printer is geleverd. Gebruik van een
ander snoer kan leiden tot brand of
schokken. Gebruik het snoer niet voor
andere apparatuur.
Controleer of het netsnoer voldoet aan
alle relevante plaatselijke
veiligheidsnormen.
Gebruik alleen het type stroombron dat
op het label is aangegeven.
Zet de printer in de buurt van een
stopcontact waar u de stekker
gemakkelijk uit kunt trekken.
Gebruik geen beschadigd of gerafeld
netsnoer.
Zorg er bovendien voor dat het totaal van
de ampèrewaarden van alle apparaten die
zijn aangesloten op een verlengsnoer of
wandstopcontact niet hoger is dan de
toegestane maximumwaarde.
Vermijd plaatsen die onderhevig zijn aan
snelle wisselingen in temperatuur of
luchtvochtigheid, schokken en trillingen,
of waar het stoffig is. Zet de printer niet in
de volle zon.
De openingen in de behuizing mogen niet
worden geblokkeerd of afgedekt. Steek
geen voorwerpen door de openingen in
het apparaat.
Plaats de printer op een vlakke, stabiele
ondergrond die rondom groter is dan het
apparaat. Het apparaat werkt niet goed
als het scheef staat. Zet de printer met de
achterkant minimaal 10 cm van de muur
voor een goede ventilatie.
Open de scannereenheid nooit tijdens het
kopiëren, afdrukken of scannen.
Raak de witte, platte kabel binnen in de
printer niet aan.
Mors geen vloeistof op de printer.
Gebruik geen spuitbussen met
ontvlambare stoffen in of in de buurt van
de printer. Dit kan brand veroorzaken.
Probeer de printer niet zelf te repareren,
tenzij in de documentatie uitdrukkelijk
wordt uitgelegd hoe u dit moet doen.
Haal in de volgende gevallen de stekker
uit het stopcontact en doe een beroep op
een onderhoudstechnicus: als het
netsnoer of de stekker beschadigd is, als
er vloeistof in de printer is gekomen, als
de printer is gevallen of als de behuizing
beschadigd is, als de printer niet normaal
werkt of als er een duidelijke wijziging in
de prestaties optreedt.
Zorg er bij opslag of transport van de
printer voor dat het apparaat niet wordt
gekanteld, op de zijkant geplaatst of
ondersteboven wordt gehouden. Anders
kan er inkt uit de cartridge lekken.
Pas bij het sluiten van de scannereenheid
op dat uw vingers niet klem komen te
zitten.
Druk niet te hard op de glasplaat bij het
plaatsen van de originelen.
Veiligheidsvoorschriften met
betrekking tot cartridges
Houd cartridges buiten het bereik van
kinderen en slik de inkt niet in.
Als u inkt op uw huid krijgt, wast u de
plek grondig met water en zeep. Als u
inkt in uw ogen krijgt, moet u uw ogen
onmiddellijk uitspoelen met water.
Raadpleeg onmiddellijk een arts als u
ondanks grondig spoelen problemen
krijgt met uw ogen of ongemak blijft
ondervinden.
Schud de inktcartridges niet na het
openen van de verpakking. Dit kan
lekken veroorzaken.
Als u een cartridge verwijdert voor later
gebruik, dient u de inkttoevoer te
beschermen tegen vuil en stof. Bewaar de
cartridge in dezelfde omgeving als de
printer. Raak de inkttoevoer en het gebied
eromheen niet aan.
4 Functies van het bedieningspaneel
Functies van het bedieningspaneel
Bedieningspaneel
Het precieze ontwerp van het bedieningspaneel kan van land tot land verschillen.
Knoppen
* Zie “Overzicht van instellingen bedieningspaneel” op pagina 35 voor meer informatie over de items per
modus.
Knop Functie Knop Functie
a P On Hiermee zet u de printer
aan en uit.
f x Menu * Hiermee geeft u de
gedetailleerde
instellingen van elke
modus weer.
b Mode * Hiermee selecteert u de
gewenste modus:
r Copy, s Memory
Card of v Specialty
Print.
(Een lampje laat zien
welke modus actief is.)
g ud
lr
Blader-
knop
met vier
pijltjes
Hiermee selecteert u
foto’s en menuopties.
OK Hiermee activeert
u de geselecteerde
instellingen.
h y Back Hiermee annuleert u de
huidige bewerking en
keert u terug naar het
vorige menu.
c F * Hiermee start u de
onderhoudsprogramma’s
of wijzigt u diverse
instellingen.
i x Start Hiermee start u het
kopiëren en afdrukken.
d G Hiermee wijzigt u de
weergave van de foto’s
op het display of snijdt
u de foto’s bij.
j y Stop/Clear Hiermee stopt u het
kopiëren en afdrukken
of annuleert u de
opgegeven instellingen.
e Copies
(+ en -)
Hiermee stelt u het
aantal exemplaren in
of wijzigt u de uitsnede.
a bcd efgh
i
j
Functies van het bedieningspaneel 5
Nederlands
Display
Opmerking:
Het is mogelijk dat op het display enkele heldere of donkere puntjes zichtbaar zijn of dat het display niet
volledig gelijk van helderheid is. Dit is normaal en wil geenszins zeggen dat het display beschadigd is.
Display gebruiken
Volg de onderstaande instructies om de menu’s met instellingen en foto’s op het display te
selecteren en te wijzigen.
Energiebesparing
Als u gedurende drie minuten geen knoppen indrukt, wordt de printer gedeactiveerd. Wanneer
Schermbeveil. inst. is ingesteld op Gegevens kaart wordt een diavoorstelling gestart.
Wanneer het apparaat gedurende 13 minuten gedeactiveerd is geweest, wordt het display
uitgeschakeld om energie te besparen en worden de lampjes bij Mode met de klok mee in- en
uitgeschakeld.
Druk op een willekeurige knop (behalve P On) om terug te keren naar het laatst weergegeven
scherm.
De weergave van de foto’s op display wijzigen
Met G kunt u de weergave op het display wijzigen.
aMet Copies + of - stelt u het aantal exemplaren
van de geselecteerde foto in.
b Druk op l of r om de gewenste instelling te
selecteren.
c Druk op u of d om het gewenste menu-item te
selecteren. Het geselecteerde deel schuift naar
boven of beneden.
d Druk op r om de lijst met instellingen te openen.
Druk op u of d om de gewenste instelling te
selecteren en druk vervolgens op OK.
e Druk op l of r om de op het display weergegeven
foto te wijzigen.
1 foto met informatie 9 foto’s zonder informatie
b
a
c,d
b,d,e
a
a
e
d
c
c
6 Omgaan met papier
Omgaan met papier
Papier selecteren
Vóór het afdrukken moet u eerst de juiste papiersoort selecteren. Deze instelling is belangrijk
omdat hierdoor wordt bepaald hoe de inkt op het papier wordt aangebracht.
Opmerking:
De beschikbaarheid van speciaal afdrukmateriaal kan van land tot land verschillen.
U vindt het artikelnummer van het volgende speciale afdrukmateriaal van Epson op de website van
Epson.
U kunt kiezen uit de volgende papiersoorten en instellingen:
* U kunt papier gebruiken met een gewicht van 64 tot 90 g/m
2
.
** Dit papier is niet altijd beschikbaar.
Pap.soort Instelling op
apparaat
Laadcapaciteit
Gewoon papier * Gewoon pap. 12 mm
Epson Premium Ink Jet Plain Paper
(Epson Gewoon inkjetpapier Premium)
100 vel
Epson Bright White Ink Jet Paper
(Epson Inkjetpapier helderwit)
80 vel
Epson Matte Paper-Heavyweight
(Epson Mat papier zwaar)
Matte 20 vel
Epson Photo Quality Ink Jet Paper
(Epson Inkjetpapier fotokwaliteit)
100 vel
Epson Premium Glossy Photo Paper
(Epson Fotopapier glanzend Premium)
Prem. Glossy 20 vel
Epson Premium Semigloss Photo Paper
(Epson Fotopapier halfglanzend
Premium)
Epson Ultra Glossy Photo Paper
(Epson Fotopapier ultraglanzend)
Ultra Glossy 20 vel
Epson Glossy Photo Paper
(Epson Fotopapier glanzend)
Fotopapier 20 vel
Epson Photo Stickers 4
(Epson Fotostickers 4) **
Sticker16 1 vel
Epson Photo Stickers 16
(Epson Fotostickers 16) **
1 vel
Omgaan met papier 7
Nederlands
Papier laden
1. Open de papiersteun en schuif hem uit.
2. Open het voordeksel.
3. Schuif de voorlade uit.
Opmerking:
Controleer of de voorlade in de papierstand
(lage stand) staat. Als dit niet zo is, zet u de
ladehendel omhoog en plaatst u de voorlade
opnieuw.
4. Verschuif de zijgeleider.
5. Plaats het papier met de korte zijde eerst
(ook voor liggende afdrukken) en met de
afdrukzijde naar boven in de printer.
6. Plaats het papier achter de uitsteeksels.
De afdrukzijde is
meestal witter of lichter
dan de achterkant
van het papier.
8 Omgaan met papier
7. Schuif de linkerzijgeleider naar rechts.
De stapel papier mag niet boven de pijl
c aan de binnenzijde van de
linkerzijgeleider komen.
Volg dezelfde stappen voor A4-papier.
10 15 cm (4 6 inch) en
13 18 cm (5 7 inch)
A4
Omgaan met cd’s en dvd’s 9
Nederlands
Omgaan met cd’s en dvd’s
c Let op:
Bewaar de cd-/dvd-lade altijd plat. Wanneer dit
hulpstuk kromtrekt of beschadigd raakt, werkt
de printer mogelijk niet goed meer.
Opmerking:
Zorg ervoor dat de gegevens, muziek of video
op de met inkjetprinters afdrukbare cd’s/dvd’s
zijn gebrand voordat u het afdrukken start.
Vocht op het afdrukoppervlak kan vlekken
veroorzaken.
Het afgedrukte oppervlak kan direct na het
afdrukken gemakkelijk vlekken.
Laat de cd/dvd volledig drogen voordat u deze
gebruikt of voordat u het afgedrukte oppervlak
aanraakt.
Laat de afgedrukte cd/dvd niet in direct
zonlicht drogen.
Als per ongeluk op de cd-/dvd-lade of het
interne doorzichtige compartiment wordt
afgedrukt, veegt u de inkt onmiddellijk weg.
Als u wilt afdrukken op 8-cm mini-cd’s,
gebruikt u EPSON Print CD op de cd-rom
met printersoftware. Zie de
online-Gebruikershandleiding.
Cd’s en dvd’s laden
1. Sluit het verlengstuk van de lade aan de
voorzijde.
2. Beweeg de ladehendel omlaag totdat
de voorlade zich in de cd/dvd-stand
bevindt (bovenste stand).
c Let op
Beweeg de ladehendel niet wanneer de
printer actief is.
3. Verwijder de adapter voor cd’s/dvd’s
van 8 cm en leg de cd/dvd in de lade.
Labelzijde naar boven.
10 Omgaan met cd’s en dvd’s
4. Plaats de lade in de printer.
Cd’s en dvd’s
verwijderen
1. Zorg ervoor dat het afdrukken is
voltooid.
2. Verwijder de cd-/dvd-lade door deze
recht uit de voorlade te trekken.
3. Beweeg de ladehendel omhoog om de
positie van de voorlade te wijzigen.
Beide zijden van
de cd-/dvd-lade
moeten goed in
de haken schuiven.
Kopiëren 11
Nederlands
Kopiëren
Opmerking:
Het formaat van de kopie kan afwijken van dat
van de originele afbeelding.
Afhankelijk van het soort papier dat u
gebruikt, kan de afdrukkwaliteit boven en
onder aan de afdruk minder zijn of kunnen
deze delen vegen vertonen.
Originelen op de
glasplaat plaatsen
1. Open het deksel en leg uw origineel met
de bedrukte zijde naar beneden op de
glasplaat.
2. Doe het deksel voorzichtig dicht.
Tip:
Voor het kopiëren van dikke of grote
documenten kunt u het deksel verwijderen.
Foto’s kopiëren
U kunt foto’s van 30 40 mm (127 178 mm)
kopiëren. U kunt ook twee foto’s tegelijk
kopiëren.
1. Druk op v Specialty Print.
2. Selecteer Foto’s opn. afdr/herst en druk
op OK.
3. Druk op OK.
Foto’s of document:
Cd/dvd:
Daartoe opent u het
deksel en trekt u het
recht omhoog.
12 Kopiëren
Opmerking:
Als uw foto’s in de loop van de tijd wat
verkleurd zijn, selecteert u Aan om ze op
te frissen.
Als u Herstellen op Aan zet voor een foto
met normale kleuren, wordt die foto
mogelijk niet goed afgedrukt.
4. Druk opnieuw op OK. Er wordt een
afdrukvoorbeeld van de foto gemaakt.
5. Stel het aantal exemplaren in.
6. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& Afdrukinstellingen
voor Foto’s opn. afdr/herst” op pagina
39). Druk vervolgens op OK.
7. Druk op x Start.
Opmerking:
Als de randen niet worden meegekopieerd,
moet u het origineel iets verder uit de hoek
leggen.
Meerdere foto’s kopiëren
Leg elke foto horizontaal.
Opmerking:
U kunt twee foto’s van 10 15 cm (4 6 inch)
tegelijk kopiëren. Als de randen van de foto’s
niet goed wordt afgedrukt, kunt u beter één
foto tegelijk kopiëren.
Leg uw foto 5 mm van de rand van de
glasplaat. Ook wanneer u twee foto’s op de
glasplaat legt, moet u minimaal 5 mm ruimte
tussen de foto’s laten.
U kunt foto’s met een verschillend formaat
tegelijk kopiëren, zolang de foto’s maar groter
zijn dan 30
40 mm.
Foto’s bijsnijden en
vergroten
Wanneer u een foto kopieert, kunt u alleen
het hoofdonderwerp afdrukken terwijl u de
rest van de foto wegsnijdt.
1. Druk op v Specialty Print.
2. Zie “Foto’s kopiëren” op pagina 11 en
voer stap 2 tot 4 uit.
3. Druk op de knop G. Het scherm voor
bijsnijden wordt weergegeven.
4. Gebruik de volgende knop om het
gedeelte in te stellen dat u wilt
bijsnijden.
Opmerking:
x Menu is alleen beschikbaar in de modus
Geheugenkaart.
5mm
5mm
5mm
Copies +, - Hiermee wijzigt u de
grootte van het kader.
u, d, l, r Hiermee verplaatst u het
kader.
x Menu Hiermee draait u het
kader.
Kopiëren 13
Nederlands
5. Druk op OK om het bijgesneden beeld te
bevestigen.
Opmerking:
Als u de positie van het kader opnieuw wilt
aanpassen, drukt u op de knop y Back om
naar het vorige scherm terug te keren.
6. Druk op OK wanneer alles naar wens is.
Opmerking:
Het pictogram wordt weergegeven op
de bijgesneden afbeelding.
7. Stel het aantal exemplaren in.
8. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& “Afdrukinstellingen
voor Foto’s opn. afdr/herst” op pagina
39). Druk vervolgens op OK.
9. Druk op x Start.
Documenten kopiëren
1. Druk op r Copy.
2. Selecteer de gewenste
kopieerinstellingen (& “Kopieermodus”
op pagina 35).
3. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& Afdrukinstellingen
voor modus Kopiëren” op pagina 35).
Druk vervolgens op OK.
Tip:
Wanneer u Kop. cd/dvd als Lay-out
selecteert, maak dan eerst een proefafdruk
op papier. Selecteer Gewoon pap. als
Pap.soort en laad gewoon papier in de
printer.
4. Druk op x Start.
Opmerking:
Als de randen niet worden meegekopieerd,
moet u het origineel iets verder uit de hoek
leggen.
Selecteer Kleur voor kleurenkopieën
of Zwart-wit voor zwart-witkopieën.
Selecteer het type document.
Selecteer een lay-outoptie.
Stel het aantal exemplaren in.
14 Afdrukken vanaf een geheugenkaart
Afdrukken vanaf een geheugenkaart
Omgaan met
geheugenkaarten
Geheugenkaart in de sleuf
plaatsen
Opmerking:
Als een digitale camera op de printer is
aangesloten, moet u die eerst losmaken voordat
u een geheugenkaart in het apparaat steekt.
1. Open het klepje van de kaartsleuven.
2. Controleer of alle sleuven leeg zijn. Steek
vervolgens de geheugenkaart in de sleuf.
c
Let op:
Gebruik niet meer dan één geheugenkaart
tegelijk.
Duw niet te hard bij het plaatsen van
de geheugenkaart. Geheugenkaarten
passen niet helemaal in de sleuf.
Kijk goed in welke richting u de kaart moet
plaatsen. Breng indien nodig ook altijd
eerst de adapter aan voordat u de kaart
plaatst. Anders loopt u het risico dat u de
kaart niet meer uit de printer krijgt.
CompactFlash
Microdrive
xD-Picture Card
xD-Picture Card Type M
xD-Picture Card Type H
Afdrukken vanaf een geheugenkaart 15
Nederlands
3. Kijk of het kaartlampje knippert en
vervolgens blijft branden.
SD Memory Card
SDHC Memory Card
MultiMediaCard
miniSD card*
miniSDHC card*
microSD card*
microSDHC card*
(* Adapter nodig.)
Memory Stick
Memory Stick PRO
MagicGate Memory Stick
(* Adapter nodig.)
Memory Stick Duo*
Memory Stick PRO Duo*
MagicGate Memory Stick Duo*
Memory Stick Micro*
Geheugen-
kaartlampje
16 Afdrukken vanaf een geheugenkaart
Geheugenkaarten
verwijderen
1. Controleer of het kaartlampje niet
knippert.
2. Trek de geheugenkaart recht uit de sleuf.
Foto’s afdrukken
1. Druk op s Memory Card.
2. Selecteer een van de instellingen uit de
volgende tabel voor het weergeven/
afdrukken van de foto’s en druk
vervolgens op OK. Volg de onderstaande
instructies om op te geven welke foto’s en
hoeveel exemplaren u wilt afdrukken.
3. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& “Afdrukinstellingen
voor modus Geheugenkaart” op pagina
37). Druk vervolgens op OK.
4. Druk op x Start.
Tip:
Wanneer u een vel met fotostickers bedrukt en
de afgedrukte afbeelding is niet gecentreerd op
het blad met fotostickers, dan kunt u de
afdrukpositie aanpassen als volgt.
Opmerking:
De instellingen van de printer worden bewaard
nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld.
Instelling Instructies
Weergeven
en afdr.
Selecteer een foto en stel
het aantal exemplaren in.
Alle foto’s
afdrukken
Stel het aantal exemplaren
voor alle foto’s in.
Als u het aantal
exemplaren voor elke foto
apart wilt instellen, drukt u
op OK en stelt u het
gewenste aantal in.
Afdrukken
op datum
Selecteer de datum en
druk op r om een vinkje te
plaatsen. Druk vervolgens
op OK.
Als u het aantal exemplaren
voor alle foto’s wilt instellen,
stelt u gewoon het
gewenste aantal in.
Als u het aantal
exemplaren voor elke foto
apart wilt instellen, drukt u
op OK en stelt u het
gewenste aantal in.
Index
afdrukken
Zie “Foto’s selecteren en
afdrukken met behulp van
een index” op pagina 18.
Diavoor-
stelling
U printer geeft de foto’s in
de volgorde weer waarin
ze op de geheugenkaart
staan. Wanneer u de foto
ziet die u wilt afdrukken,
drukt u op OK en stelt u
het aantal exemplaren in.
Als u nog meer foto’s wilt
afdrukken, selecteert u die
nu. Stel vervolgens het
aantal exemplaren in.
Opslaan op
geheugen-
kaart
Zie “Foto’s en
documenten scannen” op
pagina 24.
1. Druk op F.
2. Selecteer Afdrukpositie cd/sticker en druk
op OK.
3. Selecteer Stickers en druk op r.
4. Selecteer hoeveel millimeter de
afdrukpositie moet worden verschoven.
5. Druk op OK. Probeer vervolgens opnieuw af
te drukken.
Instelling Instructies
Afdrukken vanaf een geheugenkaart 17
Nederlands
Foto’s bijsnijden en
vergroten
1. Druk op s Memory Card.
2. Selecteer Weergeven en afdr. en druk
op OK.
3. Selecteer de foto die u wilt bijsnijden.
4. Druk op de knop G.
5. Zie “Foto’s bijsnijden en vergroten” op
pagina 12 en voer stap 4 tot 7 uit.
6. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& “Afdrukinstellingen
voor modus Geheugenkaart” op pagina
37). Druk vervolgens op OK.
7. Druk op x Start.
Afdrukken met leuke kaders
U kunt kleurrijke kaders toevoegen aan uw
foto’s.
1. Kies PIF-kaders op de software-cd-rom
die bij de printer is geleverd en sla ze met
EPSON PRINT Image Framer Tool op
een geheugenkaart op. Zie de Help bij de
software voor meer informatie.
Opmerking:
Of EPSON PRINT Image Framer Tool en de
PIF-kaders op de cd-rom met software
staan, verschilt per land.
2. Laad het juiste papier voor de
kadergrootte (& pagina 7).
3. Plaats de geheugenkaart met uw foto’s
en PIF-kaders (& pagina 14).
4. Druk op OK als u de foto’s wilt
afdrukken met reeds toegewezen
PIF-kaders.
Druk op y Back als u de PIF-kaders
op de geheugenkaart wilt selecteren.
Selecteer de foto met de optie
Weergeven en afdr. en selecteer
PIF-kader als Lay-out (& “Foto’s
afdrukken” op pagina 16).
5. Selecteer de foto en het PIF-kader en
druk op OK.
Opmerking:
Druk nogmaals op OK om te controleren
hoe de foto eruitziet in het kader.
Omdat aan elke foto al een PIF-kader is
toegewezen, kunt u het kader niet
wijzigen.
6. Stel het aantal exemplaren in.
7. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& Afdrukinstellingen
voor modus Geheugenkaart” op pagina
37). Druk vervolgens op OK.
8. Druk op x Start.
Afdrukken met
DPOF-instellingen
Als uw camera DPOF ondersteunt, kunt u
daarmee vooraf de af te drukken foto’s en
het gewenste aantal exemplaren selecteren
terwijl de geheugenkaart zich nog steeds in
de camera bevindt. Zie de handleiding van
de camera voor meer informatie.
1. Steek een geheugenkaart met
DPOF-gegevens in de sleuf
(& pagina 14).
2. Druk op OK.
3. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& Afdrukinstellingen
voor modus Geheugenkaart” op pagina
37). Druk vervolgens op OK.
4. Druk op x Start.
18 Afdrukken vanaf een geheugenkaart
Foto’s selecteren en
afdrukken met behulp
van een index
U kunt de foto’s die u wilt afdrukken,
selecteren op een index.
Index afdrukken
Foto’s selecteren uit de index
Index scannen
Geselecteerde foto’s afdrukken
1. Index afdrukken
1. Plaats enkele vellen gewoon A4-papier
in de papiertoevoer (& pagina 7).
2. Druk op s Memory Card.
3. Selecteer Index afdrukken en druk op
OK.
4. Zorg ervoor dat Index afdrukken is
geselecteerd.
5. Selecteer de gewenste foto’s. Druk
vervolgens op OK.
Bereik Beschrijving
Alle foto’s Hiermee drukt u alle
foto’s af die op een
geheugenkaart zijn
opgeslagen.
Laatste 30 Hiermee drukt u de laatste
30, 60 of 90 foto’s af in de
volgorde van de
bestandsnaam.
Laatste 60
Laatste 90
Afdrukken vanaf een geheugenkaart 19
Nederlands
6. Druk op x Start.
Opmerking:
Controleer of het driehoekje in de
linkerbovenhoek van de index goed is
afgedrukt. Als de index niet goed is
afgedrukt, kan de index daarna ook niet
goed worden gescand.
2. Foto’s selecteren uit de
index
Op de index kleurt u met een donkere pen
of potlood de desbetreffende ovalen om uw
selectie aan te geven.
1. In het eerste gedeelte selecteert u het
papierformaat (& pagina 6).
2. Geef aan of u de foto’s met of zonder
rand wilt afdrukken.
3. Kleur het ovaal als u een
datumstempel wilt toevoegen
(optioneel).
4. In het tweede gedeelte selecteert u Alles
als u van elke foto één exemplaar wilt
afdrukken. Vul anders het getal onder
elke foto om het aantal exemplaren aan
te geven (1, 2 of 3).
3. Index scannen en
geselecteerde foto’s
afdrukken
1. Leg de index met de bedrukte zijde naar
beneden op de glasplaat. De bovenzijde
van de index moet tegen de linkerrand
van de glasplaat liggen.
2. Sluit het deksel.
3. Plaats fotopapier van het op de index
aangegeven formaat (& pagina 7).
Opmerking:
Gebruik Ultra Glossy Photo Paper
(Fotopapier ultraglanzend), Premium Glossy
Photo Paper (Fotopapier glanzend
Premium) of Premium Semigloss Photo
Paper (Fotopapier halfglanzend Premium).
4. Controleer of op het display Foto’s van
index afdrukken is geselecteerd en
druk op de knop x Start.
Opmerking:
Als de index uit meerdere vellen bestaat,
wacht dan steeds tot het afdrukken is
voltooid. Herhaal vervolgens de
bovenstaande procedure voor het scannen
en afdrukken van elk volgend vel.
Afdrukken op een cd/dvd
Instellingen opgeven en
afdrukken
1. Druk op v Specialty Print.
Goed:
Fout:
20 Afdrukken vanaf een geheugenkaart
2. Selecteer Cd/dvd bedrukken en druk
op OK.
3. Druk op x Menu en wijzig de
instellingen (& Afdrukinstellingen
voor Cd/dvd bedr.” op pagina 40).
Druk vervolgens op OK.
Tip:
Als u eerst een proefafdruk wilt maken op
papier, selecteert u Gewoon pap. als
instelling voor Pap.soort.
4. Selecteer een foto en stel het aantal
exemplaren in.
Opmerking:
Wanneer u foto’s kiest voor de
lay-outinstelling 4-op-1, 8-op-1 of 12-op-1,
kunt u minder dan het totale aantal foto’s
kiezen. Ongebruikte ruimten van de lay-out
blijven leeg.
5. Druk op x Start.
Het afdrukgebied wijzigen
De diameter wijzigen
1. Druk op v Specialty Print.
2. Selecteer Cd/dvd bedrukken en druk
op OK.
3. Druk op x Menu.
4. Selecteer Cd binn/buit en druk op r.
5. Stel de binnendiameter (Binnen) en
buitendiameter (Buiten) in (in stappen
van 1 mm).
Opmerking:
Wanneer u op de volgende gedeelten van de
schijf afdrukt, komen er mogelijk inktvlekken
op de cd-/dvd-lade terecht.
6. Druk op OK en probeer het opnieuw.
Afdrukpositie aanpassen
1. Druk op F.
2. Selecteer Afdrukpositie cd/sticker en
druk op OK.
3. Selecteer Cd/dvd en druk op r.
4. Selecteer hoeveel millimeter de
afdrukpositie moet worden verschoven.
5. Druk op OK en probeer het opnieuw.
Opmerking:
De instellingen van de printer worden
bewaard nadat u het apparaat hebt
uitgeschakeld.
Binnen 18 tot 46 mm
Buiten 114 tot 120 mm
Binnenrand 18 tot 42 mm
Buitenrand 117 tot 120 mm
Aanpassen Beschrijving
1. Omhoog
3. Omlaag
De afdrukpositie van de
cd/dvd omhoog of omlaag
verplaatsen. U kunt deze
in stappen van 0,1 mm
wijzigen van 0,0 tot
2,0 mm.
2. Rechts
4. Links
De afdrukpositie van de
cd/dvd naar links of rechts
verplaatsen. U kunt deze
in stappen van 0,1 mm
wijzigen van 0,0 tot
2,0 mm.
Afdrukken vanaf een geheugenkaart 21
Nederlands
Een cd-/dvd-hoesje
afdrukken
1. Plaats A4-papier.
2. Druk op v Specialty Print.
3. Selecteer Cd/dvd bedrukken en druk
op OK.
4. Druk op x Menu.
5. Selecteer Cd-hoesje als instelling bij
Afdrukmat. en wijzig de instellingen
(& “Afdrukinstellingen voor Cd/dvd
bedr.” op pagina 40). Druk vervolgens
op OK.
6. Selecteer een foto en stel het aantal
exemplaren in.
7. Druk op x Start.
22 Afdrukken vanaf een extern apparaat
Afdrukken vanaf een extern apparaat
Met behulp van een USB-kabel kunt u uw
foto’s rechtstreeks afdrukken vanaf een
extern apparaat, zoals een digitale camera,
mobiele telefoon of USB-opslagapparaat.
Tip:
Zie de online-Gebruikershandleiding voor meer
informatie over het afdrukken met de apart
verkrijgbare BLUETOOTH Photo Print Adapter
(BLUETOOTH-adapter voor het afdrukken van
foto’s).
Vanaf een
opslagapparaat
Opmerking:
Niet alle USB-apparaten worden
ondersteund. Voor meer informatie kunt u
terecht bij de klantenservice voor uw regio.
U kunt mogelijk geen foto’s afdrukken in het
opslagapparaat die zijn opgeslagen met een
ander product dan deze printer.
1. Sluit het apparaat aan op de printer
(& “Een extern opslagapparaat
gebruiken” op pagina 24).
2. Verwijder alle geheugenkaarten uit de
printer.
3. Wanneer u dit scherm ziet, selecteert
u de map waaruit u wilt afdrukken en
drukt u op de knop OK.
4. Volg dezelfde stappen als voor het
afdrukken vanaf een geheugenkaart
(& “Foto’s afdrukken” op pagina 16).
PictBridge of USB
DIRECT-PRINT
gebruiken
Met PictBridge en USB DIRECT-PRINT
kunt u foto’s afdrukken door uw digitale
camera rechtstreeks aan te sluiten op de
printer.
De camera en foto’s moeten aan de
volgende vereisten voldoen.
1. Zorg ervoor dat de printer niet bezig is
met afdrukken vanaf een computer.
2. Verwijder alle geheugenkaarten uit de
printer.
3. Druk op F.
4. Selecteer PictBridge-instellingen en
druk op OK.
5. Selecteer de afdrukinstellingen
(& “Afdrukinstellingen voor modus
Geheugenkaart” op pagina 37). Druk
vervolgens op OK.
6. Steek de USB-kabel van de camera in de
USB-poort voor op de printer.
Compatibiliteit PictBridge of USB
DIRECT-PRINT
Bestandstype JPEG
Afbeeldings-
grootte
80
80 pixels tot
9200
9200 pixels
USB-poort
Afdrukken vanaf een extern apparaat 23
Nederlands
7. Zorg ervoor dat de camera is
ingeschakeld en gebruik deze om aan
te geven welke foto’s u wilt afdrukken.
Geef alle overige gewenste instellingen
op en druk de foto’s vervolgens af. Zie
de handleiding van de camera voor meer
informatie.
Opmerking:
Afhankelijk van de instellingen op de
printer en op de digitale camera kunnen
er bepaalde combinaties van papiertype,
formaat en lay-out zijn die niet worden
ondersteund.
Verder is het mogelijk dat u bepaalde
instellingen die u op de camera hebt
opgegeven, niet terugziet in het
afdrukresultaat.
24 Gegevens opslaan
Gegevens opslaan
U kunt scans van foto’s of documenten
rechtstreeks op de geheugenkaart opslaan
met een JPEG- of PDF-indeling. U kunt ook
foto’s van een geheugenkaart rechtstreeks
(via een USB-kabel) opslaan op een extern
opslagapparaat.
Foto’s en documenten
scannen
1. Druk op s Memory Card.
2. Selecteer Opslaan op geheugenkaart
en druk op OK.
3. Selecteer de volgende instellingen.
4. Druk op OK. Het document wordt
gescand en opgeslagen in de map
EPSCAN op de geheugenkaart.
Zodra het scannen is voltooid, wordt
een bevestigingsvenster weergegeven.
Daarin worden de naam van de
afbeelding en de locatie op de kaart
weergegeven.
c Let op:
Open de scannereenheid nooit tijdens het
scannen om schade aan de printer te
voorkomen.
U mag de geheugenkaart niet verwijderen en
de printer niet uitzetten zolang het
kaartlampje knippert. U zou gegevens kunnen
verliezen.
Opmerking:
Als de randen niet worden meegekopieerd,
moet u het origineel iets verder uit de hoek
leggen.
Een extern
opslagapparaat
gebruiken
U kunt afbeeldingen van de geheugenkaart
kopiëren naar een extern opslagapparaat,
zoals een Zip Drive, cd-brander (met
USB-aansluiting), MO-station of
USB-flashstation.
Opmerking:
Niet alle USB-apparaten worden ondersteund.
Voor meer informatie kunt u terecht bij de
klantenservice voor uw regio.
1. Als de printer op uw computer is
aangesloten, moet u de USB-kabel
lostrekken en de computer uitschakelen.
Instelling Beschrijving
Formaat Selecteer JPEG of PDF.
Scangebied Als de kleuren aan de
randen van de foto niet
helder genoeg zijn,
selecteert u Max. gebied.
Anders selecteert u Auto.
bijsn..
Origineel Geef aan welk type
origineel u op de glasplaat
hebt gelegd.
Kwaliteit Selecteer de kwaliteit van
de gescande documenten.
Gegevens opslaan 25
Nederlands
2. Steek de USB-kabel van het
opslagstation in de USB-poort voor op
de printer. (USB-flashgeheugen kunt u
rechtstreeks aansluiten.) Plaats
vervolgens het medium in het
opslagapparaat.
3. Druk op F.
4. Selecteer Geheugenkaart kopiëren en
druk op OK.
5. Selecteer Geheugenkaart kopiëren en
druk op OK.
6. Volg de instructies op het display.
Opmerking:
Wanneer u reservekopieën van foto’s maakt
op een CD-R/RW, wordt voor elke
back-upsessie een map gemaakt. U kunt op
een CD-R/RW meerdere back-upsessies
opslaan.
26 Cartridges vervangen
Cartridges vervangen
Voorzorgsmaatregelen
w Waarschuwing:
Als u inkt op uw handen krijgt, was ze dan
grondig met water en zeep. Als u inkt in uw ogen
krijgt, moet u uw ogen onmiddellijk uitspoelen
met water. Raadpleeg onmiddellijk een arts als
u ondanks grondig spoelen problemen krijgt met
uw ogen of ongemak blijft ondervinden.
Verschuif de printkop nooit met de hand.
Wanneer een van de cartridges leeg is,
kunt u niet meer afdrukken, ook al
bevatten de andere cartridges nog wel
inkt.
Laat de lege cartridge zitten tot u een
nieuwe hebt aangeschaft. Anders kan de
inkt in de spuitkanaaltjes van de inktkop
opdrogen.
Telkens wanneer de cartridge in het
apparaat wordt geplaatst, wordt wel
steeds een beetje inkt verbruikt, doordat
een controle wordt uitgevoerd.
Voor maximum inktefficiëntie verwijdert
u een inktcartridge pas wanneer u gereed
bent om deze te vervangen. Bijna lege
cartridges kunnen mogelijk niet opnieuw
worden geïnstalleerd en gebruikt.
Epson raadt het gebruik van originele
Epson-cartridges aan. Het gebruik van
niet-originele cartridges kan leiden tot
schade die niet onder de garantie van
Epson valt. Bovendien kan het gebruik
van dergelijke producten er in bepaalde
omstandigheden toe leiden dat het
apparaat niet correct functioneert.
De kwaliteit of betrouwbaarheid van
niet-originele inkt kan niet door Epson
worden gegarandeerd. Wanneer u geen
originele inkt gebruikt, wordt mogelijk
geen informatie over de cartridgestatus
weergegeven.
Cartridges verwijderen
en installeren
Zorg ervoor dat u een nieuwe cartridge bij
de hand hebt wanneer u begint. Zodra u
begint met het vervangen van een cartridge,
moet u alle stappen achter elkaar uitvoeren,
zonder enige onderbreking.
Opmerking:
Open de verpakking van de inktcartridge pas
wanneer u gereed bent om deze in de printer
te installeren. De cartridge is vacuüm verpakt
om de betrouwbaarheid te waarborgen.
Zorg ervoor dat de voorlade in de papierstand
(onderste stand) staat (& pagina 7).
1. Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Als een cartridge leeg is:
Kijk op het display om te zien welke
cartridge moet worden vervangen en
druk vervolgens op de knop OK.
Als een cartridge niet leeg is doet u het
volgende:
Druk op F. Selecteer Onderhoud en
druk op OK. Selecteer Cartridge
vervangen en druk op OK.
2. Til de scannereenheid op.
c Let op:
Til de scannereenheid niet op wanneer het
deksel open is.
Cartridges vervangen 27
Nederlands
3. Open het cartridgedeksel.
c Let op:
Probeer de cartridgeklep nooit te openen
wanneer de printkop beweegt. Wacht tot de
printkop in de positie staat waar vervanging
van de cartridges mogelijk is.
4. Knijp de tab in en trek de cartridge recht
omhoog.
c Let op:
Probeer de cartridges niet bij te vullen.
Andere producten die niet door Epson zijn
vervaardigd, kunnen leiden tot beschadiging
die niet onder de garantie van Epson valt.
Bovendien kunnen dergelijke producten er
onder bepaalde omstandigheden toe leiden
dat het apparaat niet correct functioneert.
Opmerking:
Als u de cartridge maar moeilijk kunt
verwijderen, moet u iets meer kracht
gebruiken.
5. Haal de nieuwe inktcartridge uit de
verpakking.
c Let op:
Zorg ervoor dat u de haakjes aan de
zijkant van de inktcartridge niet breekt
wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de groene chip op de zijkant van de
cartridge niet aan. Hierdoor kunt u de
inktcartridge beschadigen.
6. Verwijder de gele tape.
c Let op:
U moet de gele tape van de cartridge
verwijderen voordat u deze installeert
omdat anders de afdrukkwaliteit mogelijk
afneemt of omdat u dan wellicht niet kunt
afdrukken.
Laat de afdichting zitten.
Zorg er altijd voor dat u onmiddellijk nadat
u de oude cartridge hebt verwijderd een
nieuwe cartridge in de printer installeert.
Als u de inktcartridge niet meteen
installeert, kan de printkop uitdrogen en
kunt u mogelijk niet meer afdrukken.
7. Plaats de nieuwe cartridge in de
cartridgehouder en druk erop (moet
vastklikken).
8. Sluit de cartridgeklep (moet ook
vastklikken).
c Let op:
Als de klep moeilijk sluit, controleer dan of
alle cartridges goed vastzitten. Duw op elke
cartridge. U moet ze op hun plaats horen
klikken. Gebruik in geen geval buitensporig
veel kracht om de klep te sluiten.
9. Sluit de scanner.
28 Cartridges vervangen
10. Druk op OK.
Het inkttoevoersysteem wordt gevuld
met inkt.
c Let op:
Zet de printer niet uit tijdens het laden van
de inkt, want dan gaat er inkt verloren.
Plaats de cd-/dvd-lade niet voordat de inkt
helemaal is geladen.
Opmerking:
Als u een cartridge tijdens het kopiëren moest
vervangen en er zeker van wilt zijn dat de
kopieën de juiste kwaliteit hebben, annuleert
u de huidige taak en voert u deze opnieuw uit
vanaf het plaatsen van de originelen op de
glasplaat.
Als op het display nog steeds wordt
aangegeven dat een cartridge moet worden
vervangen, is de cartridge mogelijk niet
correct geïnstalleerd. Druk nogmaals op OK
en druk de inktcartridge omlaag totdat deze
vastklikt.
Onderhoud 29
Nederlands
Onderhoud
Cartridgestatus
controleren
U kunt controleren welke cartridge bijna
leeg is.
1. Druk op F.
2. Selecteer Inktniveau en druk op OK.
De cartridgestatus wordt grafisch
weergegeven:
Wanneer de inkt begint op te raken,
wordt weergegeven.
3. Druk op y Back om naar het vorige
scherm terug te keren.
Opmerking:
De kwaliteit of betrouwbaarheid van
niet-originele inkt kan niet door Epson worden
gegarandeerd. Als niet-originele cartridges zijn
geïnstalleerd, wordt de cartridgestatus mogelijk
niet weergegeven.
De printkop controleren
en reinigen
Als de afdrukken opeens lichter worden, als
er kleuren ontbreken of als er lichte of
donkere strepen zichtbaar worden, kan het
nodig zijn de printkop te reinigen.
Opmerking:
Controleer of de voorlade in de papierstand
(lage stand) staat.
Tip:
Om de afdrukkwaliteit te behouden raden wij
u aan om regelmatig een paar pagina’s af te
drukken.
De printkop controleren
Door een spuitkanaaltjespatroon af te
drukken kunt u nagaan of er spuitkanaaltjes
verstopt zijn. Op deze wijze kunt u na een
printkopreiniging ook controleren of het
reinigen goed is gebeurd.
1. Plaats gewoon A4-papier in de
papiertoevoer (& pagina 7).
2. Druk op F. (Wanneer u de printkop net
hebt gereinigd, kunt u de spuitkanaaltjes
controleren door op x Start te drukken.)
3. Selecteer Onderhoud en druk op OK.
4. Selecteer Spuitk.ctrl. en druk op OK.
5. Druk op x Start.
6. Bekijk het afgedrukte patroon.
Als de afdruk er zoals hier getoond
uitziet, hoeft de printkop niet te worden
gereinigd. Druk op OK om naar het
hoofdmenu terug te keren.
Als er wel delen zijn weggevallen, zoals
hieronder, moet u de printkop reinigen
zoals hierna beschreven.
De printkop reinigen
Volg de onderstaande instructies om de
printkop te reinigen zodat de inkt goed
op het papier kan worden gespoten.
Voer voordat u de printkop reinigt een
spuitkanaaltjescontrole uit om na te gaan
of reinigen echt nodig is (& “De printkop
controleren” op pagina 29).
Y (Yellow (Geel)),
B (Black (Zwart)),
LC (Light Cyan
(Lichtcyaan)),
LM (Light Magenta
(Lichtmagenta)),
M (Magenta
(Magenta)),
C (Cyan (Cyaan))
30 Onderhoud
Opmerking:
Bij deze reiniging wordt inkt verbruikt. Maak
de printkop daarom alleen schoon als de
afdrukkwaliteit minder wordt.
Wanneer de inkt bijna op is, is het misschien
niet mogelijk om de printkop te reinigen.
Wanneer de inkt op is, kunt u de printkop niet
reinigen. Vervang eerst de betreffende
cartridge (& “Cartridges verwijderen en
installeren” op pagina 26).
1. Druk op F. (Wanneer u de printkop
net hebt gereinigd, kunt u de reiniging
starten door op x Start te drukken.
Ga vervolgens verder bij stap 5.)
2. Selecteer Onderhoud en druk op OK.
3. Selecteer Printkop rein. en druk op OK.
4. Druk op x Start.
De printkop wordt gereinigd. Volg de
instructies op het display.
c Let op:
Zet de printer nooit uit tijdens het reinigen
van de printkop. Het apparaat kan schade
oplopen.
5. Zodra het reinigen is voltooid, wordt op
het display een bericht weergegeven.
Druk op x Start om een
spuitkanaaltjespatroon af te drukken om
het resultaat te controleren (& “De
printkop controleren” op pagina 29).
Als er nog steeds delen ontbreken of
vaag zijn afgedrukt, voert u nog een
reinigingscyclus uit en controleert u de
spuitkanaaltjes opnieuw.
Opmerking:
Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd nadat
u deze procedure vier keer hebt herhaald,
zet u de printer uit en laat u hem minimaal
zes uur rusten. Zo krijgt eventuele
opgedroogde inkt de kans om zacht te
worden. Vervolgens reinigt u de printkop nog
een keer. Als de kwaliteit nog steeds niet is
verbeterd, is een van de cartridges mogelijk
oud of beschadigd. Deze cartridge moet
worden vervangen (& Cartridges
verwijderen en installeren” op pagina 26).
De printkop uitlijnen
Als u verkeerd uitgelijnde verticale lijnen
of horizontale streepvorming ziet in de
afdrukken, kunt u dit oplossen door de
printkop uit te lijnen.
Opmerking:
Controleer of de voorlade in de papierstand
(lage stand) staat.
1. Plaats gewoon A4-papier in de
papiertoevoer (& pagina 7).
2. Druk op F.
3. Selecteer Onderhoud en druk op OK.
4. Selecteer Printkop uitl. en druk op OK.
5. Druk op x Start. Er worden vier rijen
met uitlijningspatronen afgedrukt.
6. Kijk naar het eerste patroon en zoek het
blokje dat het gelijkmatigst is afgedrukt,
dus zonder zichtbare strepen.
7. Selecteer het nummer van dat blokje en
druk vervolgens op OK.
8. Voer op dezelfde wijze de nummers
voor de andere patronen in.
9. Zodra u hiermee klaar bent, drukt u op
OK. Er wordt gemeld dat de uitlijning is
voltooid.
Problemen oplossen 31
Nederlands
Problemen oplossen
Zie de online-Gebruikershandleiding voor
meer informatie over het gebruik van de
printer in combinatie met een computer.
Foutberichten
Foutberichten Oplossing
Printerfout. Zet
printer uit en
weer aan. Zie
documentatie.
Controleer of er geen
papier in de printer is
achtergebleven. Neem
contact op met uw
dealer als het
foutbericht opnieuw
wordt weergegeven.
Scannerfout. Zie
documentatie.
Zet het apparaat uit
en weer aan. Neem
contact op met uw
dealer als het
foutbericht opnieuw
wordt weergegeven.
Inktkussentje
in printer is
verzadigd. Neem
contact op met
leverancier voor
vervanging.
Neem contact op met
uw leverancier om het
inktkussentje te
vervangen.
Cartridges niet
herkend.
Controleer of de
inktcartridges correct
zijn geïnstalleerd
(& “Cartridges
verwijderen en
installeren” op pagina
26). Probeer het
vervolgens opnieuw.
Het document is te
complex om af te
drukken via
Bluetooth.
Zie de documentatie
van het apparaat dat
de gegevens verzendt.
Fout in gegevens.
Het document kan
niet worden
afgedrukt.
Zie de documentatie
van het apparaat dat de
gegevens verzendt.
(Oorzaak: De gegevens
zijn niet beschikbaar
door een probleem in
het apparaat.)
Fout in gegevens.
Het document
wordt mogelijk niet
goed afgedrukt.
Zie de documentatie
van het apparaat dat
de gegevens verzendt.
(Oorzaak: Een deel
van de gegevens is
beschadigd of kan niet
in de buffer worden
opgeslagen.)
Kan het apparaat
niet herkennen.
Controleer of de
geheugenkaart op de
juiste wijze is geplaatst.
Als u een
USB-opslagapparaat
hebt aangesloten,
controleert u of de
opslagschijf op de juiste
wijze is geplaatst.
Kan de
geheugenkaart
of de schijf niet
herkennen.
Controleer of de
geheugenkaart of de
opslagschijf op de
juiste wijze is
geplaatst. Als dit het
geval is, controleert u
of er een probleem is
met de kaart of de
schijf en probeert u het
nogmaals.
Back-upfout
Foutcode
xxxxxxxx
De back-up is
geannuleerd omdat
er een probleem is
opgetreden. Noteer
de foutcode en neem
contact op met uw
leverancier.
Er is een probleem
opgetreden tijdens
het formatteren.
Het formatteren is
geannuleerd.
Voer de procedure
opnieuw uit. Als de
fout opnieuw optreedt,
is er mogelijk een
probleem met uw
geheugenkaart of
opslagschijf.
Controleer de kaart of
de schijf en probeer
het opnieuw.
Er is een fout
opgetreden tijdens
het opslaan.
Het opslaan is
geannuleerd.
Kan geen map op
de geheugenkaart
of de schijf maken.
De bewerking is
geannuleerd.
Plaats een nieuwe
geheugenkaart of
opslagschijf en
probeer het opnieuw.
Foutberichten Oplossing
32 Problemen oplossen
Problemen en
oplossingen
Problemen met de
instellingen
Het display en het moduslampje gingen
aan en uit.
Het voltage van de printer komt mogelijk
niet overeen met dat van het stopcontact.
Zet de printer uit en verwijder onmiddellijk
de stekker uit het stopcontact. Controleer
daarna de printerlabels.
c Let op
STEEK DE STEKKER NIET MEER IN HET
STOPCONTACT als de voltages niet
overeenkomen. Neem contact op met uw
leverancier.
De printer maakt lawaai na het aanzetten.
Controleer of de printkop niet wordt
geblokkeerd door verpakkingstape.
Nadat u de printkop hebt ontgrendeld, zet
u het apparaat uit en even later weer aan.
De printer maakt lawaai na het installeren
van een cartridge.
Wanneer u een nieuwe cartridge
installeert, moet eerst het hele
inkttoevoersysteem worden gevuld.
Wacht tot dit is voltooid (het bericht
verdwijnt van het display) en zet de
printer uit. Als u het apparaat te vroeg
uitzet, kan er bij het volgende gebruik
extra inkt worden verbruikt.
Controleer of de cartridges goed zijn
geplaatst en of er geen
verpakkingsmateriaal in de printer is
achtergebleven. Open de cartridgeklep en
druk de cartridges omlaag. Ze moeten
vastklikken. Zet het apparaat uit, wacht
even, en zet het weer aan.
Na afloop van de software-installatie
wordt geen dialoogvenster weergegeven
met de vraag om de computer opnieuw te
starten.
De software is niet goed geïnstalleerd.
Verwijder de cd-rom met software en
plaats deze opnieuw. Installeer de
software vervolgens opnieuw.
De softwareopties op het display worden
niet in uw taal weergegeven.
Als op het display niet de gewenste taal
wordt weergegeven, selecteert u de
gewenste taal in het menu Instellen.
Problemen bij het afdrukken
en kopiëren
Het display is uit.
Controleer of de printer is ingeschakeld.
Zet de printer uit en controleer of het
netsnoer goed in het stopcontact zit.
Controleer of het stopcontact goed werkt
en niet met een muurschakelaar of
tijdklok wordt geregeld.
De printer maakt wel de normale
afdrukgeluiden, maar er wordt niets
afgedrukt.
Misschien moeten de spuitkanaaltjes van
de printkop worden gereinigd (& “De
printkop reinigen” op pagina 29).
Controleer of de ondergrond waarop de
printer staat, wel vlak en stabiel is.
De marges kloppen niet.
Zorg ervoor dat het origineel goed tegen
de linkerbovenhoek van de glasplaat ligt.
Als de randen niet worden
meegekopieerd, moet u het origineel iets
verder uit de hoek leggen.
Controleer of de instellingen voor het
papierformaat passen bij het papier in de
papiertoevoer.
Zorg ervoor dat het papier met de korte
zijde naar voren in het apparaat gaat. Het
papier moet helemaal rechts liggen en de
linkerzijgeleider moet tegen het papier
zijn aangeschoven (& “Papier laden” op
pagina 7).
De stapel papier mag niet boven de pijl
(c) op de linkerzijgeleider komen
(& “Papier laden” op pagina 7).
Selecteer Werkelijk in plaats van
Aut.voll.pag of pas de instellingen bij
Zoom aan.
Met de instelling Vergrot. kunt u zelf
regelen hoeveel van de afbeelding buiten
de rand van het papier valt bij het
randloos afdrukken.
Problemen oplossen 33
Nederlands
Er komen blanco pagina’s uit het apparaat.
Misschien moeten de spuitkanaaltjes van
de printkop worden gereinigd (& “De
printkop reinigen” op pagina 29).
Problemen bij het invoeren
van papier
Het papier wordt niet goed ingevoerd of
loopt vast.
Als het papier niet goed in de printer gaat,
moet u het uit de papiertoevoer
verwijderen. Waaier het papier los, plaats
het tegen de rechterzijgeleider van de
papiertoevoer en schuif de linkerzijgeleider
tegen het papier aan (niet te strak).
De stapel papier mag niet boven de pijl
(c) op de linkerzijgeleider komen
(& “Papier laden” op pagina 7).
Als het papier binnen in de printer vastzit,
zet u het apparaat uit met de aan-uitknop
P On. Open de scannereenheid en
verwijder al het papier en alle eventuele
losse stukken met de hand. Sluit de
scanner. Als het papier vastzit in de buurt
van de papiertoevoer, trekt u het papier
voorzichtig naar buiten. Zet de printer
weer aan en laad het papier opnieuw.
Als het papier erg vaak vastloopt,
controleer dan of de linkerzijgeleider niet
te strak tegen het papier zit. Leg minder
vellen papier in de papiertoevoer.
Gebruik geen papier met perforaties.
Problemen met de
afdrukkwaliteit
U ziet strepen (lichte lijnen) op uw
afdrukken of kopieën.
Reinig de printkop (& “De printkop
reinigen” op pagina 29).
Selecteer de juiste papiersoort (& “Papier
selecteren” op pagina 6).
Het papier moet met de afdrukzijde
(witter of glanzender) naar boven in de
papiertoevoer zijn geplaatst.
Verbruik de cartridges binnen zes
maanden na installatie.
Misschien zijn de cartridges aan
vervanging toe (& “Cartridges
verwijderen en installeren op pagina 26).
Lijn de printkop uit (& “De printkop
uitlijnen” op pagina 30).
Reinig de glasplaat. Zie de
online-Gebruikershandleiding.
Als er een moirépatroon of rasterpatroon
op uw kopie verschijnt, wijzigt u de
instelling bij Zoom of wijzigt u de positie
van het origineel.
Afdrukken zijn onduidelijk of vlekkerig.
Zorg ervoor dat het document plat op de
glasplaat ligt. Als slechts een deel van de
afbeelding onscherp is, kan het origineel
gekreukeld of niet mooi recht zijn.
Zorg ervoor dat de printer niet scheef en
niet op een ongelijkmatige ondergrond
staat.
Zorg ervoor dat het papier niet vochtig of
gekruld is of ondersteboven ligt (de witste
of glanzende afdrukzijde moet boven
liggen). Plaats het nieuwe papier met de
afdrukzijde naar boven in de
papiertoevoer.
Selecteer de juiste papiersoort (& “Papier
selecteren” op pagina 6).
Gebruik voor speciaal papier een steunvel
of laad uw papier vel voor vel.
Laad het papier vel voor vel. Haal de
vellen tijdig uit de lade aan de voorzijde,
zodat deze niet te vol wordt.
Reinig de printkop (& “De printkop
reinigen” op pagina 29).
Lijn de printkop uit (& “De printkop
uitlijnen” op pagina 30).
Maak het binnenwerk van de printer
schoon door een kopie te maken zonder
een document op de glasplaat te leggen.
Gebruik alleen papier dat door Epson
wordt aanbevolen en originele
Epson-cartridges.
Reinig de glasplaat. Zie de
online-Gebruikershandleiding.
34 Problemen oplossen
Uw afdruk is vaag of er ontbreken
stukken.
Reinig de printkop (& “De printkop
reinigen” op pagina 29).
Als verticale lijnen er gerafeld uitzien, kan
het nodig zijn dat u de printkop uitlijnt
(& “De printkop uitlijnen” op pagina 30).
De cartridges zijn mogelijk oud of
bijna leeg. Vervang een cartridge
(& “Cartridges verwijderen en
installeren” op pagina 26).
Selecteer de juiste papiersoort
(& “Papier selecteren” op pagina 6).
Zorg ervoor dat het papier niet
beschadigd, oud of vies is of met de
afdrukzijde naar beneden in de
papiertoevoer ligt. Is dat wel het geval,
plaats het nieuwe papier dan met de
witste of glanzende zijde naar boven in de
papiertoevoer.
Wanneer u Standaard of Best selecteert
als Kwalit., moet u Uit selecteren bij
Bidirect.. Met bidirectioneel afdrukken
neemt de afdrukkwaliteit af.
De afdruk is korrelig.
Zorg ervoor dat u Best selecteert bij
Kwalit..
Als u een foto afdrukt of kopieert, let er
dan op dat u het origineel niet te veel
vergroot. Maak de afdruk wat kleiner.
Lijn de printkop uit (& “De printkop
uitlijnen” op pagina 30).
De afdruk bevat verkeerde kleuren of er
ontbreken kleuren.
Reinig de printkop (& “De printkop
reinigen” op pagina 29).
De cartridges zijn mogelijk oud of
bijna leeg. Vervang een cartridge
(& “Cartridges verwijderen en
installeren” op pagina 26).
Controleer of het juiste papier is geladen
en of de juiste instelling voor het papier is
geselecteerd in het display.
Zorg ervoor dat u geen gebruik maakt van
speciale effecten die afbeeldingskleuren
wijzigen, zoals Sepia.
Wanneer uw papier op is tijdens het
afdrukken, plaatst u zo snel mogelijk
nieuw papier. Als de printer te lang
zonder papier blijft, zijn de kleuren van
uw volgende kopieer- of afdruktaak
mogelijk incorrect.
De afdruk is te donker.
Wanneer u kopieert, drukt u op x Menu
en wijzigt u de Dichtheid.
Het formaat of de positie van de
afbeelding is verkeerd.
Controleer of het juiste papier is geladen
en of de juiste instelling voor het papier is
geselecteerd in het display.
Controleer of het origineel goed op de
glasplaat ligt (& “Originelen op de
glasplaat plaatsen” op pagina 11).
Reinig de glasplaat. Zie de
online-Gebruikershandleiding.
Problemen met de
scankwaliteit
De foto is slechts gedeeltelijk gescand.
Het apparaat heeft niet-leesbare gebieden
aan de randen. Leg de foto iets verder van
de rand van de glasplaat af.
Het bestand is te groot.
Probeer de kwaliteitsinstellingen te
wijzigen.
Meer oplossingen
Als u het probleem niet kunt oplossen met
de probleemoplossing, neem dan contact op
met de klantenservice. U vindt informatie
over de klantenservice voor uw land in de
online-Gebruikershandleiding of op de
garantiekaart. Als uw land daar niet wordt
vermeld, neemt u contact op met de
leverancier bij wie u de printer hebt
aangeschaft.
Overzicht van instellingen bedieningspaneel 35
Nederlands
Overzicht van instellingen
bedieningspaneel
Kopieermodus
Afdrukinstellingen voor modus Kopiëren
Menu Instelitem Beschrijving
Aantal 1 tot en met 99 -
Kleur/Zwart-wit Kleur, Zwart-wit -
Document Tekst, Illustr., Foto -
Lay-out Met rand Hiermee kopieert u het origineel met een standaardmarge
van 3 mm.
Randloos Hiermee kopieert u de volledige foto, tot aan de randen
van het papier.
Opmerking:
De afbeelding wordt enigszins vergroot en bijgesneden om
het vel papier te vullen. De afdrukkwaliteit kan minder zijn
aan de boven- en onderkant van de afdruk, of kunnen
deze gedeelten vegen vertonen.
Kop. cd/dvd Hiermee kopieert u de foto naar een cd- of dvd-label. De
afbeelding wordt automatisch bijgesneden en vergroot of
verkleind, zodat deze op het cd/dvd-label past.
Kop. 2-op-1 Hiermee verkleint u twee originelen en kopieert u ze op
één vel.
Opmerking:
Leg één origineel op de glasplaat. Zodra het eerste
origineel gescand is, plaatst u het tweede origineel op de
glasplaat. Als u geen twee originelen gebruikt, wordt op
het papier witruimte opengelaten.
Kop. herh. Hiermee kopieert u een foto op ware grootte zo vaak
mogelijk op één zijde van het papier.
Herhalen-4 Hiermee kopieert u een foto viermaal op hetzelfde vel papier.
36 Overzicht van instellingen bedieningspaneel
Geheugenkaartmodus
Menu Instelitem Beschrijving
Zoom Werkelijk, Aut.voll.pag,
10
15 cm->A4,
A4->10
15 cm,
13
18->10 15,
10
15->13 18,
A5->A4, A4->A5
Selecteer Werkelijk om de foto’s op ware grootte af te
drukken. Selecteer Aut.voll.pag voor afdrukken zonder
randen en om de afmetingen van de afbeelding aan te
passen aan uiteenlopende gangbare papierformaten. U
kunt de afmetingen van het origineel ook aanpassen aan
een specifieke schaal met de knop Copies + of -.
Pap.soort Gewoon pap., Matte,
Prem. Glossy, Ultra
Glossy, Photo Paper,
Cd/dvd
-
Pap.form. A4, 10 15 cm,
13
18 cm, Cd/dvd,
A5
-
Kwalit. Concept, Standaard,
Best
-
Dichtheid -4 tot en met +4 -
Vergrot. stand., Mid., Min. Selecteer de mate waarin u de afbeelding wilt vergroten
wanneer u Randloos selecteert.
stand.: De afbeelding wordt enigszins vergroot en
bijgesneden om het vel papier te vullen.
Mid.: Mogelijk worden marges afgedrukt.
(Laag vergrotingspercentage.)
Min.: Mogelijk worden marges afgedrukt.
(Laagst vergrotingspercentage.)
Cd binn/buit Buiten: 114 - 120 mm
(standaard: 114 mm)
Binnen: 18 - 46 mm
(standaard: 46 mm)
Selecteer de optie voor het wijzigen van de afdrukpositie
voor de binnen- en buitendiameter van het cd/dvd-label.
Instelitem Beschrijving
Weergeven
en afdr.
Hiermee worden alleen de door u geselecteerde
foto’s afgedrukt.
Alle foto’s
afdrukken
Hiermee drukt u alle foto’s op een geheugenkaart af.
Afdrukken op
datum
Hiermee drukt u foto’s af op basis van de datum
waarop deze zijn gemaakt.
Index afdrukken Hiermee drukt u miniaturen af van de foto’s op de
geheugenkaart, zodat u kunt nagaan welke u wilt
afdrukken.
Diavoorstelling Hiermee geeft u een diavoorstelling weer van alle
foto’s op de geheugenkaart en drukt u de
geselecteerde foto’s af.
Opslaan op
geheugenkaart
Hiermee slaat u foto’s op een geheugenkaart op.
Overzicht van instellingen bedieningspaneel 37
Nederlands
Afdrukinstellingen voor modus Geheugenkaart
Menu Instelitem Beschrijving
Pap.soort Prem. Glossy, Ultra Glossy,
Photo Paper, Gewoon pap.,
Matte, Sticker16, Stickers
-
Pap.form. 10 15 cm, 13 18 cm,
16:9-formaat, A4, A6,
100
148 mm
-
Lay-out Randloos Hiermee drukt u de volledige foto af, tot aan de randen van
het papier.
Opmerking:
De afbeelding wordt enigszins vergroot en bijgesneden om
het vel papier te vullen. De afdrukkwaliteit kan minder zijn
aan de boven- en onderkant van de afdruk, of kunnen
deze gedeelten vegen vertonen.
Met rand Hiermee drukt u de foto met een witte rand af.
Bov. helft Hiermee drukt u de foto af op de bovenste helft van het papier.
Pasfoto Hiermee drukt u foto’s af in twee formaten (35,0 45,0 mm
en 50,8
50,8 mm) op fotopapier van 10 15 cm
(4
6 inch). Dit formaat is geschikt voor pasfoto’s.
2-op-1, 4-op-1, 8-op-1,
20-op-1, 30-op-1, 80-op-1
Hiermee drukt u meerdere foto’s op één vel af. Het formaat
van elke foto wordt automatisch ingesteld volgens het
aantal foto’s dat u wilt afdrukken en het papierformaat. In
de lay-out 20-op-1 worden cijfers en fotodatums afgedrukt.
Opmerking:
Wanneer u minder foto’s selecteert dan in totaal is
toegestaan, blijven de ongebruikte ruimten van de lay-out
gewoon leeg.
16-op-1 Hiermee plaatst u 16 afbeeldingen op één vel fotostickers
Opmerking:
Wanneer u een vel met fotostickers bedrukt en u selecteert
maar één foto, worden 16 exemplaren van dezelfde foto
op één vel afgedrukt. Als u twee of meer foto’s kiest, wordt
het aantal exemplaren dat u voor elke foto instelt afgedrukt
in een lay-out voor 16 foto’s en blijven de ongebruikte
ruimten van de lay-out leeg.
XXXXXXXX
(De bestandsnaam
van uw PIF-kader wordt
weergegeven.)
Hiermee drukt u de foto af met het PIF-kader.
Opmerking:
Wanneer de geheugenkaart PIF-kadergegevens bevat,
kunt u via de optie Lay-out uw foto afdrukken.
Kwalit. Concept, Standaard, Best -
38 Overzicht van instellingen bedieningspaneel
Filter Uit, Sepia, Zwart-wit -
Verbet. PhotoEnhance,
PIM, Geen
Selecteer PhotoEnhance om de helderheid, het contrast
en de verzadiging van foto’s automatisch aan te passen.
Selecteer PIM om de instellingen PRINT Image Matching
of Exif Print van uw camera te gebruiken.
Rode ogen Uit, Aan Selecteer Aan om rode ogen te corrigeren.
Opmerking:
Het is afhankelijk van het soort foto of behalve de ogen
nog andere delen van de afbeelding worden gecorrigeerd.
Helderheid Lichtst, Lichter, Standaard,
Donkerder, Donkerst
-
Contrast Standaard, Hoger, Hoogst -
Scherpte Scherpst, Scherper,
Standaard, Zachter,
Zachtst
-
Verzadig. Hoogst, Hoger, Standaard,
Lager, Laagst
-
Datum Geen, jjjj.mm.dd,
mmm.dd.jjjj,
dd.mmm.jjjj
Hiermee wordt de opnamedatum van de foto afgedrukt.
Afdrukinfo Uit, Aan Selecteer Aan om de belichtingstijd (sluitersnelheid),
f-stop (diafragma) en ISO-snelheid van de camera af te
drukken.
Kadervull. Aan, Uit Selecteer Aan om de foto automatisch bij te snijden, zodat
deze in de ruimte past die binnen de geselecteerde lay-out
beschikbaar is. Selecteer Uit om de optie voor automatisch
bijsnijden uit te schakelen en om de foto te voorzien van
witte randen.
Bidirect. Aan, Uit Selecteer Aan om de afdruksnelheid te verhogen.
Selecteer Uit om de afdrukkwaliteit te verbeteren
(het afdrukken van de foto’s duurt dan langer).
Vergrot. stand., Mid., Min. Selecteer de mate waarin u de afbeelding wilt vergroten
wanneer u Randloos selecteert.
stand.: De afbeelding wordt enigszins vergroot en
bijgesneden om het vel papier te vullen.
Mid.: Mogelijk worden marges afgedrukt.
(Laag vergrotingspercentage.)
Min.: Mogelijk worden marges afgedrukt.
(Laagst vergrotingspercentage.)
Menu Instelitem Beschrijving
Overzicht van instellingen bedieningspaneel 39
Nederlands
Modus Speciale afdruktaken
Afdrukinstellingen voor Foto’s opn. afdr/herst
Instelitem Beschrijving
Foto’s opn. afdr/
herst
Hiermee maakt u een nieuwe
afdruk van een foto of frist u de
kleuren van een foto op.
Cd/dvd bedrukken Hiermee drukt u foto’s af op een
cd/dvd of op een cd-/dvd-hoesje.
Menu Instelitem Beschrijving
Pap.soort Prem. Glossy, Ultra
Glossy, Photo Paper,
Matte
-
Pap.form. 10 15 cm,
13
18 cm, A4
-
Lay-out Randloos Hiermee kopieert u de volledige foto, tot aan de randen
van het papier.
Opmerking:
De afbeelding wordt enigszins vergroot en bijgesneden om
het vel papier te vullen. De afdrukkwaliteit kan minder zijn
aan de boven- en onderkant van de afdruk, of kunnen
deze gedeelten vegen vertonen.
Met rand Hiermee kopieert u het origineel met een standaardmarge
van 3 mm.
Kwalit. Standaard -
Filter Uit, Zwart-wit -
Vergrot. stand., Mid., Min. Selecteer de mate waarin u de afbeelding wilt vergroten
wanneer u Randloos selecteert.
stand.: De afbeelding wordt enigszins vergroot en
bijgesneden om het vel papier te vullen.
Mid.: Mogelijk worden marges afgedrukt.
(Laag vergrotingspercentage.)
Min.: Mogelijk worden marges afgedrukt.
(Laagst vergrotingspercentage.)
40 Overzicht van instellingen bedieningspaneel
Afdrukinstellingen voor Cd/dvd bedr.
Menu Instelitem Beschrijving
Afdrukmat. Cd/dvd, Cd-hoesje -
Pap.soort Cd/dvd, Gewoon pap.,
Prem. Glossy, Ultra
Glossy, Photo Paper,
Matte
-
Pap.form. Cd/dvd, A4 -
Lay-out 1-op-1 Hiermee drukt u één foto af op de cd/dvd, gecentreerd op
het gat in het midden van de schijf.
4-op-1 Hiermee drukt u vier foto’s af op de cd/dvd. Daarbij wordt
op elk kwart van de schijf een foto afgedrukt.
8-op-1, 12-op-1 Hiermee drukt u acht of twaalf foto’s af op de cd/dvd. Deze
worden gerangschikt in een cirkel aan de buitenrand van
de schijf.
Cd helft Hiermee drukt u een foto op het formaat van een cd-doosje
af op één helft van het papier met een hulplijn.
Index cd Hiermee drukt u 24 foto’s af op tweemaal het formaat van
een cd-doosje met een hulplijn.
Kwalit. Concept, Standaard, Best -
Filter Uit, Sepia, Zwart-wit -
Verbet. PhotoEnhance,
PIM, Geen
Selecteer PhotoEnhance om de helderheid, het contrast
en de verzadiging van foto’s automatisch aan te passen.
Selecteer PIM om de instellingen PRINT Image Matching
of Exif Print van uw camera te gebruiken.
Rode ogen Uit, Aan Selecteer Aan om rode ogen te corrigeren.
Opmerking:
Het is afhankelijk van het soort foto of behalve de ogen
nog andere delen van de afbeelding worden gecorrigeerd.
Helderheid Lichtst, Lichter, Standaard,
Donkerder, Donkerst
-
Contrast Standaard, Hoger,
Hoogst
-
Scherpte Scherpst, Scherper,
Standaard, Zachter,
Zachtst
-
Verzadig. Hoogst, Hoger, Standaard,
Lager, Laagst
-
Overzicht van instellingen bedieningspaneel 41
Nederlands
Cd binn/buit Buiten: 114 - 120 mm
(standaard: 116 mm)
Binnen: 18 - 46 mm
(standaard: 43 mm)
Selecteer de optie voor het wijzigen van de afdrukpositie
voor de binnen- en buitendiameter van het cd/dvd-label.
Dichtheid Standaard, Donkerder,
Donkerst
-
Datum Geen, jjjj.mm.dd,
mmm.dd.jjjj, dd.mmm.jjjj
Hiermee wordt de opnamedatum van de foto afgedrukt.
Afdrukinfo Uit, Aan Selecteer Aan om de belichtingstijd (sluitersnelheid),
f-stop (diafragma) en ISO-snelheid van de camera af te
drukken.
Kadervull. Aan, Uit Selecteer Aan om de foto automatisch bij te snijden, zodat
deze in de ruimte past die binnen de geselecteerde lay-out
beschikbaar is. Selecteer Uit om de optie voor automatisch
bijsnijden uit te schakelen en om de foto te voorzien van
witte randen.
Bidirect. Aan, Uit Selecteer Aan om de afdruksnelheid te verhogen.
Selecteer Uit om de afdrukkwaliteit te verbeteren
(het afdrukken van de foto’s duurt dan langer).
Menu Instelitem Beschrijving
42 Overzicht van instellingen bedieningspaneel
Modus Setup
Inktniveau
Onderhoud Spuitk.ctrl.
Printkop rein.
LCD-helderheid
Printkop uitl.
Cartridge vervangen
Dik papier Uit, Aan
Taal Engels, Duits, Spaans, Portugees, Frans,
Italiaans, Nederlands, Russisch,
Koreaans, Chinees traditioneel
(De weergegeven talen verschillen per
land.)
Schermbeveil. inst. Geen, Gegevens kaart
Afdrukpositie cd/sticker Cd/dvd, Sticker
PictBridge-instellingen Zie “Afdrukinstellingen voor modus Geheugenkaart” op pagina 37.
Geheugenkaart kopiëren Geheugenkaart kopiëren, Map select.
Bluetooth-instellingen Zie de online-Gebruikershandleiding.
Fabrieksinstellingen
Cartridges vervangen
Printernaam
Black
(Zwart)
Cyan
(Cyaan)
Magenta
(Magenta)
Yellow
(Geel)
Light
Cyan
(Licht-
cyaan)
Light
Magenta
(Lichtma-
genta)
RX585 Series T0801 T0802 T0803 T0804 T0805 T0806
RX610 Series
T0821
T0811
T0822
T0812
T0823
T0813
T0824
T0814
T0825
T0815
T0826
T0816
1

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Epson STYLUS PHOTO RX610 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Epson STYLUS PHOTO RX610 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,85 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Epson STYLUS PHOTO RX610

Epson STYLUS PHOTO RX610 Snelstart handleiding - Nederlands, Deutsch - 1 pagina's

Epson STYLUS PHOTO RX610 Gebruiksaanwijzing - English - 40 pagina's

Epson STYLUS PHOTO RX610 Snelstart handleiding - English, Français - 1 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info