681841
205
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/206
Pagina verder
Gebruikershandleiding
NPD5633-02 NL
Copyright
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of
openbaar worden gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën,
opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande
schrielijke
toestemming van Seiko Epson
Corporation. Er wordt geen patentaansprakelijkheid aanvaard met betrekking tot het gebruik van de informatie in
deze handleiding. Evenmin wordt aansprakelijkheid aanvaard voor schade die voortvloeit uit het gebruik van de
informatie in deze publicatie. De informatie in dit document is uitsluitend bestemd voor gebruik met dit Epson-
product. Epson is niet verantwoordelijk voor gebruik van deze informatie in combinatie met andere producten.
Seiko Epson Corporation noch haar lialen kunnen verantwoordelijk worden gesteld door de koper van dit
product of derden voor schade, verlies, kosten of uitgaven die de koper of derden oplopen ten gevolge van al dan
niet foutief gebruik of misbruik van dit product of onbevoegde wijzigingen en herstellingen of (met uitzondering
van de V.S.) het zich niet strikt houden aan de gebruiks- en onderhoudsvoorschrien van Seiko Epson
Corporation.
Seiko Epson Corporation en haar dochterondernemingen kunnen niet verantwoordelijk worden gehouden voor
schade of problemen voortvloeiend uit het gebruik van andere dan originele onderdelen of verbruiksgoederen
kenbaar als Original Epson Products of Epson Approved Products by Seiko Epson.
Seiko Epson Corporation kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade voortvloeiend uit
elektromagnetische interferentie als gevolg van het gebruik van andere interfacekabels die door Seiko Epson
Corporation worden aangeduid als Epson Approved Products.
©Seiko Epson Corporation 2016.
De inhoud van deze handleiding en de specicaties van dit product kunnen zonder aankondiging worden
gewijzigd.
Gebruikershandleiding
Copyright
2
Handelsmerken
EPSON
®
is een gedeponeerd handelsmerk en EPSON EXCEED YOUR VISION of EXCEED YOUR VISION is
een handelsmerk van Seiko Epson Corporation.
PRINT Image Matching™ en het PRINT Image Matching-logo zijn handelsmerken van Seiko Epson
Corporation. Copyright © 2001 Seiko Epson Corporation. All rights reserved.
Epson Scan 2 soware is based in part on the work of the Independent JPEG Group.
libti
Copyright © 1988-1997 Sam
Leer
Copyright © 1991-1997 Silicon Graphics, Inc.
Permission to use, copy, modify, distribute, and sell this soware and its documentation for any purpose is
hereby granted without fee, provided that (i) the above copyright notices and this permission notice appear in
all copies of the soware and related documentation, and (ii) the names of Sam Leer and Silicon Graphics
may not be used in any advertising or publicity relating to the soware without the specic, prior written
permission of Sam Leer and Silicon Graphics.
THE SOFTWARE IS PROVIDED "AS-IS" AND WITHOUT WARRANTY OF ANY KIND, EXPRESS,
IMPLIED OR OTHERWISE, INCLUDING WITHOUT LIMITATION, ANY WARRANTY OF
MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE.
IN NO EVENT SHALL SAM LEFFLER OR SILICON GRAPHICS BE LIABLE FOR ANY SPECIAL,
INCIDENTAL, INDIRECT OR CONSEQUENTIAL DAMAGES OF ANY KIND, OR ANY DAMAGES
WHATSOEVER RESULTING FROM LOSS OF USE, DATA OR PROFITS, WHETHER OR NOT ADVISED
OF THE POSSIBILITY OF DAMAGE, AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, ARISING OUT OF OR IN
CONNECTION WITH THE USE OR PERFORMANCE OF THIS SOFTWARE.
SDXC Logo is a trademark of SD-3C, LLC.
PictBridge is a trademark.
Microso
®
, Windows
®
, and Windows Vista
®
are registered trademarks of
Microso
Corporation.
Apple, Macintosh, Mac OS, OS X, Bonjour, Safari, iPad, iPhone, iPod touch, and iTunes are trademarks of Apple
Inc., registered in the U.S. and other countries. AirPrint and the AirPrint logo are trademarks of Apple Inc.
Google Cloud Print™, Chrome™, Chrome OS™, and Android™ are trademarks of Google Inc.
Adobe and Adobe Reader are either registered trademarks or trademarks of Adobe Systems Incorporated in the
United States and/or other countries.
Intel
®
is a registered trademark of Intel Corporation.
Gebruikershandleiding
Handelsmerken
3
Algemene opmerking: andere productnamen vermeld in deze uitgave, dienen uitsluitend als identicatie en
kunnen handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaars. Epson maakt geen enkele aanspraak op enige
rechten op deze handelsmerken.
Gebruikershandleiding
Handelsmerken
4
Inhoudsopgave
Copyright
Handelsmerken
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen...............10
Markeringen en symbolen...................10
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding. . . . . . 11
Referenties voor besturingssystemen............11
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies.......................12
Veiligheidsinstructies voor inkt..............12
Printeradviezen en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . 13
Adviezen en waarschuwingen voor het
instellen/gebruik van de printer............. 13
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van de printer.......................... 14
Adviezen en waarschuwingen voor het
vervoeren of opslaan van de printer.......... 14
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van de printer met een draadloze verbinding. . . . 14
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van geheugenkaarten.....................14
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van het display..........................15
Uw persoonlijke gegevens beschermen..........15
Basisprincipes van printer
Namen en functies van onderdelen.............16
Bedieningspaneel..........................19
Knoppen..............................19
Uitleg bij het LCD-scherm.................20
Netwerkinstellingen
Typen netwerkverbindingen..................23
Ethernet-verbinding......................23
Wi-Fi-verbinding........................23
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt)..........................24
Een computer verbinden.................... 24
Een smart device verbinden..................25
Wi - F i - i n s t e l l i n g e n
congureren
op de printer. . . . . 25
Handmatig Wi-Fi-instellingen congureren. . . . .26
Wi-Fi-instellingen congureren via de
drukknopinstelling.......................27
Wi-Fi-instellingen congureren via de PIN
code-instelling (WPS).................... 28
Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding
(eenvoudig toegangspunt)
congureren
....... 28
Geavanceerde netwerkinstellingen
congureren
...........................29
De status van de netwerkverbinding controleren. . . 30
De netwerkstatus controleren met het
netwerkpictogram.......................30
De netwerkstatus controleren op het
bedieningspaneel........................30
Een netwerkverbindingsrapport afdrukken. . . . . 31
Een netwerkstatusvel afdrukken.............35
Toegangspunten vervangen of toevoegen.........36
De verbindingsmethode met een computer
wijzigen.................................36
Wi-Fi uitschakelen op het bedieningspaneel. . . . . . .37
Een Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt) verbreken vanaf het
conguratiescherm........................ 37
De netwerkinstellingen herstellen op het
bedieningspaneel..........................38
Papier laden
Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking. . . . . 39
Beschikbaar papier en capaciteiten.............40
Lijst met papiertypes.....................41
Waar moet u papier laden....................43
Papier in de Papiercassette 1 laden........... 43
Papier in de Papiercassette 2 laden........... 48
Papier in de Papiertoevoer achter laden........52
Originelen plaatsen
Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen. . . . . . . 56
Verschillende originelen plaatsen..............57
Foto's plaatsen om te kopiëren.............. 57
Een cd/dvd plaatsen om daarop een label af
te drukken.............................57
Meerdere foto's plaatsen om tegelijkertijd te
scannen...............................57
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
5
Een geheugenkaart plaatsen
Ondersteunde geheugenkaarten...............59
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen. . . . . . .59
Een cd/dvd laden om te bedrukken
Bedrukbare cd's/dvd's...................... 62
Voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met
cd's/dvd's................................62
Een cd/dvd/ plaatsen en verwijderen............62
Afdrukken
Afdrukken via het bedieningspaneel............64
Foto's afdrukken door ze te selecteren op een
geheugenkaart..........................64
Foto's op een cd-/dvd-label afdrukken vanaf
een geheugenkaart.......................65
Foto's met handgeschreven notities
afdrukken vanaf een geheugenkaart. . . . . . . . . . 67
Gelinieerd papier, kalenders, origineel
briefpapier en originele wenskaarten afdrukken. .68
Originele enveloppen afdrukken.............69
Afdrukken in diverse lay-outs...............71
Een kleurboek afdrukken..................72
Afdrukken met DPOF....................72
Menuopties voor het afdrukken via het
bedieningspaneel........................73
Afdrukken vanaf een computer................75
Basisprincipes Windows.................75
Basisprincipes Mac OS..................77
Dubbelzijdig afdrukken...................79
Meerdere pagina's op één vel afdrukken. . . . . . . 81
Afdruk aanpassen aan papierformaat. . . . . . . . . 83
Meerdere bestanden samen afdrukken (alleen
voor Windows)......................... 84
Eén aeelding afdrukken op meerdere vellen
om een poster te maken (alleen voor Windows). . 85
Geavanceerde functies gebruiken voor
afdrukken.............................91
Foto's afdrukken met Epson Easy Photo Print. . . 93
Een cd-/dvd-label afdrukken met Epson Print
CD..................................94
Afdrukken met Smart Devices................94
Epson iPrint gebruiken....................94
AirPrint gebruiken.......................96
Foto's afdrukken vanaf een digitale camera.......97
Afdrukken vanaf een via USB aangesloten
digitale camera......................... 97
Afdrukken vanaf een draadloos verbonden
digitale camera......................... 98
Afdrukken annuleren.......................99
Afdrukken annuleren Printertoets......... 99
Afdrukken annuleren - Windows............ 99
Afdrukken annuleren Mac OS............99
Kopiëren
Normaal kopiëren........................ 100
Menuopties voor de modus Kopiëren........ 100
Foto's kopiëren...........................103
Menuopties voor Foto's kopiëren/herstellen. . . . 103
Kopiëren op een cd-/dvd-label............... 104
Menuopties voor Naar Cd/dvd kopiëren. . . . . . 106
Scannen
Scannen via het bedieningspaneel.............107
Scannen naar een geheugenkaart............107
Scannen naar de cloud...................107
Scannen naar een computer...............108
Scannen naar een computer (WSD)..........109
Menuopties voor het scannen..............111
Scannen vanaf een computer.................112
Scannen met Epson Scan 2................112
Scannen met smart-apparaten................118
Epson iPrint installeren.................. 118
Scannen met Epson iPrint.................118
Inkt bijvullen en
onderhoudscassettes vervangen
De niveaus van de resterende inkt en de
onderhoudscassette controleren.............. 120
De status van de onderhoudscassette
controleren Bedieningspaneel............120
De niveaus van de resterende inkt en de
onderhoudscassette controleren - Windows. . . . 120
De niveaus van de resterende inkt en de
onderhoudscassette controleren - Mac OS. . . . . 121
Codes van de inktessen....................121
Voorzorgsmaatregelen voor
inktessen
.........122
De inkttanks bijvullen..................... 123
Onderhoudscassettecode................... 127
Voorzorgsmaatregelen voor de
onderhoudscassette....................... 127
Een onderhoudscassette vervangen............127
De printer onderhouden
De printkop controleren en reinigen...........130
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
6
De printkop controleren en schoonmaken
Bedieningspaneel.......................130
De printkop controleren en schoonmaken -
Windows.............................131
De printkop controleren en reinigen — Mac OS 131
Krachtige reiniging uitvoeren................131
Krachtige reiniging uitvoeren —
Bedieningspaneel.......................132
Krachtige reiniging uitvoeren — Windows. . . . .133
Krachtige reiniging starten Mac OS........133
De printkop uitlijnen......................133
De printkop uitlijnen — Bedieningspaneel. . . . .133
Het papiertraject vrijmaken van inktvlekken. . . . . 134
De Scannerglasplaat reinigen................135
Controleren hoeveel pagina's in totaal door de
printer zijn gegaan........................135
Controleren hoeveel pagina's in totaal door
de printer zijn gegaan — Bedieningspaneel. . . . 136
Controleren hoeveel pagina's in totaal door
de printer zijn gegaan - Windows........... 136
Controleren hoeveel pagina's in totaal door
de printer zijn gegaan Mac OS........... 136
Stroom besparen.........................136
Energie besparen — Bedieningspaneel. . . . . . . 137
Menuopties voor de modus
Instellingen
Menuopties voor Onderhoud................138
Spuitstukcontrole:...................... 138
Kop reingen:.......................... 138
Krachtige reiniging:.....................138
Printkop uitlijnen:......................138
Inktpeil resetten:....................... 138
Levensduur Onderhoudsset:...............138
Menuopties voor Printerinstelling.............139
Papierbroninstelling:.................... 139
Cd/dvd:..............................139
Stickers:..............................139
Dik papier:............................139
Stille modus:..........................139
Schermbeveiliging:......................139
Autom. inschakeling:....................139
Uitschakelinstellingen:...................139
Uitschakelingstimer:.....................140
Slaaptimer:........................... 140
Taal/Language:.........................140
Menuopties voor Netwerkinstellingen..........140
Menuopties voor Epson Connect-services.......141
Menuopties voor Afdrukinst. van Google cloud. . . 142
Menuopties voor Bestandsdeling instellen. . . . . . . 142
Menuopties voor Extern apparaat instellen. . . . . . 142
Menuopties voor Geleiderfuncties.............143
Menuopties voor Firmware-update............143
Menuopties voor Standaardinst. terugzetten. . . . . 143
Netwerkservice en
softwareinformatie
De service van Epson Connect...............145
Web Cong.............................145
Web Cong gebruiken in een webbrowser. . . . . 146
Web Cong uitvoeren op Windows..........146
Web
Cong
uitvoeren op Mac OS...........147
Windows-printerdriver.....................147
Uitleg bij de printerdriver voor Windows. . . . . . 148
Bedieningsinstellingen voor Windows-
printerdriver congureren................ 149
Mac OS-printerstuurprogramma..............150
Uitleg bij het printerstuurprogramma voor
Mac OS..............................151
Bedieningsinstellingen voor Mac OS-
printerdriver congureren................ 152
Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)........153
Epson Event Manager......................153
Epson Easy Photo Print.................... 154
Epson Print CD..........................154
EPSON Soware Updater. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 155
Toepassingen verwijderen...................155
Toepassingen verwijderen — Windows. . . . . . . 156
Toepassingen verwijderen — Mac OS. . . . . . . . 156
Toepassingen installeren....................157
Toepassingen en
rmware
bijwerken...........157
De printerrmware bijwerken via het
bedieningspaneel.......................158
Problemen oplossen
De printerstatus controleren.................159
Berichten op het display bekijken...........159
De printerstatus controleren - Windows. . . . . . .160
De printerstatus controleren — Mac OS. . . . . . 160
Vastgelopen papier verwijderen...............161
Vastgelopen papier verwijderen uit de
Papiercassette..........................161
Vastgelopen papier binnen in de printer
verwijderen...........................162
Vastgelopen papier verwijderen uit de
Achterpaneel..........................164
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
7
Papier wordt niet goed ingevoerd.............165
Papier loopt vast........................166
Papier wordt schuin ingevoerd.............166
Er worden meerdere vellen papier tegelijk
uitgevoerd............................166
Het papier komt uit de Papiertoevoer achter
zonder dat erop is afgedrukt...............166
Cd-/dvd-lade wordt uitgeworpen........... 166
Problemen met stroomtoevoer en
bedieningspaneel.........................167
De stroom wordt niet ingeschakeld..........167
Lampjes gingen aan en toen weer uit.........167
De stroom wordt niet uitgeschakeld......... 167
Stroom schakelt automatisch uit............167
Het display wordt donker.................168
De functie Autom. inschakeling werkt niet. . . . .168
Kan niet afdrukken vanaf een computer. . . . . . . . 168
Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren............................ 169
Kan geen verbinding maken vanaf apparaten
terwijl de netwerkinstellingen correct zijn. . . . . 169
De SSID controleren waarmee de printer is
verbonden............................171
De SSID voor de computer controleren.......172
De printer kan opeens niet afdrukken via een
netwerkverbinding........................173
De printer kan opeens niet afdrukken via een
USB-verbinding..........................173
Kan niet afdrukken vanaf een iPhone of iPad. . . . . 174
Afdrukproblemen........................ 174
De afdruk is gekrast of er ontbreken kleuren. . . 174
Er verschijnen strepen of onverwachte kleuren. .174
Gekleurde streepvorming zichtbaar met een
tussenafstand van ongeveer 2.5 cm..........175
Onscherpe afdrukken, verticale strepen of
verkeerde uitlijning..................... 175
Afdrukkwaliteit is slecht..................176
Papier vertoont vlekken of is bekrast.........177
Vlekken op het papier bij automatisch
dubbelzijdig afdrukken...................178
Afgedrukte foto's zijn plakkerig.............178
Aeeldingen of foto's worden afgedrukt met
de verkeerde kleuren.................... 178
De kleuren verschillen van wat u op het
scherm ziet........................... 179
Kan niet afdrukken zonder marges..........179
Randen van de aeelding vallen weg bij het
randloos afdrukken.....................179
Positie, formaat of marges van de afdruk zijn
niet juist............................. 180
Er worden meerdere originelen gekopieerd
op één vel papier....................... 180
De afdrukpositie van fotostickers is verkeerd. . . 181
De afdrukpositie op een cd/dvd is verkeerd. . . . 181
Afgedrukte tekens zijn niet juist of onleesbaar. . 181
De afgedrukte
aeelding
is omgekeerd.......181
Mozaïekachtige patronen op de afdrukken. . . . .181
Op de gekopieerde afdruk verschijnen
ongelijke kleuren, vegen, vlekken of rechte
lijnen................................182
Er verschijnt een webachtig patroon (ook wel
"moiré" genoemd) op de gekopieerde
aeelding............................182
De achterkant van het origineel is te zien op
de gekopieerde aeelding.................182
Het probleem kon niet worden opgelost.......182
Overige afdrukproblemen...................183
Afdrukken verloopt te traag...............183
Afdrukken vertraagt aanzienlijk tijdens het
continu afdrukken......................183
Kan het afdrukken niet annuleren vanaf een
computer met Mac OS X 10.6.8.............183
Kan niet beginnen met scannen.............. 184
Kan scannen niet starten via bedieningspaneel. .184
Problemen met gescande
aeeldingen
......... 185
Ongelijke kleuren, vuil, vlekken, enzovoort
worden weergegeven bij scannen vanaf de
glasplaat van de scanner..................185
De
aeeldingskwaliteit
is ruw..............185
De
oset
schijnt door in de achtergrond van
aeeldingen.......................... 185
De tekst is onscherp.....................186
Moiré-patronen (webachtige schaduwen)
verschijnen........................... 186
Kan het juiste gebied niet scannen op de
glasplaat............................. 186
Kan geen voorbeeld weergeven in
umbnail
. . 187
Tekst wordt niet correct herkend wanneer ik
opsla als een Searchable PDF...............187
Problemen in gescande aeelding kunnen
niet worden opgelost.................... 188
Andere scanproblemen.....................188
Scansnelheid is laag.....................188
Scannen stopt bij het scannen naar een PDF/
Multi-TIFF........................... 189
Overige problemen........................189
Lichte elektrische schok wanneer u de printer
aanraakt............................. 189
Printer maakt veel lawaai tijdens werking. . . . . 189
Kan gegevens niet opslaan op een
geheugenkaart.........................189
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
8
Soware wordt geblokkeerd door een rewall
(alleen Windows).......................190
'?' wordt weergegeven in het fotoselectiescherm 190
Een bericht over het resetten van het inktpeil
wordt weergegeven......................190
Gemorste inkt.........................190
Bijlage
Technische specicaties.................... 191
Printer specicaties..................... 191
Scannerspecicaties.....................192
Interfacespecicaties.................... 193
Lijst met netwerkfuncties.................193
Wi-Fi-specicaties......................194
Ethernetspecicaties.....................195
Beveiligingsprotocol.....................195
Ondersteunde services van derden.......... 195
Specicaties externe opslagapparaten. . . . . . . . 195
Dimensies............................197
Elektrische specicaties.................. 197
Omgevingsspecicaties...................198
Systeemvereisten.......................198
Regelgevingsinformatie.................... 199
Normen en goedkeuringen................199
Beperkingen op het kopiëren.............. 200
De printer vervoeren...................... 200
Een geheugenkaart benaderen vanaf een computer 203
Hulp vragen.............................204
Technische ondersteuning (website).........204
Contact opnemen met de klantenservice van
Epson...............................205
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
9
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen
De volgende handleidingen worden meegeleverd met uw Epson-printer. Naast de handleidingen kunt u ook de
verschillende hulpmogelijkheden op de printer zelf of in de toepassingen raadplegen.
Hier beginnen (gedrukte handleiding)
Bevat informatie over het instellen van de printer, het installeren van de soware, het gebruik van de printer, het
oplossen van problemen enzovoort.
Gebruikershandleiding (digitale handleiding)
Deze handleiding. Biedt algehele informatie en instructies voor het gebruik van de printer, voor
netwerkinstellingen wanneer de printer in een netwerk wordt gebruikt en voor het oplossen van problemen.
U kunt de meest recente versie van de bovenstaande handleidingen in uw bezit krijgen op de volgende manieren.
Gedrukte handleiding
Ga naar de ondersteuningssite van Epson Europe (http://www.epson.eu/Support) of de wereldwijde
ondersteuningssite van Epson (http://support.epson.net/).
Digitale handleiding
Start EPSON Soware Updater op uw computer. EPSON Soware Updater controleert of er updates
beschikbaar zijn voor Epson-toepassingen of digitale handleidingen en laat u vervolgens de meest recente versie
downloaden.
Gerelateerde informatie
& “EPSON Soware Updater” op pagina 155
Markeringen en symbolen
!
Let op:
Instructies die zorgvuldig moeten worden gevolgd om lichamelijk letsel te voorkomen.
c
Belangrijk:
Instructies die moeten worden gevolgd om schade aan het apparaat te voorkomen.
Opmerking:
Biedt aanvullende informatie en referentiegegevens.
&
Gerelateerde informatie
Koppelingen naar de verwante paragrafen.
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
10
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding
Screenshots van de schermen van de printerdriver en Epson Scan 2 (scannerdriver) zijn van Windows 10 of OS
X El Capitan. De inhoud die op de schermen wordt weergegeven, is aankelijk van het model en de situatie.
Aeeldingen van de printer gebruikt in deze handleiding dienen uitsluitend als voorbeeld. Er zijn kleine
verschillen tussen elk model, maar de gebruiksmethode blij hetzelfde.
Sommige menu-items op de display variëren naargelang het model en de instellingen.
Referenties voor besturingssystemen
Windows
In deze handleiding verwijzen termen zoals "Windows 10", "Windows 8.1", "Windows 8", "Windows 7", "Windows
Vista", en "Windows XP" naar de volgende besturingssystemen. Bovendien wordt "Windows" gebruikt om alle
versies ervan aan te duiden.
Microso
®
Wi nd ows
®
10 besturingssysteem
Microso
®
Wi nd ows
®
8.1 besturingssysteem
Microso
®
Wi nd ows
®
8 besturingssysteem
Microso
®
Wi nd ows
®
7 besturingssysteem
Microso
®
Wi nd ows Vist a
®
besturingssysteem
Microso
®
Wi nd ows
®
XP besturingssysteem
Microso
®
Wi nd ows
®
XP Professional x64 Edition besturingssysteem
Mac OS
In deze handleiding wordt "Mac OS" gebruikt om te verwijzen naar macOS Sierra, OS X El Capitan, OS X
Yosemite, OS X Mavericks, OS X Mountain Lion, Mac OS X v10.7.x en Mac OS X v10.6.8.
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
11
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies
Lees en volg deze instructies om deze printer veilig te gebruiken.Bewaar deze handleiding voor latere
raadplegingen.Let ook op al de waarschuwingen en instructies die op de printer staan.
Sommige van de symbolen die gebruikt worden op uw printer zijn bedoeld om de veiligheid en het juiste
gebruik van de printer te garanderen. Bezoek de volgende website voor de betekenis van de symbolen.
http://support.epson.net/symbols
Gebruik alleen het netsnoer dat met de printer is meegeleverd en gebruik het snoer niet voor andere apparatuur.
Gebruik van andere snoeren met deze printer of gebruik van het meegeleverde netsnoer met andere apparatuur
kan leiden tot brand of elektrische schokken.
Zorg ervoor dat het netsnoer voldoet aan de relevante plaatselijke veiligheidsnormen.
Haal het netsnoer, de stekker, de printer, de scanner of de accessoires nooit uit elkaar en probeer deze
onderdelen nooit zelf te wijzigen of te repareren, tenzij zoals uitdrukkelijk staat beschreven in de handleidingen
van het apparaat.
Trek in de volgende gevallen de stekker uit het stopcontact en laat het onderhoud aan een onderhoudstechnicus
over:
Als het netsnoer of de stekker beschadigd is, als er vloeistof in de printer is gekomen, als de printer is gevallen of
als de behuizing beschadigd is, als de printer niet normaal werkt of als er een duidelijke wijziging in de
prestaties optreedt. Wijzig geen instellingen als hiervoor in de gebruiksaanwijzing geen instructies worden
gegeven.
Zet het apparaat in de buurt van een wandstopcontact waar u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunt
halen.
Plaats of bewaar de printer niet buiten en zorg ervoor dat de printer niet wordt blootgesteld aan vuil, stof, water
of hittebronnen. Vermijd plaatsen die onderhevig zijn aan schokken, trillingen, hoge temperaturen of
luchtvochtigheid.
Zorg ervoor dat u geen vloeistoen op de printer morst en pak de printer niet met natte handen vast.
Houd de printer ten minste 22 cm verwijderd van pacemakers. De radiogolven die door deze printer worden
uitgezonden, kunnen een negatieve invloed hebben op de werking van pacemakers.
Neem contact op met uw leverancier als het display beschadigd is. Als u vloeistof uit het display op uw handen
krijgt, was ze dan grondig met water en zeep. Als u vloeistof uit het display in uw ogen krijgt, moet u uw ogen
onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een arts als u ondanks grondig spoelen problemen
krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
Veiligheidsinstructies voor inkt
Zorg ervoor dat u de inkt niet aanraakt bij het omgaan met de inkttanks, de doppen van de inkttanks of
geopende inktessen of doppen.
Als u inkt op uw huid krijgt, wast u de plek grondig met water en zeep.
Als u inkt in uw ogen krijgt, moet u uw ogen onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een
arts als u ondanks grondig spoelen problemen krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
Als er inkt in uw mond terechtkomt, raadpleegt u direct een arts.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
12
Haal de onderhoudscassette niet uit elkaar, omdat u inkt in uw ogen of op uw huid kunt krijgen.
Schud de
es
niet met overdreven kracht en stel de
es
niet bloot aan sterke schokken. Hierdoor kan inkt
lekken.
Houd inktessen, de inkttank en de onderhoudscassette buiten het bereik van kinderen.Laat kinderen niet uit
de inktessen drinken en laat ze niet spelen met de inktessen en de dop van de essen.
Printeradviezen en waarschuwingen
Lees en volg deze instructies om schade aan de printer of uw eigendommen te voorkomen. Bewaar deze
handleiding voor toekomstig gebruik.
Adviezen en waarschuwingen voor het instellen/gebruik van de
printer
De openingen in de behuizing van de printer niet blokkeren of afdekken.
Gebruik alleen het type stroombron dat staat vermeld op het etiket op de printer.
Gebruik geen stopcontacten in dezelfde groep als fotokopieerapparaten, airconditioners of andere apparaten die
regelmatig worden in- en uitgeschakeld.
Gebruik geen stopcontacten die met een wandschakelaar of een automatische timer kunnen worden in- en
uitgeschakeld.
Plaats het hele computersysteem uit de buurt van apparaten die elektromagnetische storing kunnen
veroorzaken, zoals luidsprekers of basisstations van draagbare telefoons.
Plaats het netsnoer zodanig dat geen slijtage, inkepingen, rafels, plooien en knikken kunnen optreden. Plaats
geen voorwerpen op het netsnoer en plaats het netsnoer zodanig dat niemand erop kan stappen. Let er vooral
op dat snoeren mooi recht blijven aan de uiteinden en de punten waar deze de transformator in- en uitgaan.
Als u een verlengsnoer gebruikt voor de printer, mag de totale stroombelasting in ampère van alle aangesloten
apparaten niet hoger zijn dan de maximale belasting voor het verlengsnoer. Zorg er bovendien voor dat het
totaal van de ampèrewaarden van alle apparaten die zijn aangesloten op het wandstopcontact, niet hoger is dan
de maximumwaarde die is toegestaan voor het stopcontact.
Als u de printer in Duitsland gebruikt, moet u rekening houden met het volgende: de installatie van het gebouw
moet beschikken over een stroomonderbreker van 10 of 16 A om de printer te beschermen tegen kortsluiting en
stroompieken.
Let bij het aansluiten van de printer op een computer of ander apparaat, op de juiste richting van de stekkers
van de kabel. Elke stekker kan maar op één manier in het apparaat worden gestoken. Wanneer u een stekker op
een verkeerde manier in het apparaat steekt, kunnen beide apparaten die via de kabel met elkaar verbonden
zijn, beschadigd raken.
Plaats de printer op een vlakke, stabiele ondergrond die groter is dan de printer zelf. De printer werkt niet goed
als deze scheef staat.
Laat boven de printer voldoende ruimte vrij om het deksel volledig te kunnen openen.
Zorg ervoor dat aan de voorkant van de printer voldoende ruimte is voor het papier dat uit de printer komt.
Vermijd plaatsen met grote schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid. Houd de printer ook uit de
buurt van direct zonlicht, fel licht of warmtebronnen.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
13
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van de printer
Steek geen voorwerpen door de openingen in de printer.
Steek uw hand niet in de printer tijdens het afdrukken.
Raak de witte, platte kabel en inktbuisjes binnen in de printer niet aan.
Gebruik geen spuitbussen met ontvlambare
stoen
in of in de buurt van de printer. Dit kan brand veroorzaken.
Verplaats de printkop niet handmatig; anders kunt u de printer beschadigen.
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten.
Let erop dat u nooit te hard op de scannerglasplaat drukt wanneer u er een origineel op legt.
Langdurig gebruik van de printer wanneer de inkt lager staat dan de onderste lijn, kan de printer
beschadigen.Vul de inkttank tot de bovenste lijn wanneer de printer niet in werking is.Reset het inktniveau
nadat u de tank hebt gevuld om het juiste geschatte inktniveau weer te geven.
Zet de printer altijd uit met de knop
P
. Trek de stekker niet uit het stopcontact en sluit de stroom naar het
stopcontact niet af zolang het lampje
P
nog knippert.
Als u de printer gedurende langere tijd niet gebruikt, trek dan de stekker uit het stopcontact.
Adviezen en waarschuwingen voor het vervoeren of opslaan van de
printer
Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt
gehouden, anders kan er inkt lekken.
Controleer vóór het vervoeren van de printer of de printkop zich in de uitgangspositie (uiterst rechts) bevindt.
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van de printer met een
draadloze verbinding
Radiogolven van deze printer kunnen nadelige gevolgen hebben voor de werking van medische elektronische
apparatuur, waardoor deze apparatuur defect kan raken. Wanneer u deze printer gebruikt in een medische
instelling of in de buurt van medische apparatuur, volg dan de aanwijzingen van het bevoegd personeel van de
medische instelling en volg alle waarschuwingen en aanwijzingen die op de medische apparatuur zelf staan.
Radiogolven uit deze printer kunnen de werking van automatisch gestuurde apparaten, zoals automatische
deuren of een brandalarm, storen en kunnen tot ongevallen leiden als gevolg van storing. Volg alle
waarschuwingen en aanwijzingen die op deze apparatuur zijn aangeduid wanneer u deze printer gebruikt in de
buurt van automatisch aangestuurde apparaten.
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van geheugenkaarten
Verwijder een geheugenkaart niet en schakel de printer niet uit wanneer het lampje van de geheugenkaart
knippert.
Het gebruik van geheugenkaarten verschilt per type kaart. Raadpleeg de documentatie die bij de geheugenkaart
is geleverd voor meer informatie.
Gebruik alleen geheugenkaarten die compatibel zijn met het apparaat.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
14
Gerelateerde informatie
& “Ondersteunde geheugenkaartspecicaties” op pagina 195
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van het display
Het display kan een paar kleine heldere of donkere puntjes vertonen en is mogelijk niet overal even helder. Dit
is normaal en wil geenszins zeggen dat het display beschadigd is.
Maak het display alleen schoon met een droge, zachte doek. Gebruik geen vloeibare of chemische
reinigingsmiddelen.
De buitenkant van de display kan breken als deze een grote weerslag krijgt. Neem contact op met uw
wederverkoper als het oppervlak van het scherm barst of splintert. Raak de gebroken stukken nooit aan en
verwijder ze niet.
Uw persoonlijke gegevens beschermen
Als u de printer aan iemand anders gee of wilt weggooien, kunt u het geheugen als volgt wissen: selecteer
Instellingen > Standaardinst. terugzetten > Alle instellingen op het bedieningspaneel.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
15
Basisprincipes van printer
Namen en functies van onderdelen
A
Papiertoevoer achter Voor het handmatig laden van telkens één vel papier.
B
Papiersteun Ondersteuning voor geladen papier.
C
Klep van papiertoevoer aan
achterzijde
Hiermee voorkomt u dat ongewenste zaken in de printer terechtkomen.Blijft
meestal gesloten.
D
Zijgeleider Hiermee wordt het papier recht in de printer ingevoerd.Schuif deze naar de
randen van het papier.
E
Bedieningspaneel Voor bediening van de printer.U kunt de hoek van het bedieningspaneel
handmatig instellen.
F
Cd-/dvd-lade Voor plaatsing van een cd/dvd om daar een label op af te drukken.Wordt
meestal opgeborgen onder de printer.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
16
A
Inkttankafdekking Open om de inkttank bij te vullen.
B
Inktreservoirs (inkttanks) Brengt inkt naar de printkop.
C
Inkttankeenheid Bevat de inkttanks.
D
Printkop Inkt komt uit de spuitkanaaltjes van de printkop.
A
Voorpaneel Openen om papier te kunnen laden in de papiercassette.
B
Uitvoerlade Opvanglade voor het papier dat uit de printer komt.Handmatig uittrekken en
weer induwen voor bewaring.
C
Papiercassette 1 Laadt papier.
D
Papiercassette 2
E
Zijgeleider Hiermee wordt het papier recht in de printer ingevoerd.Schuif deze naar de
randen van het papier.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
17
A
Documentdeksel Houdt extern licht tegen tijdens het scannen.
B
Scannerglasplaat Plaats de originelen.
C
Scannereenheid Scant de geplaatste originelen.Open om inkttanks opnieuw te vullen of
vastgelopen papier te verwijderen.Deze eenheid blijft meestal gesloten.
D
Geheugenkaartsleuf Plaats een geheugenkaart in het apparaat.
E
Externe USB-poort Voor aansluiting van een extern opslagapparaat of een apparaat met
PictBridge-ondersteuning.
A
Netaansluiting Voor aansluiting van het netsnoer.
B
Afdekking onderhoudscassette Verwijder deze afdekking wanneer u de onderhoudscassette wilt
vervangen.De onderhoudscassette is een houder waarin kleine
hoeveelheden overtollige inkt wordt opgevangen tijdens het reinigen of
afdrukken.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
18
C
Achterpaneel Verwijderen bij het verwijderen van vastgelopen papier.
D
USB-poort Voor aansluiting van een USB-kabel als verbinding met een computer.
E
LAN-poort Voor aansluiting van een LAN-kabel.
Bedieningspaneel
U kunt het bedieningspaneel in een andere hoek zetten.
Knoppen
A
Hiermee schakelt u de printer in of uit.
Niet uitschakelen zolang het aan/uit-lampje knippert (wanneer de printer bezig is of gegevens
verwerkt).
Haal het netsnoer uit het stopcontact als het aan/uit-lampje uit staat.
B
Hiermee opent u het startscherm.
C
Hiermee selecteert u het aantal pagina's dat u wilt afdrukken.
D
Hiermee stopt u de actieve bewerking.
E
Hiermee geeft u menu's weer, zoals voor het afdrukken van cd-/dvd-labels en voor kopiëren.
F
Hiermee keert u terug naar het vorige scherm.
G
u
d
l
r
OK Met de knoppen
u
d
l
r
selecteert u een menu en vervolgens opent u het geselecteerde
menu met de knop OK.
H
Hiermee start u een taak, zoals afdrukken of kopiëren.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
19
Uitleg bij het LCD-scherm
Op het LCD-scherm worden menu's en berichten weergegeven. Selecteer een menu of instelling door te drukken
op de knoppen
u
d
l
r
.
Uitleg bij het startscherm
De volgende pictogrammen en menu's worden weergegeven op het startscherm.
A
Hier staan pictogrammen die de netwerkstatus aangeven.U kunt de betekenis van de pictogrammen achterhalen
via het menu Hulp.Ga in het startscherm naar Hulp met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop
OK.Selecteer Lijst met pictogrammen met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
B
Geeft de status van de onderhoudscassette weer.U kunt de betekenis van het pictogram achterhalen via het menu
Hulp.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
20
C
Functiepictogrammen en namen worden weergegeven als moduspictogrammen.
Kopiëren Hiermee kunt u een document kopiëren.
Foto's afdrukken Hiermee kunt foto's afdrukken die op een geheugenkaart staan.
Scannen Hiermee kunt u een document of foto scannen.
Meer functies Hiermee krijgt u toegang tot verschillende afdrukfuncties, zoals voor het kopiëren van foto's,
het afdrukken van foto's in verschillende lay-outs en het kopiëren of afdrukken op een cd/dvd.
Stille modus
Hiermee geeft u de instelling Stille modus weer, waarmee u ervoor zorgt dat de printer
minder geluid maakt.Als u deze optie inschakelt, kan de afdruksnelheid minder zijn.Afhankelijk
van de door u gekozen instellingen voor het papiertype en de afdrukkwaliteit, merkt u
mogelijk niet veel verschil in het geluid dat de printer produceert.Dit is een snelkoppeling naar
het volgende menu.
Instellingen > Printerinstellingen > Stille modus
Instellingen Hiermee kunt u onderhoud uitvoeren en verschillende instellingen congureren voor de
functies en bewerkingen van de printer.
Onderhoud Open de aanbevolen menu's om de kwaliteit van de afdrukken te verbeteren.Dit is een
snelkoppeling naar het volgende menu.
Instellingen > Onderhoud
Hulp Hiermee geeft u uitleg weer over basishandelingen, de betekenis van de pictogrammen op het
display en informatie over het oplossen van problemen.
Wi-Fi instellen Hiermee geeft u menu's weer voor het instellen van de printer voor gebruik in een draadloos
netwerk.
D
Wanneer
l
en
r
worden weergegeven, kunt u naar rechts of links bladeren.
E
Hier staan de knoppen die u kunt gebruiken.In dit voorbeeld kunt u naar het geselecteerde menu gaan door op OK
te drukken en kunt u een ander menu selecteren door op
l
of
r
te drukken.
Gerelateerde informatie
& “Normaal kopiëren” op pagina 100
& “Foto's afdrukken door ze te selecteren op een geheugenkaart” op pagina 64
& “Scannen via het bedieningspaneel” op pagina 107
& “Foto's kopiëren” op pagina 103
& Afdrukken in diverse lay-outs” op pagina 71
& Foto's op een cd-/dvd-label afdrukken vanaf een geheugenkaart” op pagina 65
& “Menuopties voor de modus Instellingen” op pagina 138
& Menuopties voor Onderhoud” op pagina 138
& “Menuopties voor Netwerkinstellingen” op pagina 140
Tekens invoeren
Als u via het bedieningspaneel tekens en symbolen wilt invoeren voor de netwerkinstellingen, gebruik dan de
knoppen
u
,
d
,
l
en
r
en het sowaretoetsenbord op het display. Druk op de knop
u
,
d
,
l
of
r
om een teken
of functietoets te selecteren op het toetsenbord en druk vervolgens ter bevestiging op OK. Wanneer u klaar bent
met het invoeren van tekens, selecteert u Klaar en drukt u vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
21
Hoe het weergegeven scherm eruitziet, hangt af van de gekozen instellingen. Dit is het scherm voor het invoeren
van het wachtwoord voor het Wi-Fi-netwerk.
Pictogrammen Beschrijving
AB12 Hiermee verandert u kleine letters in hoofdletters.
ab12 Hiermee verandert u hoofdletters in kleine letters.
Symb. Hiermee geeft u symbolen weer.
l
r
Hiermee verplaatst u de cursor naar links of rechts.
Hiermee wist u het teken links van de cursor (Backspace).
Spatie Hiermee voert u een spatie in rechts naast de cursor.
Klaar Hiermee sluit u het softwaretoetsenbord en geeft u een bevestigingsscherm weer of gaat u naar het
volgende scherm.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
22
Netwerkinstellingen
Typen netwerkverbindingen
U kunt de volgende verbindingsmethoden gebruiken.
Ethernet-verbinding
Verbind de printer met een hub met behulp van een Ethernet-kabel.
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 24
& Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 29
Wi-Fi-verbinding
Sluit de printer en de computer of het smart device aan op het toegangspunt. Dit is de meest gebruikelijke manier
van verbinden voor netwerken thuis en op kantoor waar de Wi-Fi-verbindingen worden verzorgd door een
toegangspunt.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
23
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 24
& “Een smart device verbinden” op pagina 25
& Wi-Fi-instellingen congureren op de printer” op pagina 25
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt)
Gebruik deze verbindingsmethode wanneer u thuis of op kantoor geen Wi-Fi hebt of wanneer u de printer en het
smart device rechtstreeks met elkaar wilt verbinden. In deze modus fungeert de printer als toegangspunt en kunt u
maximaal vier apparaten met de printer verbinden zonder dat u een apart toegangspunt nodig hebt. Smart devices
die rechtstreeks met de printer zijn verbonden kunnen echter niet met elkaar communiceren via de printer.
Opmerking:
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) is een verbindingsmodus die is ontwikkeld als vervanging voor de ad-
hocmodus.
De printer kan tegelijk verbinding hebben via Wi-Fi of Ethernet en Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt). Als u
echter een netwerkverbinding start in Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) wanneer de printer verbinding hee
via Wi-Fi, wordt de Wi-Fi-verbinding tijdelijk verbroken.
Gerelateerde informatie
& “Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) congureren” op pagina 28
Een computer verbinden
Het wordt aanbevolen het installatieprogramma te gebruiken om de printer te verbinden met een computer.U kunt
het installatieprogramma op een van de volgende manieren uitvoeren.
Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in.Ga naar Instellen en congureer de instellingen.
http://epson.sn
Instellen met de soware-cd (alleen voor modellen die worden geleverd met een soware-cd en gebruikers die
beschikken over een computer met een schijfstation.)
Plaats de soware-cd in de computer en volg de instructies op het scherm.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
24
De verbindingsmethoden selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven en selecteer vervolgens de
gewenste methode om de printer met de computer te verbinden.
Selecteer het verbindingstype en klik vervolgens op Volge nd e.
Volg de instructies op het scherm.
Een smart device verbinden
U kunt de printer gebruiken vanaf een smart device wanneer u de printer verbindt met hetzelfde Wi-Fi-netwerk
(SSID) als het smart device. Als u de printer wilt gebruiken vanaf een smart device, stelt u dit in vanaf de volgende
website. Open de website vanaf een smart device waarmee u verbinding wilt maken met de printer.
http://epson.sn > Instellen
Opmerking:
Als u tegelijkertijd een computer en een smart device met de printer wilt verbinden, wordt aangeraden als eerste de
computer te verbinden.
Wi-Fi-instellingen congureren op de printer
Op het bedieningspaneel van de printer kunt u op verschillende manieren de netwerkinstellingen
congureren.
Kies de verbindingsmethode die overeenkomt met uw omgeving en de voorwaarden die u gebruikt. Als u beschikt
over de informatie voor het toegangspunt, zoals de SSID en het wachtwoord, kunt u de instellingen handmatig
congureren.
Als het toegangspunt WPS ondersteunt, kunt u de instellingen
congureren
met
drukknopinstellingen.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
25
Nadat de printer verbinding hee gemaakt met het netwerk, maakt u verbinding tussen de printer en het apparaat
dat u wilt gebruiken (computer, smart device, tablet, enz.)
Handmatig Wi-Fi-instellingen congureren
U kunt de gegevens die voor de verbinding met een toegangspunt nodig zijn handmatig opgeven op het
bedieningspaneel van de printer. Voor het handmatig instellen hebt u de SSID en het wachtwoord van een
toegangspunt nodig.
Opmerking:
Als u een toegangspunt met de standaardinstellingen gebruikt, gebruikt u de SSID die en het wachtwoord dat op het label
vermeld staan. Als u de SSID en het wachtwoord niet weet, neem dan contact op met de persoon die het toegangspunt
hee
ingesteld of raadpleeg de documentatie van het toegangspunt.
1. Selecteer Wi -Fi in st el le n op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Wi -Fi (a an b e v o l e n) en druk vervolgens op de knop OK.
3. Druk op de knop OK.
4. Selecteer Wi-Fi instel-wizard en druk vervolgens op de knop OK.
5.
Selecteer de SSID voor het toegangspunt op het bedieningspaneel van de printer en druk op de knop OK.
Opmerking:
Als de SSID waarmee u wilt verbinden, niet wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer, selecteert u
Opnieuw zoeken om de lijst te vernieuwen. Als deze nog steeds niet wordt weergegeven, selecteert u Andere
netwerken en voert u de SSID rechtstreeks in.
Als u de SSID niet kent, controleer dan of deze vermeld staat op het label van het toegangspunt. Als u het
toegangspunt gebruikt met zijn standaardinstellingen, gebruikt u de SSID die op het label staat.
6. Voer het wachtwoord in en selecteer Klaar. Druk op de knop OK.
Opmerking:
Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.
Als u het wachtwoord niet kent, controleer dan of het vermeld staat op het label van het toegangspunt. Als u het
toegangspunt gebruikt met zijn standaardinstellingen, gebruikt u het wachtwoord dat op het label staat. Het
wachtwoord kan ook een sleutel of wachtwoordzin worden genoemd.
Als u het wachtwoord voor het toegangspunt niet kent, raadpleegt u de documentatie die bij het toegangspunt is
geleverd of neemt u contact op met de persoon die dit hee ingesteld.
7. Controleer de instellingen en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
26
8. Selecteer of u al dan niet een netwerkverbindingsrapport wilt afdrukken na het voltooien van de instellingen.
Opmerking:
Als u geen verbinding kunt maken, laadt u papier en drukt u vervolgens op de knop
om een
netwerkverbindingsrapport af te drukken.
Gerelateerde informatie
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 30
& “Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren
” op pagina 169
Wi-Fi-instellingen congureren via de drukknopinstelling
U kunt automatisch een Wi-Fi-netwerk instellen door op een knop op het toegangspunt te drukken. Als aan de
volgende voorwaarden is voldaan, kunt u deze manier van instellen gebruiken.
Het toegangspunt is compatibel met WPS (Wi-Fi Protected Setup).
De huidige Wi-Fi-verbinding is tot stand gebracht door op een knop op het toegangspunt te drukken.
Opmerking:
Als u de knop niet kunt vinden of als u instelt met behulp van de soware, raadpleeg dan de documentatie van het
toegangspunt.
1. Selecteer Wi -Fi in st el le n op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Wi -Fi (a an b e v o l e n) en druk vervolgens op de knop OK.
3.
Druk op de knop OK.
4. Selecteer Instellen met drukknop (WPS) en druk vervolgens op de knop OK.
5. Houd de knop [WPS] op het toegangspunt ingedrukt tot het beveiligingslampje knippert.
Als u niet weet waar de [WPS]-knop zit, of als het toegangspunt geen knoppen hee, raadpleeg dan de
documentatie van het toegangspunt voor meer informatie.
6. Druk op de knop OK op het bedieningspaneel van de printer. Volg de instructies op het scherm die worden
weergegeven.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan het toegangspunt opnieuw, zet het dichter bij de printer en probeer het nog een keer.
Als het nog steeds niet werkt, druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
27
Gerelateerde informatie
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 30
& Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 169
Wi-Fi-instellingen
congureren
via de PIN code-instelling (WPS)
U kunt verbinding maken met een toegangspunt door gebruik te maken van een pincode. U kunt deze methode
gebruiken als uw toegangspunt WPS (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunt. Gebruik een computer om een pincode
in te voeren in het toegangspunt.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Netwerkinstellingen en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Wi -Fi in st el le n op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
4.
Selecteer Instellen met PIN-code (WPS) en druk vervolgens op de knop OK.
5. Gebruik uw computer om de pincode (acht cijfers) die op het bedieningspaneel van de printer wordt
weergegeven in te voeren in het toegangspunt. U hebt hier twee minuten de tijd voor.
Opmerking:
Raadpleeg de documentatie van het toegangspunt voor meer informatie over het invoeren van een pincode.
6.
Druk op de knop OK.
Het instellen is voltooid wanneer dit wordt gemeld in een bericht.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan het toegangspunt opnieuw, zet het dichter bij de printer en probeer het nog een keer.
Als het nog steeds niet werkt, druk dan een verbindingsrapport af en controleer de oplossing.
Gerelateerde informatie
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 30
& “Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren
” op pagina 169
Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt) congureren
Deze methode maakt het mogelijk om de printer rechtstreeks, dus zonder toegangspunt, te verbinden met een
computer of smart device. De printer fungeert zelf als toegangspunt.
c
Belangrijk:
Wanneer u een computer of smart device verbindt met de printer met de Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt), is de printer verbonden met hetzelfde Wi-Fi-netwerk (SSID) als de computer of het smart device en
vindt communicatie tussen de beide apparaten plaats. Omdat de computer of het smart device automatisch wordt
verbonden met het andere verbindbare Wi-Fi-netwerk als de printer wordt uitgeschakeld, wordt niet opnieuw
verbinding gemaakt met het vorige Wi-Fi-netwerk als de printer wordt ingeschakeld. Maak vanuit de computer of
het smart device opnieuw verbinding met de SSID van de printer voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt). Als u niet steeds opnieuw verbinding wilt maken wanneer u de printer in- of uitschakelt, wordt
aangeraden een Wi-Fi-netwerk te gebruiken door de printer te verbinden met een toegangspunt.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
28
1. Selecteer Wi -Fi in st el le n op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Wi -Fi Di re c t en druk vervolgens op de knop OK.
3. Druk op de knop OK.
4. Druk op de knop OK om de installatie te starten.
5. Druk op de knop OK.
6. Kijk op het bedieningspaneel van de printer welke SSID en welk wachtwoord worden weergegeven. Selecteer
in het scherm Netwerkverbinding van de computer of het smart device de SSID die wordt weergegeven op het
bedieningspaneel van de printer om verbinding te maken.
7. Voer op de computer of het smart device het wachtwoord in dat wordt weergegeven op het bedieningspaneel
van de printer.
8. Nadat de verbinding is gemaakt, drukt u op de knop OK op het bedieningspaneel van de printer.
9.
Druk op de knop OK.
Gerelateerde informatie
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 30
& Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 169
Geavanceerde netwerkinstellingen
congureren
U kunt de naam van de netwerkprinter, TCP/IP-instellingen, DNS-server enzovoort aanpassen.Controleer de
netwerkomgeving voordat u wijzigingen aanbrengt.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Netwerkinstellingen en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Handmatige netwerkinstelling en druk vervolgens op de knop OK.
4. Voer de apparaatnaam in.
U kunt de volgende tekens gebruiken.Als u de apparaatnaam wilt vastleggen, plaatst u de cursor op Klaar en
drukt u vervolgens op de knop OK.
Tekenlimiet: 2 t/m 15 (u moet minstens 2 tekens invoeren)
Toegestane tekens: A t/m Z, a t/m z, 0 t/m 9, -.
Tekens die u niet bovenaan kunt gebruiken: 0 t/m 9, -.
Tekens die u niet onderaan kunt gebruiken: -
Opmerking:
Als u op de knop OK drukt zonder de apparaatnaam in te voeren, worden de standaardapparaatnaam (EPSON en de
laatste zes cijfers van het MAC-adres van het apparaat) ingesteld.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
29
5. Selecteer op welke manier het IP-adres wordt opgevraagd (TCP/IP-instelling).
Auto
Selecteer deze optie wanneer u thuis een toegangspunt gebruikt of wanneer u het IP-adres automatisch laat
toewijzen via DHCP.
Handmatig
Selecteer deze optie wanneer u niet wilt dat het IP-adres van de apparaat wordt gewijzigd.Voer het IP-adres,
het subnetmasker, de standaardgateway, de primaire DNS-server en secundaire DNS-server in, aankelijk
van uw netwerkomgeving.Druk op de knop OK en ga naar stap 7.
6.
Selecteer de manier waarop de DNS-server wordt ingesteld.
Auto
Selecteer deze optie wanneer het IP-adres automatisch moet worden opgevraagd.
Handmatig
Selecteer deze optie wanneer u een uniek DNS-serveradres wilt instellen voor de printer.Voer het adres in
van de primaire DNS-server en van de secundaire DNS-server.
7. Selecteer of u al dan niet een proxyserver wilt gebruiken.
Niet gebruiken
Selecteer deze optie wanneer u de printer gebruikt in een thuisnetwerk.
Gebruiken
Selecteer deze optie wanneer u in uw netwerkomgeving een proxyserver gebruikt en u dit wilt instellen in
de printer.Voer het adres en poortnummer van de proxyserver in.
8. Controleer de instellingen en druk op de knop OK.
Wanneer u klaar bent met de netwerkinstellingen, wordt een bericht weergegeven op het display. Kort daarna
wordt opnieuw het startscherm weergegeven.
De status van de netwerkverbinding controleren
U kunt de netwerkstatus als volgt controleren.
De netwerkstatus controleren met het netwerkpictogram
U kunt de status van de netwerkverbinding controleren aan de hand van het netwerkpictogram op het startscherm
van de printer. Het pictogram verandert volgens verbindingstype en signaalsterkte. Selecteer voor meer informatie
Hulp > Lijst met pictogrammen op het bedieningspaneel van de printer.
De netwerkstatus controleren op het bedieningspaneel
U kunt ook andere netwerkgerelateerde informatie bekijken door te drukken op andere netwerkmenu's die u wilt
controleren.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Netwerkinstellingen en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
30
3. Selecteer Netwerkstatus en druk vervolgens op de knop OK.
Gee de verbindingsstatus voor Wi-Fi en Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) weer.U kunt controleren of
de printer verbinding hee met het netwerk of hoeveel apparaten verbinding hebben wanneer de printer is
verbonden door middel van een Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt).
4. Als u nog meer informatie wilt controleren, drukt u op de knop
l
of
r
en drukt u vervolgens op de knop
u
of
d
om de menu's te selecteren die u wilt controleren.
Status vast netwerk/Wi-Fi
Gee de netwerkinformatie (IP-adres ophalen, Standaardgateway, Instelmodus DNS-server enzovoort)
voor Ethernet- of Wi-Fi-verbindingen weer.
Wi-Fi Direct-status
Gee de netwerkinformatie (IP-adres ophalen, het aantal verbonden apparaten, Standaardgateway
enzovoort) voor Wi-Fi Direct-verbindingen (eenvoudig toegangspunt) weer.
Status van Epson Connect
Gee de geregistreerde gegevens weer voor Epson Connect.
Afdrukstatus van Google Cloud
Gee de geregistreerde gegevens weer voor Google Cloud Print en de status van de verbinding.
Statusblad afdrukken
Zorg ervoor dat er papier in de printer is geplaatst en druk vervolgens op de knop
x
om een
netwerkstatusvel af te drukken.
Een netwerkverbindingsrapport afdrukken
U kunt een netwerkverbindingsrapport afdrukken om de status tussen de printer en het toegangspunt te
controleren.
1.
Papier laden.
2. Selecteer Instellingen op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Netwerkinstellingen en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Verbindingscontrole en druk vervolgens op de knop OK.
De verbindingscontrole wordt gestart.
5. Selecteer Ja en druk vervolgens op de knop OK.
6. Druk op de knop
x
om het netwerkverbindingsrapport af te drukken.
Als er een fout is opgetreden, controleer dan het netwerkverbindingsrapport en volg de afgedrukte
oplossingen.
Gerelateerde informatie
& “Berichten en oplossingen op het netwerkverbindingsrapport” op pagina 32
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
31
Berichten en oplossingen op het netwerkverbindingsrapport
Controleer de berichten en foutcodes op het netwerkverbindingsrapport en volg dan de oplossingen.
a. Foutcode
b. Berichten over de netwerkomgeving
a. Foutcode
Code Oplossing
E-1 Controleer of de ethernetkabel op de printer, een hub of andere netwerkapparaten is aangesloten.
Controleer of de hub of andere netwerkapparaten zijn ingeschakeld.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
32
Code Oplossing
E-2
E-3
E-7
Controleer of het toegangspunt is ingeschakeld.
Controleer of de computer of andere apparaten correct zijn verbonden met het toegangspunt.
Plaats de printer dicht bij het toegangspunt. Verwijder alle obstakels ertussen.
Als u de SSID handmatig hebt ingevoerd, moet u controleren of deze correct is. Controleer het SSID-adres in
het gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
Om een netwerk tot stand te brengen met drukknopinstelling, moet u controleren of het toegangspunt WPS
ondersteunt. Als dit geen WPS ondersteunt, kunt u geen netwerk tot stand brengen met drukknopinstelling.
Controleer of alleen ASCII-tekens (alfanumerieke tekens en symbolen) worden gebruikt voor de SSID. De
printer kan geen SSID weergeven die andere tekens dan ASCII-tekens bevat.
Controleer de SSID en het wachtwoord voordat u verbinding maakt met het toegangspunt. Als u een
toegangspunt met de standaardinstellingen gebruikt, gebruikt u de SSID en het wachtwoord die op het
label vermeld staan. Als u de SSID en het wachtwoord niet weet, neem dan contact op met de persoon die
het toegangspunt heeft ingesteld of raadpleeg de documentatie van het toegangspunt.
Wanneer u verbinding wilt maken met een SSID die is gegenereerd via de tethering-functie op een smart
device, controleert u de SSID en het wachtwoord in de documentatie die is meegeleverd met het smart
device.
Als de
wi-verbinding
plots wordt verbroken, controleert u het volgende. Indien een van deze situaties van
toepassing is, herstelt u de netwerkinstellingen met behulp van het installatieprogramma. U kunt dit
uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
Er is een ander smart device aan het netwerk toegevoegd met de drukknopinstallatie.
Het wi-netwerk is ingesteld met een andere methode dan drukknopinstallatie.
E-5 Zorg dat het beveiligingstype van het toegangspunt is ingesteld op een van de volgende opties. Als dat niet het
geval is, wijzigt u het beveiligingstype op het toegangspunt en stelt u de netwerkinstellingen van de printer
opnieuw in.
WEP 64-bits (40-bits)
WEP 128-bits (104-bits)
WPA PSK (TKIP/AES)
*
WPA2 PSK (TKIP/AES)
*
WPA (TKIP/AES)
WPA2 (TKIP/AES)
* : WPA PSK is ook bekend als WPA Personal. WPA2 PSK is ook bekend als WPA2 Personal.
E-6 Controleer of het MAC-adreslter is uitgeschakeld. Als dit is ingeschakeld, registreert u het MAC-adres van de
printer zodat het niet wordt
gelterd.
Raadpleeg de documentatie van het toegangspunt voor details. U
kunt het MAC-adres van de printer controleren in het gedeelte Netwerkstatus van het
netwerkverbindingsrapport.
Als de gedeelde vericatie van het toegangspunt is ingeschakeld in de WEP-beveiligingsmethode, moet u
ervoor zorgen dat de vericatiesleutel en index correct zijn.
E-8 Schakel DHCP in op het toegangspunt wanneer IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op
Automatisch.
Als IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op handmatig, is het IP-adres dat u handmatig instelt
buiten bereik (bijvoorbeeld: 0.0.0.0) en is dit uitgeschakeld. Stel een geldig IP-adres in op het
bedieningspaneel van de printer of via Web Cong.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
33
Code Oplossing
E-9 Controleer het volgende.
Apparaten worden ingeschakeld.
U kunt toegang krijgen tot internet en andere computer of netwerkapparaten op hetzelfde netwerk van de
apparaten die u met de printer wilt verbinden.
Als het probleem zich nog steeds voordoet nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, herstelt u de
netwerkinstellingen met behulp van het installatieprogramma. U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
E-10 Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
Netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u IP-adres verkrijgen van de
printer hebt ingesteld op Handmatig.
Stel het netwerkadres opnieuw in als het onjuist is. U kunt het IP-adres, het subnetmasker en de
standaardgateway controleren in het gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
Als DHCP is ingeschakeld, wijzigt u IP-adres verkrijgen van de printer in Automatisch. Als u het IP-adres
handmatig wilt instellen, controleert u het IP-adres van de printer in het gedeelte Netwerkstatus van het
netwerkverbindingsrapport en selecteert u vervolgens Handmatig in het scherm Netwerkinstellingen. Stel het
subnetmasker in op [255.255.255.0].
E-11 Controleer het volgende.
Het standaard gateway-adres is correct wanneer u de TCP/IP-instelling van de printer instelt op Handmatig.
Het apparaat dat is ingesteld als de standaard gateway, wordt ingeschakeld.
Stel het juiste standaard gateway-adres in. U kunt het standaard gatewayadres van de printer controleren in het
gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
E-12 Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
De netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u ze handmatig invoert.
De netwerkadressen voor andere apparaten (subnetmasker en standaard gateway) zijn dezelfde.
Het IP-adres komt niet in conict met andere apparaten.
Als dit nog steeds niet werkt nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, probeert u het volgende.
Congureer
met behulp van het installatieprogramma netwerkinstellingen op de computer die met
hetzelfde netwerk is verbonden als de printer. U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
U kunt meerdere wachtwoorden registreren op een toegangspunt dat het WEP-beveiligingstype gebruikt.
Als er meerdere wachtwoorden zijn geregistreerd, moet u controleren of het eerste geregistreerde
wachtwoord op de printer is ingesteld.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
34
Code Oplossing
E-13 Controleer het volgende.
Netwerkapparaten zoals een toegangspunt, hub en router, zijn ingeschakeld.
De TCP/IP-instelling voor netwerkapparaten is niet handmatig opgegeven. (Als de TCP/IP-instelling van de
printer automatisch is ingesteld terwijl de TCP/IP-instelling voor andere netwerkapparaten handmatig wordt
uitgevoerd, kan het netwerk van de printer verschillen van het netwerk voor andere apparaten.)
Als dit nog steeds niet werkt nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, probeert u het volgende.
Congureer met behulp van het installatieprogramma netwerkinstellingen op de computer die met
hetzelfde netwerk is verbonden als de printer. U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
U kunt meerdere wachtwoorden registreren op een toegangspunt dat het WEP-beveiligingstype gebruikt.
Als er meerdere wachtwoorden zijn geregistreerd, moet u controleren of het eerste geregistreerde
wachtwoord op de printer is ingesteld.
b. Berichten over de netwerkomgeving
Bericht Oplossing
*Er zijn meerdere netwerknamen (SSID)
gedetecteerd die overeenstemmen met de
ingevoerde netwerknaam (SSID).
Controleer de netwerknaam (SSID).
Dezelfde SSID kan worden ingesteld op meerdere toegangspunten.
Controleer de instellingen van de toegangspunten en wijzig de SSID.
De Wi-Fi-omgeving moet worden
verbeterd. Schakel de draadloze router uit
en vervolgens weer in. Als de verbinding
niet verbetert, raadpleegt u de
documentatie voor de draadloze router.
Nadat u de printer dichter bij het toegangspunt hebt geplaatst en eventuele
obstakels hebt verwijderd, schakelt u het toegangspunt in. Als de printer nog
steeds geen verbinding maakt, raadpleegt u de documentatie die bij het
toegangspunt is meegeleverd.
*Er kunnen niet meer apparaten
aangesloten worden. Verwijder een van de
apparaten als u een ander wilt toevoegen.
U kunt maximaal vier computers en smart devices tegelijk verbinden in een
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt). Om nog een computer of
een ander smart device toe te voegen, moet u eerst de verbinding van een
van de verbonden apparaten verbreken.
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 24
& “Web
Cong
” op pagina 145
& “Kan geen verbinding maken vanaf apparaten terwijl de netwerkinstellingen correct zijn” op pagina 169
Een netwerkstatusvel afdrukken
U kunt de gedetailleerde netwerkinformatie afdrukken om deze te controleren.
1. Papier laden.
2. Selecteer Instellingen op het startscherm en druk vervolgens op de knop OK.
3.
Selecteer Netwerkinstellingen en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Netwerkstatus en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
35
5. Druk op de knop
l
of
r
en selecteer vervolgens Statusblad afdrukken met de knop
u
of
d
.
6. Druk op de knop
x
.
Het netwerkstatusvel wordt afgedrukt.
Toegangspunten vervangen of toevoegen
Als de SSID verandert doordat een toegangspunt wordt vervangen, of als een toegangspunt wordt toegevoegd en
een nieuwe netwerkomgeving wordt ingesteld, stelt u de Wi-Fi-instellingen opnieuw in.
Gerelateerde informatie
& “De verbindingsmethode met een computer wijzigen” op pagina 36
De verbindingsmethode met een computer wijzigen
Gebruik het installatieprogramma en stel de installatie in met een andere verbindingsmethode.
Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in.Ga naar Instellen en
congureer
de instellingen.
http://epson.sn
Instellen met de soware-cd (alleen voor modellen die worden geleverd met een soware-cd en gebruikers die
beschikken over een computer met een schijfstation.)
Plaats de soware-cd in de computer en volg de instructies op het scherm.
De verbindingsmethode wijzigen selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
36
Selecteer De verbindingsmethode wijzigen of resetten in het scherm Soware-installatie selecteren en klik
vervolgens op Volgen de.
Wi-Fi uitschakelen op het bedieningspaneel
Wanneer u Wi-Fi uitschakelt, wordt de Wi-Fi-verbinding verbroken.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm.
2. Selecteer Netwerkinstellingen.
3. Selecteer Wi -Fi in st el le n .
4. Selecteer Wi-Fi uitschakelen.
5. Controleer het bericht en selecteer Ja.
Een Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt) verbreken vanaf het
conguratiescherm
Opmerking:
Wanneer de Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) wordt uitgeschakeld, wordt de verbinding voor alle
computers en smart devices die met de printer zijn verbonden in Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt)
verbroken. Als u de verbinding met een speciek apparaat wilt verbreken, doe dit dan op het apparaat in kwestie en niet op
de printer.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
37
1. Selecteer Instellingen op het startscherm.
2. Selecteer Netwerkinstellingen.
3.
Selecteer Wi- Fi i ns te l l e n .
4. Selecteer Wi -Fi Di re c t i ns te l l e n .
5. Selecteer Wi-Fi Direct uitschakelen.
6. Controleer het bericht en selecteer Ja.
De netwerkinstellingen herstellen op het
bedieningspaneel
U kunt alle netwerkinstellingen terugzetten op de standaardinstellingen.
1. Selecteer Instellingen op het startscherm.
2. Selecteer Standaardinst. terugzetten > Netwerkinstellingen.
3. Controleer het bericht en selecteer Ja.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
38
Papier laden
Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking
Lees de instructiebladen die bij het papier worden geleverd.
Waaier papier en leg de stapel recht voor het laden.Fotopapier niet waaieren of buigen.Dit kan de afdrukzijde
beschadigen.
Als het papier omgekruld is, maakt u het plat of buigt u het vóór het laden lichtjes de andere kant op.Afdrukken
op omgekruld papier kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen papier dat golvend, gescheurd, gesneden, gevouwen, vochtig, te dik of te dun is of papier met
stickers op.Het gebruik van deze papiertypen kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Waaier enveloppen en leg ze recht op elkaar voor het laden.Als de gestapelde enveloppen lucht bevatten, maakt
u ze plat om de lucht eruit te krijgen voordat ze worden geladen.
Gebruik geen omgekrulde of gevouwen enveloppen.Het gebruik van dergelijke enveloppen kan papierstoringen
of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen enveloppen met zellevende oppervlakken of vensters.
Vermijd het gebruik van enveloppen die te dun zijn aangezien die kunnen omkrullen tijdens het afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Printer specicaties” op pagina 191
Gebruikershandleiding
Papier laden
39
Beschikbaar papier en capaciteiten
Epson raadt aan om origineel Epson-papier te gebruiken om afdrukken van hoge kwaliteit te krijgen.
Origineel Epson-papier
Medianaam Grootte Laadcapaciteit (vellen) Dubbelzij
dig
afdrukken
*1
Randloos
afdrukken
*2
Papiercass
ette 1
Papiercass
ette 2
Papiertoe
voer
achter
Epson Bright White
Ink Jet Paper
A4
80
*3
1Auto,
Handmatig
Epson Ultra Glossy
Photo Paper
A4 20 1
10×15 cm (4×6
inch),
13×18 cm (5×7
inch)
20 20 1
Epson Premium
Glossy Photo Paper
A4 20 1
10×15 cm (4×6
inch),
13×18 cm (5×7
inch)
16:9 breed
(102×181 mm)
20 20 1
Epson Premium
Semigloss Photo
Paper
A4 20 1
10×15 cm (4×6
inch)
20 20 1
Epson Photo Paper
Glossy
A4 20 1
10×15 cm (4×6
inch),
13×18 cm (5×7
inch)
20 20 1
Epson Matte Paper-
Heavyweight
A4 20 1
Epson Double-
Sided Matte Paper
A4 –11Handmatig
Epson Photo
Quality Ink Jet
Paper
A4 –801––
Epson Iron-On Cool
Peel Transfer
Paper
*4
A4 –11––
Epson Photo
Stickers
A6 111––
Gebruikershandleiding
Papier laden
40
*1 Automatisch dubbelzijdig afdrukken is niet mogelijk met de papiertoevoer achter.
*2 Bij dubbelzijdig afdrukken is randloos afdrukken niet mogelijk.
*3 Wanneer u handmatig dubbelzijdig wilt afdrukken, kunt u tot 30 pagina's laden waarvan één zijde al is bedrukt.
*4 Alleen afdrukken vanaf de computer is beschikbaar.
Opmerking:
De beschikbaarheid van papier verschilt per locatie.Neem contact op met Epson Support voor de recentste informatie over
beschikbaar papier in uw omgeving.
Commercieel beschikbaar papier
Medianaam Grootte Laadcapaciteit (vellen) Dubbelzij
dig
afdrukken
*1
Randloos
afdrukken
Papiercass
ette 1
Papiercass
ette 2
Papiertoe
voer
achter
Gewoon papier
*2
Letter
*3
, A4, B5
*3
–Tot aan de
lijn met het
driehoekje
op de
zijgeleider.
*
4
1Auto,
Handmatig
A5 1 Handmatig
Legal
*3
––1Handmatig
A6
*3
20 20 1 Handmatig
Gebruikergedenie
erd
*3
1
*5
1Handmatig
Enveloppe
*3
Enveloppe #10,
Enveloppe DL,
Enveloppe C6
–101––
*1 Automatisch dubbelzijdig afdrukken is niet mogelijk met de papiertoevoer achter.
*2 Gebruik de papiertoevoer achter als u voorgeperforeerd papier wilt laden.
*3 Alleen afdrukken vanaf een computer of smart device is beschikbaar.
*4 Wanneer u handmatig dubbelzijdig wilt afdrukken, kunt u tot 30 pagina's laden waarvan één zijde al is bedrukt.
*5 Gebruik de papiertoevoer achter als u papier wilt laden dat langer is dan A4.
Gerelateerde informatie
& “Namen en functies van onderdelen” op pagina 16
& “Technische ondersteuning (website)” op pagina 204
Lijst met papiertypes
Selecteer het papiertype dat bij het papier past voor optimale afdrukresultaten.
Gebruikershandleiding
Papier laden
41
Medianaam Afdrukmateriaal
Bedieningspaneel Printerstuurprogramma,
smart device
*2
Epson Bright White Ink Jet Paper
*1
Gewoon papier Gewoon papier
Epson Ultra Glossy Photo Paper
*1
Ultra Glossy Epson Ultra Glossy
Epson Premium Glossy Photo Paper
*1
Prem. Glossy Epson Premium Glossy
Epson Premium Semigloss Photo Paper
*1
Prem. Semigloss Epson Premium Semigloss
Epson Photo Paper Glossy
*1
Glossy Photo Paper Glossy
Epson Matte Paper-Heavyweight
*1
Epson Double-Sided Matte Paper
*1
Matte Epson Matte
Epson Photo Quality Ink Jet Paper
*1
Fotokwaliteit IJ Epson Photo Quality Ink Jet
Epson Iron-On Cool Peel Transfer Paper
Gewoon papier
*3
Gewoon papier
Epson Photo Stickers
*1
Fotostickers Epson Photo Stickers
Gewoon papier
*1
Gewoon papier Gewoon papier
Enveloppe
Enveloppe
*3
Enveloppe
*1 Dit afdrukmateriaal is compatibel met Exif Print en PRINT Image Matching wanneer wordt afgedrukt met het
printerstuurprogramma.Raadpleeg voor meer informatie de documentatie van een met Exif Print of PRINT Image Matching
compatibele digitale camera.
*2 Voor smart devices kunnen deze soorten afdrukmateriaal worden geselecteerd bij het afdrukken met Epson iPrint.
*3 Alleen voor het registreren van papierinformatie tijdens het laden van papier.Afdrukken vanuit het bedieningspaneel is
niet beschikbaar.
Gebruikershandleiding
Papier laden
42
Waar moet u papier laden
Laad papier in een van de volgende papierbronnen.
A
Papiertoevoer achter U kunt losse vellen laden van alle soorten papier die worden
ondersteund.
Ook kunt u dik papier (tot 0,6 mm dik) en voorgeperforeerd papier laden,
waarvoor de papiercassette niet geschikt is.Zelfs als de dikte binnen deze
specicaties ligt, worden sommige papiersoorten mogelijk niet goed
geladen als gevolg van de hardheid van het papier.
Laad papier wanneer er een melding hiertoe wordt weergegeven op het
bedieningspaneel.
B
Papiercassette 1 U kunt meerdere vellen fotopapier van een kleiner formaat laden.
Als u in papiercassette 1 en papiercassette 2 hetzelfde papier laadt en in
de printerinstellingen Cassette 1>Cassette 2 selecteert als instelling voor
de Papierbron, voert de printer automatisch papier in vanuit
papiercassette 2 wanneer papiercassette 1 leeg is.
C
Papiercassette 2 Wij raden u aan om gewoon papier van A4-formaat te gebruiken. Dit wordt
het meest gebruikt.
Papier in de Papiercassette 1 laden
1. Wanneer de uitvoerlade wordt uitgeworpen, controleer dan of er geen papier op de lade ligt. Vervolgens duwt
u de lade dicht met uw hand.
Gebruikershandleiding
Papier laden
43
2. Breng het bedieningspaneel omhoog.
3. Open het voorpaneel.
4.
Controleer of de printer niet in werking is en trek dan papiercassette 1 naar buiten.Papiercassette 1 hee het
uitlijningsteken
, zodat u deze lade gemakkelijk terugvindt.
c
Belangrijk:
Als papiercassette 1 te ver naar binnen zit, zet de printer dan uit en weer aan.
5. Zet de geleiders op de ruimste positie.
Gebruikershandleiding
Papier laden
44
6. Schuif de voorste geleider naar het papierformaat dat u wilt gebruiken.
7. Met de te bedrukken zijde omlaag plaatst u het papier tegen de voorste geleider.
c
Belangrijk:
Zorg ervoor dat het papier niet verder komt dan het driehoekje aan het eind van de cassette.
Laad niet meer dan het maximale aantal pagina's voor het specieke papiertype.Laad het papier niet tot
boven de streep met het driehoekje op de zijgeleider.
Gebruikershandleiding
Papier laden
45
Vel met fotostickers
Volg de instructies die u bij de stickers hebt gekregen om één vel fotostickers te laden.De steunvellen mag u
niet in het apparaat laden.
8. Schuif de rechterzijgeleider tegen de zijkant van het papier.
9. Schuif de papiercassette 1 naar binnen.Breng de uitlijningstekens op de printer en lade op dezelfde hoogte.
Gebruikershandleiding
Papier laden
46
10. Controleer de instellingen voor het papierformaat en papiertype op het bedieningspaneel.Als u de instellingen
wilt gebruiken, selecteert u Bevestigen met de knop
u
of
d
. Vervolgens drukt u op OK en gaat u naar stap
12.Als u de instellingen wilt wijzigen, selecteert u Wi j z i g e n met de knop
u
of
d
. Vervolgens drukt u op de
knop OK en gaat u naar de volgende stap.
Opmerking:
Wanneer de functie Waarschuwing papierinstelling in het menu Geleiderfuncties is ingeschakeld, wordt een
melding weergegeven wanneer de vastgelegde instellingen voor papierformaat en -type afwijken van de
afdrukinstellingen.
Het scherm met papierinstellingen wordt niet weergegeven als u Papierconguratie hebt uitgeschakeld in de
volgende menu's.Ga naar stap 12.In dit geval kunt u niet afdrukken met een iPhone of iPad via AirPrint.
Instellingen > Printerinstelling > Papierbroninstelling > Papierconguratie
11. Selecteer in het scherm voor het instellen van het papierformaat het papierformaat met de knop
u
of
d
en
druk vervolgens op de knop OK.Selecteer op dezelfde manier het papiertype in het scherm voor het instellen
van het papiertype en druk vervolgens op de knop OK.Controleer de instellingen en druk vervolgens op de
knop OK.
Opmerking:
U kunt het scherm met instellingen voor het papierformaat en papiertype ook weergeven door de papierbron te
selecteren in de volgende menu's.
Instellingen > Printerinstelling > Papierbroninstelling > Papierinstelling
12.
Schuif de uitvoerlade uit.
Gerelateerde informatie
& Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 39
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
& “Menuopties voor Printerinstelling” op pagina 139
Gebruikershandleiding
Papier laden
47
& “Menuopties voor Geleiderfuncties” op pagina 143
Papier in de Papiercassette 2 laden
1. Wanneer de uitvoerlade wordt uitgeworpen, controleer dan of er geen papier op de lade ligt. Vervolgens duwt
u de lade dicht met uw hand.
2. Breng het bedieningspaneel omhoog.
3. Open het voorpaneel.
4. Controleer of de printer niet in werking is en trek dan papiercassette 2 naar buiten.
5. Zet de geleiders op de ruimste positie.
Gebruikershandleiding
Papier laden
48
6. Schuif de voorste geleider naar het papierformaat dat u wilt gebruiken.
7. Met de te bedrukken zijde omlaag plaatst u het papier tegen de voorste geleider.
c
Belangrijk:
Zorg ervoor dat het papier niet verder komt dan het driehoekje aan het eind van de cassette.
Laad niet meer dan het maximale aantal pagina's voor het specieke papiertype.Let er bij gewoon papier op
dat het niet boven de streep met het driehoekje op de zijgeleider komt.
Gebruikershandleiding
Papier laden
49
Enveloppen
Vel met fotostickers
Volg de instructies die u bij de stickers hebt gekregen om één vel fotostickers te laden.De steunvellen mag u
niet in het apparaat laden.
8. Schuif de rechterzijgeleider tegen de zijkant van het papier.
Gebruikershandleiding
Papier laden
50
9. Schuif de papiercassette 2 naar binnen.
10. Controleer de instellingen voor het papierformaat en papiertype op het bedieningspaneel.Als u de instellingen
wilt gebruiken, selecteert u Bevestigen met de knop
u
of
d
. Vervolgens drukt u op OK en gaat u naar stap
12.Als u de instellingen wilt wijzigen, selecteert u Wi j z i g e n met de knop
u
of
d
. Vervolgens drukt u op de
knop OK en gaat u naar de volgende stap.
Opmerking:
Wanneer de functie Waarschuwing papierinstelling in het menu Geleiderfuncties is ingeschakeld, wordt een
melding weergegeven wanneer de vastgelegde instellingen voor papierformaat en -type afwijken van de
afdrukinstellingen.
Het scherm met papierinstellingen wordt niet weergegeven als u
Papierconguratie
hebt uitgeschakeld in het
volgende menu.Ga naar stap 12.In dit geval kunt u niet afdrukken met een iPhone of iPad via AirPrint.
Instellingen > Printerinstelling > Papierbroninstelling > Papierconguratie
11. Selecteer in het scherm voor het instellen van het papierformaat het papierformaat met de knop
u
of
d
en
druk vervolgens op de knop OK.Selecteer op dezelfde manier het papiertype in het scherm voor het instellen
van het papiertype en druk vervolgens op de knop OK.Controleer de instellingen en druk vervolgens op de
knop OK.
Opmerking:
U kunt het scherm met instellingen voor het papierformaat en papiertype ook weergeven door de papierbron te
selecteren in de volgende menu's.
Instellingen > Printerinstelling > Papierbroninstelling > Papierinstelling
Gebruikershandleiding
Papier laden
51
12. Schuif de uitvoerlade uit.
Gerelateerde informatie
& Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 39
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
& “Menuopties voor Printerinstelling” op pagina 139
& “Menuopties voor Geleiderfuncties” op pagina 143
Papier in de Papiertoevoer achter laden
c
Belangrijk:
Laad pas papier in de papiertoevoer achter wanneer de printer daarom vraagt.Anders komt het lege vel zo weer uit
de printer.
1. Voer een van de volgende handelingen uit.
Als vanaf het bedieningspaneel wordt afgedrukt: selecteer papiertoevoer achter als de instelling voor
Papierbron, geef de overige afdrukinstellingen op en druk vervolgens op de knop
x
.
Als vanaf een computer wordt afgedrukt: selecteer papiertoevoer achter als de instelling voor Papierbron,
geef de overige afdrukinstellingen op en klik vervolgens op de knop Afdrukken.
2. Schuif de uitvoerlade uit.
3. Op het bedieningspaneel wordt het bericht weergegeven dat de printer wordt voorbereid en vervolgens krijgt u
opdracht om papier te laden.Volg de onderstaande instructies om papier te laden.
Gebruikershandleiding
Papier laden
52
4. Open de papiertoevoer achter.
5. Schuif de papiersteun uit.
6.
Schuif de zijgeleiders naar buiten.
Gebruikershandleiding
Papier laden
53
7. Laad één vel papier in het midden van de papiertoevoer achter met de afdrukzijde naar boven en schuif het
papier ongeveer 5 cm in de printer.
Wanneer u papier van het formaat 10×15 cm (4×6 inch) gebruikt, moet u het uitlijnen met de
papierformaatindicator op de papiersteun. Het papier wordt ongeveer 5 cm in de printer getrokken.
Enveloppen
Voorgeperforeerd papier
Laad een enkel vel van een opgegeven formaat normaal papier met perforatie aan de linker- of
rechterzijde.Pas de afdrukpositie van uw bestand aan zodat u niet over de perforatorgaten heen afdrukt.
Gebruikershandleiding
Papier laden
54
8. Schuif de geleiders tegen de randen van het papier aan.
9. Druk op de knop
x
om het afdrukken te starten.
Gerelateerde informatie
& Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 39
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
Gebruikershandleiding
Papier laden
55
Originelen plaatsen
Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen
c
Belangrijk:
Plaatst u omvangrijke originelen zoals boeken, zorg er dan voor dat er geen extern licht op de scannerglasplaat
schijnt.
1. Open het documentdeksel.
2. Verwijder stof en vlekken van de scannerglasplaat.
3. Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag en duw het tegen de hoekmarkering.
Opmerking:
De eerste 1,5 mm vanaf de rand van de scannerglasplaat wordt niet gescand.
4.
Sluit het deksel voorzichtig.
c
Belangrijk:
Oefen niet te veel kracht uit op het scannerglasplaat of de documentkap. Deze kunnen anders beschadigd raken.
Gebruikershandleiding
Originelen plaatsen
56
5. Verwijder de originelen na het scannen.
Opmerking:
Als u de originelen langdurig op de scannerglasplaat laat liggen, kunnen ze aan het oppervlak van het glas kleven.
Verschillende originelen plaatsen
Foto's plaatsen om te kopiëren
U kunt meerdere foto's tegelijk plaatsen en deze afzonderlijk kopiëren. De foto's moeten groter zijn dan 30×40 cm.
Plaats een foto 5 mm van de hoekmarkering van de scannerglasplaat en laat 5 mm ruimte tussen de foto's. U kunt
foto's met een verschillend formaat op de glasplaat leggen.
Maximumformaat: 10×15 cm (4×6 inch)
Een cd/dvd plaatsen om daarop een label af te drukken
Plaats een cd/dvd in het midden van de scannerglasplaat. Als de cd/dvd niet precies in het midden ligt, wordt de
positionering automatisch bijgeregeld.
Meerdere foto's plaatsen om tegelijkertijd te scannen
U kunt meerdere foto's tegelijk scannen en elke
aeelding
opslaan in Fotomodus in Epson Scan 2 wanneer u
umbnail selecteert in de lijst boven in het voorbeeldvenster. Plaats de foto's 4,5 mm van de horizontale en
Gebruikershandleiding
Originelen plaatsen
57
verticale rand van de scannerglasplaat en plaats de foto's ten minste 20 mm uit elkaar. De foto's moeten groter zijn
dan 15×15 mm.
Gebruikershandleiding
Originelen plaatsen
58
Een geheugenkaart plaatsen
Ondersteunde geheugenkaarten
miniSD
*
miniSDHC
*
microSD*
microSDHC
*
microSDXC
*
SD
SDHC
SDXC
* Gebruik een geschikte adapter voor de geheugenkaartsleuf. Anders kan de kaart vast komen te zitten.
Gerelateerde informatie
&
“Ondersteunde
geheugenkaartspecicaties
” op pagina 195
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen
1. Plaats een geheugenkaart in de printer.
De printer begint de gegevens te lezen en het lampje knippert. Wanneer de printer klaar is met lezen, blij het
lampje branden.
Gebruikershandleiding
Een geheugenkaart plaatsen
59
c
Belangrijk:
Plaats een geheugenkaart rechtstreeks in de printer.
De kaart kan er niet volledig in. Probeer de kaart niet volledig in de sleuf te duwen.
2. Wanneer u klaar bent met de geheugenkaart, kunt u de geheugenkaart verwijderen nadat u hebt gecontroleerd
of het lampje niet knippert.
c
Belangrijk:
Als u de geheugenkaart verwijdert terwijl het lampje knippert, kunt u gegevens op de geheugenkaart
kwijtraken.
Gebruikershandleiding
Een geheugenkaart plaatsen
60
Opmerking:
Als u de geheugenkaart opent vanaf een computer, moet u de computer gebruiken om het verwisselbare apparaat veilig
te verwijderen.
Gerelateerde informatie
& Een geheugenkaart benaderen vanaf een computer” op pagina 203
Gebruikershandleiding
Een geheugenkaart plaatsen
61
Een cd/dvd laden om te bedrukken
Bedrukbare cd's/dvd's
U kunt afdrukken op ronde 12 cm cd's of dvd's die speciek bedoeld zijn om op af te drukken, zoals aangegeven
met "bedrukbare labelzijde" of "kan worden bedrukt met een inkjetprinter".
U kunt ook afdrukken op Blu-ray Discs™.
Voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met cd's/
dvd's
Zie de documentatie bij de cd/dvd voor meer informatie over het gebruik van het schije of het wegschrijven
van gegevens.
Druk pas af op de cd/dvd wanneer de gegevens erop zijn weggeschreven. Doet u dat niet, dan kunnen
schrijouten
optreden als gevolg van vingerafdrukken, stof of krassen op het oppervlak van het
schije.
Aankelijk van het type cd/dvd en de afdrukgegevens kunnen inktvegen ontstaan. Doe eerst een test op een
extra cd/dvd. Controleer de bedrukte zijde na één hele dag.
Vergeleken met een afdruk op origineel Epson-papier ligt de afdrukdichtheid lager om inktvlekken op de
cd/dvd te voorkomen. Pas de afdrukdichtheid zo nodig aan.
Laat bedrukte cd's/dvd's minstens 24 uur drogen (niet in de volle zon). Leg de cd's/dvd's niet op elkaar en plaats
ze niet in het apparaat zolang ze niet volledig droog zijn.
Als de afdruk nog plakkerig is nadat de droogtijd is verstreken, verlaag dan de afdrukdichtheid.
Wanneer dezelfde cd/dvd opnieuw wordt bedrukt, zal de afdrukkwaliteit niet verbeteren.
Veeg de inkt onmiddellijk weg als u per ongeluk op de cd-/dvd-lade of het doorzichtige gedeelte van de cd/dvd
afdrukt.
Aankelijk van het ingestelde afdrukgebied kan de cd/dvd of de cd-/dvd-lade vies worden. Geef de juiste
instellingen op om af te drukken binnen het afdrukgebied.
Gerelateerde informatie
& Afdrukgebied voor cd's/dvd's” op pagina 192
Een cd/dvd/ plaatsen en verwijderen
Wanneer u afdrukt op een cd/dvd of hiervan kopieert, worden instructies over het moment van plaatsen en
verwijderen va n de cd/dvd weergegeven op het bedieningspaneel. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Bedrukbare cd's/dvd's” op pagina 62
& Voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met cd's/dvd's” op pagina 62
Gebruikershandleiding
Een cd/dvd laden om te bedrukken
62
& Foto's op een cd-/dvd-label afdrukken vanaf een geheugenkaart” op pagina 65
& “Een cd-/dvd-label afdrukken met Epson Print CD” op pagina 94
& “Kopiëren op een cd-/dvd-label” op pagina 104
& “Menuopties voor Naar Cd/dvd kopiëren” op pagina 106
Gebruikershandleiding
Een cd/dvd laden om te bedrukken
63
Afdrukken
Afdrukken via het bedieningspaneel
Foto's afdrukken door ze te selecteren op een geheugenkaart
1. Laad papier in de printer.
2. Plaats een geheugenkaart in de printer.
c
Belangrijk:
Verwijder de geheugenkaart pas wanneer u klaar bent met afdrukken.
Opmerking:
Verwijder de geheugenkaart wanneer u wilt afdrukken vanaf een extern opslagapparaat, zoals een harde schijf of
USB-stick.
Als u 1000 foto's of meer op uw geheugenkaart hebt, worden de foto's automatisch opgedeeld in groepen van
maximaal 999 foto's en wordt het scherm voor het selecteren van de gewenste groep weergegeven.Selecteer de groep
die de foto's bevat die u wilt afdrukken.
3. Ga in het startscherm naar Foto's afdrukken met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer een foto met de knop
l
of
r
en stel het aantal exemplaren in met de knop – of +.Herhaal deze
procedure wanneer u meer dan één foto wilt afdrukken.
Opmerking:
De volgende menu's, die worden weergegeven wanneer u op de knop
d
drukt, helpen u bij het selecteren van foto's
wanneer uw geheugenkaart een groot aantal foto's bevat.
Zoeken: met het menu Zoeken op datum sorteert u foto's op datum en selecteert u vervolgens in één keer alle foto's
met dezelfde datum.
Displaymodus: met het menu 9-omhoog
gee
u negen foto's weer op het scherm.
5. Druk op de knop
d
om het menu weer te geven, selecteer Afdrukinstellingen met de knop
u
of
d
en druk
vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Selecteer Bijsnijden/zoomen als u de foto wilt bijsnijden.Gebruik de knop
u
,
d
,
l
of
r
om het kader te verplaatsen
naar het deel dat u wilt bijsnijden en druk vervolgens op de knop – of + om de grootte van het kader aan te
passen.Druk op de knop
om het kader te draaien.
6. Gebruik de knop
u
of
d
om instellingen zoals het papierformaat en papiertype te selecteren en pas de
instellingen aan met de knop
l
of
r
.
7. Druk op de knop
x
.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
64
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
& “Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 59
& “Menuopties voor het afdrukken via het bedieningspaneel” op pagina 73
Foto's op een cd-/dvd-label afdrukken vanaf een geheugenkaart
U kunt foto's op een geheugenkaart selecteren en afdrukken op een cd-/dvd-label.
c
Belangrijk:
Raadpleeg de voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met cd's/dvd's voordat u op een cd/dvd afdrukt.
Plaats de cd-/dvd-lade niet in de printer zolang het apparaat bezig is. Dit kan de printer beschadigen.
Plaats de cd-/dvd-lade pas in het apparaat wanneer dit in de instructies wordt aangegeven. Anders treedt er een
fout op en wordt de cd/dvd uitgeworpen.
1. Plaats een geheugenkaart in de printer.
c
Belangrijk:
Verwijder de geheugenkaart pas wanneer u klaar bent met afdrukken.
2. Druk op de knop , selecteer Op Cd/dvd afdrukken met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop
OK.
3. Selecteer de lay-out met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
U kunt Cd/dvd 1-omhoog, Cd/dvd 4-omhoog of Cd/dvd variëteit selecteren.
4.
Voer een van de volgende handelingen uit.
Wanneer u Cd/dvd 1-omhoog of Cd/dvd variëteit selecteert, controleert u het scherm en drukt u
vervolgens op de knop OK.
Wanneer u Cd/dvd 4-omhoog selecteert, selecteert u Automatische lay-out of Foto's met de hand
plaatsen met de knop
u
of
d
en drukt u vervolgens op de knop OK.
5.
Voer een van de volgende handelingen uit.
Wanneer u Cd/dvd 1-omhoog, Cd/dvd variëteit of Automatische lay-out selecteert voor Cd/dvd 4-
omhoog, selecteert u de foto's die u wilt afdrukken met de knop
l
of
r
, stelt u het aantal exemplaren in
met de knop – of + en drukt u vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
65
Wanneer u Foto's met de hand plaatsen selecteert voor Cd/dvd 4-omhoog, selecteert u na weergave van
de foto die u wilt afdrukken met de knop
l
of
r
, Deze foto plaatsen met de knop
u
of
d
en drukt u
vervolgens op de knop OK. Als u een lege plek in de afdruk wilt, selecteert u Blanco laten met de knop
u
of
d
en drukt u vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Het beschikbare aantal exemplaren wordt weergegeven boven in het scherm voor het selecteren van de gewenste
foto's en het aantal exemplaren. U kunt foto's selecteren tot 0 wordt aangegeven.
Druk op de knop
d
en selecteer vervolgens Bijsnijden/zoomen met de knop
u
of
d
als u een foto wilt bijsnijden.
Gebruik de knop
u
,
d
,
l
of
r
om het kader te verplaatsen naar het deel dat u wilt bijsnijden en druk vervolgens
op de knop – of + om de grootte van het kader aan te passen.
6. Controleer het scherm en druk vervolgens op de knop OK.
7. Stel de buitendiameter in met de knop
l
of
r
, stel de binnendiameter in met de knop
u
of
d
en druk
vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Als buitendiameter kunt u 114 tot 120 mm instellen, als binnendiameter 18 tot 46 mm, in stappen van 1 mm.
8. Selecteer Op Cd/dvd afdrukken met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Als u een testafdruk wilt maken, selecteert u Testafdruk op A 4-papier met de knop
u
of
d
en laadt u vervolgens
gewoon A4-papier in de papiercassette. Voordat u afdrukt op een cd-/dvd-label, kunt u een voorbeeld van de
aeelding
afdrukken.
9. Op het scherm wordt gemeld dat de printer wordt voorbereid. Vervolgens krijgt u opdracht om een cd/dvd te
laden. Druk op de knop
d
om de instructies te bekijken en laad een cd/dvd.
c
Belangrijk:
Druk op het midden van de cd/dvd om deze stevig vast te zetten op de cd/dvd-lade. De cd/dvd kan anders uit
de lade vallen.
10. Druk op de knop OK. Er wordt gemeld dat de printer klaar is. Druk vervolgens op de knop OK.
11. Druk op de knop
x
.
12. Na het afdrukken wordt de cd-/dvd-lade automatisch uitgeworpen. Verwijder de cd-/dvd-lade uit de printer
en verwijder vervolgens de cd/dvd uit de lade.
c
Belangrijk:
Zorg ervoor dat u de cd-/dvd-lade verwijdert nadat het afdrukken is voltooid. Als u de lade niet verwijdert en
de printer aan- of uitzet of een printkopreiniging uitvoert, komt de cd-/dvd-lade tegen de printkop en kan de
printer defect raken.
13. Berg de cd-/dvd-lade op onder de printer.
Gerelateerde informatie
& Voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met cd's/dvd's” op pagina 62
Gebruikershandleiding
Afdrukken
66
& “Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 59
& “Een cd/dvd/ plaatsen en verwijderen” op pagina 62
& “Menuopties voor het afdrukken via het bedieningspaneel” op pagina 73
Foto's met handgeschreven notities afdrukken vanaf een
geheugenkaart
U kunt een foto van een geheugenkaart afdrukken met eigen tekst of tekeningen erbij.Zo kunt u allerlei leuke
kaarten maken, bijvoorbeeld voor kerst of een verjaardag.
Eerst selecteert u een foto en drukt u een sjabloon af op gewoon papier.Vervolgens schrij of tekent u op die
sjabloon en scant u het resultaat op de printer.Ten slotte drukt u de foto af samen met uw notities of tekeningen.
1. Plaats een geheugenkaart in de printer.
c
Belangrijk:
Verwijder de geheugenkaart pas wanneer u klaar bent met afdrukken.
2. Ga in het startscherm naar Meer functies met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
3.
Selecteer Fotowenskaart afdrukken met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Kies foto- en afdruksjabloon. met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
5. Selecteer een foto met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
6. Selecteer het papiertype voor het afdrukken van een foto met eigen tekst erbij met de knop
u
of
d
en druk
vervolgens op de knop OK.
7. Selecteer de lay-out met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
8. Selecteer het kader met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
9.
Laad gewoon A4-papier in papiercassette 2 en trek vervolgens de uitvoerlade uit om een sjabloon af te
drukken.
10. Druk op de knop
x
om een sjabloon af te drukken.
11. Volg voor het schrijven en tekenen de instructies op de sjabloon.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
67
12. Sluit de uitvoerlade met de hand.Laad fotopapier in papiercassette 1 en trek vervolgens de uitvoerlade uit.
13. Selecteer Wenskaarten afdrukken van sjabloon met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
14. Controleer het scherm, plaats de sjabloon op de scannerglasplaat en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
De tekst op de sjabloon moet volledig droog zijn voordat u de sjabloon op de scannerglasplaat legt.Als er vlekken op de
scannerglasplaat zitten, worden die ook afgedrukt op de foto.
15. Stel het aantal exemplaren in met de knop – of + en druk vervolgens op de knop
x
.
Gerelateerde informatie
& “Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 59
& “Menuopties voor het afdrukken via het bedieningspaneel” op pagina 73
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
Gelinieerd papier, kalenders, origineel briefpapier en originele
wenskaarten afdrukken
U kunt gemakkelijk gelinieerd papier, kalenders, origineel briefpapier en originele wenskaarten afdrukken met
behulp van het menu Persoonlijk briefpapier.
1. Laad papier in de printer.
2.
Plaats de geheugenkaart in de printer als u briefpapier en wenskaarten wilt afdrukken met een foto van uw
geheugenkaart.
3. Ga in het startscherm naar Meer functies met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Persoonlijk briefpapier met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
68
5. Selecteer een menu-item met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Wanneer u wenskaarten wilt afdrukken, kunt u een aeelding toevoegen die in de printer is opgeslagen in plaats van
een foto op uw geheugenkaart te gebruiken.Selecteer Sjabloon voor aeelding als u een aeelding wilt gebruiken die
in de printer is opgeslagen.
6. Volg de afdrukinstructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
& “Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 59
& “Menuopties voor het afdrukken van gelinieerd papier, kalenders, origineel briefpapier en originele
wenskaarten” op pagina 69
& “Menuopties voor het afdrukken via het bedieningspaneel” op pagina 73
Menuopties voor het afdrukken van gelinieerd papier, kalenders, origineel
briefpapier en originele wenskaarten
Gelinieerd papier:
Drukt sommige soorten gelinieerd papier, graekpapier of muziekpapier af.
Briefpapier:
Drukt sommige soorten briefpapier af met een foto van de geheugenkaart als achtergrond.De foto
wordt licht afgedrukt, zodat er gemakkelijk op kan worden geschreven.
Kalender:
Drukt een week- of maandkalender af.Selecteer het jaar en de maand voor de maandkalender.
Berichtkaart:
Drukt een wenskaart af met
aeeldingen
uit de printer of
aeeldingen
op de geheugenkaart.
Positie aeelding
Selecteer waar u de aeelding op de wenskaart wilt plaatsen.
Type lijn
Selecteer het type lijn dat u op de wenskaart wilt afdrukken.
Lijnkleur
Selecteer de kleur van de lijn die u op de wenskaart wilt afdrukken.
Originele enveloppen afdrukken
Vi a h e t m en u Persoonlijk briefpapier kunt u originele enveloppen maken door een
aeelding
te gebruiken die in
de printer is opgeslagen.U kunt dezelfde
aeelding
gebruiken om wenskaarten te maken die passen bij de
enveloppen.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
69
Druk eerst een schema voor een envelop af op A4-papier. Vervolgens maakt u er een envelop van door het papier
te vouwen.
1. Ga in het startscherm naar Meer functies met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Persoonlijk briefpapier met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Origami met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Origami-envelop met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
5.
Selecteer de aeelding die u op de enveloppen wilt afdrukken met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de
knop OK.
Er wordt nu een scherm weergegeven dat de afdrukpositie van de aeelding aangee. Ook kunt u aangeven of
vouwlijnen moeten worden afgedrukt.
6. Als u de positie van de aeelding en de instelling voor vouwlijnen wilt aanpassen, drukt u op de knop
d
om
het scherm met instellingen weer te geven en de instellingen te wijzigen.
7. Wanneer u klaar bent met het opgeven van instellingen, drukt u op de knop
y
om terug te keren naar het
bevestigingsscherm en vervolgens drukt u op de knop OK.
8.
Selecteer het formaat van de enveloppen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
9. Laad gewoon A4-papier in de printer en druk op de knop OK.
10. Trek de uitvoerlade naar buiten.
11. Stel het aantal exemplaren in met de knop – of + en druk vervolgens op de knop
x
.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
Enveloppen vouwen
Nadat u het schema voor een envelop hebt afgedrukt, drukt u een instructievel af waarop te zien is hoe u de
envelop moet vouwen. U legt het instructievel boven op het schema en vouwt beide vellen tegelijk.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
70
1. Selecteer Instructie origami-envelop in het menu Origami en druk vervolgens op de knop OK.
2.
Selecteer met de knop
l
en
r
het envelopformaat van het schema en druk vervolgens op de knop OK.
3.
Laad gewoon A4-papier in de printer en druk op de knop OK.
4. Stel het aantal exemplaren in met de knop – of + en druk vervolgens op de knop
x
.
Het volgende instructievel wordt afgedrukt.
1
2
3
4
5
5
6
6
6
6
6
6
7
7
8
8
8
8
8
8
9
99
10 10
10
11
160mm
115mm
1
2
3
4
44
5
5
5
5
6
6
6
7
7
7
7
8
8
8
9
9
9
10
10
10
1111111111
181mm
91mm
5. Leg het instructievel op het schema en vouw nu beide vellen tegelijk zoals op het instructievel is aangegeven.
6. Wanneer u klaar bent, haalt u het papier weer uit elkaar en verwijdert u het instructievel. Vervolgens vouwt u
alleen het envelopschema opnieuw. De vouwen zitten er nu al in.
Afdrukken in diverse lay-outs
U kunt de foto's op de geheugenkaart afdrukken in een aantal verschillende lay-outs, zodat u twee of vier foto's op
één pagina krijgt of alleen de bovenste hel van het papier bedrukt.
Ga in het startscherm naar Meer functies met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK. Selecteer Vel
fotolay-out met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK. Volg de afdrukinstructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor het afdrukken via het bedieningspaneel” op pagina 73
Gebruikershandleiding
Afdrukken
71
Een kleurboek afdrukken
U kunt alleen de omtrek van foto's of illustraties laten afdrukken. Zo maakt u uw eigen unieke kleurboeken.
Opmerking:
Tenzij voor persoonlijk gebruik (thuis of in een andere besloten omgeving) hebt u toestemming van de houder van het
auteursrecht nodig wanneer u voor uw kleurboek originelen wilt gebruiken waarop auteursrechten rusten.
Ga in het startscherm naar Meer functies met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK. Selecteer
Kleurboek met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK. Selecteer of u een origineel wilt scannen of
dat u een foto op een geheugenkaart wilt gebruiken voor uw kleurboek. Volg verder de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
Afdrukken met DPOF
Deze printer is compatibel met DPOF (Digital Print Order Format) versie 1.10. DPOF is een standaard voor het
opslaan van extra informatie bij foto's, zoals datum, tijdstip, gebruikersnaam en afdrukgegevens. DPOF-
compatibele camera's bieden de mogelijkheid om in te stellen welke aeelding op een geheugenkaart u wilt
afdrukken en in hoeveel exemplaren. Wanneer u de geheugenkaart in de printer plaatst, worden de door de camera
geselecteerde foto's afgedrukt.
Opmerking:
Raadpleeg de documentatie van de camera voor meer informatie over het opgeven van afdrukinstellingen op de camera.
Wanneer u een geheugenkaart in de printer plaatst, wordt een bevestigingsscherm weergegeven. Selecteer Ja met
de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK om het scherm voor het starten van de afdruk weer te geven.
Druk op de knop
x
om het afdrukken te starten. Als u de afdrukinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de knop
d
.
De instellingen zijn identiek aan die van de modus Foto's afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Foto's afdrukken door ze te selecteren op een geheugenkaart” op pagina 64
& “Menuopties voor het afdrukken via het bedieningspaneel” op pagina 73
Gebruikershandleiding
Afdrukken
72
Menuopties voor het afdrukken via het bedieningspaneel
Menuopties voor het selecteren van foto's
Zoeken:
Zoeken op datum
Gee de foto's op de geheugenkaart weer op datum.Selecteer een datum om alle foto's weer te geven
die op die dag zijn opgeslagen.
Zoeken annuleren
Annuleert het sorteren van de foto's en
gee
alle foto's weer.
Foto's selecteren:
Alle foto's selecteren
Selecteert alle foto's op de geheugenkaart en stelt het aantal afdrukken in.
Fotoselectie annuleren
Zet het aantal exemplaren van alle foto's op 0 (nul).
Displaymodus:
1-omhoog
Gee één foto weer op het scherm.Ook informatie over de instellingen, zoals de zoom, wordt
weergegeven.
1-omhoog zonder info
Gee
één foto weer op het scherm.Informatie over de instellingen, zoals de zoom, wordt niet
weergegeven.
9-omhoog
Gee negen foto's weer op het scherm.
Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen
Papierformaat:
Selecteer het papierformaat dat u hebt geladen.
Papiertype:
Selecteer het papiertype dat u hebt geladen.
Papierbron:
Selecteer de papierbron die u wenst te gebruiken.
Randloos:
Drukt af zonder marge rond de randen.De
aeelding
wordt een beetje vergroot om de marges rond de
randen van het papier te verwijderen.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
73
Kwaliteit:
Selecteer de afdrukkwaliteit.Wanneer u Beste selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar
het afdrukken duurt mogelijk langer.
Uitbreiding:
Bij het randloos afdrukken wordt de aeelding een klein beetje vergroot om de randen rondom te
laten verdwijnen.Selecteer hoeveel u de
aeelding
wilt vergroten.
Datum:
Selecteer de notatie waarin de datum moet worden afgedrukt op foto's die de opname- of opslagdatum
bevatten.Bij sommige lay-outs wordt geen datum afgedrukt.
Afdrukinfo op foto's:
Uit
Drukt af zonder enige informatie erbij.
Cameratekst
Drukt tekst af die op de digitale camera is ingesteld.Raadpleeg de documentatie van de camera voor
meer informatie over de tekstinstellingen.De informatie kan alleen randloos worden afgedrukt op
het formaat 10×15 cm, 13×18 cm of 16:9 breed.
Oriëntatiepunt
Drukt de naam af van een plaats of oriëntatiepunt waar de foto is gemaakt (voor digitale camera's
die een functie voor oriëntatiepunten hebben).Raadpleeg de website van de camerafabrikant voor
meer informatie.De informatie kan alleen randloos worden afgedrukt op het formaat 10×15 cm,
13×18 cm of 16:9 breed.
Passend binnen rand:
Als de aeeldingsgegevens en het papierformaat niet dezelfde beeldverhouding hebben, wordt de
aeelding
automatisch vergroot of verkleind, zodat de korte zijde gelijkloopt met de korte zijde van het
papier.Als de lange zijde van de
aeelding
langer is dan de lange zijde van het papier, wordt de
aeelding bijgesneden.Deze functie werkt mogelijk niet bij panoramafoto's.
Bidirectioneel:
Drukt af wanneer de printkop naar links beweegt en wanneer hij naar rechts beweegt.Als verticale of
horizontale lijnen op uw afdrukken niet scherp of niet goed uitgelijnd zijn, kunt u dit probleem
mogelijk verhelpen door deze functie uit te schakelen. De afdruksnelheid kan dan wel afnemen.
Dichtheid cd:
Voor het bedrukken van een cd/dvd.Stel de dichtheid in die u wilt gebruiken voor de afdruk op een cd/
dvd.
Dichtheid:
Voor het afdrukken van kleurboeken.Selecteer de dichtheid voor de omtrek van de kleurplaat.
Lijndetectie:
Voor het afdrukken van kleurboeken.Selecteer de gevoeligheid voor het detecteren van omtrekken in
de foto.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
74
Menuopties voor het aanpassen en inzoomen op foto's
Versterken:
Selecteer een van de opties voor het aanpassen van aeeldingen.Selecteer PhotoEnhance om scherpere
afdrukken en levendigere kleuren te produceren door aanpassing van het contrast, de verzadiging en de
helderheid van de oorspronkelijke aeeldingsgegevens.Selecteer P. I . M . om de aeelding aan te passen
met de PRINT Image Matching- of Exif Print-informatie van de camera.
Scène-detectie:
Beschikbaar wanneer u PhotoEnhance selecteert als instelling bij Ver st er ken .Verbetert de kwaliteit van
foto's van mensen en landschappen en van nachtfoto's.
Rode ogen verwijderen:
Corrigeert rode ogen in foto's.Correcties worden niet toegepast op het oorspronkelijke bestand, alleen
op de afdrukken.Aankelijk van het type foto worden mogelijk andere delen van het beeld
gecorrigeerd.
Helderheid:
Past de helderheid van de aeelding aan.
Contrast:
Past het verschil tussen licht en donker aan.
Scherpte:
Maakt omtrekken in de
aeelding
scherper of minder scherp.
Verzadiging:
Past de levendigheid van de aeelding aan.
Filter:
Drukt af in sepia of zwart-wit.
Bijsnijden/zoomen:
Vergroot een deel van de foto om af te drukken.
Afdrukken vanaf een computer
Basisprincipes — Windows
Opmerking:
Zie de online-Help voor een uitleg van de items voor instellingen.Rechtsklik op een item en klik dan op Help.
De werking varieert naargelang de toepassing.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
1.
Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
75
3. Selecteer Afdrukken of Afdrukinstelling in het menu Bestand.
4. Selecteer uw printer.
5. Selecteer Vo or ke uren of Eigenschappen om het venster van het printerstuurprogramma te openen.
6. Geef de volgende instellingen op.
Papierbron: selecteer de papierbron waarin u het papier hebt geladen.
documentformaat: selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Randloos: selecteer deze optie om af te drukken zonder marges rond de aeelding.
Bij het randloos afdrukken worden de afdrukgegevens enigszins vergroot ten opzichte van het
papierformaat. Dit zorgt ervoor dat u geen witruimte krijgt rondom.Klik op Instellingen om de mate van
vergroting te selecteren.
Afdrukstand: selecteer de afdrukstand die u in de toepassing hebt ingesteld.
Papiertype: selecteer het type papier dat u hebt geladen.
Kwaliteit: selecteer de afdrukkwaliteit.
Wanneer u Hoog selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk
langer.
Kleur: selecteer Grijswaarden wanneer u wilt afdrukken in zwart-wit of grijswaarden.
Opmerking:
Selecteer de instelling Liggend als Afdrukstand voor het afdrukken op enveloppen.
7. Klik op OK om het venster van het printerstuurprogramma te sluiten.
8. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
&
“Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
Gebruikershandleiding
Afdrukken
76
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& Uitleg bij de printerdriver voor Windows” op pagina 148
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
Basisprincipes — Mac OS
Opmerking:
In de uitleg in dit gedeelte wordt TextEdit gebruikt als voorbeeld.De precieze werking en schermen hangen af van de
toepassing.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand of een andere opdracht om het afdrukdialoogvenster te openen.
Klik indien nodig op Toon detai l s of
d
om het afdrukvenster te vergroten.
4.
Geef de volgende instellingen op.
Printer: selecteer uw printer.
Voorinstellingen: gebruik deze optie wanneer u de opgeslagen instellingen wilt gebruiken.
Papierformaat: selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Selecteer een "randloos" papierformaat voor het afdrukken zonder marges.
Afdrukstand: selecteer de afdrukstand die u in de toepassing hebt ingesteld.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
77
Opmerking:
Als de bovenstaande menu's niet worden weergegeven, sluit dan het afdrukvenster, selecteer Pagina-instelling in het
menu Bestand en geef vervolgens instellingen op.
Selecteer de liggende afdrukstand voor het afdrukken op enveloppen.
5.
Selecteer Printerinstellingen in het venstermenu.
Opmerking:
Als in OS X Mountain Lion of later het menu Printerinstellingen niet wordt weergegeven, is het Epson-
printerprogramma fout geïnstalleerd.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen), verwijder de printer en voeg de printer opnieuw toe.Zie het volgende om een printer toe te voegen.
http://epson.sn
6.
Geef de volgende instellingen op.
Papierbron: selecteer de papierbron waarin u het papier hebt geladen.
Als u de functie Autom. cassette omschakelen inschakelt, wordt automatisch papier uit papiercassette 2
ingevoerd op het moment dat het papier in papiercassette 1 op is.Laad hetzelfde papier (type en formaat) in
papiercassette 1 en papiercassette 2.
Als u Autom. cassette omschakelen wilt inschakelen, selecteert u Systeemvoorkeuren in het menu >
Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en faxen) en vervolgens selecteert u de
printer.Geef instellingen op in het weergegeven scherm door te klikken op Opties en toebehoren > Opties
(of Besturingsbestand).
Afdrukmateriaal: selecteer het type papier dat u hebt geladen.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
78
Afdrukkwaliteit: selecteer de afdrukkwaliteit.
Wanneer u Fijn selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk
langer.
Uitbreiding: beschikbaar wanneer het randloos papierformaat is geselecteerd.
Bij het randloos afdrukken worden de afdrukgegevens enigszins vergroot ten opzichte van het
papierformaat. Dit zorgt ervoor dat u geen witruimte krijgt rondom.Selecteer de mate van vergroting.
Grijswaarden: selecteer om af te drukken in zwart of grijswaarden.
7. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Uitleg bij het printerstuurprogramma voor Mac OS” op pagina 151
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
Dubbelzijdig afdrukken
U kunt een van de volgende methoden gebruiken om aan beide zijden van het papier af te drukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (alleen Windows)
Wanneer de printer de eerste zijde
hee
afgedrukt, draait u het papier om om aan de andere zijde af te drukken.
U kunt ook een brochure afdrukken. (Uitsluitend voor Windows)
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Als u papier gebruikt dat eigenlijk niet geschikt is voor dubbelzijdig afdrukken, kan het papier vastlopen en de
afdrukkwaliteit minder zijn.
Aankelijk van het papier en de hoeveelheid inkt die wordt gebruikt om tekst en aeeldingen af te drukken, kan de inkt
vlekken veroorzaken op de andere zijde van het papier.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
79
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
Dubbelzijdig afdrukken - Windows
Opmerking:
Handmatig dubbelzijdig afdrukken is beschikbaar wanneer EPSON Status Monitor 3 ingeschakeld is. Is EPSON Status
Monitor 3 uitgeschakeld, ga dan naar de printerdriver, klik op Extra instellingen op het tabblad Hulpprogramma's en
selecteer EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken is mogelijk niet beschikbaar wanneer de printer via een netwerk of als gedeelde
printer wordt gebruikt.
1.
Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Selecteer Automatisch (binden langs lange zijde), Automatisch (binden langs korte zijde), Handmatig
(binden langs lange zijde), of Handmatig (binden langs korte zijde) bij Dubbelzijdig afdrukken op het
tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Instellingen,
congureer
de instellingen en klik op OK.
Opmerking:
Selecteer Boekje om een gevouwen boekje af te drukken.
6. Klik op Afdrukdichtheid, selecteer het documenttype in Documenttype selecteren, en klik vervolgens op
OK.
De printerdriver stelt automatisch de opties voor Aanpassingen in voor dat documenttype.
Opmerking:
Afdrukken kan langzaam zijn
aankelijk
van de opties die u gecombineerd hebt voor Documenttype selecteren in
het venster Afdrukdichtheid aanpassen en voor Kwalite it op het tabblad Hoofdgroep.
De instelling Afdrukdichtheid aanpassen is niet beschikbaar voor handmatig dubbelzijdig afdrukken.
7.
Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
8. Klik op Afdrukken.
Wanneer bij handmatig dubbelzijdig afdrukken de eerste zijde klaar is, verschijnt een pop-upvenster op de
computer. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Basisprincipes — Windows” op pagina 75
Dubbelzijdig afdrukken — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
80
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het afdrukdialoogvenster.
4.
Selecteer Inst. dubbelzijdig afdr. in het snelmenu.
5. Selecteer de bindingen in Dubbelz. afdrukken.
6. Selecteer het type van uw origineel in Documenttype.
Opmerking:
Het afdrukken kan traag verlopen naargelang de instellingen van Documenttype.
Als u iets met een hoge gegevensdichtheid afdrukt, zoals foto's of
graeken,
selecteert u Tek st m et foto of Foto als de
instelling voor Documenttype.Als de aeelding vlekken vertoont of doorloopt naar de achterkant, past u de
afdrukdichtheid en de droogtijd voor de inkt aan door op de pijl te klikken naast Aanpassingen.
7.
Geef naar wens nog meer instellingen op.
8. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 77
Meerdere pagina's op één vel afdrukken
U kunt twee of vier pagina's met gegevens op één vel papier afdrukken.
Meerdere pagina's op één vel afdrukken - Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1. Laad papier in de printer.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
81
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4.
Selecteer 2 per vel of 4 per vel als de instelling voor Meerdere pagina's op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Pag.volgorde,
congeer
de toepasselijke instellingen en klik vervolgens op OK om het venster te
sluiten.
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7. Klik op Afdrukken.
Gerelateerde informatie
&
“Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
&
“Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Basisprincipes — Windows” op pagina 75
Meerdere pagina's op één vel afdrukken — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3.
Open het afdrukdialoogvenster.
4. Selecteer Lay-out in het snelmenu.
5. Stel het aantal pagina's in Pagina's per vel, de Richting van indeling (paginavolgorde) en Randen.
6. Geef naar wens nog meer instellingen op.
7. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 77
Gebruikershandleiding
Afdrukken
82
Afdruk aanpassen aan papierformaat
U kunt de afdruk aanpassen aan het papierformaat dat u in de printer hebt geladen.
Afdruk aanpassen aan papierformaat - Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1. Laad papier in de printer.
2.
Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Congureer de volgende instellingen op het tabblad Meer opties.
documentformaat: Selecteer het papierformaat dat u in de toepassing hebt ingesteld.
Uitvoerpapier: Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Volledige pagina wordt automatisch geselecteerd.
Opmerking:
Als u een verkleinde aeelding wenst af te drukken in het midden van de pagina, selecteer dan Centreren.
5. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
6.
Klik op Afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Basisprincipes — Windows” op pagina 75
Afdruk aanpassen aan papierformaat — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
83
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het afdrukdialoogvenster.
4.
Selecteer het papierformaat van het papier dat u in de toepassing als Papierformaat hebt ingesteld.
5. Selecteer Papierverwerking in het snelmenu.
6. Selecteer Aanpassen aan papierformaat.
7. Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst als de instelling voor Doelpapierformaat.
8. Geef naar wens nog meer instellingen op.
9. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 77
Meerdere bestanden samen afdrukken (alleen voor Windows)
Met Taken indelen Lite kunt u meerdere bestanden die door verschillende toepassingen zijn gemaakt combineren
en als één afdruktaak afdrukken. U kunt de afdrukinstellingen, zoals lay-out, afdrukvolgorde en oriëntatie, voor
gecombineerde bestanden congureren.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Selecteer Taken indelen Lite op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op OK om het venster van de printerdriver te sluiten.
6. Klik op Druk af.
Het venster Taken indelen Lite wordt weergegeven en de afdruktaak wordt aan het Afdrukproject
toegevoegd.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
84
7. Open het bestand dat u met het huidige bestand wilt combineren terwijl het venster Taken indelen Lite
openstaat. Herhaal vervolgens stap 3 t/m 6.
Opmerking:
Als u het venster Take n ind elen Lite sluit, wordt het niet opgeslagen Afdrukproject verwijderd. Selecteer Opslaan
in het menu Bestand om op een later tijdstip af te drukken.
Als u een Afdrukproject dat is opgeslagen in Ta ke n in d e l e n Lite wilt openen, klikt u op Take n ind elen Lite op het
tabblad Hulpprogramma's van de printerdriver. Selecteer vervolgens Openen in het menu Bestand om het bestand
te selecteren. De bestandsextensie van de opgeslagen bestand is "ecl".
8. Selecteer de menu's Lay-out en Bewerken in Taken indelen Lite om de Afdrukproject indien nodig aan te
passen. Raadpleeg de Help-functie van de Taken indelen Lite voor details.
9. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Basisprincipes — Windows” op pagina 75
Eén afbeelding afdrukken op meerdere vellen om een poster te
maken (alleen voor Windows)
Met deze functie kunt u één
aeelding
afdrukken op meerdere vellen papier. U kunt een grotere poster maken
door ze samen te plakken.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3.
Open het venster van de printerdriver.
4. Selecteer 2x1 Poster, 2x2 Poster, 3x3 Poster of 4x4 Poster bij Meerdere pagina's in het tabblad Hoofdgroep.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
85
5. Klik op Instellingen, congureer de instellingen en klik op OK.
Opmerking:
Snijlijnen afdrukken met deze optie kunt u een snijlijn afdrukken.
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Basisprincipes — Windows” op pagina 75
Posters maken met behulp van Overlappende uitlijningstekens
In dit voorbeeld ziet u hoe u een poster maakt wanneer 2x2 Poster geselecteerd is en Overlappende
uitlijningstekens geselecteerd is bij Snijlijnen afdrukken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
86
1. Prepareer Sheet 1 en Sheet 2. Knip de marges van Sheet 1 langs de verticale blauwe lijn door het midden van
de kruisjes boven en onder.
2. Plaats de rand van Sheet 1 op Sheet 2 en lijn de kruisjes uit. Plak de twee vellen aan de achterkant voorlopig
aan elkaar vast.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
87
3. Knip de vastgeplakte vellen in twee langs de verticale rode lijn door de uitlijningstekens (ditmaal door de lijn
links van de kruisjes).
4. Plak de vellen aan de achterkant aan elkaar.
5. Herhaal stap 1 t/m 4 om Sheet 3 en Sheet 4 aan elkaar te plakken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
88
6. Knip de marges van Sheet 1 en Sheet 2 angs de horizontale blauwe lijn door het midden van de kruisjes aan de
linker- en rechterkant.
7. Plaats de rand van Sheet 1 en Sheet 2 op Sheet 3 en Sheet 4 en lijn de kruisjes uit. Plak de vellen dan voorlopig
aan de achterkant aan elkaar.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
89
8. Knip de vastgeplakte vellen in twee langs de horizontale rode lijn door de uitlijningstekens (ditmaal door de
lijn boven de kruisjes).
9. Plak de vellen aan de achterkant aan elkaar.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
90
10. Knip de resterende marges af langs de buitenste lijn.
Geavanceerde functies gebruiken voor afdrukken
In deze sectie worden verschillende aanvullende afdruk- en lay-outfuncties beschreven die in de printerdriver
beschikbaar zijn.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 147
& “Mac OS-printerstuurprogramma” op pagina 150
Eenvoudig afdrukken met voorkeursinstellingen
Als u uw eigen preset maakt van vaak gebruikte instellingen, kunt u snel afdrukken door deze preset in de lijst te
selecteren.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
91
Windows
Stel items in zoals documentformaat en Papiertype op het tabblad Hoofdgroep of Meer opties, en klik dan op
Voorinstellingen toevoegen/verwijderen in Voorkeursinstellingen.
Opmerking:
Als u een toegevoegde voorinstelling wilt verwijderen, klikt u op Voorinstellingen toevoegen/verwijderen, waarna u de
naam selecteert van de desbetreende voorinstelling en deze verwijdert.
Mac OS
Open het afdrukdialoogvenster.Om uw eigen preset toe te voegen, stel Papierformaat en Afdrukmateriaal in en
sla dan de actuele instellingen op als preset in de Voorinstellingen instelling.
Opmerking:
Als u een toegevoegde voorinstelling wilt verwijderen, klikt u op Voorinstellingen > Voorinstellingen weergeven, selecteert
u de naam van de voorinstelling die u wilt verwijderen en verwijdert u deze.
Een verkleind of vergroot document afdrukken
U kunt het formaat van een document met een speciek percentage verkleinen of vergroten.
Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Stel documentformaat in op het tabblad Meer opties.Selecteer Verklein/vergroot document, Zoomen naar en
voer vervolgens een percentage in.
Mac OS
Opmerking:
De werking varieert naargelang de toepassing.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Selecteer Pagina-instelling (of Afdrukken) vanaf het menu Bestand.Selecteer de printer in Opmaak voor, stel het
papierformaat in en voer dan een percentage in bij Schaal.Sluit het venster en druk de volgende
basisafdrukinstructies af.
De afdrukkleur aanpassen
U kunt de kleuren aanpassen die voor een afdruktaak worden gebruikt.
PhotoEnhance gee scherpere afdrukken en levendigere kleuren door aanpassing van het contrast, de verzadiging
en de helderheid van de oorspronkelijke aeeldingsgegevens.
Opmerking:
Deze aanpassingen worden niet doorgevoerd in de oorspronkelijke gegevens.
PhotoEnhance past de kleur aan door de locatie van het onderwerp te analyseren.Als u de locatie van het onderwerp
hebt gewijzigd door verkleinen, vergroten, bijsnijden of roteren, kan de kleur onverwacht veranderen.Wanneer u de
instelling voor randloos selecteert, wordt de locatie van het onderwerp ook gewijzigd, wat in kleurwijzigingen
resulteert.Als de aeelding niet scherpgesteld is, is de kleurtoon mogelijk onnatuurlijk.Als de kleur is gewijzigd of
onnatuurlijk is geworden, druk dan niet in PhotoEnhance maar in een andere modus af.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
92
Windows
Selecteer de methode voor kleurcorrectie bij Kleurcorrectie op het tabblad Meer opties.
Als u Automatisch selecteert, worden de kleuren automatisch aangepast aan de instellingen voor het papiertype en
de afdrukkwaliteit.Als u Aangepast selecteert en op Geavanceerd klikt, kunt u uw eigen instellingen
congureren.
Mac OS
Open het afdrukdialoogvenster.Selecteer Kleuren aanpassen in het snelmenu en selecteer vervolgens EPSON
Kleurencontrole.Selecteer Kleurenopties in het snelmenu en selecteer dan één van de beschikbare opties.Klik op
de pijl naast Extra instellingen en kies de juiste instellingen.
Een watermerk afdrukken (alleen voor Windows)
U kunt een watermerk, zoals bijvoorbeeld 'Vertrouwelijk', op uw documenten afdrukken. U kunt ook uw eigen
watermerk toevoegen.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Klik op Water mer kf un cti es in het tabblad Meer opties en selecteer daar een watermerk. Klik op Instellingen om
details te wijzigen zoals de dichtheid en positie van het watermerk.
Een kop- en voettekst afdrukken (uitsluitend voor Windows)
U kunt in een kop- of voettekst de gebruikersnaam en afdrukdatum afdrukken.
Klik op Water mer kf un cti es in het tabblad Meer opties en selecteer daar Koptekst/voettekst. Klik op Instellingen
en selecteer de gewenste items in de vervolgkeuzelijst.
Foto's afdrukken met Epson Easy Photo Print
Epson Easy Photo Print maakt het mogelijk om heel eenvoudig een lay-out te maken voor het afdrukken van uw
foto's op verschillende soorten papier. Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Opmerking:
Wanneer u afdrukt op origineel Epson-fotopapier, wordt de inktkwaliteit gemaximaliseerd en krijgt u levendige en
scherpe afdrukken.
Als u randloos wilt afdrukken met een in de handel verkrijgbaar sowarepakket, congureert u de volgende instellingen.
Zorg dat uw gegevens passen op het papierformaat. Als u in de toepassing die u gebruikt een marge kunt
instellen, stel de marge dan in op 0 mm.
Schakel in de printerdriver de instelling voor randloos afdrukken in.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
93
Gerelateerde informatie
& Epson Easy Photo Print” op pagina 154
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Een cd-/dvd-label afdrukken met Epson Print CD
Met Epson Print CD kunt u gemakkelijk allerlei originele labels maken voor een cd/dvd.Verder is het mogelijk om
een cd-/dvd-hoesje te maken en af te drukken.
U kunt het afdrukgebied voor de cd/dvd instellen op minimaal 18 mm voor de binnendiameter en maximaal 120
mm voor de buitendiameter.Aankelijk van de instellingen kan de cd/dvd of de lade vies worden.Blijf binnen het
afdrukgebied van de cd/dvd die u wilt bedrukken.
Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Opmerking:
Als u een cd-/dvd-label wilt afdrukken met een in de handel verkrijgbaar sowarepakket, congureert u de volgende
instellingen.
Voor Windows wordt automatisch A4 geselecteerd bij documentformaat wanneer u Cd-/dvd-lade selecteert bij
Papierbron.Selecteer Staand als instelling voor Afdrukstand en CD/DVD als instelling voor Papiertype.
Voor Mac OS selecteert u A4 (CD/DVD) bij Papierformaat.Selecteer staand als afdrukrichting en selecteer vervolgens
CD/DVD als Afdrukmateriaal in het menu Printerinstellingen.
Bij sommige toepassingen kan het zijn dat u het type lade moet opgeven.Selecteer Epson-lade type 2.De precieze naam
van de instelling kan anders zijn, aankelijk van de toepassing.
Gerelateerde informatie
& “Epson Print CD” op pagina 154
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Afdrukken met Smart Devices
Epson iPrint gebruiken
Epson iPrint is een toepassing waarmee u foto's, documenten en webpagina's kunt afdrukken vanaf uw smart-
apparaten, zoals smartphones of tablets. U kunt lokaal afdrukken (afdrukken vanaf een smart-apparaat dat
verbinding
hee
met hetzelfde draadloze netwerk als uw printer) of afdrukken op afstand (via internet afdrukken
vanaf een externe locatie). Registreer uw printer bij de service Epson Connect om op afstand af te drukken.
Gerelateerde informatie
&
“De service van Epson Connect” op pagina 145
Gebruikershandleiding
Afdrukken
94
Epson iPrint installeren
U kunt Epson iPrint op uw smart-apparaat installeren door op de volgende link te klikken of de QR-code te
scannen.
http://ipr.to/a
Afdrukken met Epson iPrint
Voer Epson iPrint uit vanaf uw smart-apparaat en selecteer op het startscherm het item dat u wilt gebruiken.
De volgende aeeldingen zijn aan veranderingen onderhevig zonder voorafgaande kennisgeving.
A
Het startscherm wordt weergegeven wanneer de toepassing start.
B
Biedt informatie over het instellen van de printer en een lijst met veelgestelde vragen.
C
Geeft het scherm weer waar u de printer selecteert en de printerinstellingen congureert. Wanneer u de
printer heeft geselecteerd, hoeft u deze de volgende keer niet meer opnieuw te selecteren.
D
Selecteer wat u wilt afdrukken zoals foto's, documenten en webpagina's.
E
Geeft het scherm weer om printerinstellingen te congureren zoals het papierformaat en -type.
F
Geeft het papierformaat weer. Wanneer dit wordt weergegeven als knop, kunt u daarop drukken om de
papierinstellingen weer te geven die op de printer zijn ingesteld.
G
Geeft de geselecteerde foto's en documenten weer.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
95
H
Start het afdrukken.
Opmerking:
Als u vanuit het documentmenu wilt afdrukken met iPhone, iPad, en iPod touch op iOS, start u Epson iPrint na het
overbrengen van het document dat u wilt afdrukken wanneer u wilt afdrukken met de functie voor het delen van bestanden
in iTunes.
AirPrint gebruiken
AirPrint maakt het mogelijk om meteen draadloos af te drukken vanaf een iPhone, iPad of iPod touch met daarop
de meest recente versie van iOS, of een Mac met daarop de meest recente versie van OS X.
Opmerking:
Als u de meldingen voor de papierconguratie op het bedieningspaneel van uw apparaat hebt uitgeschakeld, kunt u AirPrint
niet gebruiken. Volg de onderstaande koppeling om de meldingen zo nodig in te schakelen.
1. Laad papier in uw apparaat.
2. Stel uw apparaat correct in om draadloos afdrukken mogelijk te maken. Raadpleeg de onderstaande koppeling.
http://epson.sn
3. Verbind uw Apple-toestel met hetzelfde draadloze netwerk dat uw apparaat gebruikt.
4.
Druk vanaf uw toestel af op uw apparaat.
Opmerking:
Raadpleeg voor meer informatie de pagina over AirPrint op de Apple-website.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
Gebruikershandleiding
Afdrukken
96
Foto's afdrukken vanaf een digitale camera
Opmerking:
U kunt foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera die compatibel is met PictBridge. Raadpleeg de
documentatie van de camera voor meer informatie over het opgeven van instellingen op de camera.
Meestal krijgen de instellingen van de digitale camera voorrang. In de volgende gevallen worden echter de instellingen
van de printer gebruikt.
Wanneer in de afdrukinstellingen van de camera is opgegeven dat de printerinstellingen moeten worden
gebruikt.
Wanneer de optie Sepia of Zwart-wit is geselecteerd in de afdrukinstellingen van de printer.
Wanneer de combinatie van afdrukinstellingen van de camera en van de printer instellingen oplevert die op
de printer niet beschikbaar zijn.
U kunt foto's met DPOF-instellingen rechtstreeks vanaf een digitale camera afdrukken.
Afdrukken vanaf een via USB aangesloten digitale camera
U kunt foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera die met een USB-kabel is aangesloten.
1. Verwijder een geheugenkaart uit de printer.
2. Laad papier in de printer.
3. Ga in het startscherm naar Instellingen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK. Selecteer
Extern apparaat instellen met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Afdrukinstellingen of Foto-aanpassingen, druk op de knop OK en wijzig zo nodig de instellingen.
Selecteer de instellingen met de knop
u
of
d
en pas de instellingen aan met de knop
l
of
r
.
5. Zet de digitale camera aan en sluit deze vervolgens met een USB-kabel aan op de printer.
Opmerking:
Gebruik een USB-kabel die niet langer is dan 2 meter.
6. Selecteer de foto's die u wilt afdrukken vanaf de digitale camera, geef instellingen op, zoals het aantal
exemplaren, en begin met afdrukken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
97
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Menuopties voor het aanpassen en inzoomen op foto's” op pagina 75
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
Afdrukken vanaf een draadloos verbonden digitale camera
U kunt draadloos foto's afdrukken vanaf een digitale camera met ondersteuning voor DPS over IP (hierna
PictBridge (draadloos LAN) genoemd).
1. Controleer of het pictogram dat aangee dat de printer verbinding hee met een draadloos netwerk, wordt
weergegeven op het startscherm.
Opmerking:
U kunt de betekenis van de pictogrammen opvragen op het bedieningspaneel. Selecteer Hulp in het startscherm met de
knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK. Selecteer Lijst met pictogrammen met de knop
u
of
d
en druk
vervolgens op de knop OK.
2. Laad papier in de printer.
3. Selecteer Instellingen in het startscherm met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK. Selecteer
Extern apparaat instellen met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Afdrukinstellingen of Foto-aanpassingen, druk op de knop OK en wijzig zo nodig de instellingen.
Selecteer de instellingen met de knop
u
of
d
en pas de instellingen aan met de knop
l
of
r
.
5. De digitale camera moet met hetzelfde netwerk verbonden zijn als de printer.
6.
Geef de lijst met beschikbare printers weer op de digitale camera en selecteer vervolgens de printer waarmee u
verbinding wilt maken.
Opmerking:
Als u de naam van de printer wilt weten, selecteert u Instellingen > Netwerkinstellingen > Netwerkstatus in het
startscherm.
Als uw digitale camera een functie hee om printers te registreren, kunt u in het vervolg verbinding met de printer
maken door de printer te selecteren.
7. Selecteer de foto's die u wilt afdrukken vanaf de digitale camera, geef instellingen op, zoals het aantal
exemplaren, en begin met afdrukken.
8. Verbreek op de digitale camera de PictBridge-verbinding (verbinding met draadloos LAN) met de printer.
c
Belangrijk:
Wanneer u PictBridge (draadloos LAN) gebruikt, kunt u geen andere printerfuncties gebruiken of afdrukken
vanaf andere apparaten. Verbreek meteen de verbinding zodra u klaar bent met afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
Gebruikershandleiding
Afdrukken
98
& “Menuopties voor het aanpassen en inzoomen op foto's” op pagina 75
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
Afdrukken annuleren
Opmerking:
In Windows kunt u een afdruktaak niet via de computer annuleren als deze volledig naar de printer verzonden is.In dit
geval moet u de afdruktaak via het bedieningspaneel op de printer zelf annuleren.
Wanneer u verschillende pagina's afdrukt via Mac OS, kunt u niet alle taken annuleren via het bedieningspaneel.In dit
geval moet u de afdruktaak op de computer zelf annuleren.
Als u een afdruktaak vanuit Mac OS X v10.6.8 via het netwerk hebt verzonden, kunt u het afdrukken mogelijk niet via
de computer annuleren.In dit geval moet u de afdruktaak via het bedieningspaneel op de printer zelf annuleren.
Afdrukken annuleren — Printertoets
Druk op
y
om de actieve afdruktaak te annuleren.
Afdrukken annuleren - Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2. Selecteer de tab Hulpprogramma's.
3. Klik op Wach tr ij .
4. Klik met de rechtermuisknop op de taak die u wilt annuleren en selecteer Annuleren.
Gerelateerde informatie
&
“Windows-printerdriver” op pagina 147
Afdrukken annuleren — Mac OS
1.
Klik op het printerpictogram in het Dock.
2. Selecteer de taak die u wilt annuleren.
3. Annuleer de taak.
OS X Mountain Lion of hoger
Klik op
naast de voortgangsbalk.
Mac OS X v10.6.8 t/m v10.7.x
Klik op Ver w ijd ere n.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
99
Kopiëren
Normaal kopiëren
1. Laad papier in de printer.
Wanneer u papier laadt in de papiertoevoer achter, wacht u met laden tot de printer
aangee
dat u dat kunt
doen.
2. Plaats de originelen.
3. Ga in het startscherm naar Kopiëren met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Stel het aantal exemplaren in met de knop – of +.
5. Selecteer of u wilt kopiëren in kleur of zwart-wit met de knop
l
of
r
.
6. Selecteer papier- & kopie-inst. met de knop
d
en druk vervolgens op de knop OK.Controleer de instellingen,
zoals het papierformaat en papiertype, en pas de instellingen zo nodig aan.Selecteer de instellingen met de
knop
u
of
d
en pas de instellingen aan met de knop
l
of
r
.
Opmerking:
Als u het document bij het kopiëren met een bepaald percentage groter of kleiner wilt maken, selecteert u Aangep.
form. bij Verkleinen/Vergroten en gee u vervolgens het gewenste percentage op met de knop – of +.U kunt het
percentage wijzigen in stappen van 5% door de knop – of + ingedrukt te houden.
7. Druk op de knop
x
.Wanneer u afdrukt via de papiertoevoer achter, drukt u op de knop
x
en vervolgens
laadt u het papier wanneer u daartoe opdracht krijgt.
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gekopieerde aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
& “Menuopties voor de modus Kopiëren” op pagina 100
Menuopties voor de modus Kopiëren
Opmerking:
Beschikbare menu's kunnen variëren naargelang de geselecteerde lay-out.
Het aantal kopieën:
Voer het aantal kopieën in.
Gebruikershandleiding
Kopiëren
100
Kleur:
Kopieert het origineel in kleur.
Zwart-wit:
Kopieert het origineel in zwart-wit.
Dichtheid:
Verhoog de dichtheid door te drukken op de knop
r
wanneer het kopieerresultaat te licht is.Verlaag de
dichtheid door te drukken op de knop
l
wanneer de inkt vlekt.
Achtergrond verwijderen:
Detecteert de papierkleur (achtergrondkleur) van het origineel en vervolgens wordt de kleur verwijderd
of lichter gemaakt.In welke mate het verwijderen of lichter maken lukt, hangt af van de donkerte of
felheid van de kleur.
Dubbelzijdig afdrukken:
1>enkelzijdig
Kopieert één zijde van een origineel op één zijde van het papier.
1>dubbelzijdig
Kopieert twee enkelzijdige originelen op beide zijden van één vel papier.
Indeling:
Met rand
Kopieert met een marge rond de randen.
Randloos
Kopieert zonder marge rond de randen.De
aeelding
wordt een beetje vergroot om de marges rond
de randen van het papier te verwijderen.
A4, 2-omhoog kopie
Kopieert twee enkelzijdige A4-originelen op één vel A4-papier in de indeling 2-op-1.
A4, boek/2-omhoog
Kopieert twee tegenover elkaar liggende A4-pagina's van bijvoorbeeld een boek op één vel A4-papier
in de indeling 2-op-1.
Boek/Dubbelzijdig
Kopieert twee aparte pagina's van bijvoorbeeld een boek op beide zijden van één vel papier.Deze
instelling is alleen beschikbaar wanneer 1>dubbelzijdig is geselecteerd als instelling voor het
dubbelzijdig kopiëren.
Verkleinen/Vergroten:
Vergroot of verkleint de originelen.
Aangep. form.
Bepaalt de vergroting of verkleining die moet worden toegepast op het origineel. De waarde kan
liggen tussen 25 en 400%.
Ware g rootte
Kopieert met een vergroting van 100%.
Gebruikershandleiding
Kopiëren
101
Pag. aut. pas.
Detecteert het scangebied en maakt het origineel automatisch groter of kleiner zodat het past op het
papierformaat dat u hebt geselecteerd.Wanneer het origineel een witte rand hee rondom, wordt die
witruimte vanaf de hoekmarkering van de glasplaat gedetecteerd als scangebied en kan de witruimte
aan de andere kant wegvallen.
10x15cm->A4, A4->10x15cm enzovoort
Maakt het origineel automatisch groter of kleiner, zodat het past op een speciek papierformaat.
Papierformaat:
Selecteer het papierformaat dat u hebt geladen.
Papiertype:
Selecteer het papiertype dat u hebt geladen.
Papierbron:
Selecteer de papierbron die u wenst te gebruiken.
Documenttype:
Selecteer het type van het origineel.
Kwaliteit:
Selecteer de afdrukkwaliteit.Met Concept drukt u sneller af, maar kan het resultaat minder duidelijk
zijn.Met Beste krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk langer.
De conceptmodus is niet beschikbaar voor gebruikers in West-Europa.
Documentstand:
Selecteer de afdrukstand van het origineel.
Inbindmarge:
Selecteer de inbindpositie van de kopieën.
Uitbreiding:
Bij het randloos kopiëren wordt de aeelding een klein beetje vergroot om de randen rondom te laten
verdwijnen.Selecteer hoeveel u de aeelding wilt vergroten.
Droogtijd:
Selecteer de droogtijd voor het dubbelzijdig kopiëren.Verhoog de droogtijd wanneer de inkt vlekt.
Gebruikershandleiding
Kopiëren
102
Foto's kopiëren
U kunt meerdere foto's tegelijk kopiëren.Ook is het mogelijk om verkleurde foto's op te frissen.
Opmerking:
Het kleinste origineel dat u kunt kopiëren is 30×40 mm.
Witruimte rond de foto wordt mogelijk niet gedetecteerd.
1. Laad papier in de printer.
Wanneer u papier laadt in de papiertoevoer achter, wacht u met laden tot de printer aangee dat u dat kunt
doen.
2. Ga in het startscherm naar Meer functies met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Foto's kopiëren/herstellen met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer met de knop
u
of
d
of de kleur van de foto's moet worden opgefrist en druk vervolgens op de knop
OK.
5.
Druk op de knop
d
om de instructies voor het plaatsen van originelen weer te geven en leg vervolgens de
foto's op de scannerglasplaat.
6.
Druk op de knop
x
.
De foto's worden gescand en weergegeven op het scherm.
7.
Selecteer papier- & kopie-inst. met de knop
d
en druk vervolgens op de knop OK.Controleer de instellingen,
zoals het papierformaat en papiertype, en pas de instellingen zo nodig aan.Selecteer de instellingen met de
knop
u
of
d
en pas de instellingen aan met de knop
l
of
r
.
Opmerking:
Als u bij het afdrukken een deel van de foto wilt vergroten, selecteert u Bijsnijden/zoomen en drukt u vervolgens op
OK.Verplaats het kader van het afdrukgebied met de knop
u
,
d
,
l
of
r
en pas de grootte van het kader vervolgens
aan met de knop – of +.
8. Druk op de knop
x
.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Foto's plaatsen om te kopiëren” op pagina 57
& “Menuopties voor Foto's kopiëren/herstellen” op pagina 103
Menuopties voor Foto's kopiëren/herstellen
Kleurherstel:
Frist verkleurde foto's op.
Gebruikershandleiding
Kopiëren
103
Displaymodus:
1-omhoog
Gee
één foto weer op het scherm.Ook informatie over de instellingen, zoals de zoom, wordt
weergegeven.
1-omhoog zonder info
Gee één foto weer op het scherm.Informatie over de instellingen, zoals de zoom, wordt niet
weergegeven.
papier- & kopie-inst.:
Papierformaat
Selecteer het papierformaat dat u hebt geladen.
Papiertype
Selecteer het papiertype dat u hebt geladen.
Papierbron
Selecteer de papierbron die u wenst te gebruiken.
Randloos
Selecteer Randloos als u wilt kopiëren zonder marge rondom.De
aeelding
wordt een beetje
vergroot om de marges rond de randen van het papier te verwijderen.Selecteer Met rand als u wilt
kopiëren met marge rondom.
Uitbreiding
Bij het randloos kopiëren wordt de
aeelding
een klein beetje vergroot om de randen rondom te
laten verdwijnen.Selecteer hoeveel u de aeelding wilt vergroten.
Foto-aanpassingen:
Wanneer u PhotoEnhance selecteert, krijgt u scherpere afdrukken en levendigere kleuren door
aanpassing van het contrast, de verzadiging en de helderheid van de oorspronkelijke
aeeldingsgegevens.
Filter:
Kopieert in zwart-wit.
Bijsnijden/zoomen:
Vergroot een deel van de foto om te kopiëren.
Kopiëren op een cd-/dvd-label
U kunt een schijabel of een vierkant origineel, een foto bijvoorbeeld, kopiëren op een cd-/dvd-label.
c
Belangrijk:
Raadpleeg de voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met cd's/dvd's voordat u op een cd/dvd afdrukt.
Plaats de cd-/dvd-lade niet in de printer zolang het apparaat bezig is. Dit kan de printer beschadigen.
Plaats de cd-/dvd-lade pas in het apparaat wanneer dit in de instructies wordt aangegeven. Anders treedt er een
fout op en wordt de cd/dvd uitgeworpen.
Gebruikershandleiding
Kopiëren
104
1. Druk op de knop , selecteer Naar Cd/dvd kopiëren met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop
OK.
2. Plaats het origineel aan de hand van de instructies op het scherm en druk vervolgens op de knop OK.
3. Volg de instructies op het scherm, stel het afdrukgebied in door de buitendiameter op te geven met de knop
l
of
r
en de binnendiameter met de knop
u
of
d
, en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Als buitendiameter kunt u 114 tot 120 mm instellen, als binnendiameter 18 tot 46 mm, in stappen van 1 mm.
4.
Selecteer Op Cd/dvd afdrukken met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Als u een testafdruk wilt maken, selecteert u Testafdr uk op A4-papier met de knop
u
of
d
en vervolgens laadt u
gewoon A4-papier in de printer. Voordat u afdrukt op een cd-/dvd-label, kunt u een voorbeeld van de aeelding
afdrukken.
5. Op het scherm wordt gemeld dat de printer wordt voorbereid. Vervolgens krijgt u opdracht om een cd/dvd te
laden. Druk op de knop
d
om de instructies te bekijken en laad een cd/dvd.
c
Belangrijk:
Druk op het midden van de cd/dvd om deze stevig vast te zetten op de cd/dvd-lade. De cd/dvd kan anders uit
de lade vallen.
6. Druk op de knop OK, bekijk de afdrukvoorbereidingen in het laatste scherm en druk vervolgens op de knop,
en druk vervolgens op de knop OK.
7. Selecteer of u wilt kopiëren in kleur of zwart-wit met de knop
l
of
r
.
8. Als u instellingen wilt wijzigen, zoals de kopieerdichtheid, selecteert u papier- & kopie-inst. met de knop
d
.
Selecteer de instellingen met de knop
u
of
d
en pas de instellingen aan met de knop
l
of
r
.
9. Druk op de knop
x
.
10. Na het afdrukken wordt de cd-/dvd-lade automatisch uitgeworpen. Verwijder de cd-/dvd-lade uit de printer
en verwijder vervolgens de cd/dvd uit de lade.
c
Belangrijk:
Vergeet na het afdrukken niet vergeten de cd-/dvd-lade te verwijderen en op te bergen onder in de printer. Als
u de lade niet verwijdert en de printer aan- of uitzet of een printkopreiniging uitvoert, komt de cd-/dvd-lade
tegen de printkop en kan de printer defect raken.
11. Berg de cd-/dvd-lade op onder de printer.
Gerelateerde informatie
& Voorzorgsmaatregelen voor het omgaan met cd's/dvd's” op pagina 62
& “Een cd/dvd plaatsen om daarop een label af te drukken” op pagina 57
& “Menuopties voor Naar Cd/dvd kopiëren” op pagina 106
Gebruikershandleiding
Kopiëren
105
Menuopties voor Naar Cd/dvd kopiëren
Buitenkant, Binnenkant:
Geef het afdrukgebied op.U kunt voor de buitendiameter maximaal 120 mm opgeven en voor de
binnendiameter minimaal 18 mm.Aankelijk van de instellingen kan de cd/dvd of de cd-/dvd-lade
vies worden.Gebruik waarden die passen bij het afdrukgebied van uw cd/dvd.
Op Cd/dvd afdrukken, Testafdruk op A4-papier:
Selecteer of u wilt afdrukken op een cd/dvd of als u een testafdruk wilt maken op gewoon A4-
papier.Wanneer u Testafdruk op A4-papier selecteert, kunt u het afdrukresultaat controleren voordat
u afdrukt op een cd/dvd.
Kleur:
Kopieert het origineel in kleur.
Zwart-wit:
Kopieert het origineel in zwart-wit.
Dichtheid:
Verhoog de dichtheid door te drukken op de knop
r
wanneer het kopieerresultaat te licht is.Verlaag de
dichtheid door te drukken op de knop
l
wanneer de inkt vlekt.
Documenttype:
Selecteer het type van het origineel.
Kwaliteit:
Selecteer de kopieerkwaliteit wanneer u een test afdrukt op gewoon A4-papier.Wanneer u Beste
selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk langer.
Gebruikershandleiding
Kopiëren
106
Scannen
Scannen via het bedieningspaneel
Scannen naar een geheugenkaart
U kunt de gescande aeelding opslaan op een geheugenkaart.
1. Plaats de originelen.
2. Plaats een geheugenkaart in de printer.
3. Ga in het startscherm naar Scannen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer Naar geheugenkaart scannen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
5. Controleer de instellingen, zoals de bestandsindeling waarin u wilt opslaan, en breng zo nodig aanpassingen
aan. Selecteer de instellingen met de knop
u
of
d
en pas de instellingen aan met de knop
l
of
r
.
6. Druk op de knop
x
.
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gescande aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 59
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
& Menuopties voor het scannen” op pagina 111
Scannen naar de cloud
U kunt gescande bestanden naar clouddiensten sturen met de functie Scannen naar cloud. Voordat u deze functie
gebruikt, moet u instellingen opgeven met Epson Connect. Raadpleeg de volgende portaalsite van Epson Connect
voor meer informatie.
https://www.epsonconnect.com/
http://www.epsonconnect.eu (alleen Europa)
1. Geef eerst instellingen op met Epson Connect.
2. Plaats de originelen.
3. Ga in het startscherm naar Scannen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4.
Selecteer Scannen naar cloud met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Scannen
107
5. Selecteer het doel met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
6. Controleer de instellingen, zoals de bestandsindeling waarin u wilt opslaan, en breng zo nodig aanpassingen
aan. Selecteer de instellingen met de knop
u
of
d
en pas de instellingen aan met de knop
l
of
r
.
7.
Druk op de knop
x
.
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gescande aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
& Menuopties voor het scannen” op pagina 111
Scannen naar een computer
U kunt de gescande aeelding opslaan op een computer.
c
Belangrijk:
Voordat u deze functie gebruikt, moet u ervoor zorgen dat Epson Scan 2 en Epson Event Manager op uw computer
zijn geïnstalleerd.
1.
Plaats de originelen.
2. Ga in het startscherm naar Scannen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer hoe de gescande aeelding moet worden opgeslagen naar een computer vanaf de volgende menu's
met de knop
l
of
r
en druk dan op de knop OK.
Scannen naar computer (JPEG): de gescande aeelding opslaan in JPEG-indeling.
Scannen naar computer (PDF): de gescande aeelding opslaan in PDF-indeling.
Scannen naar computer (E-mail): de e-mailclient op uw computer starten en het bestand automatisch als
bijlage toevoegen aan een e-mailbericht.
4. Selecteer de computer waarop u de gescande
aeeldingen
wilt opslaan.
Opmerking:
Met Epson Event Manager kunt u scaninstellingen wijzigen zoals de scangrootte, de map waarin wordt opgeslagen of
de opslagindeling.
Wanneer de printer is verbonden met een netwerk, kunt u de computer selecteren waarop u de gescande
aeelding
wilt opslaan. Op het bedieningspaneel van de printer kunnen maximaal 20 computers worden weergegeven.
Wanneer de computer waarop u de scans wilt opslaan wordt gedetecteerd in het netwerk, worden de eerste 15 tekens
van de computernaam getoond op het bedieningspaneel. Als u Naam netwerkscan (alfanumeriek) instelt in Epson
Event Manager, wordt deze naam weergegeven op het bedieningspaneel.
5. Druk op de knop
x
.
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gescande aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gebruikershandleiding
Scannen
108
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
& Epson Event Manager” op pagina 153
Scannen naar een computer (WSD)
Opmerking:
Deze functie is uitsluitend beschikbaar voor computers met een Engelstalige versie van Windows 10/Windows 8.1/
Windows 8/Windows 7/Windows Vista.
Als u Windows 7/Windows Vista gebruikt, moet u eerst uw computer instellen voordat u deze functie kunt gebruiken.
1.
Plaats de originelen.
2. Ga in het startscherm naar Scannen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Scannen naar computer (WSD) met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer een computer.
5. Druk op de knop
x
.
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gescande aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
Een WSD-poort instellen
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een WSD-poort instelt voor Windows 7/Windows Vista.
Opmerking:
Voor Windows 10/Windows 8.1/Windows 8 wordt de WSD-poort automatisch ingesteld.
Voor het instellen van een WSD-poort is het volgende nodig.
De printer en de computer moeten verbinding hebben met het netwerk.
De printerdriver moet op de computer zijn geïnstalleerd.
1.
Zet de printer aan.
2. Klik op Start en vervolgens op Netwerk op de computer.
3. Klik met de rechtermuisknop op de printer en klik vervolgens op Installeren.
Klik op Doorgaan wanneer het dialoogvenster Gebruikersaccountbeheer wordt weergegeven.
Gebruikershandleiding
Scannen
109
Klik op Ver w ijd ere n en begin opnieuw als het scherm Ver w ijd ere n wordt weergegeven.
Opmerking:
De printernaam die u instelt in het netwerk en de modelnaam (EPSON XXXXXX (XX-XXXX)) worden weergegeven in
het venster Netwerk. U kunt de printernaam die in het netwerk is ingesteld controleren vanaf het bedieningspaneel van
de printer of door een netwerkstatusvel af te drukken.
4. Klik op Uw apparaat is gereed voor gebruik.
5. Controleer het bericht en klik op Sluiten.
6. Open het venster Apparaten en printers.
Win d ow s 7
Klik op Start >
Conguratiescherm
> Hardware en geluiden (of Hardware) > Apparaten en printers.
Gebruikershandleiding
Scannen
110
Win d ow s Vis ta
Klik op Start >
Conguratiescherm
> Hardware en geluiden > Printers.
7. Controleer of een pictogram met de naam van de printer in het netwerk wordt weergegeven.
Selecteer de printernaam wanneer u WSD gebruikt.
Gerelateerde informatie
& “Een netwerkstatusvel afdrukken” op pagina 35
Menuopties voor het scannen
De volgende opties zijn beschikbaar in het menu Naar geheugenkaart scannen en in het menu Scannen naar
cloud.
indeling
Selecteer het bestandstype om de gescande aeelding op te slaan.
Kleur
Selecteer of u wilt scannen in kleur of zwart-wit.
Scangebied
Selecteer het scangebied. Selecteer Automatisch bijsnijden als u de witruimte rond tekst of rond een
aeelding
wilt verwijderen tijdens het scannen. Als u het maximale oppervlak van de scannerglasplaat
wilt scannen, selecteer dan Max. gebied. Selecteer deze instelling en scan opnieuw als de randen van
het gescande beeld wegvallen bij selectie van A4.
Document
Selecteer het type van uw origineel.
Resolutie
Selecteer de scanresolutie.
Contrast
Selecteer het contrast van de gescande
aeelding.
Verhoog het contrast door te drukken op de knop
r
en verlaag het contrast door te drukken op de knop
l
.
Documentstand
Selecteer de afdrukstand van uw origineel.
Gebruikershandleiding
Scannen
111
Scannen vanaf een computer
Scannen met Epson Scan 2
U kunt scannen met de scannerdriver "Epson Scan 2". Raadpleeg de help van Epson Scan 2 voor een uitleg van de
items voor instellingen.
Gerelateerde informatie
& “Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)” op pagina 153
Documenten scannen (Documentmodus)
Met Documentmodus in Epson Scan 2 kunt u originelen scannen met gedetailleerde instellingen die geschikt zijn
voor tekstdocumenten.
1. Plaats de originelen.
2. Start Epson Scan 2.
3. Selecteer Documentmodus in het menu Modus.
4. Congureer de volgende instellingen op het tabblad Hoofdinstellingen.
Gebruikershandleiding
Scannen
112
Documentformaat: selecteer de grootte van het origineel dat u hebt geplaatst.
Beeldtype: selecteer de kleur voor de gescande
aeelding.
Resolutie: selecteer de resolutie.
Opmerking:
De instelling Documentbron is vast ingesteld op Scannerglasplaat. Deze instelling kunt u niet wijzigen.
5. Congureer indien nodig andere scaninstellingen.
U kunt een voorbeeldweergave van de gescande
aeelding
bekijken door op de knop Vo or be el ds c an te
klikken. Het voorbeeldvenster wordt geopend en een voorbeeld van de aeelding wordt weergegeven.
Op het tabblad Geavanceerde instellingen kunt u gedetailleerde instellingen congureren voor het
aanpassen van gescande
aeeldingen
die geschikt zijn voor tekstdocumenten, zoals.
Ver sc he rp en: u kunt de contouren van de
aeelding
verscherpen of versterken.
Ontrasteren: u kunt moiré (webachtige schaduwen) verwijderen dat verschijnt wanneer u gedrukt
papier, zoals een tijdschri, scant.
Tekst verbeteren: u kunt wazige letters in het origineel helder en scherp maken.
Gebieden autom. Scheiden: u kunt letters duidelijker en aeeldingen vloeiend maken wanneer u een
document dat aeeldingen bevat in zwart-wit scant.
Opmerking:
De items zijn mogelijk niet beschikbaar, aankelijk van andere instellingen die u hebt gecongureerd.
6.
Congureer
de instellingen voor het opslaan van bestanden.
Gebruikershandleiding
Scannen
113
Beeldformaat: selecteer de indeling waarin u wilt opslaan uit de lijst.
U kunt gedetailleerde instellingen
congureren
voor elke opslagindeling, behalve BITMAP en PNG.
Selecteer Opties in de lijst nadat u de indeling voor opslaan hebt geselecteerd.
Bestandsnaam: bevestig de weergegeven naam waaronder het bestand wordt opgeslagen.
U kunt instellingen voor de bestandsnaam wijzigen door in de lijst Instellingen te selecteren.
Map: selecteer in de lijst de map waarin de gescande
aeelding
moet worden opgeslagen.
U kunt een andere map selecteren of een nieuwe map maken door in de lijst Selecteren te selecteren.
7. Klik op Scannen.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
Foto's of afbeeldingen scannen (Fotomodus)
Met Fotomodus in Epson Scan 2 kunt u originelen scannen met een breed scala aan functies voor het aanpassen
van aeeldingen die geschikt zijn voor foto's of aeeldingen.
1.
Plaats de originelen.
Als u meerdere originelen op de glasplaat scant, kunt u deze tegelijkertijd scannen. Zorg ervoor dat er ten
minste 20 mm ruimte is tussen de originelen.
2. Start Epson Scan 2.
3. Selecteer Fotomodus in het menu Modus.
Gebruikershandleiding
Scannen
114
4. Congureer de volgende instellingen op het tabblad Hoofdinstellingen.
Beeldtype: selecteer de kleur voor de gescande aeelding.
Resolutie: selecteer de resolutie.
Opmerking:
De instelling voor Documentbron is vast ingesteld op Scannerglasplaat, en de instelling voor Documenttype is vast
ingesteld op Reecterend. (Reecterend wordt gebruikt voor originelen die net transparant zijn, zoals gewoon papier
en foto's.) Deze instellingen kunt u niet wijzigen.
Gebruikershandleiding
Scannen
115
5. Klik op Voo rb ee lds c an.
Het voorbeeldvenster wordt geopend en de voorbeeldweergaven worden weergegeven als miniatuur.
Opmerking:
Als u een voorbeeld wilt weergeven van het gehele gescande gebied, selecteer u Normaal in de lijst boven in het
voorbeeldvenster.
6.
Bevestig de voorbeeldweergave en congureer indien nodig instellingen voor het aanpassen van de aeelding
op het tabblad Geavanceerde instellingen.
Gebruikershandleiding
Scannen
116
U kunt de gescande aeelding aanpassen met gedetailleerde instellingen die geschikt zijn voor foto's of
aeeldingen,
zoals de onderstaande.
Helderheid: u kunt de helderheid voor de gescande aeelding aanpassen.
Contrast: u kunt het contrast voor de gescande aeelding aanpassen.
Ver za di gi ng: u kunt de verzadiging (levendigheid van de kleuren) voor de gescande aeelding aanpassen.
Verscherpen: u kunt de contouren van de gescande aeelding verscherpen of versterken.
Kleurherstel: u kunt vaal geworden
aeeldingen
herstellen door de originele kleuren weer toe te passen.
Tegenlichtcorrectie: u kunt gescande aeeldingen helderder maken wanneer deze donker zijn vanwege
tegenlicht.
Ontrasteren: u kunt moiré (webachtige schaduwen) verwijderen dat verschijnt wanneer u gedrukt papier,
zoals een tijdschri, scant.
Stof verwijderen: u kunt stof op de gescande
aeelding
verwijderen.
Opmerking:
De items zijn mogelijk niet beschikbaar, aankelijk van andere instellingen die u hebt gecongureerd.
Aankelijk van het origineel kan de aeelding mogelijk niet goed worden gecorrigeerd.
Wanneer er meerdere miniaturen zijn gemaakt, kunt u de aeeldingskwaliteit voor elke miniatuur aanpassen.
Aankelijk van de aanpassingsitems, kunt u de kwaliteit van meerdere gescande aeeldingen tegelijk aanpassen
door meerdere miniaturen te selecteren.
7.
Congureer
de instellingen voor het opslaan van bestanden.
Beeldformaat: selecteer de indeling waarin u wilt opslaan uit de lijst.
U kunt gedetailleerde instellingen congureren voor elke opslagindeling, behalve BITMAP en PNG.
Selecteer Opties in de lijst nadat u de indeling voor opslaan hebt geselecteerd.
Bestandsnaam: bevestig de weergegeven naam waaronder het bestand wordt opgeslagen.
U kunt instellingen voor de bestandsnaam wijzigen door in de lijst Instellingen te selecteren.
Gebruikershandleiding
Scannen
117
Map: selecteer in de lijst de map waarin de gescande aeelding moet worden opgeslagen.
U kunt een andere map selecteren of een nieuwe map maken door in de lijst Selecteren te selecteren.
8. Klik op Scannen.
Gerelateerde informatie
&
“Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
&
“Foto's plaatsen om te kopiëren” op pagina 57
Scannen met smart-apparaten
Epson iPrint is een toepassing waarmee u foto's en documenten kunt scannen vanaf een smart-apparaat, zoals een
smartphone of tablet, dat verbonden is met hetzelfde draadloze netwerk als uw printer. U kunt gescande gegevens
opslaan op een smart-apparaatof een Cloud-service, via e-mail versturen of afdrukken.
Epson iPrint installeren
U kunt Epson iPrint op uw smart-apparaat installeren door op de volgende link te klikken of de QR-code te
scannen.
http://ipr.to/a
Scannen met Epson iPrint
Voer Epson iPrint uit vanaf uw smart-apparaat en selecteer op het startscherm het item dat u wilt gebruiken.
Gebruikershandleiding
Scannen
118
De volgende aeeldingen zijn aan veranderingen onderhevig zonder voorafgaande kennisgeving.
A
Het startscherm wordt weergegeven wanneer de toepassing start.
B
Biedt informatie over het instellen van de printer en een lijst met veelgestelde vragen.
C
Geeft het scherm weer waar u de printer selecteert en de printerinstellingen congureert. Wanneer u de
printer heeft geselecteerd, hoeft u deze de volgende keer niet meer opnieuw te selecteren.
D
Hiermee opent u het scanscherm.
E
Geeft het scherm weer waarop u de scaninstellingen kunt congureren zoals de resolutie.
F
Geeft gescande bestanden weer.
G
Hiermee start het scannen.
H
Geeft het scherm weer waarop u gescande gegevens kunt opslaan op een smart device of Cloud-service.
I
Geeft het scherm weer om gescande gegevens met e-mail te verzenden.
J
Geeft het scherm weer om gescande gegevens af te drukken.
Gebruikershandleiding
Scannen
119
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes
vervangen
De niveaus van de resterende inkt en de
onderhoudscassette controleren
Als u wilt nagaan hoeveel inkt u nog hebt, kunt u zelf kijken hoeveel inkt er nog in de inkttanks van de printer zit.
c
Belangrijk:
Langdurig gebruik van de printer wanneer de inkt lager staat dan de onderste lijn, kan de printer beschadigen.
U kunt de inktniveaus controleren via de computer en de geschatte levensduur van de onderhoudscassette via het
bedieningspaneel of de computer.
De status van de onderhoudscassette controleren —
Bedieningspaneel
1. Ga in het startscherm naar Onderhoud met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Levensduur Onderhoudsset met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
De niveaus van de resterende inkt en de onderhoudscassette
controleren - Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2. Klik op EPSON Status Monitor 3 op het tabblad Hulpprogramma's.
Opmerking:
Als EPSON Status Monitor 3 is uitgeschakeld, klikt u op Extra instellingen op het tabblad Hulpprogramma's en
selecteert u EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
120
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 147
De niveaus van de resterende inkt en de onderhoudscassette
controleren - Mac OS
1.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
3. Klik op EPSON Status Monitor.
Codes van de
inktessen
Epson raadt het gebruik van originele Epson-inktessen aan.
Hierna volgen de codes van originele
Epson-inktessen.
BK: Black (Zwart) PB: Photo Black
(Fotozwart)
C: Cyan (Cyaan) M: Magenta Y: Yellow (Geel)
105 106 106 106 106
Voor Australië en Nieuw-Zeeland
BK: Black (Zwart) PB: Photo Black
(Fotozwart)
C: Cyan (Cyaan) M: Magenta Y: Yellow (Geel)
512 512 512 512 512
c
Belangrijk:
De Epson-garantie dekt geen schade die is veroorzaakt door andere inkt dan aanbevolen, met inbegrip van elke
originele inkt van Epson die niet ontworpen is voor deze printer en van elke inkt van derden.
Het gebruik van andere, niet door Epson gemaakte producten kan leiden tot schade die niet onder de garantie van
Epson valt. Bovendien kan het gebruik van dergelijke producten er in bepaalde omstandigheden toe leiden dat de
printer niet correct functioneert.
Opmerking:
Inktescodes kunnen variëren per locatie.Neem contact op met Epson Support voor de juiste codes in uw omgeving.
Gebruikers in Europa kunnen op de volgende website meer informatie vinden over de capaciteit van de Epson-inktes.
http://www.epson.eu/pageyield
Gerelateerde informatie
&
“Technische ondersteuning (website)” op pagina 204
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
121
Voorzorgsmaatregelen voor inktessen
Lees de volgende instructies voordat u inkt bijvult.
Voorzorgsmaatregelen
Gebruik
inktessen
met de juiste artikelcode voor deze printer.
Ga voorzichtig te werk bij het omgaan met inkt.Bij het (bij)vullen van de tanks kunnen er spetters inkt
rondvliegen.Inkt die u op uw kleding of andere spullen krijgt, is soms moeilijk te verwijderen.
Schud niet te krachtig en knijp niet in de inktessen.
Het wordt aanbevolen geopende inktessen zo snel mogelijk te gebruiken.
Bewaar de inktessen bij normale kamertemperatuur en houd ze uit de buurt van direct zonlicht.
Epson raadt u aan de inktes te gebruiken vóór de datum die op de verpakking wordt vermeld.
Bewaar de inktessen in dezelfde omgeving als de printer.
Zorg er bij opslag of transport van een inktes voor dat u de es niet schuin houdt en niet blootstelt aan
schokken en stoten of temperatuurschommelingen.Anders kan er lekkage optreden, zelfs als de dop goed op de
es is gedraaid.Houd de inktes rechtop bij het vastdraaien van de dop en neem voorzorgsmaatregelen om te
voorkomen dat er inkt kan weglekken bij het transport van de es, bijvoorbeeld door de es in een zak te doen.
Laat
inktessen
vóór gebruik ten minste drie uur op kamertemperatuur komen.
Open de verpakking van de inktes pas op het moment dat u de inkttank wilt vullen.De inktes is
vacuümverpakt om de betrouwbaarheid te waarborgen.Als u een inktes langere tijd buiten de verpakking
bewaart en dan pas gebruikt, is normaal afdrukken misschien niet meer mogelijk.
Langdurig gebruik van de printer wanneer de inkt lager staat dan de onderste lijn, kan de printer
beschadigen.Vul de inkttank tot de bovenste lijn wanneer de printer niet in werking is.Reset het inktniveau
nadat u de tank hebt gevuld om het juiste geschatte inktniveau weer te geven.
Voor een optimale afdrukkwaliteit en bescherming van de printkop blij een variabele inktreserve in de
inkttank achter op het moment dat de printer
aangee
dat u inkt moet bijvullen.De opgegeven capaciteiten
bevatten deze reserve niet.
De inktessen kunnen gerecycled materiaal bevatten. Dit is niet van invloed op de functies of prestaties van de
printer.
Specicaties
en uiterlijk van de
inktes
zijn onderhevig aan wijziging en verbetering zonder voorafgaande
kennisgeving.
De opgegeven capaciteit hangt af van de aeeldingen die u afdrukt, het papier dat u gebruikt, hoe vaak u
afdrukt en de omgeving (bijvoorbeeld temperatuur) waarin u de printer gebruikt.
Inktverbruik
Voor een optimale prestatie van de printkop wordt er niet alleen tijdens het afdrukken inkt uit alle inkttanks
gebruikt, maar ook tijdens onderhoudsactiviteiten, zoals reiniging van de printkop.
Wanneer u in monochroom of grijswaarden afdrukt, is het mogelijk kleureninkt te gebruiken in plaats van
zwarte inkt, aankelijk van de instellingen van het papiertype of de afdrukkwaliteit. Dit is omdat kleureninkt
wordt gemengd om zwart te creëren.
De inkt in de inktessen die bij de printer zijn geleverd, worden deels verbruikt bij de installatie van de
printer.De printkop in uw printer is volledig met inkt geladen om afdrukken van hoge kwaliteit te bezorgen.Bij
dit eenmalige proces wordt een bepaalde hoeveelheid inkt verbruikt. Met de gebruikte inktessen kunnen
daarom wellicht minder pagina's worden afgedrukt dan met volgende inktessen.
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
122
De inkttanks bijvullen
1. Open de scannereenheid met het documentdeksel gesloten.
2.
Open de inkttankafdekking.
Er wordt een bericht weergegeven waarin u wordt gevraagd de inkttank tot de bovenste lijn bij te vullen.Druk
op de knop OK.
3. Open de dop van de inkttank.
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
123
c
Belangrijk:
Zorg ervoor dat de kleur van de inkttanks overeenstemt met de kleur van de inkt die u wilt bijvullen.
4. Houd de es rechtop en draai de dop langzaam van de es.
c
Belangrijk:
Let goed op dat u geen inkt morst.
Raak de bovenzijde van de
inktes
niet aan na het verwijderen van de dop. U kunt inkt over uzelf knoeien.
5. Lijn de bovenzijde van de
inktes
uit met de sleuf aan de voorzijde van de vulpoort en plaats de
es
langzaam
in de vulpoort.
c
Belangrijk:
Laat de bovenzijde van de
inktes
na het verwijderen van de dop niet tegen in aanraking komen met andere
voorwerpen. Er kan inkt worden geknoeid.
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
124
6. Plaats de bovenzijde van de inktes zorgvuldig in de vulpoort van de tank om de tank te vullen met inkt.
De inkt loopt vanzelf in de inkttank, u
hoe
niet te knijpen.Het stromen van de inkt stopt automatisch als de
inkt is bijgevuld tot de bovenste lijn.
Opmerking:
Als de inkt niet vanzelf in de tank stroomt, verwijdert u de inktes en plaatst u deze opnieuw.
7. Als u klaar bent met het bijvullen van de inkt, verwijdert u de inktes en sluit u de dop van de inkttank
zorgvuldig.
c
Belangrijk:
Verwijder de
es.
De
es
kan anders beschadigd raken of inkt lekken.
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
125
Opmerking:
Als er inkt achterblij in de inktes, draai de dop hier dan zorgvuldig op en bewaar de es rechtop voor gebruik op een
later tijdstip.
8.
Breng de dop weer zorgvuldig aan op de inkttank.
9. Sluit de scannereenheid.
10. Selecteer met de knop
l
of
r
de kleur van de inkt die u tot de bovenste lijn hebt gevuld en druk vervolgens
op de knop OK.
11. Druk op de knop
x
om het inktniveau te resetten.
12. Bevestig het bericht en druk vervolgens op de knop OK.
c
Belangrijk:
Als u de printer na het resetten van het inktniveau
blij
gebruiken zonder de inkttanks bij te vullen tot de
bovenste lijn, wordt er mogelijk afgedrukt zonder inkt. Hierdoor kan de printer beschadigd raken.Bekijk
voordat u gaat afdrukken de inktniveaus in alle inkttanks.
Gerelateerde informatie
& “Codes van de inktessen” op pagina 121
& “Voorzorgsmaatregelen voor inktessen” op pagina 122
& “Gemorste inkt” op pagina 190
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
126
Onderhoudscassettecode
Epson raadt het gebruik van een originele Epson-onderhoudscassette aan.
Hierna volgt de code van de originele Epson onderhoudscassette.
T04D0
Voorzorgsmaatregelen voor de onderhoudscassette
Lees de volgende instructies voordat u de onderhoudscassette vervangt.
Raak de groene chip aan de zijkant van de onderhoudscassette niet aan. Omdat dit de normale werking kan
schaden.
Vervang de onderhoudscassette niet tijdens afdrukken, omdat anders inkt kan lekken.
Verwijder de onderhoudscassette en zijn deksel niet behalve bij het vervangen van de onderhoudscassette.
Hierdoor kan er inkt lekken.
Hergebruik van een onderhoudscassette die lange tijd uit het apparaat verwijderd is geweest, is niet toegestaan.
Inkt in de cassette is dan gestold en er kan geen inkt meer worden geabsorbeerd.
Houd de onderhoudscassette uit de buurt van direct zonlicht.
Sla de onderhoudscassette niet op onder hoge temperaturen of temperaturen onder het vriespunt.
Wanneer een onderhoudscassette eenmaal in een printer is geplaatst, kan deze niet meer worden gebruikt in
andere printers.
Een onderhoudscassette vervangen
Tijdens sommige afdrukcycli kan een heel kleine hoeveelheid overtollige inkt in de onderhoudscassette worden
verzameld. Om te voorkomen dat inkt uit de onderhoudscassette lekt, is de printer ontworpen om het afdrukken te
stoppen wanneer de absorptiecapaciteit van de onderhoudscassette zijn limiet hee bereikt. Of en hoe vaak dit
nodig is, hangt af van het aantal pagina's dat u afdrukt, het soort materiaal waarop u afdrukt en het aantal
reinigingsprocedures dat door het apparaat wordt uitgevoerd. Vervang de onderhoudscassette wanneer u hierom
wordt gevraagd. Wanneer dit onderdeel moet worden vervangen, wordt u hierover geïnformeerd via de Epson
Status Monitor, het LCD-display of de lampjes op het bedieningspaneel. Dat de cassette moet worden vervangen,
wil niet zeggen dat uw printer niet meer volgens de specicaties functioneert. De kosten voor deze vervanging
vallen niet onder de garantie van Epson. Dit onderdeel kan door de gebruiker worden vervangen.
1. Haal de vervangende onderhoudscassette uit de verpakking.
c
Belangrijk:
Raak de groene chip aan de zijkant van de onderhoudscassette niet aan. Omdat dit de normale werking kan
schaden.
Opmerking:
Bij een nieuwe onderhoudscassette wordt er een doorzichtige zak geleverd.
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
127
2. Draai de schroef los met de platte schroevendraaier en verwijder de afdekkap.
3. Verwijder de gebruikte onderhoudscassette uit de printer.
c
Belangrijk:
Raak de in de
guur
getoonde onderdelen niet aan. Als u dit wel doet, kan de normale werking worden
gehinderd en kunt u inktvlekken krijgen.
4. Doe de gebruikte onderhoudscassette in de doorzichtige zak die bij de nieuwe onderhoudscassette werd
geleverd, en verzegel deze.
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
128
5. Duw de nieuwe onderhoudscassette helemaal in de printer.Zorg ervoor dat u de cassette in de juist richting
terugplaatst.
6. Plaats de cover terug.
7. Controleer het bericht en druk vervolgens op de knop OK.
Gerelateerde informatie
& “Onderhoudscassettecode” op pagina 127
& “Voorzorgsmaatregelen voor de onderhoudscassette” op pagina 127
Gebruikershandleiding
Inkt bijvullen en onderhoudscassettes vervangen
129
De printer onderhouden
De printkop controleren en reinigen
Als de spuitkanaaltjes verstopt zitten, worden de afdrukken vaag, en ziet u strepen of onverwachte
kleuren.Wanneer de afdrukkwaliteit minder is geworden, gebruikt u de spuitstukcontrole om te kijken of de
kanaaltjes verstopt zitten.Is dit zo, reinig dan de printkop.
c
Belangrijk:
Open de scannereenheid niet of schakel de printer niet uit tijdens het reinigen van de printkop. Als het reinigen
van de kop niet wordt voltooid, kunt u mogelijk niet afdrukken.
Omdat bij reiniging van de printkop wat inkt wordt gebruikt, moet u de kop alleen reinigen als de kwaliteit
verslechtert.
Wanneer de inkt bijna op is kan de printkop mogelijk niet worden gereinigd.Nieuwe inktes bij de hand houden.
Als de afdrukkwaliteit niet verbeterd is na drie herhalingen van de printkopcontrole en -reiniging moet u ten
minste twaalf uur wachten zonder afdrukken en vervolgens de printkopcontrole en -reiniging herhalen.We raden
u aan om de printer uit te schakelen.Als de afdrukkwaliteit nog steeds niet is verbeterd, voert u Krachtige
reiniging uit.Als de afdrukkwaliteit dan nog niet is verbeterd, neemt u contact op met de klantenservice van
Epson.
Voorkom dat de printkop uitdroogt en trek nooit de stekker van de printer uit het stopcontact wanneer de printer
nog aan is.
De printkop controleren en schoonmaken — Bedieningspaneel
1. Laad gewoon A4-papier in de papiercassette.
2. Ga in het startscherm naar Onderhoud met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
3.
Selecteer Spuitstukcontrole met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Volg de instructies op het scherm om het testpatroon af te drukken.
5. Bekijk het afgedrukte patroon goed.Als er stukken van lijnen of segmenten ontbreken, zoals weergegeven in
het patroon "NG", kan de printkop verstopt zijn.Ga naar de volgende stap.Als u geen ontbrekende segmenten
of onderbroken lijnen ziet, zoals in het volgende patroon "OK", zijn de spuitkanaaltjes niet verstopt.Het is niet
nodig om printkopreiniging uit te voeren.Selecteer OK met de knop
u
.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
130
6. Selecteer NG met de knop
d
.
7. Volg de instructies op het scherm om de printkop te reinigen.
8. Na de reiniging selecteert u Controleren met de knop
u
of
d
en volgt u de instructies op het scherm om het
spuitkanaaltjespatroon opnieuw af te drukken.Herhaal het reinigen en afdrukken van het testpatroon tot alle
lijnen geheel afgedrukt worden.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
De printkop controleren en schoonmaken - Windows
1.
Laad gewoon A4-papier in de papiercassette.
2. Open het venster van de printerdriver.
3. Klik op Spuitkanaaltjes controleren op het tabblad Hulpprogramma's.
4. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Windows-printerdriver” op pagina 147
De printkop controleren en reinigen — Mac OS
1. Laad gewoon A4-papier in de papiercassette.
2. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
3. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
4. Klik op Spuitkanaaltjes controleren.
5. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
Krachtige reiniging uitvoeren
Met het hulpprogramma Krachtige reiniging kunt u alle inkt in de inktbuisjes vervangen.In de volgende situaties
moet u mogelijk de volgende functie uitvoeren om de afdrukkwaliteit te verbeteren.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
131
U hebt afgedrukt of printkopreiniging uitgevoerd terwijl het inktniveau te laag was om nog te zien in de
vensters van de tank.
U hebt meerdere keren een spuikanaaltjescontrole en printkopreiniging uitgevoerd en toen ten minste 12 uur
gewacht, maar de afdrukkwaliteit is niet verbeterd.
Lees de volgende instructies voordat u deze functie gebruikt.
c
Belangrijk:
Controleer of zich in de inkttanks voldoende inkt bevindt.
Kijk of alle inkttanks voor ten minste een derde zijn gevuld.Door een te laag inktniveau tijden Krachtige reiniging
kan het product beschadigd raken.
c
Belangrijk:
Tussen elke Krachtige reiniging dient u een interval van 12 uur aan te houden.
Normaal moet een enkele Krachtige reiniging hete probleem met de afdrukkwaliteit binnen 12 uur oplossen.U dient
daarom 12 uur te wachten voordat u het opnieuw probeert. Zo voorkomt u onnodig inktverbruik.
c
Belangrijk:
Mogelijk is vervanging van de onderhoudscassette vereist.
Er wordt inkt afgevoerd naar de onderhoudscassette.Als deze vol raakt, moet u een nieuwe onderhoudscassette
voorbereiden en plaatsen om het afdrukken te kunnen voortzetten.
Opmerking:
Wanneer de inktniveaus of de vrije ruimte in de onderhoudscassette onvoldoende zijn voor Krachtige reiniging, kunt u deze
functie niet uitvoeren.In dit geval blijven de niveaus en de vrije ruimte voor het afdrukken gelijk.
Krachtige reiniging uitvoeren — Bedieningspaneel
Lees de instructies voor Krachtige reiniging voordat u deze functie uitvoert.
1. Schakel de printer uit en druk tegelijkertijd op de knoppen
P
, OK en
d
om het bevestigingsscherm weer te
geven.
2. Volg de instructies op het scherm om de functie Krachtige reiniging uit te voeren.
Opmerking:
Los de problemen op die op het scherm worden weergegeven als u deze functie niet kunt uitvoeren.Volg vervolgens deze
procedure vanaf stap 1 om deze functie opnieuw uit te voeren.
3.
Na het uitvoeren van deze functie, voer de spuitstukcontrole uit om te controleren dat de kanaaltjes niet
verstopt zitten.
Gerelateerde informatie
& “Krachtige reiniging uitvoeren” op pagina 131
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
132
Krachtige reiniging uitvoeren — Windows
1. Open het venster van het printerstuurprogramma.
2. Klik op Krachtige reiniging op het tabblad Hulpprogramma's.
3. Volg de instructies op het scherm.
Opmerking:
Los de problemen op die op het bedieningspaneel van de printer worden weergegeven als u deze functie niet kunt
uitvoeren.Volg vervolgens deze procedure vanaf stap 1 om deze functie opnieuw uit te voeren.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 147
Krachtige reiniging starten — Mac OS
1. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
3. Klik op Krachtige reiniging.
4.
Volg de instructies op het scherm.
Opmerking:
Los de problemen op die op het bedieningspaneel van de printer worden weergegeven als u deze functie niet kunt
uitvoeren.Volg vervolgens deze procedure vanaf stap 1 om deze functie opnieuw uit te voeren.
De printkop uitlijnen
Als u een verkeerde uitlijning van verticale lijnen of onscherpe beelden ziet, lijn de printkop dan uit.
De printkop uitlijnen — Bedieningspaneel
1. Laad gewoon A4-papier in de papiercassette.
2. Ga in het startscherm naar Onderhoud met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
3.
Selecteer Printkop uitlijnen met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Selecteer een van de uitlijningsmenu's met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Verticale uitlijning: selecteer deze optie als uw afdrukken wazig zijn of verticale lijnen niet goed uitgelijnd
zijn.
Horizontale uitlijning: selecteer deze optie als er op gelijke intervallen horizontale banden verschijnen.
Selecteer Kleur of Zwart-wit aankelijk van de afdrukinstellingen.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
133
5. Volg de instructies op het scherm om een uitlijningspatroon af te drukken en de printkop uit te lijnen.
Verticale uitlijning: zoek en selecteer met de knop
u
of
d
het nummer van het meest gelijkmatige patroon
per groep en druk vervolgens op de knop OK.
Horizontale uitlijning: zoek en selecteer met de knop
u
of
d
het patroon met de minste scheiding en
overlap en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Het testpatroon kan per model variëren.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
Het papiertraject vrijmaken van inktvlekken
Als de afdrukken vlekken vertonen of bekrast zijn, reinig dan de roller binnenin.U kunt het reinigingsblad niet
gebruiken.
c
Belangrijk:
Gebruik geen keukenpapier om de binnenkant van de printer te reinigen.Het kan zijn dat de spuitkanaaltjes van de
printkop verstopt zitten met stof.
1. Zorg ervoor dat de scannerglasplaat en het documentdeksel vrij zijn van stof en vlekken.
2. Laad gewoon A4-papier in de papiercassette.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
134
3. Begin met kopiëren zonder een origineel op de scannerglasplaat te plaatsen.
Opmerking:
Herhaal deze procedure tot er geen vegen meer op het papier zitten.Als u de papiertoevoer achter gebruikt, laadt u
gewoon A4-papier nadat u bent begonnen met kopiëren.
Gerelateerde informatie
&
“Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Normaal kopiëren” op pagina 100
De Scannerglasplaat reinigen
Wanneer de kopieën of gescande beelden vies zijn, moet u de scannerglasplaat reinigen.
c
Belangrijk:
Maak de printer nooit schoon met alcohol of thinner. Deze chemicaliën kunnen de printer beschadigen.
1. Open het documentdeksel.
2. Maak het oppervlak van de scannerglasplaat schoon met een droge, zachte, schone doek.
Opmerking:
Als de glasplaat besmeurd is met vet of een andere hardnekkige substantie, veegt u de plaat schoon met een doek met
daarop een klein beetje glasreiniger. Verwijder al het overtollige vocht.
Druk niet te hard op het glasoppervlak.
Zorg ervoor dat u het oppervlak van het glas niet krast of beschadigt. Een beschadigde glasplaat kan de scankwaliteit
aantasten.
Controleren hoeveel pagina's in totaal door de printer
zijn gegaan
U kunt nagaan hoeveel pagina's (vellen papier en cd's of dvd's) in totaal door de printer zijn gegaan.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
135
Controleren hoeveel pagina's in totaal door de printer zijn gegaan
— Bedieningspaneel
De informatie wordt afgedrukt bij het testpatroon.
1. Laad gewoon A4-papier in de papiercassette.
2. Ga in het startscherm naar Onderhoud met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Spuitstukcontrole met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
4. Volg de instructies op het scherm om het testpatroon af te drukken.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
Controleren hoeveel pagina's in totaal door de printer zijn gegaan -
Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2.
Klik op Printer- en optie-informatie op het tabblad Hulpprogramma's.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 147
Controleren hoeveel pagina's in totaal door de printer zijn gegaan
— Mac OS
1. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
3. Klik op Printer- en optie-informatie.
Stroom besparen
De printer gaat in slaapstand of gaat automatisch uit als er een bepaalde tijd geen handelingen worden verricht. U
kunt instellen hoelang het duurt voordat stroombeheer wordt toegepast. Elke verhoging is van invloed op de
energiezuinigheid van het product. Denk aan het milieu voordat u wijzigingen doorvoert.
Aankelijk van de plaats van aankoop, kan de printer een functie hebben voor het automatisch uitschakelen als
het apparaat gedurende 30 minuten niet is verbonden met het netwerk.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
136
Energie besparen — Bedieningspaneel
1. Ga in het startscherm naar Instellingen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
2. Selecteer Printerinstelling met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
3. Voer een van de volgende handelingen uit.
Selecteer Slaaptimer of Uitschakelinstellingen > Uit als inactief of Uit als losgekoppeld met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer Slaaptimer of Uitschakelingstimer met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Uw product
hee
mogelijk de functie Uitschakelinstellingen of Uitschakelingstimer,
aankelijk
van de plaats van
aankoop.
4. Selecteer de instelling met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
137
Menuopties voor de modus Instellingen
U kunt printerinstellingen opgeven of printeronderhoud uitvoeren via Instellingen op het startscherm van het
bedieningspaneel.
Menuopties voor Onderhoud
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Onderhoud
Spuitstukcontrole:
Selecteer deze functie om te controleren of de spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zijn. De
printer drukt een spuitkanaaltjespatroon af.
Kop reingen:
Selecteer deze functie om verstopte spuitkanaaltjes in de printkop te reinigen.
Krachtige reiniging:
Selecteer deze functie om alle inkt in de inktbuisjes te vervangen als u de printer gedurende lange tijd
niet hebt gebruikt en in uw afdrukken strepen of ontbrekende kleuren opmerkt.Hierbij wordt meer
inkt gebruikt dan bij normaal reinigen.Zie de "Gerelateerde informatie" hieronder voor meer
informatie over deze functie.
Printkop uitlijnen:
Selecteer deze functie om de printkop bij te stellen om de afdrukkwaliteit te verbeteren.
Vert icale uitlijning
Selecteer deze functie als uw afdrukken wazig zijn of als tekst en lijnen niet goed zijn uitgelijnd.
Horizontale uitlijning
Selecteer deze functie als zich op uw afdrukken op regelmatige afstand horizontale strepen
bevinden.
Inktpeil resetten:
Selecteer deze functie om de inktniveaus te herstellen naar 100% wanneer de inkttank wordt gevuld.
Levensduur Onderhoudsset:
Gee de geschatte levensduur van de onderhoudscassette weer.Als het pictogram ! wordt
weergegeven, is de onderhoudscassette bijna vol.Als het pictogram X wordt weergegeven, is de
onderhoudscassette vol.
Gerelateerde informatie
&
“De printkop controleren en reinigen” op pagina 130
& “Krachtige reiniging uitvoeren” op pagina 131
& “De printkop uitlijnen” op pagina 133
& “De niveaus van de resterende inkt en de onderhoudscassette controleren” op pagina 120
Gebruikershandleiding
Menuopties voor de modus Instellingen
138
Menuopties voor Printerinstelling
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Printerinstelling
Papierbroninstelling:
Papierinstelling:
Selecteer het formaat en type papier dat u in de papierbron hebt geplaatst.
Papierconguratie:
Selecteer Aan om automatisch het scherm met papierinstellingen weer te geven door te
verwijzen naar Instellingen > Printerinstelling > Papierbroninstelling > Papierinstelling
wanneer papier in de papierbron wordt geladen.Als u deze functie uitschakelt, kunt u niet
afdrukken vanaf een iPhone of iPad met AirPrint
Cd/dvd:
Hiermee wordt de afdrukpositie van een cd/dvd aangepast door middel van verplaatsing naar boven,
beneden, links of rechts, zodat alles past.
Stickers:
Hiermee wordt de afdrukpositie van een fotosticker aangepast door middel van verplaatsing naar
boven, beneden, links of rechts, zodat alles past.
Dik papier:
Selecteer Aan om te voorkomen dat inkt op uw afdrukken vlekt. De afdruksnelheid kan hierdoor
worden verlaagd.
Stille modus:
Selecteer Aan om het geluid tijdens het afdrukken te verminderen. De afdruksnelheid kan hierdoor
worden verlaagd. Aankelijk van de door u gekozen instellingen voor het papiertype en de
afdrukkwaliteit, merkt u mogelijk niet veel verschil in het geluid dat de printer produceert.
Schermbeveiliging:
Selecteer Gegevens geheugenkaartom foto's als in een diavoorstelling weer te geven zodra ongeveer
drie minuten lang geen enkele handeling is verricht.
Autom. inschakeling:
Selecteer Aan om de printer automatisch in te schakelen wanneer een afdruk- of scantaak wordt
ontvangen via de USB- of netwerkverbinding.Als u het afdrukken wilt starten, moet u de uitvoerlade
naar uitschuiven.Wanneer u Autom. inschakeling inschakelt, neemt bovendien het stroomverbruik
in stand-by iets toe vergeleken met een volledig uitgeschakelde printer.
Gebruik de instelling Uitschakelingstimer als u de printer automatisch wilt uitschakelen wanneer de
taak klaar is en er een bepaalde tijd geen nieuwe handelingen zijn verricht.Dit is handig wanneer u
afdrukt vanaf een externe locatie, via internet bijvoorbeeld.
Uitschakelinstellingen:
Uw product hee mogelijk deze functie of de functie Uitschakelingstimer, aankelijk van de plaats
van aankoop.
Gebruikershandleiding
Menuopties voor de modus Instellingen
139
Uit als inactief
Selecteer deze instelling om de printer automatisch uit te schakelen als deze gedurende een
vastgestelde periode niet wordt gebruikt.Elke verhoging is van invloed op de energiezuinigheid
van het product.Denk aan het milieu voordat u wijzigingen doorvoert.
Uit als losgekoppeld
Als u deze instelling selecteert, schakelt de printer na 30 minuten uit als alle netwerkpoorten,
inclusief de LINE-poort, zijn losgekoppeld.
Uitschakelingstimer:
Uw product hee mogelijk deze functie of de functie Uitschakelinstellingen, aankelijk van de plaats
van aankoop.
Selecteer deze instelling om de printer automatisch uit te schakelen als deze gedurende een
vastgestelde periode niet wordt gebruikt. U kunt instellen hoelang het duurt voordat stroombeheer
wordt toegepast. Elke verhoging is van invloed op de energiezuinigheid van het product. Denk aan
het milieu voordat u wijzigingen doorvoert.
Slaaptimer:
Pas de tijdsduur aan voor het inschakelen van de slaapmodus (energiebesparingsmodus) wanneer de
printer geen bewerkingen uitvoert. Het lcd-scherm gaat uit als de ingestelde tijd is verstreken.
Taal/Language:
Selecteer de taal van het lcd-scherm.
Gerelateerde informatie
& Stroom besparen” op pagina 136
Menuopties voor Netwerkinstellingen
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Netwerkinstellingen
Netwerkstatus:
Hiermee worden de netwerkinstellingen en verbindingsstatus weergegeven.
Wi-Fi instellen:
Wi-Fi instel-wizard
Selecteer een SSID, voer een wachtwoord in en verbind de printer vervolgens met een draadloos
(Wi-Fi-)netwerk.
Instellen met drukknop (WPS)
Verbindt de printer met een draadloos (Wi-Fi-)netwerk met een druk op de WPS-knop op een
draadloze router.
Instellen met PIN-code (WPS)
Voer in het hulpprogramma van de draadloze router de pincode in die wordt weergegeven op het
scherm van de printer en verbind de printer met een draadloos (Wi-Fi-)netwerk.
Gebruikershandleiding
Menuopties voor de modus Instellingen
140
Wi-Fi automatisch verbinden
Verbindt de printer gemakkelijk met een draadloos (Wi-Fi-)netwerk via een computer die op het
toegangspunt aangesloten.Plaats de sowareschijf die met de printer is meegeleverd in de computer
en volg verder de aanwijzingen op het scherm.Wanneer u wordt gevraagd de printer te bedienen,
gaat u naar dit menu.
Wi-Fi uitschakelen
Schakelt de verbinding uit door het draadloze signaal uit te schakelen zonder de netwerkgegevens te
verwijderen.Als u de verbinding wilt inschakelen, stelt u het draadloze (Wi-Fi-)netwerk opnieuw in.
Wi-Fi Direct instellen
Verbindt de printer met een draadloos (Wi-Fi-)netwerk zonder dat daarbij een draadloze router
wordt gebruikt.
Handmatige netwerkinstelling:
Wijzigt de netwerkinstellingen, zoals de apparaatnaam of TCP/IP.
Verbindingscontrole:
Controleert de status van de netwerkverbinding en drukt het rapport af.Als er problemen zijn met de
verbinding, kunt u het rapport raadplegen om het probleem te verhelpen.
Gerelateerde informatie
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 30
& “Handmatig Wi-Fi-instellingen
congureren
” op pagina 26
& “Wi-Fi-instellingen
congureren
via de drukknopinstelling” op pagina 27
&
“Wi-Fi-instellingen congureren via de PIN code-instelling (WPS)” op pagina 28
& “Een Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) verbreken vanaf het conguratiescherm” op pagina 37
Menuopties voor Epson Connect-services
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Epson Connect-services
Registreren/Verwijderen:
Registreer of verwijder de printer bij of uit Epson Connect.
Zie de volgende portalwebsite voor gebruikershandleidingen.
https://www.epsonconnect.com/
http://www.epsonconnect.eu (alleen Europa)
Onderbreken/hervatten:
Selecteer of u Epson Connect wilt onderbreken of hervatten.
E-mailadres:
Controleer het e-mailadres van de printer dat geregistreerd staat bij Epson Connect.
Gebruikershandleiding
Menuopties voor de modus Instellingen
141
Status:
Controleer of de printer al dan niet geregistreerd en verbonden is met Epson Connect.
Gerelateerde informatie
& “De service van Epson Connect” op pagina 145
Menuopties voor Afdrukinst. van Google cloud
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Afdrukinst. van Google cloud
Onderbreken/hervatten
Selecteer of u de Google Cloud Print-services wilt onderbreken of hervatten.
Afmelden
Registratie van Google Cloud Print-services
opheen.
Status
Controleer of de printer al dan niet geregistreerd en verbonden is met Google Cloud Print.
Zie de volgende portalwebsite voor registratie en gebruikershandleidingen.
https://www.epsonconnect.com/
http://www.epsonconnect.eu (alleen Europa)
Menuopties voor Bestandsdeling instellen
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Bestandsdeling instellen
Selecteer de verbindingsmethode tussen de printer en een computer met schrijoegang tot de geheugenkaart in de
printer. Lees- en schrijoegang wordt gegeven aan de computer met de verbinding die prioriteit hee. Andere
computers krijgen alleen leestoegang.
Gerelateerde informatie
& Een geheugenkaart benaderen vanaf een computer” op pagina 203
Menuopties voor Extern apparaat instellen
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Extern apparaat instellen
Gebruikershandleiding
Menuopties voor de modus Instellingen
142
Wijzig de afdrukinstellingen als u rechtstreeks wilt afdrukken vanaf een extern apparaat, zoals een digitale camera.
Raadpleeg de bijbehorende informatie voor een uitleg van de items voor instellingen.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
& “Menuopties voor het aanpassen en inzoomen op foto's” op pagina 75
Menuopties voor Geleiderfuncties
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Geleiderfuncties
Waarschuwing papierinstelling
Gee een waarschuwing weer als de papierinstellingen (afdrukinstellingen) voor de afdruktaak niet
overeenstemmen met de papierinstellingen van de printer die u hebt opgegeven bij het laden van het
papier. Deze instelling voorkomt verkeerde afdrukken. Wanneer Papierconguratie is uitgeschakeld in
het volgende menu, wordt het venster voor papierinstellingen niet weergegeven. In dit geval kunt u niet
afdrukken met een iPhone of iPad met AirPrint.
Instellingen > Printerinstelling > Papierbroninstelling
Menuopties voor Firmware-update
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Firmware-update
Bijwerken:
Controleert of er een nieuwe versie van de rmware op de netwerkserver staat.Als er een update
beschikbaar is, kunt u aangeven of de update mag worden uitgevoerd.
Huidige versie:
Gee
de huidige
rmwareversie
van uw printer weer.
Melding:
Controleert regelmatig op rmware-updates en informeert u zodra er een update beschikbaar is.
Gerelateerde informatie
& “De printerrmware bijwerken via het bedieningspaneel” op pagina 158
Menuopties voor Standaardinst. terugzetten
Selecteer de menu's op het bedieningspaneel zoals hierna beschreven.
Instellingen > Standaardinst. terugzetten
Gebruikershandleiding
Menuopties voor de modus Instellingen
143
Netwerkinstellingen:
Zet de netwerkinstellingen terug op de standaardwaarden.
Alles behalve Netwerkinstellingen:
Zet alle instellingen behalve de netwerkinstellingen terug op de standaardwaarden.
Alle instellingen:
Zet alle instellingen terug op de standaardwaarden.
Gebruikershandleiding
Menuopties voor de modus Instellingen
144
Netwerkservice en softwareinformatie
In dit deel maakt u kennis met de netwerkservices en sowareproducten die beschikbaar zijn voor uw printer via
de Epson-website of de meegeleverde sowareschijf.
De service van Epson Connect
Dankzij Epson Connect (beschikbaar via het internet) kunt u via uw smartphone, tablet, pc of laptop, altijd en
praktisch overal afdrukken.U moet vooraf uw printer registreren bij de Epson Connect-service.
De functies die via het internet beschikbaar zijn, zijn als volgt.
Email Print Epson iPrint afdrukken
op afstand
Scan to Cloud Remote Print Driver
✓✓✓✓
Volg de onderstaande stappen om de printer te registreren.
1.Selecteer in het startscherm Instellingen > Epson Connect-services > Registreren/Verwijderen om het
registratievel af te drukken.
2.Volg de instructies op het registratievel om de printer te registreren.
Raadpleeg de webportal van Epson Connect voor meer informatie.
https://www.epsonconnect.com/
http://www.epsonconnect.eu (alleen Europa)
Web Cong
Web Cong is een toepassing die draait in een webbrowser, zoals Internet Explorer of Safari, op een computer of
smart device. U kunt de printerstatus controleren of de netwerkservice en de printerinstellingen aanpassen.
Verbind de printer en de computer of het smart device met hetzelfde netwerk om Web Cong te gebruiken.
Opmerking:
De volgende browsers worden ondersteund.
Besturingssysteem Browser
Windows XP SP3 of hoger
Internet Explorer 8 of later, Firefox
*
, Chrome
*
Mac OS X v10.6.8 of hoger
Safari
*
, Firefox
*
, Chrome
*
iOS
*
Safari
*
Android 2.3 of hoger Standaard browser
Chrome OS
*
Standaard browser
* Gebruik de laatste versie.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
145
Web Cong gebruiken in een webbrowser
1. Controleer het IP-adres van de printer.
Selecteer Instellingen > Netwerkinstellingen > Netwerkstatus in het startscherm en controleer het IP-adres
van de printer.
2.
Start een webbrowser op een computer of smart device en voer vervolgens het IP-adres van de printer in.
Indeling:
IPv4: http://IP-adres van printer/
IPv6: http://[IP-adres van printer]/
Vo orb eel den:
IPv4: http://192.168.100.201/
IPv6: http://[2001:db8::1000:1]/
Opmerking:
Met het smart device kunt u Web Cong ook starten via het onderhoudsscherm van Epson iPrint.
Gerelateerde informatie
& “Epson iPrint gebruiken” op pagina 94
Web
Cong
uitvoeren op Windows
Volg de onderstaande stappen om Web Cong uit te voeren als u een computer aansluit op de printer met WSD.
1. Ga naar het scherm Apparaten en printers in Windows.
Win d ow s 1 0
Rechtsklik op de knop Start en selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in
Hardware en geluiden.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen > Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in
Hardware en geluiden (of Hardware).
Win d ow s 7
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware en
geluiden.
Win d ow s Vis ta
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Printers in Hardware en geluiden.
2. Klik met de rechtermuisknop op uw printer en selecteer Eigenschappen.
3. Selecteer het tabblad Web ser v ic e en klik op de URL.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
146
Web Cong uitvoeren op Mac OS
1. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2.
Klik op Opties en toebehoren> Toon webpagina printer.
Windows-printerdriver
Het printerstuurprogramma bestuurt de printer op basis van de opdrachten van een toepassing. Door instellingen
op te geven in de printerdriver krijgt u het beste afdrukresultaat. Met het hulpprogramma voor de printerdriver
kunt u de status van de printer controleren en de printer in optimale conditie houden.
Opmerking:
U kunt de taal van de printerdriver naar wens instellen. Selecteer de gewenste taal bij Taa l op het tabblad
Hulpprogramma's.
De printerdriver openen vanuit een toepassing
Als u instellingen wilt opgeven die alleen moeten gelden voor de toepassing waarmee u aan het werk bent, opent u
de printerdriver vanuit de toepassing in kwestie.
Selecteer Afdrukken of Afdrukinstelling in het menu Bestand. Selecteer uw printer en klik vervolgens op
Vo or keu ren of Eigenschappen.
Opmerking:
De werking varieert naargelang de toepassing. Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
De printerdriver openen via het bedieningspaneel
Wilt u instellingen congureren voor alle toepassingen, dan kunt u dit via het bedieningspaneel doen.
Wi nd ow s 1 0
Rechtsklik op de knop Start en selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware
en geluiden. Klik met de rechtermuisknop op uw printer, of houd de printer ingedrukt en selecteer
Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen > Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware
en geluiden. Klik met de rechtermuisknop op uw printer, of houd de printer ingedrukt en selecteer
Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Wi nd ow s 7
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware en
geluiden. Klik met de rechtermuisknop op uw printer en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Windows Vista
Klik op de knop Start, selecteer
Conguratiescherm
> Printers in Hardware en geluiden. Klik met de
rechtermuisknop op uw printer en selecteer Voorkeursinstellingen selecteren.
Wi nd ow s X P
Klik op de knop Start, selecteer
Conguratiescherm
> Printers en andere hardware > Printers en
faxapparaten. Klik met de rechtermuisknop op uw printer en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
147
Het printerstuurprogramma openen via het printerpictogram op de taakbalk
Het printerpictogram op de taakbalk van het bureaublad is een snelkoppeling waarmee u snel de printerdriver
kunt openen.
Als u op het printerpictogram klikt en Printerinstellingen selecteert, kunt u hetzelfde venster met
printerinstellingen openen als het venster dat u opent via het bedieningspaneel. Als u op dit pictogram dubbelklikt,
kunt u de status van de printer controleren.
Opmerking:
Als het printerpictogram niet op de taakbalk wordt weergegeven, open dan het venster van de printerdriver, klik op
Controlevoorkeursinstellingen op het tabblad Hulpprogramma's en selecteer vervolgens Snelkoppelingspictogram
registreren op taakbalk.
De toepassing starten
Open het venster van de printerdriver. Selecteer het tabblad Hulpprogramma's.
Uitleg bij de printerdriver voor Windows
De printerdriver voor Windows hee een Help-functie. Als u uitleg over de instellingen wilt weergeven, klik dan
met de rechtermuisknop op de instelling en klik vervolgens op Help.
Het tabblad Hoofdgroep
Hier kunt u basisinstellingen opgeven voor het afdrukken, zoals het papiertype of papierformaat.
U kunt ook instellingen opgeven voor het afdrukken op beide zijden van het papier of het afdrukken van meerdere
pagina's op één vel papier.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
148
Het tabblad Meer opties
Hier kunt u extra opties voor de lay-out en het afdrukken opgeven, zoals het formaat van de afdruk of
kleurcorrecties.
Het tabblad Hulpprogramma's
U kunt onderhoudsfuncties uitvoeren, zoals de spuitstukcontrole en printkopreiniging, en door EPSON Status
Monitor 3 te starten kunt u de printerstatus en foutmeldingen raadplegen.
Bedieningsinstellingen voor Windows-printerdriver
congureren
U kunt instellingen congureren zoals het inschakelen van EPSON Status Monitor 3.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
149
1. Open het venster van de printerdriver.
2. Klik op Extra instellingen op het tabblad Hulpprogramma's.
3.
Congureer
de gewenste instellingen en klik vervolgens op OK.
Zie de online-Help voor een uitleg van de items voor instellingen.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 147
Mac OS-printerstuurprogramma
Het printerstuurprogramma bestuurt de printer op basis van de opdrachten van een toepassing.Door instellingen
op te geven in het printerstuurprogramma krijgt u het beste afdrukresultaat.Met het hulpprogramma voor het
printerstuurprogramma kunt u de status van de printer controleren en de printer in optimale conditie houden.
Het printerstuurprogramma openen vanuit een toepassing
Klik op Pagina-instelling of Afdrukken in het menu File van uw toepassing.Klik indien nodig op Toon detai l s (of
d
) om het afdrukvenster te vergroten.
Opmerking:
Aankelijk van de toepassing die wordt gebruikt, wordt Pagina-instelling mogelijk niet weergegeven in het menu Bestand
en kunnen de bewerkingen voor het weergeven van het afdrukscherm verschillen.Zie de Help van de toepassing voor meer
informatie.
De toepassing starten
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open
Printerhulpprogramma.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
150
Uitleg bij het printerstuurprogramma voor Mac OS
Afdrukvenster
Met het venstermenu in het midden kunt u meer items weergeven.
Snelmenu Beschrijving
Printerinstellingen Hiermee kunt u de basisinstellingen voor het afdrukken opgeven, zoals de papiersoort en
afdrukkwaliteit.
Inst. dubbelzijdig afdr. Hiermee kunt u een bindrichting voor het dubbelzijdig afdrukken of een documenttype
selecteren.
Lay-out Hiermee kunt u een lay-out selecteren voor het afdrukken van meerdere pagina's op één vel of
aangeven dat u een rand wilt afdrukken.
Papierafhandeling U kunt de afdruktaak groter of kleiner maken en automatisch aanpassen aan het
papierformaat dat u hebt geladen.
Kleuren aanpassen Hiermee kunt u de kleuren aanpassen.
Kleurenopties
Als u EPSON Kleurencontrole selecteert in het menu Kleuren aanpassen, kunt u een
kleurcorrectiemethode kiezen.
Opmerking:
Als u OS X Mountain Lion of hoger gebruikt en het menu Printerinstellingen niet wordt weergegeven, is het Epson-
printerstuurprogramma niet goed geïnstalleerd.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en faxen),
verwijder de printer en voeg de printer opnieuw toe.Zie het volgende om een printer toe te voegen.
http://epson.sn
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
151
Epson Printer Utility
U kunt een onderhoudsfunctie uitvoeren, zoals de spuitstukcontrole en printkopreiniging, en door EPSON Status
Monitor te starten kunt u de printerstatus en foutmeldingen raadplegen.
Bedieningsinstellingen voor Mac OS-printerdriver congureren
Het venster Bedieningsinstellingen openen voor het Mac OS-
printerstuurprogramma
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen) en selecteer vervolgens de printer. Klik op Opties en toebehoren > Opties (of Driver).
Bedieningsinstellingen voor het Mac OS-printerstuurprogramma
Dik papier en enveloppes: voorkomt inktvlekken bij gebruik van dik papier.De afdruksnelheid kan echter
afnemen.
Lege pagina overslaan: hiermee wordt voorkomen dat lege pagina's worden afgedrukt.
Stille modus: hiermee maakt de printer minder geluid, maar de afdruksnelheid kan afnemen.
Autom. cassette omschakelen: hiermee wordt automatisch papier ingevoerd uit papiercassette 2 wanneer het
papier in papiercassette 1 op is.
Afdrukken met hoge snelheid: hiermee wordt afgedrukt wanneer de printkop in beide richtingen beweegt.Het
afdrukken verloopt sneller, maar de kwaliteit kan afnemen.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
152
Waarschuwingen: wanneer deze optie is ingeschakeld, kan het printerstuurprogramma waarschuwingen
weergeven.
Bidirectionele communicatie gebruiken: dit moet normaliter zijn ingesteld op Aan.Selecteer Uit wanneer het
openen van de printerinformatie niet mogelijk is omdat de printer wordt gedeeld met Windows-computers in
een netwerk.
Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)
Epson Scan 2 is een toepassing waarmee het scanproces geregeld kan worden.U kunt formaat, resolutie,
helderheid, contrast en kwaliteit van de gescande aeelding aanpassen.
Opmerking:
U kunt Epson Scan 2 ook vanuit een TWAIN-scantoepassing starten.
Beginnen met Windows
Wi nd ow s 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens EPSON > Epson Scan 2.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi nd ow s 7 /Wi nd ow s Vi s t a/ Win d ow s X P
Klik op de knop Start en selecteer dan Alle programma's of programma's > EPSON > Epson Scan 2> Epson
Scan 2.
Beginnen met Mac OS
Opmerking:
Epson Scan 2 biedt geen ondersteuning voor de Mac OS-functie voor snelle gebruikersoverschakeling.Schakel snelle
gebruikersoverschakeling uit.
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Epson Scan 2.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Epson Event Manager
Epson Event Manager is een toepassing waarmee u vanuit het conguratiescherm het scannen kunt beheren en
bestanden kunt opslaan op een computer.U kunt uw eigen instellingen als presets toevoegen zoals het
documenttype, de locatie voor de opslagmap en het formaat van het bestand.Zie de Help van de toepassing voor
meer informatie.
Beginnen met Windows
Wi nd ow s 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Epson Soware > Event Manager.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
153
Wi nd ow s 7 /Wi nd ow s Vi s t a/ Win d ow s X P
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle programma's of Programma's > Epson
Soware
> Event
Manager.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson
Soware
> Event Manager.
Gerelateerde informatie
& “Scannen naar een computer” op pagina 108
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Epson Easy Photo Print
Epson Easy Photo Print is een toepassing waarmee u gemakkelijk foto's met verschillende lay-outs kunt
afdrukken.U kunt het voorbeeld van het foto-bestand bekijken en het bestand of de positie aanpassen.U kunt ook
foto's met een rand afdrukken.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Opmerking:
Het printerstuurprogramma moet zijn geïnstalleerd om deze toepassing te gebruiken.
Beginnen met Windows
Wi nd ow s 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Epson Soware > Epson Easy Photo Print.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de
soware
in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi nd ow s 7 /Wi nd ow s Vi s t a/ Win d ow s X P
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle programma's of Programma's > Epson Soware > Epson
Easy Photo Print.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Epson Easy Photo Print.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Epson Print CD
Epson Print CD is een toepassing waarmee u een cd-/dvd-label kunt ontwerpen om rechtstreeks af te drukken op
een cd/dvd.Ook is het mogelijk een cd-/dvd-hoesje af te drukken.Zie de Help van de toepassing voor meer
informatie.
Opmerking:
Het printerstuurprogramma moet zijn geïnstalleerd om deze toepassing te gebruiken.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
154
Beginnen met Windows
Wi nd ow s 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens EPSON-soware > Print CD.
Wi nd ow s 8 /Wi nd ow s 8 . 1
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi nd ow s 7 /Wi nd ow s Vi s t a/ Win d ow s X P
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle programma's of Programma's > Epson Soware > Print
CD.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Print CD > Print CD.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
EPSON Software Updater
EPSON
Soware
Updater is een toepassing die controleert op nieuwe of bijgewerkte
soware
op internet en deze
vervolgens installeert.U kunt ook de rmware en de handleiding van de printer bijwerken.
Beginnen met Windows
Wi nd ow s 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Epson Soware > EPSON Soware Updater.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi nd ow s 7 /Wi nd ow s Vi s t a/ Win d ow s X P
Klik op de knop Start en selecteer dan Alle Programma's (of Programma's) > Epson Soware > EPSON
Soware Updater.
Opmerking:
U kunt EPSON Soware Updater ook starten door te klikken op het printerpictogram op de taakbalk van het bureaublad en
vervolgens Soware-update te selecteren.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > EPSON Soware Updater.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Toepassingen verwijderen
Meld u aan op uw computer als beheerder. Voer het beheerderswachtwoord in als u hierom wordt gevraagd.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
155
Toepassingen verwijderen — Windows
1. Druk op de knop
P
om de printer uit te zetten.
2. Sluit alle actieve toepassingen.
3.
Conguratiescherm openen:
Win d ow s 1 0
Rechtsklik op de knop Start en selecteer Conguratiescherm.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen >
Conguratiescherm
.
Windows 7/Windows Vista/Windows XP
Klik op de startknop en selecteer Conguratiescherm.
4. Open Een programma verwijderen (of Programma's installeren of verwijderen):
Windows 10/Windows 8.1/Windows 8/Windows 7/Windows Vista
Selecteer Een programma verwijderen in Programma's.
Win d ow s X P
Klik op Programma's installeren of verwijderen.
5. Selecteer de soware die u wilt verwijderen.
6. De toepassingen verwijderen:
Windows 10/Windows 8.1/Windows 8/Windows 7/Windows Vista
Klik op Ver w ijd ere n/ wi jzi gen of Ver w ij der en .
Win d ow s X P
Klik op Wijzigen/Verwijderen of Ver w ijd eren.
Opmerking:
Als het venster Gebruikersaccountbeheer wordt weergegeven, klikt u op Doorgaan.
7. Volg de instructies op het scherm.
Toepassingen verwijderen — Mac OS
1.
Download de Uninstaller met EPSON Soware Updater.
Als u de Uninstaller hebt gedownload, hoe u deze niet telkens opnieuw te downloaden wanneer u de
toepassing verwijdert.
2.
Druk op de knop
P
om de printer uit te zetten.
3. Als u het printerstuurprogramma wilt verwijderen, selecteert u Systeemvoorkeuren in het menu
>
Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en faxen) en vervolgens verwijdert u de printer
uit de printerlijst.
4. Sluit alle actieve toepassingen.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
156
5. Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Uninstaller.
6. Selecteer de toepassing die u wilt verwijderen en klik vervolgens op Maak installatie ongedaan.
c
Belangrijk:
De Uninstaller verwijdert alle Epson-inktjetprinterdrivers van de computer. Als u meerdere Epson
inktjetprinters gebruikt en u enkel bepaalde drivers wenst te verwijderen, verwijder ze dan eerst allemaal en
installeer dan enkel de vereiste drivers.
Opmerking:
Als u de toepassing die u wilt verwijderen niet kunt vinden in de lijst, kunt u deze niet verwijderen met de Uninstaller.
Selecteer in dat geval Start > Toepassingen > Epson Soware, kies de toepassing die wilt verwijderen en sleep deze
vervolgens naar het prullenmandpictogram.
Gerelateerde informatie
&
“EPSON
Soware
Updater” op pagina 155
Toepassingen installeren
Verbind uw computer met het netwerk en installeer de nieuwste versie van toepassingen vanaf de website.
Opmerking:
Meld u aan op uw computer als beheerder. Voer het beheerderswachtwoord in als u hierom wordt gevraagd.
U moet een toepassing eerst verwijderen voordat u deze opnieuw kunt installeren.
1.
Sluit alle actieve toepassingen.
2. Koppel de printer en computer tijdelijk los als u de printerdriver of Epson Scan 2 installeert.
Opmerking:
Verbindt de printer en computer pas als de instructies dit zeggen.
3. Installeer de toepassingen door de instructies op onderstaande website te volgen.
http://epson.sn
Opmerking:
Als u een Windows-computer gebruikt en de toepassingen niet kunt downloaden vanaf de website, installeert u deze van
de soware-cd die met de printer is geleverd.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 155
Toepassingen en
rmware
bijwerken
Bepaalde problemen kunnen worden opgelost door de toepassingen en rmware opnieuw te installeren. Zorg
ervoor dat u de nieuwste versie van de toepassingen en rmware gebruikt.
1. Controleer of de printer en de computer zijn aangesloten, en of de computer met internet is verbonden.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
157
2. Start EPSON Soware Updater en werk de toepassingen of de rmware bij.
c
Belangrijk:
Schakel de printer niet uit en trek de stekker niet uit het stopcontact zolang de update bezig is, anders kan de
printer defect raken.
Opmerking:
Als u de toepassing die u wilt bijwerken niet kunt vinden in de lijst, kunt u deze niet bijwerken met de EPSON Soware
Updater. Kijk op uw lokale Epson-website voor de nieuwste versies van de toepassingen.
http://www.epson.com
Gerelateerde informatie
&
“EPSON Soware Updater” op pagina 155
De printerrmware bijwerken via het bedieningspaneel
Als de printer verbinding hee met internet, kunt u de rmware van de printer bijwerken via het
bedieningspaneel.Nieuwe rmware kan de prestaties van de printer verbeteren of kan nieuwe functies toevoegen.U
kunt ook instellen dat de printer regelmatig zelf moet controleren of er nieuwe rmware is en zo ja, dat u daar dan
bericht van moet krijgen.
1. Ga in het startscherm naar Instellingen met de knop
l
of
r
en druk vervolgens op de knop OK.
2.
Selecteer Firmware-update met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
3. Selecteer Bijwerken met de knop
u
of
d
en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking:
Selecteer Melding > Aan om de printer regelmatig te laten controleren op beschikbare rmware-updates.
4. Controleer het bericht op het scherm en druk op de knop OK.
De printer gaat op zoek naar beschikbare updates.
5. Als op het display wordt weergegeven dat er een rmware-update beschikbaar is, volg dan de aanwijzingen op
het scherm om de update te starten.
c
Belangrijk:
Schakel de printer niet uit en trek de stekker niet uit het stopcontact zolang de update bezig is, anders kan de
printer defect raken.
Als de rmware-update niet goed wordt afgerond of mislukt, start de printer niet goed op en wordt
"Recovery Mode" weergegeven op het display de volgende keer dat de printer wordt aangezet.In dit geval
moet u de
rmware
opnieuw bijwerken maar dan met behulp van een computer.Sluit de printer met een
USB-kabel aan op de computer.Wanneer "Recovery Mode" wordt weergegeven op de printer, kunt u de
rmware
niet via een netwerkverbinding bijwerken.Ga op de computer naar uw lokale Epson-website en
download de meest recente
printerrmware.Zie
de aanwijzingen op de website voor de volgende stappen.
Gerelateerde informatie
& “Technische ondersteuning (website)” op pagina 204
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
158
Problemen oplossen
De printerstatus controleren
Berichten op het display bekijken
Als er een foutmelding op het display wordt weergegeven, volgt u de instructies op het scherm of de onderstaande
oplossingen om het probleem op te lossen.
Foutmeldingen Oplossingen
Printerfout. Schakel de printer uit en weer in. Zie
de documentatie voor details.
Als de foutmelding nog steeds verschijnt na het uit- en opnieuw
inschakelen, neemt u contact op met de klantendienst van Epson.
Bewerking geannuleerd. Fout tijdens het
opslaan.
Mogelijk is het externe opslagapparaat, zoals een geheugenkaart,
beschadigd.Controleer of het apparaat beschikbaar is.
Papierconguratie is uitgeschakeld. Sommige
functies zijn mogelijk niet beschikbaar.
Raadpleeg documentatie voor details.
Als Papierconguratie is uitgeschakeld, kunt u AirPrint niet
gebruiken.Bovendien worden er geen berichten weergegeven om u te
laten weten dat het papierformaat en papiertype niet
overeenstemmen.Laat deze instelling ingeschakeld tenzij u altijd papier
van hetzelfde formaat en type gebruikt en de papierinstellingen niet
hoeft te wijzigen.
Het inktkussen van de printer nadert einde
levensduur. Neem contact met Epson-
ondersteuning.
Neem contact op met Epson of een erkende Epson-serviceprovider om
het inktkussentje* te vervangen. Dit onderdeel kan niet door de
gebruiker worden vervangen. Het bericht wordt weergegeven tot het
inktkussentje wordt vervangen.
Druk op de knop
x
om het afdrukken te hervatten.
Het inktkussen van de printer is aan einde
levensduur. Neem contact met Epson-
ondersteuning.
Neem contact op met Epson of een erkende Epson-serviceprovider om
het inktkussentje* te vervangen. Dit onderdeel kan niet door de
gebruiker worden vervangen.
Communicatiefout. Controleer of pc is
aangesloten.
Sluit de computer en de printer correct aan.Als u verbinding maakt via
een netwerk, raadpleegt u de pagina waarin de netwerkverbinding
vanaf de computer wordt beschreven.
Als de foutmelding wordt weergegeven tijdens het scannen, controleert
u of Epson Scan 2 en Epson Event Manager op de computer zijn
geïnstalleerd.
Combinatie van IP-adres en subnetmasker is
ongeldig. Zie uw documentatie.
Voer het juiste IP-adres of de juiste standaardgateway in.Neem contact
op met degene die het netwerk heeft ingesteld voor ondersteuning.
Werk rootcerticaat bij om cloudservices te
gebruiken.
Voer Web Cong uit en werk vervolgens het basiscerticaat bij.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
159
Foutmeldingen Oplossingen
Recovery Mode De printer is in herstelmodus gestart omdat de rmware-update is
mislukt.Volg de onderstaande stappen om opnieuw te proberen de
rmware bij te werken.
1.Sluit de computer en de printer met een USB-kabel op elkaar aan.(In
herstelmodus kunt u de rmware niet via een netwerkverbinding
bijwerken.)
2.Ga naar uw lokale Epson-website voor verdere instructies.
* Bij sommige afdrukcycli komt een heel kleine hoeveelheid overtollige inkt op het inktkussentje terecht. Om te
voorkomen dat er inkt uit het kussentje lekt, is de printer ontworpen om het afdrukken te stoppen wanneer het
kussentje de limiet bereikt. Of en hoe vaak dit nodig is, hangt af van het aantal pagina's dat u afdrukt, het soort
materiaal waarop u afdrukt en het aantal reinigingsprocedures dat door het apparaat wordt uitgevoerd. Dat het
kussentje moet worden vervangen, wil niet zeggen dat uw printer niet meer volgens de specicaties functioneert.
De printer brengt u op de hoogte wanneer het kussentje moet worden vervangen. Dit kan alleen worden gedaan
door een erkende Epson-serviceprovider. De kosten voor deze vervanging vallen niet onder de garantie van Epson.
Gerelateerde informatie
& “Contact opnemen met de klantenservice van Epson” op pagina 205
& “Ondersteunde geheugenkaartspecicaties” op pagina 195
& “Specicaties ondersteunde externe opslagapparaten” op pagina 196
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
& “Web Cong” op pagina 145
& “Toepassingen en rmware bijwerken” op pagina 157
De printerstatus controleren - Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2.
Klik op EPSON Status Monitor 3 op het tabblad Hulpprogramma's.
Opmerking:
U kunt de printerstatus ook controleren door te dubbelklikken op het printerpictogram op de taakbalk. Als het
printerpictogram niet aan de taakbalk is toegevoegd, klik dan op Controlevoorkeursinstellingen op het tabblad
Hulpprogramma's en selecteer vervolgens Snelkoppelingspictogram registreren op taakbalk.
Als EPSON Status Monitor 3 is uitgeschakeld, klikt u op Extra instellingen op het tabblad Hulpprogramma's en
selecteert u EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 147
De printerstatus controleren — Mac OS
1. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
160
2. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
3. Klik op EPSON Status Monitor.
U kunt de printerstatus, het inktpeil en de foutstatus controleren.
Vastgelopen papier verwijderen
Controleer de foutmelding die op het bedieningspaneel wordt weergegeven en volg de instructies om het
vastgelopen papier, inclusief afgescheurde stukjes, te verwijderen.Verwijder hierna de foutmelding.
c
Belangrijk:
Verwijder voorzichtig het vastgelopen papier.Het papier krachtdadig verwijderen kan de printer beschadigen.
Zorg ervoor dat u de printer niet kantelt, verticaal houdt of ondersteboven plaatst tijdens het verwijderen van
vastgelopen papier, anders kan er inkt lekken.
Vastgelopen papier verwijderen uit de Papiercassette
1. Sluit de uitvoerlade.
2. Trek de papiercassette uit de printer.
3.
Verwijder het vastgelopen papier.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
161
4. Lijn de randen van het papier uit en schuif de zijgeleiders tegen de randen van het papier aan.
5. Laad de papiercassette in de printer.
Vastgelopen papier binnen in de printer verwijderen
!
Let op:
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten. Anders kunt u zich
verwonden.
Raak nooit de knoppen van het bedieningspaneel aan als u met uw hand in de printer zit. Als de printer begint te
werken, kunt u zich verwonden. Raak de uitstekende delen niet aan om verwondingen te voorkomen.
1.
Open de scannereenheid met het documentdeksel gesloten.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
162
2. Verwijder het vastgelopen papier.
c
Belangrijk:
Raak de witte, platte kabel, het doorzichtige deel en de inktbuisjes binnen in de printer niet aan. Dit kan een
storing veroorzaken.
3. Sluit de scannereenheid.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
163
Vastgelopen papier verwijderen uit de Achterpaneel
1. Verwijder de achterpaneel.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
3. Verwijder het vastgelopen papier uit de achterpaneel
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
164
4. Open het deksel van de achterpaneel.
5. Verwijder het vastgelopen papier.
6.
Sluit het deksel van de achterpaneel en laad de achterpaneel in de printer.
Papier wordt niet goed ingevoerd
Controleer de volgende punten en voer de toepasselijke acties uit om het probleem op te lossen.
Plaats de printer op een vlakke ondergrond en gebruik deze in de aanbevolen omgevingsomstandigheden.
Gebruik papier dat door deze printer wordt ondersteund.
Volg de voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking.
Laad niet meer dan het maximale aantal pagina's voor de specieke papiersoort. Let er bij gewoon papier op dat
het niet boven de streep met het driehoekje op de zijgeleider komt.
Controleer of de instellingen voor het papierformaat en -type overeenkomen met het werkelijke papierformaat
en -type dat in de printer is geladen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
165
Gerelateerde informatie
& “Omgevingsspecicaties” op pagina 198
& Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 39
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
Papier loopt vast
Laad het papier in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen de randen van het papier aan.
Laad één blad papier per keer wanneer u meerdere bladen laadt.
Gerelateerde informatie
& “Vastgelopen papier verwijderen” op pagina 161
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
Papier wordt schuin ingevoerd
Laad het papier in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen de randen van het papier aan.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
Er worden meerdere vellen papier tegelijk uitgevoerd
Laad één vel papier per keer.
Wanneer er verschillende bladen tegelijk worden ingevoerd tijdens handmatig dubbelzijdig afdrukken, haalt u
al het papier uit de printer voordat u het opnieuw laadt.
Het papier komt uit de Papiertoevoer achter zonder dat erop is
afgedrukt
Als u papier laadt voordat de papiertoevoer achter klaar is, wordt het papier onbedrukt uitgeworpen. Verzend eerst
de afdruktaak en laad het papier pas wanneer de printer aangee dat u dit moet doen.
Cd-/dvd-lade wordt uitgeworpen
Zorg ervoor dat de schijf goed op de lade ligt en plaats de lade op de juiste manier in het apparaat.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
166
Plaats de cd-/dvd-lade pas in het apparaat wanneer dit in de instructies wordt aangegeven. Anders treedt er een
fout op en wordt de lade uitgeworpen.
Gerelateerde informatie
& Foto's op een cd-/dvd-label afdrukken vanaf een geheugenkaart” op pagina 65
& “Kopiëren op een cd-/dvd-label” op pagina 104
Problemen met stroomtoevoer en bedieningspaneel
De stroom wordt niet ingeschakeld
Controleer of het netsnoer goed in het stopcontact zit.
Houd de knop
P
iets langer ingedrukt.
Lampjes gingen aan en toen weer uit
Het voltage van de printer komt mogelijk niet overeen met dat van het stopcontact. Schakel de printer uit en trek
onmiddellijk de stekker uit het stopcontact. Controleer vervolgens het label op de printer.
!
Let op:
STEEK DE STEKKER NIET OPNIEUW IN HET STOPCONTACT als de voltages niet overeenkomen. Neem
contact op met de leverancier.
De stroom wordt niet uitgeschakeld
Houd de knop
P
iets langer ingedrukt. Als de printer ook hiermee niet uitgaat, haalt u de stekker uit het
stopcontact. Zet de printer weer aan en zet deze vervolgens uit door op de knop
P
te drukken om te voorkomen
dat de printkop uitdroogt.
Stroom schakelt automatisch uit
Selecteer Uitschakelinstellingen in Printerinstellingen schakel dan de instellingen Uit als inactief en Uit als
losgekoppeld uit.
Schakel de instelling Uitschakelingstimer in Printerinstellinguit.
Opmerking:
Uw product
hee
mogelijk de functie Uitschakelinstellingen of Uitschakelingstimer,
aankelijk
van de plaats van
aankoop.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor Printerinstelling” op pagina 139
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
167
Het display wordt donker
De printer staat in slaapstand. Druk op een willekeurige knop op het bedieningspaneel om het display weer te
activeren.
De functie Autom. inschakeling werkt niet
Zorg ervoor dat de instelling Autom. inschakeling in Printerinstelling is ingeschakeld.
Zorg ervoor dat de printer goed is aangesloten met een USB-kabel of op het netwerk.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor Printerinstelling” op pagina 139
Kan niet afdrukken vanaf een computer
De verbinding controleren
Sluit de USB-kabel goed aan tussen de printer en de computer.
Als u een USB-hub gebruikt, sluit u de printer direct op de computer aan.
Als u niet kunt afdrukken via een netwerk, raadpleegt u de pagina waarin de netwerkverbinding vanaf de
computer wordt beschreven.
De software en gegevens controleren
Installeer het printerstuurprogramma.
Als u een aeelding afdrukt die uit een grote hoeveelheid gegevens bestaat, kan de computer een tekort aan
geheugen ondervinden.Druk de aeelding af op een lagere resolutie of een kleiner formaat.
De printerstatus controleren vanaf de computer (Windows)
Klik op Wach tr ij op het tabblad Hulpprogramma's van het printerstuurprogramma, en controleer het volgende.
Controleer of er gepauzeerde afdruktaken zijn.
Annuleer het afdrukken indien nodig.
Zorg ervoor dat de printer niet oine of in wachtstand staat.
Als de printer oine is of in wachtstand staat, schakel de relevante instelling dan uit via het menu Printer.
Zorg ervoor dat de printer is geselecteerd als standaardprinter via het menu Printer (er moet een vinkje op het
item staan).
Als de printer niet als standaardprinter is geselecteerd, stelt u deze in als de standaardprinter.
Zorg ervoor dat de printerpoort goed is geselecteerd in Eigenschappen > Poort in het menu Printer. Dit gaat
als volgt.
Selecteer "USBXXX" voor een USB-verbinding of "EpsonNet Print Port" voor een netwerkverbinding.
De printerstatus controleren vanaf de computer (Mac OS)
Zorg ervoor dat de printerstatus niet Pauze is.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
168
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen), en dubbelklik dan op de printer.Als de printer gepauzeerd is, klikt u op Hervatten (of Printer hervatten).
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 24
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
& Afdrukken annuleren” op pagina 99
Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren
Schakel de apparaten die u met het netwerk wilt verbinden uit. Wacht circa 10 seconden en schakel de
apparaten in de volgende volgorde weer in: het toegangspunt, de computer of het smart device en tenslotte de
printer. Verklein de afstand tussen de printer en de computer of het smart device enerzijds en het toegangspunt
anderzijds om de radiocommunicatie te vereenvoudigen, en probeer vervolgens opnieuw de
netwerkinstellingen te congureren.
Selecteer Instellingen > Netwerkinstellingen > Verbindingscontrole en druk vervolgens het
netwerkverbindingsrapport af. Als er een fout is opgetreden, controleer dan het netwerkverbindingsrapport en
volg de afgedrukte oplossingen.
Gerelateerde informatie
& Een netwerkverbindingsrapport afdrukken” op pagina 31
& “Kan geen verbinding maken vanaf apparaten terwijl de netwerkinstellingen correct zijn” op pagina 169
Kan geen verbinding maken vanaf apparaten terwijl de
netwerkinstellingen correct zijn
Als u geen verbinding kunt maken tussen de computer of het smart device en de printer terwijl er geen fouten
worden weergegeven in het netwerkverbindingsrapport, controleert u het volgende.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
169
Wanneer u tegelijkertijd meerdere toegangspunten gebruikt, kunt u de printer mogelijk niet gebruiken vanaf de
computer of het smart device vanwege de instellingen van de toegangspunten. Verbind de computer of het
smart device met hetzelfde toegangspunt als de printer.
Mogelijk kunt u geen verbinding maken met het toegangspunt wanneer dit meerdere SSID's hee en de
apparaten zijn verbonden met andere SSID's op hetzelfde toegangspunt. Verbind de computer of het smart
device via hetzelfde SSID als de printer.
Een toegangspunt dat compatibel is met zowel IEEE802.11a als IEEE802.11g hee een SSID voor 2,4 GHz en 5
GHz. Als u de computer of het smart device verbindt via een 5GHz-SSID, kunt u geen verbinding maken met de
printer omdat deze alleen communicatie via 2,4 GHz ondersteunt. Verbind de computer of het smart device via
hetzelfde SSID als de printer.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
170
De meeste toegangspunten hebben een functie voor privacyscheiding waarmee communicatie vanaf niet
geautoriseerde apparaten wordt geblokkeerd. Als u geen verbinding kunt maken met het netwerk terwijl de
apparaten en het toegangspunt zijn verbonden via hetzelfde SSID, schakelt u de privacyscheiding op het
toegangspunt uit. Zie voor meer informatie de bij het toegangspunt geleverde handleiding.
Gerelateerde informatie
& “De SSID controleren waarmee de printer is verbonden” op pagina 171
& “De SSID voor de computer controleren” op pagina 172
De SSID controleren waarmee de printer is verbonden
Selecteer Instellingen > Netwerkinstellingen > Netwerkstatus. SSID's worden weergegeven op elk Wi-Fi-netwerk
en Wi-Fi Direct-netwerk.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
171
De SSID voor de computer controleren
Windows
Klik op
in het taakvak van de desktop. Controleer de naam van de verbonden SSID in de lijst die wordt
weergegeven.
Mac OS X
Klik op het Wi-Fi-pictogram boven in het computerscherm. Er wordt een lijst met SSID's weergegeven en de
verbonden SSID is gemarkeerd met een vinkje.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
172
De printer kan opeens niet afdrukken via een
netwerkverbinding
Wanneer u een ander toegangspunt in gebruik hebt genomen of van provider bent gewisseld, stelt u de
netwerkverbindingen voor de printer opnieuw in. Verbind de computer of het smart device via hetzelfde SSID
als de printer.
Schakel de apparaten die u met het netwerk wilt verbinden uit. Wacht circa 10 seconden en schakel de
apparaten in de volgende volgorde weer in: het toegangspunt, de computer of het smart device en tenslotte de
printer. Verklein de afstand tussen de printer en de computer of het smart device enerzijds en het toegangspunt
anderzijds om de radiocommunicatie te vereenvoudigen, en probeer vervolgens opnieuw de
netwerkinstellingen te congureren.
Klik in Windows op Wa ch tr ij op het tabblad Hulpprogramma's van de printerdriver en controleer de volgende
zaken.
Controleer of er gepauzeerde afdruktaken zijn. Annuleer het afdrukken indien nodig.
Zorg ervoor dat de printer niet oine of in wachtstand staat. Als de printer oine is of in wachtstand staat,
schakel de relevante instelling dan uit via het menu Printer.
Zorg ervoor dat de printer is geselecteerd als standaardprinter via het menu Printer (er moet een vinkje op
het item staan).
Als de printer niet als standaardprinter is geselecteerd, stelt u deze in als de standaardprinter.
Controleer of de juiste poort is geselecteerd in Eigenschappen van printer > Poort
Selecteer Instellingen > Netwerkinstellingen > Verbindingscontrole en druk vervolgens het
netwerkverbindingsrapport af. Als uit het rapport blijkt dat er geen netwerkverbinding tot stand is gebracht,
controleert u het netwerkverbindingsrapport en volgt u de afgedrukte oplossingen.
Probeer op de computer een internetpagina te openen om te controleren of de netwerkinstellingen van de
computer correct zijn. Als u geen internetpagina's kunt openen, is er probleem met de computer. Raadpleeg de
handleiding die bij uw computer is geleverd voor meer informatie.
Gerelateerde informatie
& “De SSID controleren waarmee de printer is verbonden” op pagina 171
& “De SSID voor de computer controleren” op pagina 172
& Een netwerkverbindingsrapport afdrukken” op pagina 31
& Een netwerkverbindingsrapport afdrukken” op pagina 31
De printer kan opeens niet afdrukken via een USB-
verbinding
Koppel de USB-kabel los van de computer. Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram op de
computer en selecteer Apparaat verwijderen. Sluit vervolgens de USB-kabel aan op de computer en druk een
testpagina af. Als het afdrukken lukt, is de installatie voltooid.
Stel de USB-verbinding opnieuw in door de stappen in [Een verbindingsmethode met een computer wijzigen]
in deze handleiding te volgen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
173
Gerelateerde informatie
& “De verbindingsmethode met een computer wijzigen” op pagina 36
Kan niet afdrukken vanaf een iPhone of iPad
Verbind de iPhone of iPad met hetzelfde netwerk (SSID) als de printer.
Schakel
Papierconguratie
in de volgende menu's in.
Instellingen > Printerinstelling > Papierbroninstelling > Papierconguratie
Schakel de instelling AirPrint in Web Cong in.
Gerelateerde informatie
&
“Een smart device verbinden” op pagina 25
&
“Web Cong” op pagina 145
Afdrukproblemen
De afdruk is gekrast of er ontbreken kleuren
Als u de printer langere tijd niet hebt gebruikt, kunnen de spuitkanaaltjes van de printkop verstopt raken en
worden inktdruppels mogelijk niet doorgelaten.Voer een spuitstukcontrole uit en reinig dan de printkop als er
spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zitten.
Als u hebt afgedrukt terwijl het inktniveau zo laag was dat dit in het venster van de tank niet meer te zien was,
vult u de inkttanks tot de bovenste markering en gebruikt u het hulpprogramma Krachtige reiniging om de
inkt in de inktbuisjes te vervangen.Nadat u het hulpprogramma hebt gebruikt, voert u een
spuitkanaaltjescontrole uit om te zien of de afdrukkwaliteit is verbeterd.
Gerelateerde informatie
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 130
& De inkttanks bijvullen” op pagina 123
& “Krachtige reiniging uitvoeren” op pagina 131
Er verschijnen strepen of onverwachte kleuren
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
174
De spuitkanaaltjes van de printkop zijn mogelijk verstopt. Voer een spuitkanaaltjescontrole uit om na te gaan of de
printkoppen verstopt zijn. Reinig de printkop als er spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zijn.
Gerelateerde informatie
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 130
Gekleurde streepvorming zichtbaar met een tussenafstand van
ongeveer 2.5 cm
Selecteer de geschikte papiertype-instelling voor het papiertype dat in de printer is geladen.
Lijn de printkop uit met gebruik van de functie Horizontale uitlijning.
Wanneer u afdrukt op gewoon papier, drukt u af met een hogere kwaliteitsinstelling.
Gerelateerde informatie
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
& De printkop uitlijnen — Bedieningspaneel” op pagina 133
Onscherpe afdrukken, verticale strepen of verkeerde uitlijning
Lijn de printkop uit met gebruik van de functie Verticale uitlijning.
Gerelateerde informatie
&
“De printkop uitlijnen — Bedieningspaneel” op pagina 133
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
175
De afdrukkwaliteit is niet verbeterd na uitlijning van de printkop
Bidirectioneel (of snel) afdrukken wil zeggen dat de printkop in beide richtingen afdrukt. Verticale lijnen worden
mogelijk niet goed uitgelijnd.Als de afdrukkwaliteit niet toeneemt, schakel dan het bidirectioneel afdrukken (of
afdrukken op hoge snelheid) uit.Wanneer u deze instelling uitschakelt, kan de afdruksnelheid dalen.
Bedieningspaneel
Schakel Bidirectioneel uit in de afdrukinstellingen.
Wi n d o w s
Hef de selectie op van Hoge snelheid op het tabblad Meer opties van de het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken
en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Uit voor Afdrukken met hoge snelheid.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
Afdrukkwaliteit is slecht
Controleer het volgende als de afdrukkwaliteit slecht is vanwege wazige afdrukken, zichtbare strepen, ontbrekende
kleuren, vervaagde kleuren en verkeerde uitlijning op de afdrukken.
De printer controleren
Zorg ervoor dat de eerste keer de inkt volledig wordt geladen.
Vul de inkttank als het inktniveau zich onder de onderste lijn bevindt.
Voer een spuitstukcontrole uit en reinig dan de printkop als er spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zitten.
Lijn de printkop uit.
Het papier controleren
Gebruik papier dat door deze printer wordt ondersteund.
Niet afdrukken op papier dat vochtig, beschadigd of te oud is.
Druk het papier of de enveloppe plat als het papier gekruld is of de enveloppe lucht bevat.
Het papier niet meteen stapelen na het afdrukken.
Laat de afdrukken volledig drogen voor u ze wegsteekt of uitstalt.Vermijd direct zonlicht, gebruik geen droger
en raak de afgedrukte zijde van het papier niet aan tijdens het drogen van de afdrukken.
Epson raadt aan om origineel Epson-papier te gebruik in plaats van gewoon papier voor het afdrukken van
aeeldingen
of foto's.Druk op de afdrukbare zijde van het originele Epson-papier.
De printerinstellingen controleren
Selecteer de geschikte papiertype-instelling voor het papiertype dat in de printer is geladen.
Druk af met een hogere kwaliteit als instelling.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
176
De inktes controleren
Gebruik
inktessen
met de juiste artikelcode voor deze printer.
Epson raadt u aan de inktes te gebruiken vóór de datum die op de verpakking wordt vermeld.
Gebruik bij voorkeur originele Epson-inktessen.De kleuraanpassing van dit apparaat is gebaseerd op het
gebruik van originele
Epson-inktessen.Wanneer
u niet-originele
inktessen
gebruikt, kan de afdrukkwaliteit
afnemen.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 40
& “Lijst met papiertypes” op pagina 41
& Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 39
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 130
& De printkop uitlijnen — Bedieningspaneel” op pagina 133
Papier vertoont vlekken of is bekrast
Wanneer u horizontale streepvorming ziet of wanneer u vlekken krijgt op de boven- of onderkant van het
papier, laad het papier dan in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen het papier.
Wanneer u verticale streepvorming ziet, reinig dan het papiertraject.
Plaats het papier op een vlakke ondergrond om te controleren of het is opgekruld.Maak het plat indien dit het
geval is.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
177
Als dik papier bekrast is, schakel dan de instelling in die dit kan voorkomen.Als u deze functie inschakelt,
neemt de afdrukkwaliteit of de afdruksnelheid mogelijk af.
Bedieningspaneel
Selecteer Instellingen > Printerinstelling in het startscherm en schakel vervolgens Dik papier in.
Wi n d o w s
Klik op het tabblad Extra instellingen van het printerstuurprogramma op Hulpprogramma's en selecteer
Dik papier en enveloppes.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Aan voor Dik papier en enveloppes.
Zorg ervoor dat de inkt volledig gedroogd is voordat u het papier opnieuw laadt bij het handmatig dubbelzijdig
afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& “Het papiertraject vrijmaken van inktvlekken” op pagina 134
Vlekken op het papier bij automatisch dubbelzijdig afdrukken
Wanneer u automatisch dubbelzijdig afdrukt en gegevens met een hoge dichtheid wilt afdrukken, zoals
aeeldingen en graeken, verlaag dan de afdrukdichtheid en verhoog de droogtijd.
Gerelateerde informatie
& Dubbelzijdig afdrukken” op pagina 79
& “Menuopties voor de modus Kopiëren” op pagina 100
Afgedrukte foto's zijn plakkerig
Mogelijk drukt u af op de verkeerde zijde van het papier. Controleer of u op de afdrukzijde afdrukt.
Wanneer u op de verkeerde zijde van fotopapier afdrukt, moet u de papierbaan reinigen.
Gerelateerde informatie
& “Het papiertraject vrijmaken van inktvlekken” op pagina 134
Afbeeldingen of foto's worden afgedrukt met de verkeerde kleuren
Bij het afdrukken vanaf het bedieningspaneel of vanaf het Windows-printerstuurprogramma, wordt de
automatische foto-aanpassingsinstelling van Epson standaard toegepast, aankelijk van het papiersoort. Pas de
instelling eventueel aan.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
178
Bedieningspaneel
Wij zi g d e i ns tel l ing Scène-detectie van Automatisch naar een van de andere opties. Als het wijzigen van de
instelling niet werkt, selecteert u een andere optie dan PhotoEnhance als instelling voor Ve rs ter ken .
Wi n d o w s - p r i n t e r d r i v e r
In het tabblad Meer opties selecteert u Aangepast in Kleurcorrectie, en klikt u vervolgens op Geavanceerd.
Wij zi g d e i ns tel l ing Scènecorrectie van Automat. correctie naar een van de andere opties. Als aanpassing van
deze instelling niet werkt, gebruik dan een andere kleurcorrectiemethode dan PhotoEnhance in
Kleurenbeheer.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor het aanpassen en inzoomen op foto's” op pagina 75
&
“De afdrukkleur aanpassen” op pagina 92
De kleuren verschillen van wat u op het scherm ziet
Weergaveapparaten zoals computerschermen hebben hun eigen weergave-eigenschappen. Als het scherm niet
goed is gekalibreerd, wordt de aeelding niet met de juiste helderheid en kleuren weergegeven. Pas de
eigenschappen van het apparaat aan. Open vervolgens het venster van het printerstuurprogramma, selecteer
Aangepast als instelling voor Kleurcorrectie op het tabblad Meer opties en klik vervolgens op Geavanceerd.
Selecteer EPSON Standaard voor Kleurenmodus.
Licht dat op het scherm schijnt,
hee
invloed op de manier waarop de
aeelding
op het scherm wordt
weergegeven. Vermijd direct zonlicht en bevestig de aeelding wanneer u zeker bent van een juiste belichting.
Kleuren kunnen afwijken van wat u ziet op een smart device zoals een smartphone of tablet met een hoog-
resolutiescherm.
De kleuren op een scherm zijn niet precies hetzelfde als de kleuren op papier omdat het weergaveapparaat en de
printer verschillende processen voor het produceren van kleuren hebben.
Kan niet afdrukken zonder marges
Geef in de afdrukinstellingen aan dat u randloos wilt afdrukken. Als u een papiertype selecteert waarbij randloos
afdrukken niet mogelijk is, kunt u Randloos niet selecteren. Selecteer een papiertype dat randloos afdrukken
ondersteunt.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
& “Menuopties voor de modus Kopiëren” op pagina 100
& “Basisprincipes — Windows” op pagina 75
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 77
Randen van de afbeelding vallen weg bij het randloos afdrukken
Tijdens randloos afdrukken wordt de
aeelding
iets vergroot en het uitstekende gebied bijgesneden.Selecteer een
kleinere vergroting.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
179
Bedieningspaneel
Wij zi g d e i nst el li ng bi j Uitbreiding.
Wi n d o w s
Klik op Instellingen naast het selectievakje Randloos op het tabblad Hoofdgroep van het
printerstuurprogramma en wijzig vervolgens de instellingen.
Mac OS
Pas de instelling Uitbreiding aan in het menu Printerinstellingen van het afdrukvenster.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
& “Menuopties voor de modus Kopiëren” op pagina 100
Positie, formaat of marges van de afdruk zijn niet juist
Laad het papier in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen de randen van het papier aan.
Bij het plaatsen van de originelen op de scannerglasplaat moet u de hoek van het origineel uitlijnen met de hoek
die aangeduid is d.m.v. een symbool op de rand van de scannerglasplaat. Als de randen van de kopie
bijgesneden zijn, verschui u het origineel wat weg van de hoek.
Wanneer u de originelen op de scannerglasplaat legt, reinig dan de scannerglasplaat en het documentdeksel.
Vlekken en stof op het glas kunnen in het kopieergedeelte worden opgenomen, wat een verkeerde
kopieerpositie of kleine aeelding tot gevolg kan hebben.
Selecteer de juiste instelling voor het papierformaat.
Pas de marge-instelling in de toepassing aan zodat deze binnen het afdrukgebied valt.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiercassette 1 laden” op pagina 43
& “Papier in de Papiercassette 2 laden” op pagina 48
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 52
& De Scannerglasplaat reinigen” op pagina 135
& “Afdrukgebied” op pagina 191
Er worden meerdere originelen gekopieerd op één vel papier
Als u meerdere originelen op de scannerglasplaat plaatst om ze afzonderlijk te kopiëren en ze worden toch op één
vel papier gekopieerd, leg de originelen dan ten minste 5 mm uit elkaar. Als het probleem aanhoudt, scan dan
slechts één origineel tegelijk.
Gerelateerde informatie
& “Foto's plaatsen om te kopiëren” op pagina 57
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
180
De afdrukpositie van fotostickers is verkeerd
Pas de afdrukpositie aan in het menu Printerinstelling > Stickers op het bedieningspaneel.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor Printerinstelling” op pagina 139
De afdrukpositie op een cd/dvd is verkeerd
Pas de afdrukpositie aan in het menu Printerinstelling > Cd/dvd op het bedieningspaneel.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor Printerinstelling” op pagina 139
Afgedrukte tekens zijn niet juist of onleesbaar
Sluit de USB-kabel goed aan tussen de printer en de computer.
Annuleer gepauzeerde afdruktaken.
Zet de computer niet handmatig in de Stand-by- of Slaap-stand tijdens het afdrukken. Als u de computer terug
opstart, worden er mogelijk onleesbare pagina's afgedrukt.
Gerelateerde informatie
& Afdrukken annuleren” op pagina 99
De afgedrukte afbeelding is omgekeerd
Hef de selectie van instellingen voor het spiegelen van
aeeldingen
op in het printerstuurprogramma of de
toepassing.
Wi n d o w s
Hef de selectie op van Spiegel
aeelding
in het tabblad Meer opties van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Hef de selectie op van Spiegel aeelding in het menu Printerinstellingen van het afdrukdialoog.
Mozaïekachtige patronen op de afdrukken
Gebruik gegevens met een hoge resolutie als u
aeeldingen
of foto's afdrukt.
Aeeldingen
op websites gebruiken
meestal een lage resolutie terwijl ze goed lijken op de display. Hierdoor kan de afdrukkwaliteit afnemen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
181
Op de gekopieerde afdruk verschijnen ongelijke kleuren, vegen,
vlekken of rechte lijnen
Reinig het papiertraject.
Reinig de scannerglasplaat.
Druk niet te hard op het originele bestand of het documentdeksel wanneer u de originelen op de
scannerglasplaat legt.
Wanneer er vlekken op het papier zijn, verlaagt u de instelling voor de kopieerdichtheid.
Gerelateerde informatie
& “Het papiertraject vrijmaken van inktvlekken” op pagina 134
& De Scannerglasplaat reinigen” op pagina 135
& “Menuopties voor de modus Kopiëren” op pagina 100
Er verschijnt een webachtig patroon (ook wel "moiré" genoemd) op
de gekopieerde afbeelding
Verander de instelling voor vergroten en verkleinen of plaats het origineel onder een iets andere hoek.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor de modus Kopiëren” op pagina 100
De achterkant van het origineel is te zien op de gekopieerde
afbeelding
Plaats een dun origineel op de scannerglasplaat en leg hier vervolgens een vel zwart papier overheen.
Verlaag de instelling voor de kopieerdichtheid op het bedieningspaneel.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor de modus Kopiëren” op pagina 100
Het probleem kon niet worden opgelost
Als u alle onderstaande oplossingen hebt geprobeerd en het probleem is nog steeds niet opgelost, verwijder dan de
printerdriver en installeer deze opnieuw.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 155
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
182
Overige afdrukproblemen
Afdrukken verloopt te traag
Sluit alle onnodige toepassingen.
Stel een lagere kwaliteit in.Afdrukken met hoge kwaliteit duurt langer.
Schakel de bidirectionele (of hogesnelheids-)instelling in.Wanneer deze instelling is geselecteerd, drukt de
printkop in beide richtingen af, en verhoogt de afdruksnelheid.
Bedieningspaneel
Schakel Bidirectioneel in de afdrukinstellingen.
Wi n d o w s
Selecteer Hoge snelheid op het tabblad Meer opties van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Aan voor Afdrukken met hoge snelheid.
Schakel Stille modus uit.
Bedieningspaneel
In het startscherm selecteert u Stille modus en schakelt u deze functie vervolgens uit.
Wi n d o w s
Schakel Stille modus uit op het tabblad Hoofdgroep van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Uit voor Stille modus.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen” op pagina 73
Afdrukken vertraagt aanzienlijk tijdens het continu afdrukken
Het afdrukken wordt vertraagd om te voorkomen dat het printermechanisme oververhit en beschadigd raakt. Het
afdrukken kan echter worden voortgezet. Als u de normale afdruksnelheid wilt herstellen, laat u de printer
minstens 30 minuten
aoelen.
De afdruksnelheid gaat niet terug naar normale snelheid als de printer is
uitgeschakeld.
Kan het afdrukken niet annuleren vanaf een computer met Mac OS
X 10.6.8
Geef de volgende instellingen op als u het afdrukken vanaf de computer wilt stoppen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
183
Voer Web Cong uit en selecteer vervolgens Port9100 als instelling bij Protocol Topprioriteit in AirPrint
instellen. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en scannen), verwijder de printer en voeg de printer opnieuw toe.
Gerelateerde informatie
& “Web Cong” op pagina 145
Kan niet beginnen met scannen
Sluit de USB-kabel goed aan tussen de printer en de computer. Als u een USB-hub gebruikt, sluit u de printer
direct op de computer aan.
Als u met een hoge resolutie scant via een netwerk, kan een communicatiefout optreden. Verlaag de resolutie.
Controleer of de juiste printer (scanner) is geselecteerd in Epson Scan 2.
Controleer of de printer wordt herkend met Windows
Controleer in Windows of de printer (scanner) in Scanner en camera's wordt weergegeven. De printer (scanner)
moet worden weergegeven als "EPSON XXXXX (printernaam)". Als de printer (scanner) niet wordt weergegeven,
verwijdert u Epson Scan 2 en installeert u de toepassing opnieuw. Zie het volgende om Scanners en camera's te
openen.
Wi nd ow s 1 0
Klik met de rechtermuisknop op de knop Start en selecteer
Conguratiescherm
, voer in de charm Zoeken
"Scanners en camera's" in, klik op Scanners en camera's weergeven en controleer vervolgens of de printer
wordt weergegeven.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen > Conguratiescherm, voer in charm Zoeken "Scanner en camera's" in,
klik op Scanners en camera's weergeven en controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Wi nd ow s 7
Klik op de knop Start en selecteer Conguratiescherm, voer in charm Zoeken "Scanners en camera's" in, klik
op Scanners en camera's weergeven en controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Windows Vista
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Hardware en geluiden > Scanners en camera's en
controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Wi nd ow s X P
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Printers en andere hardware > Scanners en camera's
en controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 155
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Kan scannen niet starten via bedieningspaneel
Controleer of Epson Scan 2 en Epson Event Manager goed zijn geïnstalleerd.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
184
Controleer de scaninstelling die in Epson Event Manager is toegewezen.
Gerelateerde informatie
& “Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)” op pagina 153
& Epson Event Manager” op pagina 153
Problemen met gescande afbeeldingen
Ongelijke kleuren, vuil, vlekken, enzovoort worden weergegeven
bij scannen vanaf de glasplaat van de scanner
Reinig de glasplaat van de scanner.
Verwijder al het afval of vuil dat blij kleven aan het origineel.
Druk niet met teveel kracht op het origineel of de documentklep. Als u met teveel kracht drukt, kunnen
vervagingen, vegen en vlekken optreden.
Gerelateerde informatie
& De Scannerglasplaat reinigen” op pagina 135
De afbeeldingskwaliteit is ruw
Stel de Modus in Epson Scan 2 in op basis van het origineel dat u wilt scannen. Scan met de instellingen voor
documenten in Documentmodus en met de instellingen voor foto's in Fotomodus.
Pas in Epson Scan 2 de aeelding aan met de items op het tabblad Geavanceerde instellingen en scan het
document.
Als de resolutie te laag is, verhoogt u de resolutie en scant u opnieuw.
Gerelateerde informatie
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 112
De oset schijnt door in de achtergrond van afbeeldingen
Aeeldingen op de achterzijde van het origineel kunnen zichtbaar zijn in de gescande aeelding.
Selecteer in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en pas vervolgens de Helderheid aan.
Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, aankelijk van de instellingen op het tabblad Hoofdinstellingen >
Beeldtype of andere instellingen op het tabblad Geavanceerde instellingen.
Selecteer in Documentmodus in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en vervolgens
Beeldoptie > Tekst verb eteren.
Wanneer u scant vanaf de glasplaat, plaatst u dan een vel zwart papier of een schrijlok op het origineel.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
185
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 112
De tekst is onscherp
Selecteer in Documentmodus in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en vervolgens
Beeldoptie > Tekst verb eteren.
Selecteer Documentmodus als Modus in Epson Scan 2. Scan met de instellingen voor documenten in
Documentmodus.
Wanneer in Documentmodus in Epson Scan 2 de optie Beeldtype op het tabblad Hoofdinstellingen is
ingesteld op Zwart-wit, past u de optie Drempelwaarde op het tabblad Geavanceerde instellingen aan.
Wanneer u de Drempelwaarde verhoogt, worden zwarte gedeelten groter.
Als de resolutie te laag is, verhoogt u de resolutie en scant u opnieuw.
Gerelateerde informatie
& “Documenten scannen (Documentmodus)” op pagina 112
Moiré-patronen (webachtige schaduwen) verschijnen
Als het origineel een afgedrukt document is, kunnen moiré-patronen (webachtige schaduwen) verschijnen in de
gescande aeelding.
Op het tabblad Geavanceerde instellingen in Epson Scan 2, selecteert u Ontrasteren.
Wijzig de resolutie en scan vervolgens opnieuw.
Gerelateerde informatie
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 112
Kan het juiste gebied niet scannen op de glasplaat
Zorg dat het origineel correct tegen het uitlijningsteken is geplaatst.
Als de rand van de gescande aeelding ontbreekt, verplaatst u het origineel iets naar het midden van de
glasplaat.
Wanneer u meerdere originelen op de glasplaat plaatst, houd dan een ruimte van ten minste 20 mm (0,79 inch)
aan tussen de originelen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
186
Wanneer u vanaf het bedieningspaneel scant en de functie voor automatisch bijsnijden selecteert, verwijder dan
eventueel aanwezig stof of vuil van de glasplaat en het deksel. Als zich rond het origineel stof of vuil bevindt,
wordt het scanbereik zodanig vergroot dat het stof of vuil ook wordt gescand.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 56
Kan geen voorbeeld weergeven in Thumbnail
Bij het plaatsen van meerdere originelen op de glasplaat van de scanner, moet u ervoor zorgen dat er een
afstand van tenminste 20 mm (0,79 in.) aanwezig is tussen de originelen.
Controleer of het origineel recht is geplaatst.
Aankelijk van het origineel kan de voorbeeldweergave wellicht niet worden uitgevoerd in umbnail. In deze
situatie scant u in Normaal voorbeeldweergave en maak vervolgens handmatig lichtkrantelementen aan.
Gerelateerde informatie
&
“Foto's of aeeldingen scannen (Fotomodus)” op pagina 114
Tekst wordt niet correct herkend wanneer ik opsla als een
Searchable PDF
Controleer in het venster Aeeldingsformaatopties in Epson Scan 2 of de Taal correct is ingesteld op het
tabblad Te ks t .
Controleer of het origineel recht is geplaatst.
Gebruik een origineel met duidelijk leesbare tekst. Tekstherkenning kan bij de volgende soorten originelen
weigeren.
Originelen die een aantal keer zijn gekopieerd
Originelen die per fax zijn ontvangen (met een lage resolutie)
Originelen waarvan de letter- of regelafstand te klein is
Originelen met lijnen of onderstreping
Originelen met handgeschreven tekst
Originelen met vouwen of kreukels
Wanneer in Documentmodus in Epson Scan 2 de optie Beeldtype op het tabblad Hoofdinstellingen is
ingesteld op Zwart-wit, past u de optie Drempelwaarde op het tabblad Geavanceerde instellingen aan.
Wanneer u de Drempelwaarde verhoogt, wordt zwart dieper.
Selecteer in Documentmodus in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en vervolgens
Beeldoptie > Tekst verb eteren.
Gerelateerde informatie
& “Documenten scannen (Documentmodus)” op pagina 112
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
187
Problemen in gescande afbeelding kunnen niet worden opgelost
Als u alle oplossingen al hebt geprobeerd, maar het probleem nog steeds niet hebt opgelost, herstelt u de
standaardinstellingen van Epson Scan 2 met Epson Scan 2 Utility.
Opmerking:
Epson Scan 2 Utility is een toepassing die bij Epson Scan 2 wordt geleverd.
1.
Start Epson Scan 2 Utility.
Win d ow s 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens EPSON > Epson Scan 2 Utility.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Windows 7/Windows Vista/Windows XP
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle programma's of Programma's > EPSON > Epson Scan
2 > Epson Scan 2 Utility.
Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Epson Scan 2 Utility.
2. Selecteer het tabblad Andere.
3. Klik op Reset.
Opmerking:
Als het probleem niet wordt opgelost door het herstellen van de standaardinstellingen, verwijdert u Epson Scan 2 en
installeert u het programma opnieuw.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 155
& “Toepassingen installeren” op pagina 157
Andere scanproblemen
Scansnelheid is laag
Verlaag de resolutie en scan vervolgens opnieuw. Wanneer de resolutie hoog is, kan het scannen enige tijd
duren.
De scansnelheid kan lager zijn aankelijk van de gekozen functies voor beeldaanpassing in Epson Scan 2.
Op het scherm Conguratie dat wordt weergegeven door te klikken op de knop
in Epson Scan 2, kunt u de
scansnelheid verlagen als u Stille modus instelt in het tabblad Scannen.
Gerelateerde informatie
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 112
& Menuopties voor het scannen” op pagina 111
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
188
Scannen stopt bij het scannen naar een PDF/Multi-TIFF
Wanneer u scant met Epson Scan 2, kunt u continu maximaal 999 pagina's in PDF-indeling en 200 pagina's in
Multi-TIFF-indeling scannen.
We raden aan om in grijstinten te scannen bij het scannen van grote hoeveelheden.
Zorg voor genoeg beschikbare ruimte op de harde schijf van de computer. Het scannen kan ophouden als er niet
genoeg beschikbare ruimte is.
Probeer op een lagere resolutie te scannen. Het scannen stopt als de maximaal toegelaten gegevensgrootte wordt
overschreden.
Gerelateerde informatie
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 112
Overige problemen
Lichte elektrische schok wanneer u de printer aanraakt
Als er vele randapparaten op de computer zijn aangesloten, kunt u een lichte elektrische schok krijgen wanneer u
de printer aanraakt. Installeer een aardingskabel naar de computer die op de printer is aangesloten.
Printer maakt veel lawaai tijdens werking
Als de printer te veel lawaai maakt, schakelt u Stille modus in.Met deze functie ingeschakeld ligt de afdruksnelheid
mogelijk lager.
Bedieningspaneel
In het startscherm selecteert u Stille modus en schakelt u deze functie vervolgens in.
Wi n d o w s
Schakel Stille modus in op het tabblad Hoofdgroep van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken
en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Aan voor Stille modus.
Epson Scan 2
Klik op de knop
om het venster
Conguratie
te openen.Stel vervolgens Stille modus in op het tabblad
Scannen.
Kan gegevens niet opslaan op een geheugenkaart
Gebruik een geheugenkaart die door de printer wordt ondersteund.
Controleer of de geheugenkaart niet tegen schrijven is beveiligd.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
189
Controleer of er voldoende ruimte vrij is op de geheugenkaart. Als er niet voldoende geheugen is, kunnen de
gegevens niet worden opgeslagen.
Gerelateerde informatie
& “Specicaties ondersteunde externe opslagapparaten” op pagina 196
Software wordt geblokkeerd door een rewall (alleen Windows)
Maak van de toepassing een door Windows Firewall toegelaten programma in de beveiligingsinstellingen in het
Conguratiescherm.
'?' wordt weergegeven in het fotoselectiescherm
Wanneer het
aeeldingsbestand
niet wordt ondersteund door het apparaat, wordt een vraagteken (?) weergegeven
op het LCD-scherm.
Gerelateerde informatie
& “Ondersteunde gegevensspecicaties” op pagina 196
Een bericht over het resetten van het inktpeil wordt weergegeven
Vul alle of alleen de aangegeven inkttanks bij, selecteer op het display de kleur die u hebt bijgevuld en druk
vervolgens op de knop
x
om het inktpeil te resetten.
Aankelijk van de gebruiksomstandigheden kan het bericht worden weergegeven wanneer er nog inkt in de tank
zit.
Gerelateerde informatie
& De inkttanks bijvullen” op pagina 123
Gemorste inkt
Als zich inkt afzet op het gebied rond de tank, veegt u dit weg met een pluisvrije schone doek of een
wattenstaae.
Als u inkt morst op een bureau of op de vloer, veegt u dit dan onmiddellijk weg.Als inkt is opgedroogd, is dit
moeilijk te verwijderen.Dep de inkt op met een droge doek en veeg de vlek vervolgens weg met een vochtige
doek om te voorkomen dat de inkt zich verder uitspreidt.
Als u inkt op uw handen krijgt, wast u deze af met water en zeep.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
190
Bijlage
Technische
specicaties
Printer specicaties
Plaatsing van spuitstuk van printkop Spuitkanaaltjes voor zwarte inkt: 360
Spuitkanaaltjes voor fotozwarte inkt: 180
Spuitkanaaltjes voor gekleurde inkt: 180 voor elke kleur
Gewicht van het
papier
*
Gewoon papier 64 tot 90 g/m (17 tot 24 lb)
Enveloppen Enveloppe #10, DL, C6: 75 tot 90 g/m (20 tot 24 lb)
* Zelfs als de papierdikte zich binnen dit bereik bevindt, wordt het papier mogelijk niet in de printer ingevoerd of kan de
afdrukkwaliteit verminderen, afhankelijk van de papiereigenschappen of -kwaliteit.
Afdrukgebied
Afdrukgebied voor losse vellen
Afdrukkwaliteit kan afnemen in de gearceerde gedeelten vanwege het printermechanisme.
Afdrukken met randen
A 3.0 mm (0.12 in.)
B 3.0 mm (0.12 in.)
C 41.0 mm (1.61 in.)
D 37.0 mm (1.46 in.)
Randloos afdrukken
A 44.0 mm (1.73 in.)
B 40.0 mm (1.57 in.)
Gebruikershandleiding
Bijlage
191
Afdrukgebied voor enveloppen
Afdrukkwaliteit kan afnemen in de gearceerde gedeelten vanwege het printermechanisme.
A 3.0 mm (0.12 in.)
B 5.0 mm (0.20 in.)
C 18.0 mm (0.70 in.)
D 41.0 mm (1.61 in.)
Afdrukgebied voor cd's/dvd's
Afdrukkwaliteit kan afnemen in de gearceerde gedeelten vanwege het printermechanisme.
A 18 mm (0.71 in.)
B 43 mm (1.69 in.)
C 116 mm (4.57 in.)
D 120 mm (4.72 in.)
Scannerspecicaties
Type scanner Flatbed
Foto-elektrisch apparaat CIS
Maximaal documentformaat 216×297 mm (8.5×11.7 in.)
A4, Letter
Resolutie 1200 dpi (normaal scannen)
2400 dpi (geïnterpoleerd scannen)
Kleurdiepte Kleur
48 bits per pixel intern (16 bits per pixel per interne kleur)
24 bits per pixel extern (8 bits per pixel per externe kleur)
Grijswaarden
16 bits per pixel intern
8 bits per pixel extern
Zwart-wit
16 bits per pixel intern
1 bits per pixel extern
Lichtbron LED
Gebruikershandleiding
Bijlage
192
Interfacespecicaties
Voor computer Hi-Speed USB
Voor externe USB-apparaten en
PictBridge
Hi-Speed USB
Lijst met netwerkfuncties
Functies Ondersteund Opmerkingen
Netwerkinterfaces Ethernet -
Wi-Fi Infrastructuur -
Ad-hoc - -
Wi-Fi Direct (eenvoudig
toegangspunt)
-
Gelijktijdige
verbinding
Ethernet en Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) -
Wi-Fi (infrastructuur) en Wi-Fi Direct (eenvoudig
toegangspunt)
-
Bediening van het
paneel
Wi-Fi instellen Wizard Wi-Fi instellen -
Drukknop (WPS) -
Pincode-instelling -
Wi-Fi automatisch
verbinden
-
Epson iPrint-verbinding - -
Wi-Fi Direct instellen -
Algemene netwerkinstellingen (apparaatnaam, TCP/IP-
adres, DNS-server, proxyserver)
-
Controleren netwerkverbinding -
Netwerkstatus -
Een netwerkstatusvel afdrukken -
Wi-Fi uitschakelen -
De standaardinstellingen herstellen -
Bestandsdeling instellen -
Gebruikershandleiding
Bijlage
193
Functies Ondersteund Opmerkingen
Afdrukken via
netwerk
EpsonNet Print (Windows) IPv4 -
Standard TCP/IP (Windows) IPv4, IPv6 -
Afdrukken via WSD
(Windows)
IPv4, IPv6 Windows Vista of
hoger
Afdrukken via Bonjour (Mac
OS)
IPv4, IPv6 -
IPP-afdrukken (Windows,
Mac OS)
IPv4, IPv6 -
UPnP-afdrukken IPv4 - Informatie-
apparaat
PictBridge-afdrukken (Wi-Fi) IPv4 Digitale camera
Epson Connect (afdrukken
vanuit e-mail)
IPv4 -
AirPrint (iOS, Mac OS) IPv4, IPv6 iOS 5 of hoger, Mac
OS X v10.7 of hoger
Google Cloud Print IPv4, IPv6 -
Scannen via het
netwerk
Epson Scan 2 IPv4, IPv6 -
Event Manager IPv4 -
Epson Connect (naar de
cloud scannen)
IPv4 -
AirPrint (scannen) IPv4, IPv6 OS X Mavericks of
hoger
ADF (automatisch omkeren) - -
Faxen Fax verzenden IPv4 - -
Fax ontvangen IPv4 - -
AirPrint (faxafdruk) IPv4, IPv6 - -
Wi-Fi-specicaties
Normen
IEEE802.11b/g/n
*1,*2
Frequentiebereik 2,4 GHz
Maximaal uitgezonden
radiofrequentievermogen
19.8 dBm (EIRP)
Coördinatiemodi
Infrastructuur, Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt)
*3
Draadloze beveiliging
WEP (64/128bit), WPA2-PSK (AES)
*4
*1 In overeenstemming met IEEE 802.11b/g/n of IEEE 802.11b/g, afhankelijk van de aankooplocatie.
Gebruikershandleiding
Bijlage
194
*2 IEEE 802.11n is alleen beschikbaar voor de HT20.
*3 Niet ondersteund voor IEEE 802.11b.
*4 Voldoet aan WPA2-standaarden met ondersteuning voor WPA/WPA2 Personal.
Ethernetspecicaties
Normen
IEEE802.3i (10BASE-T)
*1
IEEE802.3u (100BASE-TX)
IEEE802.3az (Energy
Ecient
Ethernet)
*2
Communicatiemodus Auto, 10Mbps Full duplex, 10Mbps Half duplex, 100Mbps
Full duplex, 100Mbps Half duplex
Aansluiting RJ-45
*1 Gebruik een STP-kabel (Shielded Twisted Pair) van categorie 5e of hoger om radiostoring te voorkomen.
*2 Het verbonden apparaat moet voldoen aan de IEEE802.3az-normen.
Beveiligingsprotocol
SSL/TLS HTTPS Server/Client, IPPS
Ondersteunde services van derden
AirPrint Afdrukken iOS 5 of later/Mac OS X v10.7.x of later
Scannen OS X Mavericks of hoger
Google Cloud Print
Specicaties
externe opslagapparaten
Ondersteunde geheugenkaartspecicaties
Geschikte geheugenkaarten Maximumcapaciteiten
miniSD
*
2 GB
miniSDHC
*
32 GB
microSD
*
2 GB
microSDHC
*
32 GB
microSDXC
*
64 GB
Gebruikershandleiding
Bijlage
195
Geschikte geheugenkaarten Maximumcapaciteiten
SD 2 GB
SDHC 32 GB
SDXC 64 GB
* Gebruik een geschikte adapter voor de geheugenkaartsleuf. Anders kan de kaart vast komen te zitten.
Ondersteunde spanning
type 3,3 V, tweevoudige spanning (3,3 V en 5 V) (voedingsspanning: 3,3 V)
5 V-geheugenkaarten worden niet ondersteund.
Maximale voedingsstroom: 200 mA
Specicaties ondersteunde externe opslagapparaten
Compatibele externe
opslagapparaten
Maximumcapaciteiten
Cd-r-station
*1
Dvd-r-station
*1
Blu-ray-station
*1
Cd-rom
*2
/cd-r: 700 MB
Dvd-rom
*2
/dvd-r: 4.7 GB
(Cd-rw, dvd+r, dvd±rw, dvd-ram en Blu-ray Disc™ worden niet ondersteund.)
MO-station
*1
1,3 GB
Harde schijf
*1
USB-ashstation
2 TB (geformatteerd in FAT, FAT32 of exFAT)
*1 Het gebruik van externe opslagapparaten die via USB van voeding worden voorzien, wordt afgeraden. Gebruik alleen
externe opslagapparaten met eigen stroomvoorziening.
*2 Alleen lezen.
U kunt de volgende apparaten niet gebruiken:
Apparaten die een speciale driver nodig hebben
Apparaten met beveiligingsinstellingen (wachtwoord, versleuteling en dergelijke)
Apparaten met een ingebouwde USB-hub
Epson kan niet garanderen dat alle extern aangesloten apparaten correct werken.
Ondersteunde gegevensspecicaties
Bestandsindeling
JPEG met Exif 2.3 zoals gemaakt door digitale camera's met DCF
*1
1.0 of 2.0
*2
Beeldformaat Horizontaal: 80 tot 10200 pixels
Verticaal: 80 tot 10200 pixels
Bestandsgrootte Minder dan 2 GB
Gebruikershandleiding
Bijlage
196
Maximum aantal bestanden
9990
*3
*1 Design rule for Camera File system.
*2 Fotogegevens opgeslagen in het ingebouwde geheugen van een digitale camera niet ondersteund.
*3 Maximaal 999 bestanden kunnen tegelijk worden weergegeven. (Als het aantal bestanden meer bedraagt dan 999, worden
de bestanden weergegeven in groepen.)
Opmerking:
Wanneer de printer het aeeldingsbestand niet herkent, wordt een vraagteken (?) weergegeven op het LCD-scherm. Als u in
dit geval een lay-out met meerdere aeeldingen selecteert, worden lege gedeelten afgedrukt.
Dimensies
Dimensies Opslagruimte
Breedte: 425 mm (16.7 in.)
Diepte: 359 mm (14.1 in.)
Hoogte: 161 mm (6.3 in.)
Afdrukken
Breedte: 425 mm (16.7 in.)
Diepte: 598 mm (23.5 in.)
Hoogte: 196 mm (7.7 in.)
Gewicht
*
Ongev. 8.0 kg (17.6 lb)
* Zonder inkt, netsnoer en cd-/dvd-lade.
Elektrische
specicaties
Model Model 100 tot 240 V Model 100 tot 120V
Nominaal frequentiebereik 50 tot 60 Hz 50 tot 60 Hz
Nominale stroom 0.5 tot 0.2 A 0.5A
Stroomverbruik (met USB-
aansluiting)
Kopiëren zonder computer: ca. 16 W
(ISO/IEC24712)
Gereedmodus: ca. 4.2 W
Slaapmodus: ca. 1 W
Uitschakelen: ca. 0.2 W
Kopiëren zonder computer: ca. 16 W
(ISO/IEC24712)
Gereedmodus: ca. 4.2 W
Slaapmodus: ca. 1 W
Uitschakelen: ca. 0.1 W
Opmerking:
Controleer het label op de printer voor de juiste spanning.
Voor gebruikers in Europa: raadpleeg de volgende website voor meer informatie over stroomverbruik.
http://www.epson.eu/energy-consumption
Gebruikershandleiding
Bijlage
197
Omgevingsspecicaties
Gebruik Gebruik de printer in het bereik weergegeven in de volgende graek.
Temperatuur: 10 tot 35°C (50 tot 95°F)
Luchtvochtigheid: 20 tot 80% RV (zonder condensatie)
Opslagruimte
Temperatuur: -20 tot 40°C (-4 tot 104°F)
*
Luchtvochtigheid: 5 tot 85% RV (zonder condensatie)
* Opslag bij 40 °C (104 °F) is mogelijk voor één maand.
Milieuspecicaties voor de inktessen
Opslagtemperatuur
-20 tot 40 °C (-4 tot 104 °F)
*
Vriestemperatuur -15 °C (5 °F)
De inkt ontdooit en is na ca. 2 uur bij 25 °C (77 °F) bruikbaar.
* Opslag bij 40 °C (104 °F) is mogelijk voor één maand.
Systeemvereisten
Windows 10 (32-bits, 64-bits)/Windows 8.1 (32-bits, 64-bits)/Windows 8 (32-bits, 64-bits)/Windows 7 (32-bits,
64-bits)/Windows Vista (32-bits, 64-bits)/Windows XP SP3 of hoger (32-bits)/Windows XP Professional x64
Edition SP2 of hoger
macOS Sierra/OS X El Capitan/OS X Yosemite/OS X Mavericks/OS X Mountain Lion/Mac OS X v10.7.x/Mac
OS X v10.6.8
Opmerking:
Mac OS biedt mogelijk geen ondersteuning voor sommige toepassingen en functies.
Het UNIX-bestandssysteem (UFS) voor Mac OS wordt niet ondersteund.
Gebruikershandleiding
Bijlage
198
Regelgevingsinformatie
Normen en goedkeuringen
Normen en goedkeuringen voor VS-model
Veiligheid UL60950-1
CAN/CSA-C22.2 No.60950-1
EMC FCC Part 15 Subpart B Class B
CAN/CSA-CEI/IEC CISPR 22 Class B
In dit apparaat is de volgende draadloze module ingebouwd.
Fabrikant: Askey Computer Corporation
Type: WLU6320-D69 (RoHS)
Dit product voldoet aan lid 15 van de FCC-regelgeving en RSS-210 van de IC-regelgeving. Epson aanvaardt geen
enkele verantwoordelijkheid wanneer aan de beschermingsvereisten areuk wordt gedaan ten gevolge van een
niet-geautoriseerde wijziging aan de producten. De werking is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden:
(1) het apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken, en (2) het apparaat moet elke ontvangen
interferentie accepteren, inclusief interferentie die een ongewenste werking van het apparaat kan veroorzaken.
Om radio-interferentie tijdens regulier gebruik te voorkomen, moet dit toestel voor een maximale afscherming
binnenshuis en op voldoende afstand van de ramen worden gebruikt. Voor buitenshuis geïnstalleerde onderdelen
(of de zendantennes ervan) moet een vergunning worden aangevraagd.
Deze apparatuur voldoet aan de FCC/IC-stralingslimieten die zijn vastgesteld voor een niet-gecontroleerde
omgeving en voldoet aan de FCC-blootstellingsrichtlijnen voor radiofrequentie (RF) in Supplement C bij OET65
en RSS-102 van de IC-blootstellingsregels voor radiofrequentie (RF). Deze apparatuur moet zodanig worden
geïnstalleerd en bediend dat de radiator zich op een afstand van ten minste 20 cm (7,9 inch) van het menselijk
lichaam bevindt (met uitzondering van ledematen: handen, polsen, voeten en enkels).
Normen en goedkeuringen voor Europees model
Voor gebruikers in Europa
Seiko Epson Corporation verklaart hierbij dat de volgende radioapparatuur voldoet aan Richtlijn 2014/53/EU. De
volledige tekst van de Verklaring van conformiteit met EU-richtlijnen is beschikbaar via de volgende website.
http://www.epson.eu/conformity
C495A
Alleen voor gebruik in Ierland, Verenigd Koninkrijk, Oostenrijk, Duitsland, Liechtenstein, Zwitserland, Frankrijk,
België, Luxemburg, Nederland, Italië, Portugal, Spanje, Denemarken, Finland, Noorwegen, Zweden, IJsland,
Kroatië, Cyprus, Griekenland, Slovenië, Malta, Bulgarije, Tsjechië, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen,
Roemenië en Slowakije.
Gebruikershandleiding
Bijlage
199
Epson aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid wanneer aan de beschermingsvereisten areuk wordt gedaan
ten gevolge van een niet-geautoriseerde wijziging aan de producten.
Normen en goedkeuringen voor Australisch model
EMC AS/NZS CISPR32 Class B
Epson verklaart hierbij dat volgende modellen van dit apparaat voldoen aan de essentiële vereisten en andere
relevante bepalingen in AS/NZS4268:
C495A
Epson aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid wanneer aan de beschermingsvereisten areuk wordt gedaan
ten gevolge van een niet-geautoriseerde wijziging aan de producten.
Beperkingen op het kopiëren
Voor een verantwoord en legaal gebruik van de printer moet eenieder die ermee werkt rekening houden met de
volgende beperkingen.
Het kopiëren van de volgende zaken is wettelijk verboden:
Bankbiljetten, muntstukken en door (lokale) overheden uitgegeven eecten.
Ongebruikte postzegels, reeds van een postzegel voorziene
brieaarten
en andere
ociële,
voorgefrankeerde
poststukken.
Belastingzegels en eecten uitgegeven volgens de geldende voorschrien.
Pas op bij het kopiëren van de volgende zaken:
Privé-eecten
(zoals aandelen, waardepapieren en cheques), concessiebewijzen enzovoort.
Paspoorten, rijbewijzen, pasjes, tickets enzovoort.
Opmerking:
Het kopiëren van deze zaken kan ook wettelijk verboden zijn.
Verantwoord gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal:
Misbruik van printers is mogelijk door auteursrechtelijk beschermd materiaal zomaar te kopiëren. Tenzij u op
advies van een geïnformeerd advocaat handelt, dient u verantwoordelijkheidsgevoel en respect te tonen door eerst
toestemming van de copyrighteigenaar te verkrijgen voordat u gepubliceerd materiaal kopieert.
De printer vervoeren
Als u de printer moet vervoeren voor een verhuis of reparaties, volg de onderstaande stappen om de printer in te
pakken.
Gebruikershandleiding
Bijlage
200
!
Let op:
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten.Anders kunt u zich
verwonden.
c
Belangrijk:
Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt
gehouden, anders kan er inkt lekken.
Zorg er bij opslag of transport van een inktes voor dat u de es niet schuin houdt en niet blootstelt aan
schokken en stoten of temperatuurschommelingen.Anders kan er lekkage optreden, zelfs als de dop goed op de
es is gedraaid.Houd de inktes rechtop bij het vastdraaien van de dop en neem voorzorgsmaatregelen om te
voorkomen dat er inkt kan weglekken bij het transport van de es, bijvoorbeeld door de es in een zak te doen.
Plaats geen geopende inktessen in de doos bij de printer.
1. Druk op
P
om de printer uit te zetten.
2. Zorg ervoor dat het aan/uit-lampje uit staat en haal dan het netsnoer uit het stopcontact.
c
Belangrijk:
Haal het netsnoer uit het stopcontact als het aan/uit-lampje uit staat.Als u dit niet doet gaat de printkop niet
terug naar de uitgangspositie waardoor de inkt opdroogt en afdrukken niet meer mogelijk is.
3. Koppel alle kabels los zoals het netsnoer en de USB-kabel.
4. Zorg ervoor dat er geen geheugenkaart is geplaatst.
5. Verwijder al het papier uit de printer.
Gebruikershandleiding
Bijlage
201
6. Zorg dat er geen originelen in de printer steken.
7. Open de scannereenheid met het documentdeksel gesloten.Bevestig de printkop met tape aan het omhulsel.
8.
Zorg dat u de dop weer goed aanbrengt op de inkttank.
9. Sluit de Inkttankklep zorgvuldig.
Gebruikershandleiding
Bijlage
202
10. Sluit de scannereenheid.
11. Verpak de printer zoals hieronder weergegeven.
12. Plaats de printer in de doos met de beschermende materialen.
Verwijder de tape die de printkop vasthoudt voordat u de printer opnieuw gebruikt.Reinig en lijn de printkop uit
als de afdrukkwaliteit lager is wanneer u opnieuw afdrukt.
Gerelateerde informatie
& “Namen en functies van onderdelen” op pagina 16
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 130
&
“De printkop uitlijnen” op pagina 133
Een geheugenkaart benaderen vanaf een computer
U kunt vanaf een computer gegevens schrijven of lezen op een extern opslagapparaat, zoals een geheugenkaart die
in de printer is geplaatst.
Gebruikershandleiding
Bijlage
203
c
Belangrijk:
Maak de schrijeveiliging ongedaan voordat u de geheugenkaart plaatst.
Als vanaf een computer een aeelding wordt opgeslagen op de geheugenkaart, worden de aeelding en het
aantal foto's niet vernieuwd op het lcd-scherm.Verwijder de geheugenkaart en plaats deze opnieuw.
Bij het delen van een extern apparaat dat is ingevoerd in de printer tussen computers verbonden via USB en over
een netwerk, is schrijoegang alleen toegestaan voor de computers die zijn verbonden via de methode die u hebt
geselecteerd op de printer.Als u wilt schrijven op het externe opslagapparaat, gaat u naar Instellingen op het
bedieningspaneel en selecteert u Bestandsdeling instellen en een verbindingsmethode.
Opmerking:
Als een groot extern opslagapparaat is aangesloten, zoals 2TB HDD, dan duurt het even voordat gegevens worden herkend
op de computer.
Windows
Selecteer een extern opslagapparaat in Computer of Deze computer.De gegevens op het externe opslagapparaat
worden weergegeven.
Opmerking:
Als u de printer met het netwerk hebt verbonden zonder de sowareschijf of Web Installer te gebruiken, wijst u een
geheugenkaartsleuf of USB-poort toe als netwerkstation.Open Uitvoeren en voer een printernaam in \\XXXXX of het IP-
adres van een printer \\XXX.XXX.XXX.XXX om te Openen:.Rechtsklik op een weergegeven apparaatpictogram om het
netwerk toe te wijzen.Het netwerkstation verschijnt in Computer of Deze Computer.
Mac OS
Selecteer het juiste apparaatpictogram.De gegevens op het externe opslagapparaat worden weergegeven.
Opmerking:
Sleep het apparaat naar het prullenbakpictogram als u het externe opslagapparaat wilt verwijderen.Als u dit niet doet,
worden de gegevens op het gedeelde station mogelijk niet correct weergegeven wanneer een ander extern opslagapparaat
wordt geplaatst.
Om via het netwerk toegang te krijgen tot een extern opslagapparaat, selecteert u Go > Connect to Server in het menu
op het bureaublad.Voer een printernaam cifs://XXXXX of smb://XXXXX in (waarbij "XXXXX" de printernaam is) in
Serveradres en klik vervolgens op Ve r b in d e n .
Gerelateerde informatie
& “Een geheugenkaart plaatsen” op pagina 59
& “Specicaties externe opslagapparaten” op pagina 195
Hulp vragen
Technische ondersteuning (website)
Als u verdere hulp nodig hebt, kunt u naar de onderstaande ondersteuningswebsite van Epson gaan. Selecteer uw
land of regio, en ga naar de ondersteuningssectie van uw lokale Epson-website. Op de site vindt u ook de nieuwste
drivers, veelgestelde vragen en ander downloadbare materialen.
http://support.epson.net/
Gebruikershandleiding
Bijlage
204
http://www.epson.eu/Support (Europa)
Als uw Epson-product niet goed functioneert en u het probleem niet kunt verhelpen, neemt u contact op met de
klantenservice van Epson.
Contact opnemen met de klantenservice van Epson
Voordat u contact opneemt met Epson
Als uw Epson-product niet goed functioneert en u het probleem niet kunt verhelpen met de informatie in de
producthandleidingen, neem dan contact op met de klantenservice van Epson. Als hierna voor uw land geen
klantondersteuning van Epson wordt vermeld, neemt u contact op met de leverancier bij wie u het apparaat hebt
aangescha.
De klantenservice van Epson kan u sneller helpen als u de volgende informatie bij de hand hebt:
Het serienummer van de printer
(Het etiket met het serienummer vindt u meestal aan de achterzijde van de printer.)
Het model van de printer
De versie van de printersoware
(Klik op About, Version Info of een vergelijkbare knop in uw toepassing.)
Het merk en het model van uw computer
Naam en versie van het besturingssysteem op uw computer
Naam en versie van de toepassingen die u meestal met de printer gebruikt
Opmerking:
Aankelijk van het apparaat kunnen de netwerkinstellingen worden opgeslagen in het geheugen van het apparaat. Als een
apparaat defect raakt of wordt hersteld is het mogelijk dat instellingen verloren gaan. Epson is niet verantwoordelijk voor
gegevensverlies, voor de back-up of het ophalen van instellingen, zelfs niet tijdens een garantieperiode. Wij raden u aan zelf
een back-up te maken of notities te nemen.
Hulp voor gebruikers in Europa
In het pan-Europese garantiebewijs leest u hoe u contact kunt opnemen met de klantenservice van Epson.
Hulp voor gebruikers in Australië
Epson Australia staat voor u klaar als u hulp nodig hebt. Naast de producthandleidingen beschikt u over de
volgende informatiebronnen:
Internet-URL
http://www.epson.com.au
Raadpleeg de website van Epson Australia. Hier vindt u ongetwijfeld wat u zoekt: een downloadgedeelte voor
drivers, Epson-adressen, informatie over nieuwe producten en technische ondersteuning (e-mail).
Epson-helpdesk
Telefoon: 1300-361-054
Gebruikershandleiding
Bijlage
205
In laatste instantie kunt u voor advies altijd terecht bij de Epson-helpdesk. Onze medewerkers kunnen u helpen bij
de installatie, de
conguratie
en het gebruik van uw Epson-product. Ook kunt u hier documentatie over nieuwe
Epson-producten of het adres van de dichtstbijzijnde leverancier of onderhoudsmonteur aanvragen. Op tal van
vragen vindt u hier het antwoord.
Zorg ervoor dat u alle relevante informatie bij de hand hebt wanneer u belt. Hoe meer informatie u kunt geven, des
te sneller we u kunnen helpen: handleidingen van uw Epson-product, het type computer, het besturingssysteem,
toepassingen en alle informatie die u verder belangrijk lijkt.
Producttransport
Epson adviseert om de productverpakking te behouden voor toekomstig transport. Ook wordt aangeraden om de
inkttank met plakband vast te maken en het product rechtop te houden.
Hulp voor gebruikers in Nieuw-Zeeland
Epson Nieuw-Zeeland staat voor u klaar met het hoogste niveau van klantenservice. Naast de
productdocumentatie beschikt u over de volgende informatiebronnen:
Internet-URL
http://www.epson.co.nz
Raadpleeg de website van Epson Nieuw-Zeeland. Hier vindt u ongetwijfeld wat u zoekt: een downloadgedeelte
voor drivers, Epson-adressen, informatie over nieuwe producten en technische ondersteuning (e-mail).
Epson-helpdesk
Telefoon: 0800 237 766
In laatste instantie kunt u voor advies altijd terecht bij de Epson-helpdesk. Onze medewerkers kunnen u helpen bij
de installatie, de
conguratie
en het gebruik van uw Epson-product. Ook kunt u hier documentatie over nieuwe
Epson-producten of het adres van de dichtstbijzijnde leverancier of onderhoudsmonteur aanvragen. Op tal van
vragen vindt u hier het antwoord.
Zorg ervoor dat u alle relevante informatie bij de hand hebt wanneer u belt. Hoe meer informatie u kunt geven, des
te sneller we u kunnen helpen: Deze informatie omvat Epson-productdocumentatie, het type computer, het
besturingssysteem, toepassingen en alle informatie die u verder belangrijk lijkt.
Producttransport
Epson adviseert om de productverpakking te behouden voor toekomstig transport. Ook wordt aangeraden om de
inkttank met plakband vast te maken en het product rechtop te houden.
Gebruikershandleiding
Bijlage
206
205

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

Epson-EcoTank-ET-7750
  • hij neemt het foto papier niet aan en zegt het papier is niet goed aangebracht Gesteld op 24-4-2022 om 07:00

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Hoe scan ik meerdere pagina's vanuit de papiertoevoer achteraan ? Gesteld op 2-4-2022 om 13:37

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • formaat 10 x 14,5 cm hoe in casette no 1 plaatsen?
    De printer geeft aan dat er geen papier inzit terwijl ik bovengenoemd formaat ingeladen heb....
    Gesteld op 22-3-2022 om 20:49

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Goedemorgen,
    Ik had mijn printer al een tijd niet gebruikt. Nu ben ik aan het zwart-wit printen maar er komen gekleurde afdrukken uit. Eerst in groen/zwart en na spuitkopreiniging (waar kleuren niet allemaal tevoorschijn kwamen) in blauw/zwart.
    Heeft iemand een suggestie wat te doen?
    Groeten van Barbara Gesteld op 7-6-2021 om 11:33

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • ik heb helaas de inkt niet als eerste erin gedaan, hoe start ik de hele installatie opnieuw van een epson ecotank et-7750? Gesteld op 6-5-2021 om 17:58

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Probleem: lichtere lijnen van enkele millimeter breed en onregelmatig over de hele afdruk voorkomend.
    Na ondertussen reeds een keer of tien in pakweg 30 dagen een normale reiniging te hebben uitgevoerd en een keer of vijf een uitlijning van de printerkop, drukt de printer even 'redelijk' af (een dag, twee dagen) om daarna te hervallen.
    Is grondige reiniging de oplossing, of is het iets anders? Grondige reiniging kan blijkbaar niet op de printer zelf ingesteld worden? Gesteld op 17-10-2020 om 12:54

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
6
  • welke maintenance box voo 7750. waar kan ik die kopen? Gesteld op 6-8-2020 om 15:11

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Krijg me printer Epson ET-7700 niet aan de praat. Papier zit steeds vast. Krijg op displaat steeds te zien open uitvoer la. Ik ben nu 3 dagen bezig en heb er genoeg van. Gesteld op 9-7-2020 om 14:50

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Heb tijdens installatie van dit produkt verkeerde volgorde aangehouden, eerst installatie en toen inkt gevuld, nu wordt er niets geprint, hoe kan ik ervoor zorgen dat printer opnieuw de inkt inlaadt ? Gesteld op 23-5-2020 om 18:07

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • Voer een grondige schoonmaak uit, zodoende wordt de inkt "vervangen". Op deze manier zal je printer de inkt vullen en zal deze weer werken. Vermoedelijk zal je het bakje aan de achterkant moeten vervangen voordat je dit kan doen, ook al is deze nog schoon en leeg. Succes
      Geantwoord op 10-10-2020 om 21:02

      Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • Beste mensen, mijn Epson ET-7750 (paar maanden oud) werkte goed via wifi, maar nu ineens niet meer. Hij ontvangt wel het wifi signaal, maar herkent het wactwoord niet als het jjuiste. Ik weet zeker dat het wachtwoord goed is ingevoerd en ook dat de wifi goed werkt, want al mijn andere apparaten in huis werken er gewoon op. Wat kan ik doen? Goede raad zeer welkom! Peter Gesteld op 25-4-2020 om 10:22

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Mijn printer (EPSON-7750) zijn status staat op pauze. Ik weet niet hoe ik deze kan wijzigen. Is dit via de computer (Mac iOS) of via het printer toestel zelf?
    Ik heb de printopdracht al verschillende malen hervat via het systheemvoorkeuren > Printers & Scanners > Hervat. Op het printerscherm toont hij dat hij de opdracht aankrijgt maar hij neemt geen papier op uit de lade. Ik heb ook al de lades opnieuw bijgevuld en ingesteld maar dit maakt allemaal geen verschil. Ook bij de wifi instellingen staat hij op het juiste netwerk. Gesteld op 23-3-2020 om 10:53

    Reageer op deze vraag Misbruik melden

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Epson EcoTank ET-7750 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Epson EcoTank ET-7750 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 6,87 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Epson EcoTank ET-7750

Epson EcoTank ET-7750 Snelstart handleiding - Nederlands, Deutsch - 4 pagina's

Epson EcoTank ET-7750 Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 209 pagina's

Epson EcoTank ET-7750 Snelstart handleiding - English - 4 pagina's

Epson EcoTank ET-7750 Gebruiksaanwijzing - English - 202 pagina's

Epson EcoTank ET-7750 Gebruiksaanwijzing - Français - 218 pagina's

Epson EcoTank ET-7750 Snelstart handleiding - Français - 4 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info