6
|
NEDERLANDS
2. Het Setup-menu van de software verschijnt automatisch in beeld.
3. Klik op ‘Next’.
4. Vul je naam, bedrijfsnaam en het serie nummer dat op het CD hoesje staat in en
klik op ‘Next’.
5. Selecteer het pad waarnaar het programma geïnstalleerd dient te worden en klik
op ‘Next’.
6. Geef een naam voor de installatie map op en klik op ‘Next’.
7. Klik op ‘Next’.
8. Klik op ‘Install’
9. Klik op ‘Finish’.
10. Start de UPSmart 2000I software.
11. Een nieuw scherm met negen opties verschijnt.
12. Klik op ‘Setting’.
13. Selecteer de correcte USB of COM poort nummer bij ‘Communication port
setting’. Standaard is dit ‘USB’ of ‘COM1’.
14. klik ‘OK’.
In het logveld wordt aangegeven ‘Connected’. Als deze melding niet verschijnt, heb je
mogelijk de verkeerde poort geselecteerd (USB of COM1,2...) of is de kabel incorrect
aangesloten. Als de seriële kabel correct is aangesloten, moet je een andere COM
poort selecteren zoals uitgelegd in stap 13, 14 en 15.
3.2 UPSmart 2000I opties en instellingen
Schedule
Hier kun je instellen wanneer het systeem in of uitgeschakeld dient te worden ook kun
je een test procedure plannen.
Settings
Als je ‘Settings’ aanklikt, verschijnt er een nieuw scherm. Hier kun je instellen op
welke USB of COM-poort van de computer de UPS is aangesloten. Ook kun je hier
instellen dat er een e-mail verzonden wordt zodra er zich een probleem met de
stroomtoevoer voordoet. Geef hier de juiste adresgegevens in en geef aan bij welk
evenement een e-mail verstuurd dient te worden.
Je kunt hier ook instellen dat bij problemen met de stroomtoevoer gegevens
automatisch opgeslagen en programma’s vanzelf beëindigd worden, waarna ook de
computer afgesloten wordt.
Via de knop ‘Setup alarm window information’ kun je zelf waarschuwingsberichten
aanmaken die tevoorschijn komen zo gauw een bepaald probleem zich voordoet.
Eventlog
Hier kunnen de logs bekeken worden die de UPSmart 2000I aangemaakt heeft. Je
kunt deze vervolgens opslaan, printen of verwijderen.