9
NL
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht in de gekoelde ruimtes van het
apparaat zet zich om in rijp of ijs.
Een dikke laag rijp of ijs heeft een isolerend effect,
waardoor de werking van het koelapparaat achteruitgaat.
De temperatuur in de gekoelde ruimtes stijgt en het
energieverbruik neemt bijgevolg toe.
Bij dit type gebeurt het ontdooien van de koelplaten geheel
automatisch, zonder tussenkomst van buitenaf. De
temperatuurregelaar onderbreekt op bepaalde tijdstippen
de werking van de compressor (zodat er geen koeling is),
waardoor de temperatuur van de koelplaat boven 0°C stijgt
en het ontdooien begint. Wanneer de temperatuur van de
koelplaat is opgelopen tot +3 - +4°C zet de
temperatuurregelaar het koelproces weer in gang..
Het smeltwater loopt via een afvoergootje naar een
reservoir boven de compressor en verdampt door de
warmte van de compressor.
Controleer en reinig regelmatig de afvoergoot
voor het smeltwater. Bij verstopping van het
afvoergootje kan het smeltwater alleen via de isolatie
wegvloeien, wat vroegtijdige defecten aan het
apparaat tot gevolg kan hebben.
Het reinigen van de afvoergoot moet gebeuren m.b.v. het
meegeleverde krabbertje (zie ook de tekening). Dit
krabbertje moet in de afvoer worden opgeborgen.
Eén van de meest voorkomende oorzaken van verstopping
van het afvoergootje is het vastvriezen van
voedselverpakkingen aan de achterwand van het apparaat.
Wanneer u het voedingsmiddel uit de koelkast haalt,
scheurt de papieren verpakking die vervolgens tijdens het
automatische ontdooien in het afvoergootje terecht komt en
verstopping veroorzaakt.
Wees daarom uiterst voorzichtig wanneer u in papier
verpakte levensmiddelen in de koelkast legt.
Wanneer er meer koelvermogen vereist wordt, b.v.
tijdens een hittegolf, kan het gebeuren, dat de
koelkast voortdurend werkt. Er wordt dan niet automatisch
ontdooit.
Het is niet ongewoon als er na het ontdooien kleine resten
ijs of rijp op de achterwand van de koelkast blijven zitten.
Het vriesgedeelte kan niet worden voorzien van een
automatische ontdooifunctie, want de bevroren en
diepgevroren levensmiddelen verdragen de temperatuur
niet die nodig is om ijs te doen smelten.
Daarom wordt er een kunststoffen schraper meegeleverd,
waarmee kleine hoeveelheden ijs of rijp kunnen worden
verwijderd. Wanneer de ijs- of rijplaag echter te dik is en
niet meer met de schraper kan worden verwijderd, moet het
vriesgedeelte worden ontdooit. De frequentie hiervan
hangt af van het gebruik (gemiddeld 2 of 3 keer per jaar).
Haal de bevroren levensmiddelen uit het apparaat en leg
deze, goed verpakt in isolerende materialen, op een koele
plaats of in een andere vriezer.
Trek de stekker uit het stopcontact, waardoor de
stroomtoevoer naar beide gedeelten van het apparaat
onderbroken wordt.
Doe de deuren van beide gedeelten open en maak het
koelgedeelte schoon volgens de aanwijzingen in het